15542 resultaten - Pagina 365 van 1037
... 353 - 354 - 355 - 356 - 357 - 358 - 359 - 360 - 361 - 362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 ...
[13] Maar Ik zei: 'Vrouw, jouw goede wil geldt voor Mij als een volbracht werk; maar wat je voor de armen zult doen in Mijn naam, zal door Mij ook beschouwd worden alsof je het voor Mij had gedaan. Er zullen vanmiddag hier ook een groot aantal gasten heen komen, en sommigen zullen naar Mij informeren; maar vertel niet waar Ik ben, en als iemand jullie zal vragen waar Ik heengegaan ben, spreek dan de waarheid en zeg: 'Wij weten het niet! ' En dat is ook de reden dat Ik vandaag Mijn leerlingen met van tevoren zeg waar Ik heen ga en wat Ik zal doen. Tegen de avond zal Ik hier ook weer langs komen en een uur blijven. Hou je nu aan wat Ik jullie heb aangeraden!'Hoofdstuk 109: De Heer verlaat Bethanië - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Maar Ik zei tegen hen: 'Luister, wie in Mij gelooft, Mijn woord aanneemt en daarnaar leeft en handelt, heeft ook Mijn zegen in overvloed; streef er daarom naar dat ook jullie vrouwen en kinderen, die nu nog sterk aan de loze ceremoniën van de tempel hangen en Mij en Mijn leerlingen heimelijk voor ketters tegen de tempel houden, in Mij geloven en volgens Mijn leer zullen handelen, dan zal Mijn zegen ook hun ten deel vallen! Maar zoals het hier nu nog met hen gesteld is en zij er alleen maar aan denken dat hun zonen hopelijk ook gauw tot de aanzienlijken van de tempel behoren, ben Ik werkelijk niet genegen om naar hen toe te gaan en hen speciaal te zegenen. Ga hen eerst maar onderrichten, dan zal morgen wel blijken of ze al rijp zijn voor Mijn zegen! Jullie kunnen vandaag hier blijven en die kwestie met jullie vrouwen en kinderen bespreken. Als Ik vanavond hier weer terugkom, kunnen ook jullie weer naar MIJ toekomen!
Hoofdstuk 109: De Heer verlaat Bethanië - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] Allen beloofden Mij dat, waarop wij in het dal verder naar het zuiden trokken; wij kwamen veel mensen tegen, meestal Grieken en ook Egyptenaren, die met allerlei waren via Jeruzalem naar Damascus trokken: niemand van hen bekommerde zich om ons en wij konden onze weg dan ook vervolgen zonder opgehouden te worden.
Hoofdstuk 109: De Heer verlaat Bethanië - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[16] Ik zei: 'We gaan naar een plaats dicht bij Bethlehem. Wat daar zal gebeuren, zullen jullie allemaal daar en op de juiste plaats zien en te weten komen.'
Hoofdstuk 109: De Heer verlaat Bethanië - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[20] Ik zei: 'Ja, ja, dat heb je heel goed en juist gezegd; want Mijn woorden zijn in zichzelf ook puur geest, kracht en leven. Maar nu lopen we weer zwijgzaam verder, want weldra zullen wij een troep Romeinse soldaten tegenkomen die naar Galilea gaan, en met hen zullen wij even wat moeilijkheden krijgen!'
Hoofdstuk 109: De Heer verlaat Bethanië - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Toen trad Agricola naar voren en zei tegen de hoofdaanvoerder: 'Kun je lezen?'
Hoofdstuk 110: De Heer bevrijdt gevangen kinderen uit de handen van Romeinse soldaten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Maar Agricola en de andere Romeinen liepen daarop naar de groep soldaten en onderzochten hoe het bij hen verder met de orde gesteld was. Zij ontdekten midden in de groep een paar jonge meisjes en twee jongemannen, van wie de handen op de rug gebonden waren.
Hoofdstuk 110: De Heer bevrijdt gevangen kinderen uit de handen van Romeinse soldaten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[15] Nu werd Agricola helemaal rood van woede, beval dat de zeven kinderen ogenblikkelijk vrijgelaten moesten worden -wat ook onmiddellijk gebeurde -en zei toen tegen de aanvoerders: 'Beschermen jullie als Romeinen zó de rechten van onze onderdanen? Weten jullie niet hoe de hoofdregel luidt, waarop iedere soldaat moet zweren? Die luidt: 'Leef rechtschapen, beledig niemand zonder reden; maal wie jou beledigt terwijl jij volgens de wet handelt, moet voor het gerecht gebracht worden!' En tot slot: 'Geef en laat ieder het zijne!' Hebben jullie nu volgens deze oude hoofdregel gehandeld? Wie heeft jullie het recht gegeven om onderweg van de ene plaats naar de andere de herbergen te brandschatten, waarvan de eigenaar onze onderdanen zijn en onder de bescherming van onze wetten staan?'
Hoofdstuk 110: De Heer bevrijdt gevangen kinderen uit de handen van Romeinse soldaten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[17] Maar Agricola zei: 'Deze kinderen en hun ouders hebben jullie ook om genade en erbarmen gevraagd! Als jullie die onschuldigen geen genade en geen erbarmen betoond hebben, hoe wagen jullie, brutale vlerken, het dan nu om mij om genade te smeken! Ik zal jullie als gewone rovers en moordenaars laten behandelen en deze krijgsknechten tot ordinaire galeislaven maken! Keer nu om en ga voor ons uit naar Bethlehem! Ik zal de overste aanwijzingen geven wat er met jullie ellendelingen moet gebeuren!'
Hoofdstuk 110: De Heer bevrijdt gevangen kinderen uit de handen van Romeinse soldaten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[19] De voornaamste fout en de eigenlijke oorzaak van dergelijke vergrijpen ligt echter in jullie te onvoorwaardelijke vertrouwen in jullie veldheren en oversten. Jullie voorzien hen van alle mogelijke generale volmachten, met als gevolg dat iedereen in zijn ambtsgebied gewoon voor keizer speelt en doet wat hij wil, zonder zich al teveel om de algemene wetten van Rome te bekommeren, aangezien hijzelf in zijn ambtsgebied al naar zijn stemming en willekeur wetten kan en mag uitvaardigen.
Hoofdstuk 110: De Heer bevrijdt gevangen kinderen uit de handen van Romeinse soldaten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[22] Zie, Ik wist heel goed dat dit hier in de buurt van Bethlehem zou gebeuren en ben om die reden dan ook met jullie hierheen gereisd, zodat dit kwaad hier verholpen zou worden; maar het moet daar verholpen worden, waar de eigenlijke fout zit! Want door deze soldaten hier te bestraffen zal niemand geholpen zijn; geefhun een terechtwijzing, een juist voorschrift hoe ze zich in het vervolg dienen te gedragen en geef hun reisgeld voor de reis naar Galilea, dan zullen ze geheel zoals het hoort op de plaats van hun bestemming komen!
Hoofdstuk 110: De Heer bevrijdt gevangen kinderen uit de handen van Romeinse soldaten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[24] Nu zei Agricola: 'Ja, ja, Heer en Meester, U hebt ook nu weer in alle opzichten volkomen gelijk, en ik zal de regelingen ook geheel volgens Uw woorden treffen! Maar bovenal moeten we ons nu haasten om naar de herberg te gaan en de ouders van deze lieve kinderen uit hun kwelling en nood te bevrijden.
Hoofdstuk 110: De Heer bevrijdt gevangen kinderen uit de handen van Romeinse soldaten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[25] Ik zei: 'Daar is al voor gezorgd; want hun buren zijn zo goed geweest naar de stad te gaan, naar de hoofdman, om aangifte te doen vanwege hun kinderen, in de hoop dat die hun weer teruggegeven worden. Als wij in de herberg aankomen, zullen ook de ouders van deze kinderen terugkomen.
Hoofdstuk 110: De Heer bevrijdt gevangen kinderen uit de handen van Romeinse soldaten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[27] De aanvoerders hoorden echter wat Ik met Agricola besproken had en zagen dat hij zich naar Mijn woorden richtte, en ze wilden zich voor Mij op de grond werpen om Mij te bedanken.
Hoofdstuk 110: De Heer bevrijdt gevangen kinderen uit de handen van Romeinse soldaten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Daarop keerde de ruiter snel om en reed ijlings naar de stad, die daar nog ongeveer anderhalf uur gaans vandaan lag, en wij trokken met de kinderen, die zich met veelliefde om Mij heen schaarden, verder op onze weg.
Hoofdstuk 111: De aankomst in de herberg (5.3.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)