Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

5587 resultaten - Pagina 344 van 373

...  332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344 - 345 - 346 - 347 - 348 - 349 - 350 - 351 - 352 - 353 - 354 - 355 - 356 - 357  ...
[14] Want de toorn is alleen van God en de wraak van de rechter. De liefde echter is van de Vader en deze geeft Hij aan Zijn kinderen, zoekt ze bij hen en komt, als Hij komt, noch in toorn noch in wraak. Hij komt altijd in de liefde als een Vader tot Zijn kinderen, die Hij juist uit liefde naar Zijn gedaante heeft gevormd en in hun hart de wonderbaarlijke bestemming heeft gelegd om helemaal dat te kunnen worden, wat Hij Zelf is.
Hoofdstuk 164: Logische uiteenzetting van Petrus en het opheffen van de twijfel van de oudste der zon aangaande de zichtbaar aanwezige Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[17] Vrees dus niet, doch verheug je mateloos, omdat jou en deze wereld nu zo'n onbegrensde genade ten deel valt! Dan zal ook Hij vreugde aan jou en aan jullie allen hebben en zal jullie helpen, daar jullie het meeste Zijn hulp nodig hebben. Maar breng nu je hart op orde, vriend, want nog maar enkele stappen en Hij is in ons midden!'
Hoofdstuk 164: Logische uiteenzetting van Petrus en het opheffen van de twijfel van de oudste der zon aangaande de zichtbaar aanwezige Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[18] DE WIJZE zegt: 'O vriend, of mijn hart op orde is, kan ik niet zeggen. Maar dat ik grote liefde voor Hem ervaar, dat voel ik nu voor het eerst levendig!
Hoofdstuk 164: Logische uiteenzetting van Petrus en het opheffen van de twijfel van de oudste der zon aangaande de zichtbaar aanwezige Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[17] Zie, dat wat jij met je hoofd uitrekent, dat berekenen wij steeds met ons hart. Dan krijgen wij altijd een uitstekend resultaat, dat alle denkbare uitzonderingen bevat. Maar nu komt de hoofdrekenmeester, Die je heel andere berekeningen zal laten zien!'
Hoofdstuk 166: Eenwording van de mens met God - Voorbeeld van de zee en de waterdruppel - Traagheid van de wijsheid van het verstand ten opzichte van de wijsheid van het hart - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] Ik stelde de vraag alleen maar aan jouw hart, dat de echte poort is tot het huis van je leven. Zie, deze poort gaat gemakkelijk en dat is waar Ik naar toe wil, dat je Mij daar zult binnenvoeren! Je hebt Me al binnengebracht en deed daar goed aan. Maar breng ons nu allemaal ook in dit uiterlijke huis als getuigenis van datgene wat jouw leven is, opdat allen zien, dat Ik ook een Heer van dit huis en van deze aarde ben!'
Hoofdstuk 167: De Heer en Uhron, de wijze van de zon - Bekering van Uhron en diens goede antwoord - Martinus' instemmende woorden over de toespraak van Uhron - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] Gij verheven, heiligste Vader van Uw kinderen, als het Uw wil zou zijn en niet in strijd met Uw heilige orde, verhoor dan mijn armzalig verzoek; de geestelijke nood van dit volk en mijn onbegrijpelijk machtige liefde tot U, hebben mij de moed gegeven, dit verzoek naar voren te brengen! Maar wees niet boos op ons, O Vader van de Uwen, dat ik als een vreemdeling het waagde aan de heilige poon van Uw hart te kloppen!'
Hoofdstuk 169: Uhrons goede begroetingstoespraak - Genadevolle mededeling van de Heer aan Uhron - De zonnemensen geroepen tot het kindschap Gods - Een treurig getuigenis over de mensen op aarde - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[13] Zend nu snel afgezanten uit en laat velen binnenkomen; want Ik wil voor hun allen de poort naar Mijn hart heel wijd openstellen! Zo zij het en zo zal het gebeuren!'
Hoofdstuk 169: Uhrons goede begroetingstoespraak - Genadevolle mededeling van de Heer aan Uhron - De zonnemensen geroepen tot het kindschap Gods - Een treurig getuigenis over de mensen op aarde - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[26] MARTINUS zegt: 'O Heer, beste, heiligste Vader. Nu is van mijn arme hart een last van dertigduizend centenaren afgewenteld! O, aan U al mijn liefde en diepste aanbidding voor eeuwig!'
Hoofdstuk 171: Gedragswenken van de Heer aan Martinus - Over de cursus in toorn - Hoe Satan moet worden aangepakt - Martinus' omzichtigheid voor het begin van de prediking - Geweldige bedreigingen van de vijand - Martinus' geruststellende woorden tot de angstige menigte - Troostrijke woorden van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Terwijl men op onze wereld nog maar nauwelijks is begonnen te begrijpen, wat het leven is, wordt men al op smartelijke wijze gedood en moet men het broze vlees verlaten. Tot het eeuwig leven of tot de eeuwige dood, dat wordt iemand nauwelijks aangekondigd! Kortom, men moet alles verlaten, wat men zich heeft verworven, of het nu eer is, roem, glorie, deugd, wetenschap, wijsheid; daarmee wordt nooit rekening gehouden door de Heer! Doch als heimelijk de wurg - en doodsengel komt en de mens zijn zwaard in het hart stoot, dan is het ook helemaal afgelopen.
Hoofdstuk 172: Martinus' prediking tot de vergadering van de zonnemensen - Beproevingen op aarde als voorwaarde voor het kindschap Gods - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[24] Maar juist een dergelijke nood die deze rijken meestal onder de armen veroorzaken, benutten zij dan nog meer voor hun eigen welzijn: ze woekeren onmenselijk met de in grote massa' s opgestapelde levensmiddelen. Wie hun niet dat geeft of kan geven wat ze verlangen, kan voor hun deur verhongeren en hun hart wordt daardoor ook niet in het minst bewogen!
Hoofdstuk 173: Voortzetting van de toespraak van bisschop Martinus – Verschil van levensomstandigheden op de zon en de aarde - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[5] DE WIJZE zegt: 'Vriend, dat willen wij in ieder geval! We willen al het mogelijke doen om de heilig grote Gever van zo talloze goede gaven op passende wijze vanuit de grond van ons hart onze verschuldigde dankbaarheid voor de vele grote weldaden te betuigen. Maar wat het vragen betreft, moet ik je bekennen dat ik het daarmee niet helemaal eens kan zijn, daar ik iedere smeekbede moet aanzien als een belediging van de goddelijke wijsheid.
Hoofdstuk 178: Petrus' voorstel om te danken en te bidden - Uhrons veelzeggende afwijzing van een smeekbede tot God - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] Het is wel zeer ongepast, dat er in onze harten een U onwaardige wens opkomt: dat het onze onuitsprekelijke hoogste zaligheid zou zijn, als U ons van nu af aan nooit meer zou verlaten, doch eeuwig bij ons zou willen blijven! Wat anders kunnen wij doen, dan aan dit verlangend begeren van ons hart in Uw bijzijn, Gij heiligste, lucht te geven?
Hoofdstuk 183: De ontvangstgroet van de zonnemensen aan de Heer – Diens toespraak tot de zonnewijzen - Deemoed als middel tot verlossing van de lichte last der nieuwe levensregels voor de schepselen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] O Gij, wiens voeten te heilig zijn, dan dat deze grond waardig zou zijn, door deze te worden betreden, zult ons immers een dergelijk onzinnig verlangen genadig vergeven! Als U, o heiligste, ons nog waardig acht om enkele woorden des levens tot ons te richten, dan smeken wij U allemaal uit de grond van ons hart, dat U ons deze genade zoudt willen doen toekomen! Maar boven alles is alleen Uw heilige wil hooggeprezen!'
Hoofdstuk 183: De ontvangstgroet van de zonnemensen aan de Heer – Diens toespraak tot de zonnewijzen - Deemoed als middel tot verlossing van de lichte last der nieuwe levensregels voor de schepselen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] IK zeg: 'Lieve kinderen, deemoed is wel de eerste en grootste deugd van elk menselijk hart, maar ze mag evenmin worden overdreven als een andere levensregel.
Hoofdstuk 183: De ontvangstgroet van de zonnemensen aan de Heer – Diens toespraak tot de zonnewijzen - Deemoed als middel tot verlossing van de lichte last der nieuwe levensregels voor de schepselen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[19] IK zeg: 'Mijn geliefde Uhron - werkelijk, werkelijk, jouw hart bereidde Mijn hart een grote vreugde! Verwacht daarom ook samen met je mensen, dat ook Ik niet zal nalaten, jullie harten een grote vreugde te bereiden. Deze zal voor eeuwig bij jullie blijven en niemand zal ze jullie kunnen ontnemen!
Hoofdstuk 183: De ontvangstgroet van de zonnemensen aan de Heer – Diens toespraak tot de zonnewijzen - Deemoed als middel tot verlossing van de lichte last der nieuwe levensregels voor de schepselen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344 - 345 - 346 - 347 - 348 - 349 - 350 - 351 - 352 - 353 - 354 - 355 - 356 - 357  ...