Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 359 van 1110

...  347 - 348 - 349 - 350 - 351 - 352 - 353 - 354 - 355 - 356 - 357 - 358 - 359 - 360 - 361 - 362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372  ...
[6] Johannes zei nog: 'Heer, wat voor geesten regeren dan nu in Uw opdracht de oneindigheid van Uw scheppingen? Het is duidelijk dat U de hoofd en oerregeerder bent; maar aan Uw zijde staan, net als onze Rafaël, talloze legioenen zeer machtige engelen. Zijn zij het, die U bij het verzorgen van Uw eindeloze scheppingen volgens Uw wil dienen, of zijn er nog oneindig veel meer? Wat zullen die dan doen als wij eenmaal de genade ontvangen om aan Uw zijde de oneindige schepping mee te verzorgen?'
Hoofdstuk 129: Het arbeidsveld van de apostelen en de kinderen Gods aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] Ik zei: 'O Mijn lieve Johannes, je weet nog maar weinig van de dingen van Gods rijk en je bent er nog echt kinderlijk in! Is de geest van Mijn Vader die in Mij is, dan niet de regeerder van eeuwigheid tot eeuwigheid? Alle engelen zijn vervuld van deze geest, die overal alles in alles is en moet zijn! Als jullie volmaakt zijn, kunnen jullie dan soms door een andere geest dan de Mijne volmaakt worden?
Hoofdstuk 129: Het arbeidsveld van de apostelen en de kinderen Gods aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] Maar dat alles en nog eindeloos veel andere dingen zul je pas inzien en duidelijk begrijpen wanneer je volmaakt bent, wat al gauw zal gebeuren, nadat Ik van deze wereld ben opgestegen in Mijn volmaakt goddelijke en ook in jullie goddelijke of naar en in Mijn God en naar en in jullie God.
Hoofdstuk 129: Het arbeidsveld van de apostelen en de kinderen Gods aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Want Ikzelf moet eerst volledig in Mij, in God, de Vader van Eeuwigheid, zijn, om jullie dan Mijn geest te kunnen zenden en geven. Pas als die zal komen, zal hij jullie inwijden in alle waarheden, die voor jullie nu nog onbegrijpelijk zijn; en jullie zullen daarna hetzelfde en nog grotere dingen doen dan Ik nu Zelf doe. Hoe dat echter mogelijk is, zal Mijn geest, die jullie zielen zal verlichten, jullie dan leren.
Hoofdstuk 129: Het arbeidsveld van de apostelen en de kinderen Gods aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] Ik zei: 'Ik heb jullie immers gisteren al gezegd dat Ik vandaag bij Nikodemus in Emmaüs wil zijn en om Mij alleen bekende redenen ook moet zijn. Maar de weg daarheen is voor ons grote gezelschap wat bezwaarlijk; het zal verstandig zijn om daar langs verschillende wegen in groepen van hoogstens tien personen naartoe te gaan. Als we allemaal tegelijk in een grote stoet op weg gaan, zal dat al gauw aan de tempeldienaren overgebriefd worden en dan wordt Mij verhinderd vandaag te doen wat Ik moet doen. Ik zal daarom met Mijn leerlingen, echter alleen met deze drie, vooruitgaan, en wel langs een heel ongebruikelijke weg, om beslist niet door de tempeldienaren opgemerkt te worden; verdelen jullie je in groepen zoals Ik gezegd heb en ga er via verschillende wegen heen; na verloop van twee uur zijn we allemaal in het huis van Nikodemus.
Hoofdstuk 130: Het vertrek naar Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Ik herhaal het nog één keer voor jullie allemaal en zeg: Wees slim als slangen, maar inje hart toch zacht als duiven; want daar beneden huist een waar slangen en addergebroed, en dat moet met soortgelijke middelen in toom gehouden worden! Versta en begrijp dat allen goed en houd daar rekening mee, dan beleven jullie vandaag een zegenrijke dag tot grote zegen voor jullie zielen! Ik vertrek nu echter meteen. Petrus, Jacobus en Johannes gaan met Mij mee. Mijn dienaar Rafaël en Lazarus begeleiden onze slavenkinderen. Als jullie drie Indiërs nu ook tegelijk met Mij mee willen gaan, dan kunnen jullie nu vertrekken!'
Hoofdstuk 130: Het vertrek naar Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Ik zei tegen hen: 'Zeg Mij, wat hebben jullie liever, gezondheid en kracht, zodat je in plaats van te bedelen weer kunt werken en je eigen brood verdienen, of een behoorlijke aalmoes?'
Hoofdstuk 131: Op weg naar Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[4] Ik zei: 'Als jullie zouden kunnen geloven, zou voor jullie ook wel het eerste mogelijk zijn!'
Hoofdstuk 131: Op weg naar Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[11] Ik zei: 'Ga naar Bethanië naar Lazarus en zeg tegen zijn beide zusters, die nu alleen thuis zijn, wat jullie is overkomen en dat Ik jullie stuur, dan zullen jullie meteen opgenomen en in dienst genomen worden! Maar sta nu op en doe wat Ik jullie gezegd heb!'
Hoofdstuk 131: Op weg naar Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[16] Maar Ik zei onderweg naar Emmaüs: 'Wees toch kalm, jullie zeggen dat omdat je niet weet wat een mens in zich heeft; maar in Emmaüs zullen jullie daar vandaag meer over horen!'
Hoofdstuk 131: Op weg naar Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Maar Ik zei tegen hen: 'Ja, M 'n beste kinderen, waar moeten we dan zo maar op straat brood vandaan halen om jullie te geven?'
Hoofdstuk 133: De bedelende kinderen uit Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[4] Agricola zei: 'M'n lieve kinderen, hebben jullie dan geen ouders die jullie brood geven?'
Hoofdstuk 133: De bedelende kinderen uit Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Agricola zei: 'Waar zijn je zieke ouders dan, als jullie geen huis hebben?'
Hoofdstuk 133: De bedelende kinderen uit Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[8] Agricola zei toen: 'Maar er woont hier toch een zekere Nikodemus, die een goede vader moet zijn! Zijn jullie nog nooit bij hem geweest?'
Hoofdstuk 133: De bedelende kinderen uit Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Agricola zei: 'Ja, maar wij zouden ook grote heren kunnen zijn, en toch durfden jullie ons aan te spreken!'
Hoofdstuk 133: De bedelende kinderen uit Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  347 - 348 - 349 - 350 - 351 - 352 - 353 - 354 - 355 - 356 - 357 - 358 - 359 - 360 - 361 - 362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372  ...