10915 resultaten - Pagina 340 van 728
... 328 - 329 - 330 - 331 - 332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344 - 345 - 346 - 347 - 348 - 349 - 350 - 351 - 352 - 353 ...
[3] Ik zei: 'je hebt wel een burcht, en die is voorzien van allerlei rustbedden, tafels, banken en stoelen - maar jouw provisiekamers zijn leeg; en je hebt ook geen wijn, geen brood en geen zout. Wij zijn echter moe geworden - met name de al tamelijk oude leerlingen op enkelen na, die ongeveer even oud zijn als Ik -en allemaal zouden ze met wat spijs en drank gesterkt moeten worden. Denk je dat dat in jouw woonburcht mogelijk is?Hoofdstuk 92: Bij de Romeinse waard in Afek (29.11.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Het viel de waard echter op dat de dochter van de commandant, toen Ik wilde drinken, Mij direct de gouden beker met wijn voorzette, die Mij in Pella was aangeboden, en dat Ik die naar Mijn mond bracht en eruit dronk, terwijl alle andere aanwezigen de wijn uit aarden bekers dronken.
Hoofdstuk 93: De gedachten van de waard over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Bij de ene, enig ware God geniet een priester echter niet de minste voorkeur boven zelfs de meest onbeduidend lijkende mens uit het volk. Bij God bestaat er geen rangorde voor de mensen; bij Hem staan keizer en bedelaar op dezelfde trede. Alleen diegene geniet bij God de voorkeur, die Hem naar volle waarheid herkent, Hem dan boven alles liefheeft en zijn medemens als zichzelf en die de geboden van God, zoals die door Mozes gegeven zijn, in acht neemt, in alles deemoedig is en van niemand iets onrechtvaardigs verlangt dat in strijd is met de orde en de wil van God; noch met geweld noch met list, want al zulke daden zijn in de ogen van God een gruwel.
Hoofdstuk 97: Het juiste zoeken van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Laat echter van nu af aan die wetten bij jou tot daden worden, vergoed iedereen zoveel mogelijk wat je hem aan kwaad hebt berokkend en vat daartoe voorlopig de vaste wil op, dan zul je snel en gemakkelijk Degene vinden die je zolang tevergeefs hebt gezocht!'
Hoofdstuk 97: Het juiste zoeken van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] En zo heb je daarna nog wel verder nagevorst en gezocht, maar tot handelen kwam je niet en je leek op een bouwmeester, die de ene bouwtekening na de andere maakt; als het echter op het praktisch uitvoeren van het bouwplan aankomt, laat hij zich door de moeite en de kosten afschrikken en komt hij niet tot bouwen.
Hoofdstuk 100: De eerdere openbaringen van de Heer aan de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] Sta mij nu echter toe dat ik naar mijn collega's ga en hun meedeel wat ik hier heb vernomen; want ook zij voelen net als ik wat hun ontbreekt.'
Hoofdstuk 100: De eerdere openbaringen van de Heer aan de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Wij begaven ons na het vertrek van de priester echter ter ruste en rustten goed tot de óchtend.
Hoofdstuk 101: De bedenkingen van de commandant over de schoonheden van de natuur (11.12.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Maar hoe Ik heet en wie Ik eigenlijk ben, dat zullen jullie allemaal weldra te weten komen.'
Hoofdstuk 102: Het verzoek en de belofte van de priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Nu kwam er een bode uit de stad om ons mee te delen dat het ochtendmaal klaarstond; van louter verbazing over de totaal veranderde omgeving kon hij echter nauwelijks een woord uitbrengen. Daarom zei Ik tegen de waard waarom deze man, ook een door Mij genezen dienaar van het huis, naar ons toe was gekomen, waarop wij ons direct naar de stad begaven. De priesters volgden ons op de voet de stad in, omdat de liefde voor Mij, die in hen was ontwaakt, hen met alle geweld naar Mij toe trok.
Hoofdstuk 105: Het wonderbaarlijke ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Toen wij allemaal het huis van de waard binnenkwamen en ook direct aan tafel gingen zitten, zei de ene hoofdpriester tegen Mij, toen hij zag dat Ik het ochtendmaal tot Mij nam: 'O Heer, Almachtige en hoogst Wijze! Het is toch ook een wonder dat U aards voedsel tot U wilt nemen, aangezien immers alles wat op deze aarde voeding heet, ook een werk is van Uw woord en wil! U zou hier toch ook kunnen zeggen: 'Deze tafel worde in alle reinheid met spijs en drank uit de hemelen gedekt!', en dan zou gebeuren wat U wilde! Want kijk, ons heidense voedsel is in de ogen van een streng mozaïsche Jood onrein, en toch eet U er samen met Uw leerlingen naar hartelust van!'
Hoofdstuk 105: Het wonderbaarlijke ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Hierop gingen alle priesters aan de genoemde tafel zitten, die op hetzelfde ogenblik met het fijnste byssus gedekt en van het benodigde eetgerei voorzien was. De schalen stonden echter nog leeg voor de verbaasde gasten en in de kristallen bekers schitterde nog geen wijn, en Ik zei tegen de priesters: 'Kijk, jullie tafel is nu eigenlijk al voorzien van de zuiverste spijs en de zuiverste wijn uit de hemelen, wat jullie weliswaar met jullie ogen nog niet zien en ook niet met je tong proeven; maar toch is het er allemaal al!
Hoofdstuk 105: Het wonderbaarlijke ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Bouw dus eerst een nieuw huis voor hen, dan zullen ze jullie zelf helpen het oude helemaal te verwoesten; wat echter de goden in jullie woningen betreft, die voor het merendeel van edele metalen zoals goud en zilver zijn gemaakt, smelt die, verkoop het metaal en verdeel het geld onder de armen, die jullie dan zeker niet zullen verachten.
Hoofdstuk 106: Over het uitroeien van het heidendom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Als Mijn leer echter eenmaal met het zwaard onder de volkeren verbreid zal gaan worden, zal het er weldra heel ellendig uitzien op deze aarde. Het bloed zal in stromen vloeien, en alle zeeën zullen op treurige wijze gekleurd worden. Wees daarom allemaal vreedzame arbeiders in Mijn naam, en vermijd alle getwist en geruzie! Werk alleen door Mijn liefde in jullie harten; want in de liefde ligt de grootste kracht en macht verborgen!
Hoofdstuk 106: Over het uitroeien van het heidendom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] Bedenk dat jullie heidendom weliswaar een oude, vermolmde en levenloze boom is -maar hij heeft toch nog wel zoveel stevige houten gedeelten en bijna versteende wortels, dat hij zich niet direct met één bijlslag laat vellen; maar mettertijd, met de juiste wijsheid, geduld en volharding zal hij onder de vele slagen met de bijl toch moeten wijken. De scherpe bijl, die Ik jullie nu geef, heet wijsheid; voor deze bijl zal uiteindelijk zelfs het meest duistere en harde verzet moeten wijken.
Hoofdstuk 106: Over het uitroeien van het heidendom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] De ene priester die bij ons was gebleven sprak echter met de commandant over het verkopen van de gouden en zilveren afgodsbeelden, omdat ze hier geen gelegenheid hadden die eerst te smelten en daarna als metaal te verkopen; ook was er in de hele wijde omtrek geen goudsmid die zulke metalen zou kunnen kopen en dan naar believen gebruiken.
Hoofdstuk 107: Over de naastenliefde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)