5587 resultaten - Pagina 340 van 373
... 328 - 329 - 330 - 331 - 332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344 - 345 - 346 - 347 - 348 - 349 - 350 - 351 - 352 - 353 ...
[4] 0 Lama, Lama! Zie, ik erken nu wel mijn nietigheid tegenover Uw oneindig alles; maar mijn hart heeft U des te meer lief. U zult toch niet boos op me zijn, dat ik nu nog onbegrijpelijk veel meer van U moet houden! O Lama, versterk mijn hart, anders verdraagt het de machtige liefde tot U niet meer! O Lama, Lama, ik verga van liefde.'Hoofdstuk 121: Chanchah' s buitengewoon grote geluk en liefde voor de herkende Lama - Liefde en wijsheid - De Heer als Vader en Broeder - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] IK zeg: 'O Chanchah, jouw liefde is groot en jouw hart een kostbare parel. Maar kijk, je moet je vermannen en niet boven je kracht ontbranden tot een geweldige gloed, anders kun je Mijn aanwezigheid in het vervolg niet verdragen - wat jouw geluk ten zeerste zou verstoren.
Hoofdstuk 121: Chanchah' s buitengewoon grote geluk en liefde voor de herkende Lama - Liefde en wijsheid - De Heer als Vader en Broeder - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] CHANCHAH zegt: 'O Lama, o Lama. Waar is het hart dat U herkent en dan nog maat kan houden in zijn liefdesgloed tot U, Gij heiligste van eeuwigheid! Kijk, als ik zoveel harten zou hebben als er sterren aan de hemel zijn, als zand in de zee en gras op de aardbodem en als elk hart een zon vol van de hoogste gloed tot U zou zijn - dan zou de liefdesgloed van al deze talloze harten voor U, mijn heiligste Lama, toch slechts zijn als een koele dauwdruppel tegenover een kokende zee! U kunt in eeuwigheid nooit teveel worden bemind, omdat U toch de allerhoogste en machtigste liefde Zelf bent!
Hoofdstuk 122: Een hemelse liefdesverklaring - De overwinning van de liefde - Gella's vreugde over Chanchah - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] Ik weet het wel dat U, o Lama, een Vader, ja zelfs een Broeder bent voor Uw schepselen, omdat U dat wilt zijn. Maar welk hart kan aan U alleen als Vader en Broeder denken en zich daarbij niet steeds herinneren, dat de Vader en Broeder ook de - ach de eeuwig heiligste, grote, almachtige Lama (God) is?! Daarom moet ik U immers wel liefhebben, omdat ik niet anders kan dan alleen U oneindig en voor eeuwig boven alles liefhebben! En geen wijsheid kan de liefde van mijn hart matigen!
Hoofdstuk 122: Een hemelse liefdesverklaring - De overwinning van de liefde - Gella's vreugde over Chanchah - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] 0, als ik duizend levens zou hebben en de wijsheid zou tegen me zeggen: 'Chanchah, al deze duizend levens zul je verliezen, als je jouw liefde tot Lama niet door wijsheid matigt!' - dan zou mijn hart aan de wijsheid antwoorden: 'O, welke zaligheid kan eraan gelijk zijn om duizend levens in liefde tot U, o Lama, te verliezen!', wat echter zeker onmogelijk is. Want hoe zou ooit iemand het leven kunnen verliezen, die U als het hoogste leven van alle levens boven alles liefheeft!
Hoofdstuk 122: Een hemelse liefdesverklaring - De overwinning van de liefde - Gella's vreugde over Chanchah - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] Daarom zal ik U alleen nog maar meer liefhebben en geen wijsheid zal ooit in staat zijn mijn hart in de liefde tot U te matigen. Alleen als U, o Heiligste, dit zou beletten en teniet zou willen doen, dan zal de arme Chanchah U inderdaad niet meer kunnen liefhebben. Maar, o Lama, o Vader, dat zult U Chanchah toch niet aandoen?'
Hoofdstuk 122: Een hemelse liefdesverklaring - De overwinning van de liefde - Gella's vreugde over Chanchah - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[5] IK zeg: 'Mijn allerliefste dochter! Werkelijk, Ik zeg je: Wie Mij liefheeft zoals jij, die is één met Mij en heeft niet één leven maar talloze levens in zich. Hoe zou hij kunnen vergaan? Houd daarom maar van Mij zoveel je kunt en vrees niets. Jouw liefde tot Mij zal je ook wijsheid geven en deze zal je hart ook groter maken, zodat je Mij steeds heviger zult kunnen liefhebben. Kom nu aan Mijn borst en laat je liefde de vrije loop!'
Hoofdstuk 122: Een hemelse liefdesverklaring - De overwinning van de liefde - Gella's vreugde over Chanchah - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[9] Maar wat denk jij toch, mijn hart - jij bent immers ook in de grootste en zichtbare nabijheid van Diegene, die heilig is en meer dan heilig. Wees daarom stil, mijn hart; de Heer geeft immers ieder naar de rechtvaardigste maat van Zijn liefde en wijsheid. Denk daarom niet aan de hoogste mate van zaligheid, die nu deze edele Chinese ten deel valt, maar denk er aan hoe oneindig gelukkig jijzelf nu bent!'
Hoofdstuk 122: Een hemelse liefdesverklaring - De overwinning van de liefde - Gella's vreugde over Chanchah - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] IK zeg: 'Heb maar geduld, Chanchah zal jullie binnenkort alles meedelen, wat jullie hier moeten weten. Zoek nu echter niet verder, doch laat jullie hart voor jullie verstand uitgaan, dan zullen jullie de zekerste en kortste weg hoeven te bewandelen!'
Hoofdstuk 123: Het geestelijk ontwaken van de andere Chinezen en de monniken - De jaloerse nonnen en hun vernedering - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Doch ENKELE NONNETJES vormen een clubje en fluisteren elkaar toe: 'Wij hadden door enkele wenken van onze zuster, die nu Gella heet, al bijna geloofd dat deze Chinezenvriend, die de draak met zijn aanhang zo krachtig tegemoet kon treden, o de aartsengel Michaël of zelfs Jezus, de Heer Zelf, zou zijn. Maar te oordelen naar hoe hij met de Chinese, die inderdaad veel mooier is dan wij, omgaat en hoe hij haar aan zijn hart drukt en liefkoost, is dat nu wel helemaal uitgesloten en kan het toch onmogelijk Michaël en nog veel minder de Heer Jezus zijn!
Hoofdstuk 123: Het geestelijk ontwaken van de andere Chinezen en de monniken - De jaloerse nonnen en hun vernedering - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[16] De vele kloostervrouwen zeggen: 'Ach, lieve huisheer, hoe zouden wij dat kunnen doen? Zie je dan niet in dat wij de meest standvastige Christenen zijn? Die favoriete geliefde is echter een heidin. Gella is toch al van oudsher een zeer lichtzinnige persoon geweest, waarom ze op aarde ook al vervuld was van allerlei duivelse verzoekingen. Ze zal het daarom ook niet laten, hoe en waar het ook maar te pas komt, hier in jouw hemels huis aan dergelijke aanvechtingen een gewillig oor en hart te verlenen.
Hoofdstuk 123: Het geestelijk ontwaken van de andere Chinezen en de monniken - De jaloerse nonnen en hun vernedering - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] Maar daar staan meer dan driehonderd vrouwen. Die worden door een grote jaloezie beheerst en hun hart lijdt daar erg onder, zodat Ik medelijden met hen heb. Ga er naar toe en onderricht ze goed; maar met het bad mag je ze nooit meer dreigen broeder Martinus, als je deze arme zielen tot Mij wilt brengen!
Hoofdstuk 124: Wenken tot genezing van de ziel - Geestelijke natuurgeneesmethode - Crisis bij de Chinese geesten - Over het wezen van jaloezie - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Zo is het ook hier en wel in het bijzonder met deze vrouwen het geval. Ze hebben heel veel liefde, zoals een edele vruchtboom heel veel edel sap bevat. Probeer echter de slechte woekering uit hun hart te verwijderen door liefde en jullie zullen bij hen wonderen van de meest vruchtbare liefde oogsten. Ga er daarom naar toe en doe, zoals ik jullie nu heb aangeraden, dan zullen jullie voor Mijn hart een goed werk tot stand brengen.'
Hoofdstuk 124: Wenken tot genezing van de ziel - Geestelijke natuurgeneesmethode - Crisis bij de Chinese geesten - Over het wezen van jaloezie - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] (BOREM:) 'Lieve zusters, luister eens geduldig naar mij! Ik wil jullie allen geven, waar jullie recht op hebben, want ik weet dat jullie hart lijdt. En ik weet dat deze broeder jullie hard terecht heeft gewezen, toen jullie bij hem recht zochten. Ik kon toen, omdat ik zelf gast in dit huis ben, de huiseigenaar niet in de rede vallen, want iedereen is de eerste rechter van zijn huis.
Hoofdstuk 125: Borem en de nonnen, die ziek van hart zijn - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] Nu heeft echter de Heer van alle huisheren mij het recht toebedeeld, ook als gast het recht van de liefde te beoefenen. Daarom wil en zal ik mij nu volledig inspannen om jullie recht te doen en alles goedmaken in naam van de Heer, wat jullie nu bedrukt en jullie hart heeft beledigd. Zijn jullie, mijn lieve zusters, daarmee allemaal tevreden?'
Hoofdstuk 125: Borem en de nonnen, die ziek van hart zijn - Jakob Lorber - Bisschop Martinus