Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 374 van 1088

...  362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387  ...
[18] Ik ben er waarlijk, zoals jullie mij ook wel kennen, de man niet naar om een kat in de zak te kopen! Ik heb mijzelf er daarom ook heel nauwkeurig gedurende lange tijd en op verschillende plaatsen van overtuigd, wat voor iemand deze man nu eigenlijk was. En zie, hoewel ik toch ook goed thuis ben in de Schrift, vond ik nooit iets verdachts aan Hem, terwijl dat met de schreeuwerige magiërs zo vaak wel het geval was.
Hoofdstuk 6: Lazarus vertelt zijn ervaringen met de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[20] Toen ik meer dan een halfjaar geleden met Hem en Zijn destijds vele leerlingen naar Bethlehem trok, troffen wij daar voor de poorten van de oude stad van David een groot aantal bedelaars aan, omdat er een feest werd gehouden. Deze armen van beiderlei geslacht smeekten ons onder luid gejammer om een aalmoes. Het allerhardst riepen geheel mismaakte mensen, zonder handen en sommigen ook zonder voeten, en ik wilde hen dan ook naar mijn vermogen bedenken.
Hoofdstuk 6: Lazarus vertelt zijn ervaringen met de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Over het leven aan gene zijde hebben jullie naar mijn beste weten wel vermoedens, maar nog lang geen zekerheid. De Heer, die nu onbegrijpelijkerwijs Zelf als mens onder ons verkeert, zou jullie het leven aan gene zijde kunnen tonen en jullie verzekeren van het toekomstige leven, en dat zou voor jullie toch zeker de grootste levenswinst zijn! Wat denken jullie daarvan?'
Hoofdstuk 7: Lazarus kapittelt de laksheid van de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] De eerste spreker zei nu weer: 'Beste vriend Lazarus, jij hebt heel juist geoordeeld, als het er met de wonderbare Galileeër in volle ernst zo voorstaat als jij ons vanuit je goed gefundeerde overtuiging meegedeeld en getrouw beschreven hebt; ook wij zijn overwegend de mening toegedaan, dat het met deze kwestie ook werkelijk zo gesteld is. Maarbij zo'n oneindig belangrijke zaak is het van onze kant als joden -het volk van God -zeer noodzakelijk om een nauwkeurig onderzoek in te stellen en eerst over veel dingen goed na te denken en te overwegen of er heimelijk op de achtergrond toch niet sprake is van iets, waardoor we uiteindelijk anders naar deze dingen moeten kijken dan iemand die zo totaal onder de indruk is van die wonderen, dat zijn gemoed en verstand er niet meer nuchter tegenover staan.
Hoofdstuk 8: De bedenkingen van de Farizeeën over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Wat zijn wijze woorden betreft, ook die jongeman sprak zeer wijs, als een heuse profeet, en onze mantels konden ons niet beschermen tegen zijn scherpe blik; en zo kunnen wij tot nu toe nog altijd zeggen: wonderdaden noch wijze woorden en leringen zijn voor ons afdoende bewijzen, dat de Galileeër naar volle ernst en waarheid de beloofde Messias is, van wie geschreven staat dat hij Jehova, de Heer Zelf is.
Hoofdstuk 8: De bedenkingen van de Farizeeën over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Onder de oude profeten waren er immers ook grote en kleine, maar noch Mozes, noch Elia was God. Ik heb je nu mijn mening heel duidelijk gezegd en jij kunt daarover oordelen naar eigen goeddunken, net als je maar wilt en kunt!'
Hoofdstuk 8: De bedenkingen van de Farizeeën over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Lazarus zei nu op heel vriendelijke toon: 'Naar aards menselijk verstand heb je heel waar en juist gesproken en kon je ook met recht en reden niet anders oordelen en spreken omdat jou, zoals ook je ambtgenoten, nog heel veel ontbreekt, om de zeer verheven Galileeër ten volle te erkennen als wat Hij ondanks jouw twijfels en zeer verstandig lijkende bedenkingen en tegenwerpingen niettemin is.
Hoofdstuk 8: De bedenkingen van de Farizeeën over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] In onze tempel valt nu werkelijk weinig meer te halen! De materiële winst is voor het grootste deel zo goed als verdwenen, voor onze zielen echter zijn er in de tempel alleen maar steeds grotere verliezen, maar nooit meer winst; daarom zouden wij er heel verstandig aan doen, als wij ons op onze hoge leeftijd eens eindelijk ervan op de hoogte zouden stellen, hoe het er na onze lichamelijke dood, die bij ons zeker niet al te lang op zich zal laten wachten, met onze zielen zal uitzien. Ik zou me nu direct volledig vrij maken van de tempel, als jullie het ook allemaal zouden doen!
Hoofdstuk 9: Lazarus' getuigenis over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Kijk, zo is het mij, evenals ons allemaal, buiten al opgevallen hoe eerst die welbespraakte jongeman onze mantels enkel door zijn woord en wil zo bliksemsnel van ons afnam, dat het gebeurd was voor we er erg in hadden en ook niet wisten waar onze mantels gebleven waren. Verder kwamen toen die zeven mannen, naar hun uiterlijk te oordelen Egyptenaren of Arabieren; ze hoefden maar te wenken, of tot onze ontzetting stonden daar drie grimmige leeuwen! Kijk, dat zijn door mensen voortgebrachte won deren, wat niet te ontkennen valt. Wanneer nu die jongeman, die het ook niet aan wijsheid ontbreekt, van zichzelf zou beweren: 'Ik ben Christus; mijn wonderdaad bewijst jullie dat!', zou jij hem dan direct aannemen als wat hij beweert te zijn? Of als één van die zeven mannen hetzelfde over zichzelf zou beweren, zou jij hem dan soms geloof schenken? Hebben Mozes en de nadere profeten na hem, zoals wij in de Schrift lezen, niet ook grote wonderen gedaan hoewel zij toch geen Christus waren?
Hoofdstuk 8: De bedenkingen van de Farizeeën over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] En Rafaël zei: 'Nu goed dan, dan kunnen jullie je in de ochtend weer naar de tempel begeven! Als jullie ambtsgenoten, die nu bijna zonder uitzondering boosaardige en duistere lieden zijn, vragen wat jullie te weten zijn gekomen, dan antwoorden jullie: 'Wij hebben ijverig gezocht en hebben nuttige dingen vernomen. Maar wij vinden het nodig om het onderzoek voor ons heil nog verder voort te zetten om alles wat nodig is, te weten te komen en zo goed mogelijk mee te delen. Daarom zullen wij ook vandaag het onderzoek voortzetten en pas weer in de raad verschijnen, wanneer wij alles vernomen hebben!'
Hoofdstuk 10: Rafaël maakt zich bekend - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Wanneer jullie dat zeggen zal men je graag laten gaan. Vervolgens komen jullie naar Bethanië en maken jullie je nergens meer zorgen om! Want voor al het andere zal door mij volgens de almachtige wil van de Heer wel gezorgd worden. Zeg echter niets over al het andere dat jullie hier gehoord hebben! Doe, zoals ik het jullie nu gezegd heb!'
Hoofdstuk 10: Rafaël maakt zich bekend - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Maar dezen, die nu gewonnen zijn moeten niettemin bij de tempel blijven, evenals onze Nikodemus en Jozef van Arimatea. Want als zij de tempel helemaal zouden verlaten, zouden de anderen vol bitter misnoegen zo beginnen te razen en te tieren, dat de Romeinen nog voortijdig naar de wapens moeten grijpen en volk en land te gronde zouden richten. Als deze oudsten echter blijven, dan kunnen ze ten gunste van ons nog veel verhinderen en matigend inwerken op de grimmigheid van de anderen. Maar toch is het goed dat ze morgen onder een slim voorwendsel naar Bethanië komen en dat ook hun aanzienlijke aardse schatten in de kluis van Lazarus gaan; want daardoor zijn de tien mannen niet meer aan de tempel gebonden en zijn vrij om te gaan wanneer ze willen en zo lang weg te blijven als ze willen, terwijl zij toch leden van de tempel blijven en hun plaatsen niet door slechte huichelaars bezet worden.
Hoofdstuk 11: De Heer prijst Lazarus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] De reden die ze zullen aangeven, waarom ze voor langere tijd van de Raad en de tempel weg zullen blijven, is heel goed; want de tempeldienaren die al hun kwade vertrouwen in deze tien stellen, denken dat ze erop uit gaan om Mij ergens gevangen te nemen. Maar daarin zullen ze zich erg vergissen! De tien zullen er weliswaar op uit gaan om een nader onderzoek naar Mij in te stellen, echter niet ten gunste van de tempel, maar ten gunste van hun zielen.
Hoofdstuk 11: De Heer prijst Lazarus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Daarop ging Lazarus direct met Rafaël naar buiten, en in enkele ogenblikken was er voor alles uitstekend gezorgd. Wij aten en dronken nu heel welgemoed en bespraken daarbij veel, wat tot nut van de mensen dient, en ook wat de Farizeeën onder elkaar hadden besproken en wat zij overeengekomen waren.
Hoofdstuk 11: De Heer prijst Lazarus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Wil alleen maar datgene wat jij als waar erkent, en handel daar ook naar overeenkomstig de waarheid en niet om de een of andere wereldse reden voor de schijn, zoals de tempeldienaren doen en ook veel heidenen, dan heb je daardoor de hele hel en haar vorst in jezelf overwonnen! Alle boze geesten, die in alle materie aanwezig zijn, zullen je niet meer kunnen deren, en al zouden ze ook in een eindeloos groot aantal uit de materie van de gehele grote scheppingsmens op je af komen, dan zouden ze niettemin voor jou moeten vluchten als los kaf en als woestijnzand voor de machtige stormwind.
Hoofdstuk 12: Over de materie en het gevaar ervan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  362 - 363 - 364 - 365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387  ...