10915 resultaten - Pagina 354 van 728
... 342 - 343 - 344 - 345 - 346 - 347 - 348 - 349 - 350 - 351 - 352 - 353 - 354 - 355 - 356 - 357 - 358 - 359 - 360 - 361 - 362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367 ...
[2] Ik zei tegen hem: 'Met magiërs van onze soort kun je wel goed opschieten, maar niet zo gemakkelijk met de magiërs die jij kent; want die hebben kwade bedoelingen en zitten vol bedrog. Ik ben echter de Waarheid Zelf, en iedere soort bedrog staat eindeloos ver van Mij af. In de toekomst zul je dat nog duidelijker inzien dan nu; maar breng ons nu meer brood!'Hoofdstuk 230: De ontoeschietelijke waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] De waard zei: 'Zoals jullie wensen, zullen jullie het ook krijgen! Maar ik heb ook heel goede rustbedden; als jullie echter de voorkeur aan de stoelen geven, dan is mij dat ook goed.'
Hoofdstuk 231: De Heer kondigt de waard een karavaan aan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Kijk, van hieruit kan een gemiddelde voetganger in drie uur de oever van de Dode Zee bereiken! Van deze zee wordt gezegd dat daarin vroeger door de macht van de grote god van de Joden tien steden samen met mensen en dieren zijn verzwolgen door een regen van vuur uit de hemelen en als gevolg van een enorm hevige aardbeving. Ik zou er echter alles om durven verwedden dat die ongelukkige mensen die in de Dode Zee begraven liggen, onmogelijk slechter hebben kunnen zijn dan het extreem trotse en hoogdravende volk van Jeruzalem.
Hoofdstuk 232: Het oordeel van de waard over de Joden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Wij fokken schapen, runderen en varkens. Die laatste gedijen hier in de buurt van de Jordaan bijzonder goed en leveren ons behoorlijk veel op. Om de varkens echter tegen roofdieren te beschermen hebben wij ook een groot aantal zogenoemde varkenshonden nodig. Ikzelf heb er veertien - maar ik verzeker u, mijn edele, wonderbaarlijke vriend: de slechtste van mijn varkenshonden is veel beter dan de Jeruzalemmers! Ik wil daar niet echt alle Jeruzalemmers mee bedoelen -want er is misschien zo hier en daar ook wel een beter of edeler mens bij -maar mij is nog nooit het geluk ten deel gevallen ooit zo iemand te ontmoeten, en omdat ik in de wereld veel ervaring heb opgedaan, waarschuw ik u voor Jeruzalem en de bewoners ervan.'
Hoofdstuk 232: Het oordeel van de waard over de Joden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] De vrouw had haar vissen echter al op een rooster boven de kolen gelegd en was druk bezig ze klaar te maken.
Hoofdstuk 233: Nog meer oordelen van de waard over de Joden (4.6.1864) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Bij u schijnt het echter heel anders te zijn; want u spreekt als het ware vanuit uzelf en handelt vanuit geheel eigen, in u wonende kracht en macht. De andere profeten moesten vragen om het woord en om de macht waarmee ze daden konden verrichten -u hoeft niet te vragen, maar handelt als een heer, die aan niemand hoeft te vragen of een hoger goddelijk wezen hem het woord wil ingeven en hem wil sterken om daden te doen.
Hoofdstuk 234: De Heer getuigt over Zichzelf en Zijn zending - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] De Hanochieten hadden een soort explosieve korrels uitgevonden, maakten diepe gaten in de bergen, vulden die met die explosieve korrels en staken die aan door middel van doorlopende lonten. De explosieve korrels ontploften en scheurden de bergen uiteen. De Hanochieten wisten echter niet dat zich onder de bergen vaak buitengewoon grote en diepe waterbekkens bevinden. De verwoeste bergen, die geen steun meer hadden, stortten toen weldra in deze grote en diepe bekkens en stuwden daardoor grote watermassa 's naar het oppervlak van de aarde. Anderzijds raakten bij deze vuuractiviteit ook de in de bergen aanwezige lagen zwavel, kolen en pek in brand en veroorzaakten toen ook in de vlakte enorme uitbarstingen van vuur, waardoor de aarde met alles wat erop stond wegzonk en er op die plaats een zee ontstond.
Hoofdstuk 236: Het ontstaan van de Kaspische Zee - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] God de Heer heeft er echter voor gezorgd dat de aarde niet verwoest zou worden, opdat de mensen hun school niet zouden kwijtraken, waar ze geschoold worden voor het eeuwige leven -want wie niet op deze aarde in het vlees de school des levens heeft doorlopen kan het kindschap van God niet bereiken, maar blijft eeuwig op het scheppingsniveau van de dieren.
Hoofdstuk 236: Het ontstaan van de Kaspische Zee - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Ik zei: 'Dat heeft je vlees je niet ingegeven, maar jouw geest! - We zullen echter ook over dit onderwerp vandaag niet verder praten; want die Farizeeën beginnen de een na de ander hun oren te spitsen, omdat ze ons horen praten. Praat nu dus weer over iets anders, wat er niet zo toe doet!'
Hoofdstuk 236: Het ontstaan van de Kaspische Zee - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Bij de wetten hoort echter ook een overeenkomstige opvoeding -maar in wat voor handen ligt de opvoeding dikwijls! Wie zijn de voornaamste opvoeders van de kinderen? Dat zijn de ouders, die voor het grootste deel, met uitzondering van de taal en enkele ervaringen, even dom zijn als hun pasgeboren kinderen -en de kinderen groeien op zonder enige kennis, wetenschap of ervaring.
Hoofdstuk 237: De waard vraagt naar de reden voor het verwoesten van Babylon en Nineve - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Dat de mensheid wat zijn opvoeding betreft verwaarloosd is, terwijl de Godheid echter al vanaf het allereerste begin uitstekend voor die opvoeding heeft gezorgd, is enkel de schuld van de traagheid van de mensen. Als er tegenwoordig onder de mensen nog eerzame en rechtschapen mensen zijn zoals jij en je buren -waarom zijn ze dan niet allemaal zoals jullie? Omdat ze traag zijn! Daarom heeft de Godheid ook die grote steden laten verdelgen, omdat daar de traagheid en de daardoor veroorzaakte zedeloosheid de overhand was gaan krijgen.
Hoofdstuk 238: De pest van de traagheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Als die steden en hun inwoners zoals jullie waren gebleven, zou de Godheid geen vijanden tegen hen gestuurd hebben, maar hen in stand hebben gehouden. Dat ze echter verdelgd werden heeft als reden dat door hun traagheidspest tenslotte niet de hele bevolking van de aarde verpest en bedorven zou worden.
Hoofdstuk 238: De pest van de traagheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Wat echter die zogenaamde lijst met voedingsmiddelen alsook de oeroude, weer opgefriste besnijdenis betreft, daar heeft hij naar mijn opvatting niet het beste mee bewerkstelligd; maar hij was over het algemeen van goede wil en heeft voor zichzelf als bevrijder van dit volk een eeuwig gedenkteken gevestigd. Maar als hij zijn volk meer met de wijsheid van de oude Egyptenaren bekend had gemaakt dan hij gedaan heeft, zou hij daar bij zijn volk een beter doel mee hebben bereikt dan met het verbod goed toebereid varkensvlees te eten.
Hoofdstuk 239: Kritiek op de voedselvoorschriften van Mozes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Als er echter een wijze tegen ons optreedt en ons bij het hele volk verdacht maakt, kunnen wij die handelwijze van zo'n wijze niet met onverschillige ogen aanzien, en al helemaal niet als die wijze zich, voorzover ik gehoord heb, voor een zoon van God uitgeeft, daarbij allerlei zieken geneest en met zijn wonderen het hele volk naar zich toe trekt.
Hoofdstuk 243: De slechte bedoelingen van de Farizeeërs (19.7.1864) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Als zich echter menselijk gemeenschappen vormen, die zich uit hoogmoed, heerszucht en zelfzucht alsook uit traagheid met alle hun ten dienste staande middelen tegen het goede en ware teweerstellen, dan is het gemakkelijk te begrijpen dat zulke mensen en het volk dat hun aanhangt van dag tot dag dieper in de duisternis wegzakken en dat ze die door de Godheid gewekte mannen vervolgen, die het wagen hun met de waarheid tegemoet te treden. En ik heb de indruk dat dat bij jullie Joden niet pas nu, maar al sinds heel lang betreurenswaardig genoeg zo is geweest, dat jullie al die mannen hebben vervolgd die bij jullie de oude goddelijke waarheden weer hebben willen invoeren.
Hoofdstuk 244: De kritiek van de waard op de Joodse priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)