Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 354 van 1112

...  342 - 343 - 344 - 345 - 346 - 347 - 348 - 349 - 350 - 351 - 352 - 353 - 354 - 355 - 356 - 357 - 358 - 359 - 360 - 361 - 362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367  ...
[5] Ik keek hem aan en zei: 'Bij een eerdere gelegenheid heb Ik daar ook al eens iets over gezegd, alleen hebben jullie dat -zoals zoveel andere dingen - weer vergeten, en dus zeg Ik het jullie nu nog een keer; Ik hef het oude vastengebod niet op. Wie in de juiste gezindheid vast, doet op zich weliswaar een goed werk -want door oprecht te vasten en tot God te bidden wordt de ziel vrijer en geestelijker -; maar zalig wordt niemand door het pure vasten en bidden, maar alleen door in Mij te geloven en de wil van de Vader in de hemel te doen, zoals Ik die aan jullie verkondig en verkondigd heb. Maar dat kan iedereen ook doen zonder het genoemde vasten en zonder het zich onthouden van zekere spijzen en dranken.
Hoofdstuk 85: Het ware vasten en bidden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] Wie echter waarachtig voor God wil vasten zodat het dienstig is voor het eeuwige leven van zijn ziel, moet uit liefde tot God en zijn naaste het zondigen nalaten; want de zonden belasten de ziel, zodat zij zich moeilijk tot God kan verheffen.
Hoofdstuk 85: Het ware vasten en bidden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] Maar of iemand nu het ene eet om zich te verzadigen ofhet andere, is niet belangrijk; wel moet iedereen er op toezien dat de spijzen rein en ook goed eetbaar zijn. Vooral met het eten van vlees moeten jullie voorzichtig zijn, wil je lichamelijk lang en aanhoudend gezond blijven. Het vlees van gestikte dieren is voor geen enkel mens gezond, omdat het kwade geesten in de zenuwen van het lichaam verwekt. Het vlees van de als onrein aangegeven dieren is alleen maar dan in gezondheid te gebruiken, als het zo is klaargemaakt als Ik jullie al aangegeven heb.
Hoofdstuk 85: Het ware vasten en bidden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[17] God is in Zichzelf een geest van de hoogste wijsheid en Hij heeft het allerdiepste en helderste verstand en is de eeuwige waarheid zelf Wie dus doeltreffend tot God wil bidden, moet in geest en waarheid bidden. In geest en waarheid bidt echter alleen maar degene die zich in het stille liefdeskamertje van zijn hart begeeft en daarin God aanbidt en aanroept. En God, die alle harten en nieren doorziet, zal ook zeker in jullie harten zien en stellig onderkennen hoe en om wat jullie bidden en vragen, en Hij zal jullie geven waarom je zo waarachtig in geest en in waarheid gebeden hebt.
Hoofdstuk 85: Het ware vasten en bidden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[19] Daarop zei Lazarus: 'Willen jullie nu ook nog beweren dat jullie Bethlehemieten zijn, en dat jullie hier gekomen zijn om te vernemen waar de Heiland uit Nazareth zich bevindt, om hem te volgen en zijn leerlingen te worden? Mooie leerlingen zijn jullie, die met touwen en zwaarden volgen, en die op hun kleding het kenteken dragen van de knechten en gerechtsdienaren van de tempel en de Hoge Raad! Wat denken jullie nu te doen? Jullie zijn in mijn macht en deze jongeman is in staat om jullie allemaal net zo te vernietigen als hij jullie armzalige mantels vernietigd heeft! Daarom vraag ik jullie nog één keer: Wat zullen en willen jullie nu doen?'
Hoofdstuk 86: De vermomde tempeldienaren bij Lazarus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Ik zei: 'Vertrouw ze niet! Het zijn geen Bethlehemieten, maar verklede tempeldienaren, die heel netjes en hoffelijk van jou willen vernemen of je soms weet waar Ik Mij ophoud. Ze zullen je de verzekering geven dat zij leerlingen van Mij willen worden als ze maar wisten waar Ik Mij ophield. Onder hun mantels hebben ze echter touwen en zwaarden om Mij te vangen en te binden en dan voor de Hoge Raad van Kajafas te slepen. Die slechte overspelige soort daar beneden heeft, nu het volk zich voor het grootste deel verspreid heeft, weer moed gevat om Mij te gronde te richten; maar Mijn tijd is nog niet gekomen. Ga jij dus nu met Rafaël naar buiten, dan zal je wel in de mond worden gelegd watje moet zeggen; Rafaël zal dan wel het zijne doen.'
Hoofdstuk 86: De vermomde tempeldienaren bij Lazarus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Toen dachten wij bij onszelf: 'De oude man heeft de volle waarheid gesproken!', en wij namen het vaste besluit om hem, de Nazarener, op te gaan zoeken en zo mogelijk zijn leerlingen te worden. Wij deden al sinds vanmorgen navraag naar de plaats waar hij zich op dit moment eventueel zou kunnen ophouden, en hoorden van iemand die wij vaag kenden, dat u ons zeker daarover kon inlichten, omdat de profeet, zoals bekend, een speciale vriend van uw huis is en u dus, zoals gezegd, de allereerste zou zijn om te weten waar de grote man Gods zich nu ophoudt. Als u daarover betrouwbare gegevens of informatie heeft, wees dan zo vriendelijk ons die mee te delen opdat wij er dan meteen heen kunnen gaan en ijverige leerlingen van hem kunnen worden!'
Hoofdstuk 86: De vermomde tempeldienaren bij Lazarus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Zeg mij welke duivel jullie opdracht heeft gegeven mij, Lazarus van Bethanië, die toch door ieder mens gekend en geacht wordt, tot verrader te maken van een mens met goddelijke gaven, de allerbeste, eerlijkste mens die ik ken! Een vijand van mijn huis heb ik dat nog nooit aangedaan en zou ik dat dan de beste en onschuldigste mens aandoen, omdat Hij jullie boosaardige leugenpolitiek wat al te veel in de weg staat, en de door jullie van God afgedwaalde mensen weer tot God terugbrengt, en hen weer bekendmaakt met de al zo lang ontbeerde waarheid? Spreek op, ellendelingen! Waarom hebben jullie me dat aangedaan? Wie zei jullie dat ik het best zou weten waar de heiland uit Galilea zich ergens zou kunnen ophouden?'
Hoofdstuk 86: De vermomde tempeldienaren bij Lazarus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[23] Allen dankten hem, begaven zich snel op weg en liepen heel welgemoed naar Bethlehem. Onderweg braken zij zich er natuurlijk het hoofd over, wie wel die tengere en toch zo wonderbaarlijk krachtige jongeman kon zijn, en zij veronderstelden van alles.
Hoofdstuk 86: De vermomde tempeldienaren bij Lazarus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[27] Toen zij bij ons waren, zei Ik tegen Lazarus: 'Je hebt je opdracht goed uitgevoerd, waardoor twintig zielen aan de hel ontrukt zijn; maar de Hoge Raad zal niet aan de hel ontrukt worden! De woordvoerder had de Hoge Raad bericht zullen sturen van alles wat hij hier over Mij te weten was gekomen, en pas daarna zou hij verdere aanwijzingen voor Mijn gevangenneming gekregen hebben. Maar omdat geen van de sluwe gerechtsdienaren, op wier bericht de Hoge Raad nu al met grote spanning wacht, zich nog ooit in de tempel zal laten zien, is voorlopig het plan van de Hoge Raad voor enige tijd verijdeld. En dat moest nu juist bereikt worden, en alles werd zo toegelaten om datgene te bereiken, wat nu bereikt is.
Hoofdstuk 86: De vermomde tempeldienaren bij Lazarus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] Nadat Ik dat gezegd had, stonden alle aanwezigen weer op en gingen met mij naar het hogere deel van de berg. Ook de groep slavenjongeren ging mee; hun metgezellen bleven echter liever bij elkaar en vermaakten zich met de schapen, waarvan de oorsprong al bekend is. Toen wij ons echter op de geurige hoogte bevonden en ons in goede orde geïnstalleerd hadden, zagen we op de weg naar Emmaüs de afgevaardigden van de Hoge Raad lopen, die bij de wonderzuil van de engel bleven staan en haar van alle kanten met verbazing bekeken, want zij konden zich niet voorstellen hoe zo'n schitterende zuil daar terechtgekomen kon zijn. Het kostte zeker een aantal maanden om zo'n zuil daarheen te brengen en op te stellen, en ze hadden deze weg een paar dagen geleden nog afgelegd en toen was er van deze zuil nog helemaal niets te zien geweest. Nikodemus zou hun dat echter wel het best kunnen uitleggen, omdat de zuil helemaal op zijn grond stond.
Hoofdstuk 87: De heren van de tempel gaan op bezoek bij Nicodémus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[8] Maar ik heb een andere mening. Nikodemus was en is nog steeds een vriend van alles wat hij buitengewoon vindt. Alle magiërs worden bij hem dan ook, waar ze ook vandaan mogen komen, altijd goed ontvangen. Ik denk dat een aantal echt Indische of Perzische tovenaars hem door middel van hun geheime kunst en wetenschap, en geholpen door de krachten van de elementen - zoals bijvoorbeeld de lucht -, water -, aarde -, en vuurgeesten - uit dankbaarheid dit monument daar voor hem hebben neergezet, en daar zullen ze hem een groot plezier mee gedaan hebben. Want voor zulke aartstovenaars moeten zulke dingen toch niet onmogelijk zijn.'
Hoofdstuk 87: De heren van de tempel gaan op bezoek bij Nicodémus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[16] De oude rabbi geeft als zijn mening: 'Er moet iets bijzonders in de tempel gebeurd zijn, dat deze aartsjoden en Farizeeën bewogen heeft om zich voor niets zo ver buiten de stad te begeven, terwijl zij toch anders geen stap verzetten zonder er veel geld voor te vragen.'
Hoofdstuk 87: De heren van de tempel gaan op bezoek bij Nicodémus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[20] Nikodemus zegt: 'Alleen maar de oude rabbi, Jozef van Arimatea en een paar Romeinen, die hier, zoals jullie weten, mijn buren zijn, en die bij deze gelegenheid toch niet overgeslagen mogen worden. Verder is ook mijn familie hier om zich wat te herstellen van de schrik van de afgelopen nacht. Dus allemaal mensen die jullie kennen!'
Hoofdstuk 87: De heren van de tempel gaan op bezoek bij Nicodémus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[28] Maar nu we hier toch zijn, vragen we zelf aan jou of je soms weet waar de Nazarener zich ergens kan ophouden. Want als we dat weten, dan weten we al wat ons te doen staat. De tekenen in deze nacht kan hij heel gemakkelijk -mogelijk met medewerking van de doortrapte Essenen - tot stand gebracht hebben; want die moeten met bepaalde arcadische spiegels in staat zijn zulke dingen te produceren. Wij vermoeden dat hij naar de Essenen is gegaan. Mocht dat het geval zijn, dan zouden we natuurlijk met veel aan ons plan hebben. Vriend Nikodemus, wat kun jij ons hier over vertellen en aanraden?"
Hoofdstuk 87: De heren van de tempel gaan op bezoek bij Nicodémus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  342 - 343 - 344 - 345 - 346 - 347 - 348 - 349 - 350 - 351 - 352 - 353 - 354 - 355 - 356 - 357 - 358 - 359 - 360 - 361 - 362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367  ...