Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 373 van 1490

...  361 - 362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386  ...
[1] (DE HEER:) 'Als in latere tijden Mijn opvolgers echter net als de Farizeeën zich voor hun lessen met geld en allerlei andere zaken zullen laten betalen, dan zal de Vader in de hemel hun vragen ook absoluut niet meer inwilligen, en hen laten verzinken in allerlei zonden en ernstige kwalen. Ik geef jullie allerlei gaven voor niets, en jullie moeten deze aan de andere mensen ook weer voor niets geven. Als dokter kun jij je echter wel door de rijken laten betalen, -maar niet door de armen!
Hoofdstuk 92: De christen als zakenman. Over het betalen van bescherming en het houden van slaven. Welke houding men ten opzichte van afgodenpriesters moet hebben. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Toen wij echter door de straten van de stad wandelden, waren er natuurlijk allerlei nieuwsgierigen die ons van alle kanten aangaapten en moeite deden om te weten te komen wie wij waren. De dokter, de tollenaar, zijn kinderen die meewandelden, en vooral de uit de dood opgewekte zoon Jorab moesten zich veel van de vragers laten welgevallen, omdat de mensen niet konden begrijpen hoe deze jongen die zeven jaar lang ziek en gisteren volgens zeggen gestorven was, daar nu volkomen gezond kon lopen. De vragers werden echter vriendelijk afgescheept met de mededeling dat zij dat alles in de komende dagen wel zouden horen, en daarmee namen zij genoegen.
Hoofdstuk 93: Het bezoek aan het heilige bos. De vernietiging van de afgodenbeelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Toen zei de tollenaar JORED, die deze vijf priesters maar al te goed kenden: 'Het zijn mijn gasten; die zal ik wel vrijhouden, laat ons dus de tempel en jullie merkwaardige zaken zien!'
Hoofdstuk 93: Het bezoek aan het heilige bos. De vernietiging van de afgodenbeelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Dat was meer dan voldoende voor de priesters en zij brachten ons vriendelijk naar het heilige bos, waar in het midden op een kleine heuvel een vrij omvangrijke, ronde tempel stond. De ene helft van de tempel was open en het dak rustte op tien zuilen; de andere helft bestond uit een dichte muur, die een solide halve cirkel vormde. Voor deze muur waren marmeren beelden van de bovengenoemde drie afgoden geplaatst. In het midden zat Zeus op een troon, met rechts van hem Minerva in haar oorlogsuitrusting, en links van hem Apollo, slechts met haar lier, want een Apollo met zonnewagen en paarden zou voor deze kleine stad te duur geworden zijn.
Hoofdstuk 93: Het bezoek aan het heilige bos. De vernietiging van de afgodenbeelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] Ik zeg jullie: Wat de mensen zelf vanwege Mijn leer met een blij hart voor jullie willen doen en aan jullie willen geven, neem dat gerust aan en gebruik het voor het welzijn van jullie en je naasten, en de genade van God zal jullie daarvoor niet ontnomen worden, van welke aard die ook moge zijn! Maar als jullie van iemand betaling ervoor verlangen, wordt jullie meteen de genade van God ontnomen, net zoals de genade nu ook de Farizeeën en starre joden ontnomen wordt en aan de heidenen wordt gegeven. Denk daar dus goed aan en handel daarnaar, dan zullen jullie je daardoor alle mogelijke genadeschatten uit de hemelen verzamelen, waar je meer aan zult hebben dan aan alle schatten van deze wereld! - Begrijpen jullie dat?'
Hoofdstuk 92: De christen als zakenman. Over het betalen van bescherming en het houden van slaven. Welke houding men ten opzichte van afgodenpriesters moet hebben. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] IK zei: 'Vriend, dat hoeft echt niet voor ons, want als ervaren mensen kennen wij al deze trucs, en wij weten maar al te goed op wat voor manier deze beelden spreken. Daar beginnen we dus niet aan, bespaar je die moeite! Maar omdat er vandaag toch niemand meer hierheen zal komen om deze goden om raad te vragen, kun je de drie sprekers achter de afgodsbeelden wel vrijáf geven, en laat ze, omdat het verder heel eerlijke mensen zijn, hierheen komen!'
Hoofdstuk 93: Het bezoek aan het heilige bos. De vernietiging van de afgodenbeelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] IK zei: 'Omdat je Mij niet kent, vergeef Ik je die leugen; maar Ik zal je er toch van overtuigen dat alleen Ik, en niet jij, alle recht op de volle waarheid heb! Kijk, Ik wil nu dat deze drie afgodsbeelden ogenblikkelijk vernietigd worden en de drie arme sprekers bevrijd worden en naar ons toekomen!'
Hoofdstuk 93: Het bezoek aan het heilige bos. De vernietiging van de afgodenbeelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[15] DE ENE zei: 'Ook dat zullen we aan deze almachtige Godmens overlaten, dan zal daarvoor ook nog wel een goede verontschuldiging te vinden zijn, en dat zal des te makkelijker gaan omdat bij dit buitengewone voorval onze bestuurder Jored aanwezig was. Nu gaat het er in de eerste plaats enkel en alleen maar om, wat wij op dit ogenblik moeten doen.'
Hoofdstuk 93: Het bezoek aan het heilige bos. De vernietiging van de afgodenbeelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[18] Toen liep IK naar hen toe en zei: 'Ik ben degene die jullie zoeken! Willen jullie dan niet liever van het werk van de waarheid leven, dan van deze werken van bedrog en waardeloze leugens?'
Hoofdstuk 93: Het bezoek aan het heilige bos. De vernietiging van de afgodenbeelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] Toen de vijfpriesters dat zagen, werden ze erg bedroefd en EEN van hen, die het moedigst was, zei tegen de anderen: 'Broeders, tegen de almachtige wil van een Godmens helpt niets, het is maar het beste je naar zijn wil te schikken! Natuurlijk zijn wij nu opeens zonder werk en dus ook brodeloos, maar wat kunnen we eraan doen? Wij hebben dit ambt echter altijd heel waardig uitgeoefend, en met dat geringe, vrome bedrog van ons hebben wij nooit iemand schade berokkend, ook hebben wij nooit van iemand meer geëist dan het tarief; wij hebben de mensen altijd veel bijgebracht en hebben hen altijd het goede voorbeeld gegeven. En daarom vertrouwen hoop ik dat deze waarlijk almachtige Godmens ons, als wij hem daarom vragen, niet zo maar zal verstoten.'
Hoofdstuk 93: Het bezoek aan het heilige bos. De vernietiging van de afgodenbeelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[19] DE VROUWEN zeiden: 'Natuurlijk willen wij dat liever, maar wie zal ons voor werken der waarheid iets geven?! Wij weten allang dat onze goden niets meer met waarheid uitstaande hebben. Maar wat hebben wij daaraan?! Waar halen we betere vandaan, die meer met de waarheid overeenkomen? Deze onware hebben ons toch in leven gehouden; hoe zullen de ware, die we nog niet hebben, ons dan in leven houden?'
Hoofdstuk 93: Het bezoek aan het heilige bos. De vernietiging van de afgodenbeelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] Kijk, het gaat hier ten eerste om de mogelijke instandhouding van de staatswetten met behulp van allerlei goede lessen over het bestaan van bovenzinnelijke krachten en machten in de natuur, die wij in het algemeen goden noemen! Om deze voor het volk aanschouwelijk te maken hebben wij ze door gepaste beelden in zuivere vormen volgens de regels der kunst zichtbaar gemaakt. Het volk is er al vanaf de wieg aan gewend en werd door het zien ervan steeds gesticht en heeft daarbij zeker goede en vrome bespiegelingen gehad. Wij, priesters, hebben het volk echter ook door op de verheven beelden te wijzen, op eenvoudige wijze menige goede en nuttige les kunnen geven, wat zonder deze beelden beslist een veel moeilijker opgave geweest zou zijn.
Hoofdstuk 94: De vraag van de priester om herstel van de afgodenbeelden. Het heilige meer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Goede godmens, willig daarom deze oprechte wens van mij in, dat zal beslist even gemakkelijk voor u zijn als wat u eerder met de drie godenbeelden heeft gedaan! Ik weet wel dat wij u toen beledigd hebben door de door u ontmaskerde sprekers te willen loochenen, -maar daarmee hadden wij toch niets slechts of kwaads in de zin; wij wisten immers niet wie u was. Uw wonderdaad heeft ons toen evenwel meteen op andere gedachten gebracht, maar toen was het al te laat. Maar nu u nog hier bent, vragen wij om vergeving voor onze overhaaste reactie, en tevens vragen wij of u zo genadig wilt zijn het door mij uit ons aller naam gedane verzoek in te willigen!'
Hoofdstuk 94: De vraag van de priester om herstel van de afgodenbeelden. Het heilige meer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] IK zei: 'Ja, wat moet Ik met jullie blinden doen? Als de nacht jullie liever is dan de levensdag, heb dan maar weer jullie dode afgoden! Jullie zullen echter ook beleven dat er weldra een tijd zal aanbreken waarop het volk hierheen zal komen om zelf de hand aan deze afgoden te slaan, - maar ook aan jullie! Als jullie je daarentegen, ten eerste met hulp van deze betrouwbare getuigen en ten tweede ook met Mijn onzichtbare hulp, aan datgene zouden houden wat Ik jullie voorlopig in het kort heb aangeduid, zouden jullie gered zijn; maar als jullie ondanks dat alles liever jullie goden hebben, zullen zij ook ogenblikkelijk op hun oude plaats staan!'
Hoofdstuk 94: De vraag van de priester om herstel van de afgodenbeelden. Het heilige meer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] IK zei: 'Ongetwijfeld, en Ik zal het doen ook, omdat je het om een goede reden wenst! Maar toch heeft dit meer niet zo'n onbelangrijke betekenis voor de aarde als jij denkt, want het staat in verbinding met het inwendige organisme van deze aardbol, en het is vanaf hier tot de bodem meer dan driehonderd uur gaans diep. Omdat het als afkoelende bedekking dient boven een erg hete slagader van de aarde, is het water ervan zeer koud.
Hoofdstuk 94: De vraag van de priester om herstel van de afgodenbeelden. Het heilige meer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  361 - 362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386  ...