15542 resultaten - Pagina 362 van 1037
... 350 - 351 - 352 - 353 - 354 - 355 - 356 - 357 - 358 - 359 - 360 - 361 - 362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 ...
[12] Kijk, de maan en ook de andere planeten zijn op zichzelf net zulke donkere lichamen als de aarde! Het licht van de zon, een rond lichaam, straalt naar alle mogelijke richtingen; maar het manifesteert zich alleen maar als weerspiegeld en zichtbaar aanwezig, waar het op een voorwerp valt waarvandaan het terugkaatst en door jullie ogen waargenomen wordt.Hoofdstuk 94: Een beschouwing van de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] Marcus zei: 'Ik dank U, o Heer en Meester, ook voor deze les! Weliswaar is die niet zo verheven als andere lessen die wij al uit Uw heilige mond ontvangen hebben, maar ik beschouw hem als ook heel belangrijk en verheven voor ons Romeinen, die qua wereldbeschouwing nog heel verkeerde ideeën hebben. Want wanneer de mens verkeerde ideeën heeft over een of andere kwestie, ook al heeft die slechts betrekking op deze wereld, dan kan het niet anders dan dat hij ook in andere, geestelijke dingen tot allerlei misvattingen komt; want de ene vergissing leidt tot de andere, net zo lang tot de hele mens vol vergissingen en dwaasheden raakt. Maar als het bij iemand, dikwijls gaat het om iets kleins, licht begint te worden, dan breidt dat licht zich langzamerhand uit naar grotere en belangrijker dingen, en zo komt de mens tot ware wijsheid. Daarom zij U, o Heer, ook dank voor zulke lessen, die voor ons Romeinen van buitengewoon groot nut zijn!'
Hoofdstuk 94: Een beschouwing van de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Dat winden die uit het noorden komen koud zijn, en winden die uit het zuiden komen warm, wordt veroorzaakt door de klimatologische omstandigheden. In het noorden van de aarde is het koud omdat er zoveel sneeuwen ijs is, en daarom kan daar ook geen warme wind vandaan komen. Naar het zuiden toe wordt het, doordat de zonnestralen meer loodrecht op de aarde vallen, steeds warmer en aan de evenaar van de aarde zelfs heet, zoals je reeds uit ervaring weet, en daarom zijn de uit het zuiden komende winden dan ook warm; in de grote zandwoestijnen worden ze vaak verzengend heet. In het eigenlijke en diepe zuiden worden de zuidenwinden vanwege het daar aanwezige poolijs en de sneeuw ook weer heel koud, evenals de noordenwinden dat hier op het noordelijke halfrond zijn.
Hoofdstuk 96: Het ontstaan van de wind - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Maar mensen die het eenmaal ver gebracht hebben in de ware kennis van zichzelf en van daaruit ook van de hele natuur en haar krachten, zullen iets heel anders en beters als aardse bezigheid kiezen dan het vervaardigen van allerlei kunstmatige en materieel nuttige dingen, machines en producten; want geestelijke mensen zullen er altijd bovenal naar streven steeds nader tot Mij te komen en zich de volheid van het eeuwige leven eigen te maken. Want alleen dat kan voor de ware denker en ziener een reële waarde hebben, omdat dat een eeuwig bezit is, maar alles van deze wereld alleen maar voorzover het hem behulpzaam kan zijn bij het bereiken van het grote hoofddoel.
Hoofdstuk 97: Over het materialistische onderzoek van de natuur - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Ik zei: 'Dat zeker niet; maar de Farizeeën hebben dit vuur vanuit Jeruzalem toch ook opgemerkt en weten daar vast allerlei betekenissen uit te halen. Over die heuvels zijn nu reizigers op weg naar Tyrus, die op de terugweg Jeruzalem zullen bezoeken, en door hen zullen de Farizeeën weer gelogenstraft worden, wat nog het beste effect van dit verschijnsel zal zijn.
Hoofdstuk 98: De waakzaamheid van de ziel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[16] Ik zei: 'Wel, dat heb Ik jullie al wel heel vaak gezegd en getoond! Handel daar maar altijd naar, dan zal het vuur van jullie liefde voor God en je naaste jullie zielen heel spoedig alles verschaffen, wat hun nog ontbreekt! Als Ik eenmaal opgevaren zal zijn en Mijn geest over jullie zal uitstorten, zullen ook jullie zielen rein worden als zuiver goud; maar tot dan moeten jullie volharden in volle liefde en echt geduld!'
Hoofdstuk 98: De waakzaamheid van de ziel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Ik zei: 'O absoluut niet; maar kijk eens naar deze oudste leerlingen van Mij; zij hebben thuis ook vrouwen kinderen en geen van hen vraagt Mij zoiets als jij nu! Maar Ik zeg nu tegen jou, en ook tegen jullie allemaal: wie op de wereld ook nog maar iets meer liefheeft dan Mij, is Mij niet waard, en wie eenmaal zijn hand aan de ploeg legt en achterom kijkt, dat wil zeggen naar datgene wat van de wereld is, die is nog niet geschikt voor het rijk Gods. Denk jij dan dat je vrouwen kinderen beter verzorgd zijn als jij hen deze nacht nog zou zien en spreken? -Dat is nu zo Mijn mening; overigens staat het je volkomen vrij om te doen zoals jou goeddunkt.'
Hoofdstuk 99: Uitgekomen en niet uitgekomen voorspellingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Wanneer Ik nu zou zeggen: 'Jij kunt nu weten, willen en handelen zoals je wilt, maar er zal met volledige zekerheid toch alleen maar gebeuren wat Ik wil en tegen jou zeg!', ja, wanneer het zo zou zijn, dan zou Ik echt volkomen zinloos vanuit de hemelen naar jullie mensen afgedaald zijn, en heel Mijn leer die Ik aan jullie geef zou nutteloos zijn!
Hoofdstuk 99: Uitgekomen en niet uitgekomen voorspellingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Jona moest, door Mijn geest gedreven, naar de Ninevieten gaan om hun ondergang aan te kondigen, als ze in hun slechtheid zouden volharden. Hij deed dat niet graag, omdat hij als profeet wel wist dat Mijn vooraankondigingen steeds op voorwaarden gebaseerd zijn. Maar het volk van Nineve beterde zijn leven en de feitelijke uitvoering van Mijn dreigement bleef natuurlijk uit, wat zelfs Jona ergerde.
Hoofdstuk 99: Uitgekomen en niet uitgekomen voorspellingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] En zo is het vanzelf begrijpelijk dat alles wat Ik jullie voorspeld heb en nog zal voorspellen noodzakelijkerwijs in twee delen uiteenvalt: ofwel de erge dingen gebeuren, ofwel de goede; evenzo wordt ook de tijd nooit als vaststaand aangegeven, maar die richt zich altijd helemaal naar de wil en het handelen van de mensen! Want hoe zou Ik tegen een volk, hoe ontaard ook, kunnen zeggen: 'Omdat jullie zo slecht zijn geworden en geen acht geslagen hebben op Mijn ernstige vermaningen, moeten jullie over zeven dagen, gerekend vanaf vandaag, van de aarde verdelgd worden met bliksem en donder en pek en zwavel uit de hemel! ' -maar als het volk dat zeer ter harte zou nemen, boete zou doen in zak en as en zich naar Mij zou keren?! Zal Ik onder dergelijke omstandigheden ook nog op de zevende dag Mijn dreigement ten uitvoer brengen, omdat Ik dat Zelf verkondigd heb? O nee -Ik zal Mij over dat tot inkeer gekomen volk ontfermen en het zegenen en niet tuchtigen!
Hoofdstuk 99: Uitgekomen en niet uitgekomen voorspellingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[19] Daarop stonden allen op en begaven zich naar de plaatsen, waar rustplaatsen voor hen klaargemaakt waren. Ik bleef echter tot de morgen op Mijn ruststoel in de zaal.
Hoofdstuk 99: Uitgekomen en niet uitgekomen voorspellingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Toen kwamen er enkele leerlingen naar Mij toe en zeiden: 'Heer, zij hebben weliswaar ons geloof en onze overtuiging aangenomen, maar ze schijnen toch aan hun heidense gebruiken te willen vasthouden! Dat water, die oliën en die zalven zullen wel heel kostbaar zijn en dan zou het toch ook voor hen nuttiger zijn om zich net als wij met puur en fris water te wassen en het vele geld, dat hun water, hun oliën en hun zalven zeker kosten, voor de armen te gebruiken!'
Hoofdstuk 100: De wilsvrijheid van de mens en de alwetendheid van God Zeden en gewoonten. (18.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Kortom, datgene waarvan jullie zien dat Ik het gedoog, moeten jullie ook gedogen! En wat Ik jullie tot ieders zieleheil heb aangeraden, moeten jullie ook diegenen aanraden naar wie jullie door Mijn geest geleid worden, -zonder je eraan te storen of iemand het aanneemt of niet!
Hoofdstuk 100: De wilsvrijheid van de mens en de alwetendheid van God Zeden en gewoonten. (18.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Maar nu gaan we weer naar buiten! Want nu zullen alle aanwezigen wel gauw uit hun kamers naar deze zaal komen; en voor die tijd wil Ik met jullie weinigen al buiten zijn.'
Hoofdstuk 100: De wilsvrijheid van de mens en de alwetendheid van God Zeden en gewoonten. (18.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Toen Ik zo met die paar oude leerlingen van Mij gesproken had, en wel met Petrus, Johannes, Andreas, Jacobus en Mattheus, kwam ook onze Lazarus naar ons toe, begroette Mij en vroeg wanneer Ik het ochtendmaal zou willen gebruiken.
Hoofdstuk 100: De wilsvrijheid van de mens en de alwetendheid van God Zeden en gewoonten. (18.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)