Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 376 van 1088

...  364 - 365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389  ...
[5] Wat echter de heidense priesters betreft: hun eigen duisternis begint reeds erg op hen te drukken, en velen verlangen naar een mogelijk beter en waarachtiger licht. Velen trekken daarom van tijd tot tijd naar Egypte, om daar van de een of andere wijze meer licht te krijgen over de bestemming van de mens. Daarom staat het er eigenlijk niet zo slecht voor met het heidense priesterdom als jullie je voorstellen, en vanwege deze omstandigheid heb Ik hen niet speciaal vermeld; omdat jullie je daar echter onoverkomelijke moeilijkheden bij hebben voorgesteld, was het dan ook nodig om jullie gedachten daarover te corrigeren.
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Het werk van de mens is daarbij alleen maar, dat hij uit liefde tot en waar ontzag voor God met zijn vrije wil de erkende wil van God volledig tot de zijne heeft gemaakt en er vervolgens naar handelt voor zijn eigen heil. Maar vanaf dat moment bewerkstelligt niet meer de wil van de mens, maar de wil van God al het goede in de mens, en zo is het goede in de mens dan ook alleen Gods werk, wat de echte en ware mens in zijn terechte deemoed dient te erkennen. Schrijft een mens een goed werk echter aan zichzelf toe als zijn eigen verdienste, dan laat hij alleen daardoor al zien, dat hij zichzelf niet en God al helemaal nooit naar waarheid heeft gekend, en daarom is hij nog ver van het rijk van God verwijderd.
Hoofdstuk 19: De machteloosheid van de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Wanneer de mens met een vrij gemoed de lichte waarheid van Mijn leer en Mijn beste vaderlijke wil zal erkennen en inzien, zal hij er met zijn vrije wil zelf wel een vrij 'moeten' van maken en er vrij naar handelen, en dat alleen zal hem tot het ware welzijn van zijn ziel strekken. Maar een aan hem opgelegde dwingende wet zal dat vrijwel nooit of helemaal nooit doen, omdat ten eerste een dwingende wet voor de vrije wil van een mens helemaal in strijd is met Mijn goddelijke orde en zo'n wet de mens alleen maar verduistert en nooit verlicht, en in de tweede plaats omdat zij die de dwingende wetten opleggen zich dadelijk een hogere, alleen aan hen toekomende macht aanmatigen, en weldra trots, hoogmoedig en heerszuchtig worden; aan de als zuiver goddelijk verklaarde bepalingen voegen zij vanuit hun aangematigde goddelijke machtspositie, waarvoor de gelovigen vaak meer moeten sidderen en beven dan voor God Zelf, eigen bepalingen toe als zijnde een goddelijke en aan hen nieuw geopenbaarde wil, en hechten aan het in acht nemen daarvan steeds veel meer belang dan aan het in acht nemen van de zuiver goddelijke geboden.
Hoofdstuk 20: Over de wetten van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] Nagenoeg allen bevestigen dat; maar Agricola kwam naar Mij toe en zegt: 'O Heer en Meester, ikzelf begrijp en erken nu volkomen de zuivere goddelijke waarheid van deze duidelijke uitspraak van U en zie ook in, dat het verwerpelijke 'moeten' van de wet, een werk is van menselijke blind}{eid en de mens onvermijdelijk berooft van al het hogere licht, omdat het alle bronnen verstopt waardoor het zuiver geestelijke licht uit de hemelen in hem zou kunnen binnenstromen, en daardoor ook zijn ziel met ijzeren geweld in de duistere materie trekt en dooddrukt. Maar dit grote kwaad is in onze tijd tot een zodanige macht en omvang uitgegroeid, dat het waarschijnlijk nooit volledig van de materiële aardbodem te verbannen zal zijn.
Hoofdstuk 21: Agricola vraagt om richtlijnen voor de opvoeding van de jeugd - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Want zoals zelfs de aardse dag niet in één keer aanbreekt, maar langzamerhand, van het eerste, nauwelijks merkbare ochtendgloren tot aan de volle zonsopgang, via talrijke fasen van toenemend licht, zo gaat het ook met het aanbreken van de geestelijke dag bij de mensen op deze aarde. Want als Ik het voor alle mensen in één keer plotseling volledig geestelijk dag liet worden, dan zouden zij, zolang ze hun zware lichaam nog moeten dragen, traag worden en zich niet veel meer bezighouden met zoeken en onderzoeken. Zij zouden zich wel aan de geboden houden en volgens de helder in hen stralende waarheid handelen, maar meer op een mechanische dan op een volledig levende manier; wanneer de mensen van niveau naar niveau, door hun eigen zoeken, onderzoeken en handelen de geestelijke dag in zichzelf zien ontstaan en, omdat zij daar grote vreugde aan hebben, ook hun broeders die nog in hun eigen nacht leven, onderrichten en hen aansporen en aanmoedigen om de eigen innerlijke geestelijke dag te zoeken -dan is dat zeker beter, dan wanneer ieder mens zonder eigen toedoen en handt en door Mijn almacht direct in de volheid van de innerlijke geestelijke dag geplaatst zou worden.
Hoofdstuk 22: Het verloop van de geestelijke ontwikkeling (31.10.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Ik zei: 'Ook daarover moeten jullie je geen nodeloze zorgen maken! Want ten eerste zeg Ik jullie dat jullie eerder honderd heidense priesters voor Mijn leer zullen winnen dan één Farizeeër, want de heidense priesters hebben door de Griekse en ook de naar hun voorbeeld gevormde Romeinse wijsgeren ongelooflijk veel van hun oude aanzien verloren; en ten tweede is door de vele rondtrekkende magiërs, die uit alle windstreken naar Rome kwamen, ook het doen van wonderen sterk in diskrediet geraakt bij het volk. Vanwege een bepaald fatsoen en aanzien doet het volk nog aan veel dingen mee en kijkt bij wijze van tijdverdrijf naar hun vertoningen; maar het hecht er geen speciaal geloof meer aan. En het zal dan ook gebeuren, dat er bij het volk weldra helemaal geen heidense priesters meer bestaan, terwijl het Farizeeërdom van de joden zich nog gedurende lange tijd zal handhaven. Wat echter nog erger zal zijn dan het oude Farizeeërdom, is dat zich onder Mijn naam helaas een nieuw Farizeeërdom zal ontwikkelen, dat veel slechter zal zijn dan het huidige!
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Dat er echter ook voor gezorgd is dat volgens Mijn orde het niet in acht nemen van Mijn leer ook steeds de oude kwalijke gevolgen met zich mee zal brengen, daar kunnen jullie volledig van verzekerd zijn, en dat is voldoende om die mensen aan banden te leggen, aan wie Mijn zuivere leer duidelijk verkondigd werd, maar die zich vervolgens toch weer naar de wereld keerden.
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Aan dat alles zal iemand die in het zuivere licht van het leven staat gemakkelijk onderkennen in wat voor geestelijk licht de fysiek en moreel gekwelde mensen zich bevinden. Wanneer jullie zulke mensen zien, ga er dan heen en zeg: 'De vrede zij met jullie! Jullie bevinden je op dwaalwegen, en wij zijn tot jullie gekomen, geleid door de Geest van de Heer, om jullie het ware evangelie te verkondigen, de wegen naar het licht des levens, dat het ware heil van de ziel in God is! ,
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] Er kwam nu een Farizeeër naar Mij toe en die zei: 'Heer en Meester! In Uw betoog hebt U tegen ons gezegd dat Uw leerlingen die Uw ware levensleer zullen verbreiden, door het opleggen van hun handen degenen zullen dopen die Uw leer daadwerkelijk hebben aangenomen, dat wil zeggen hen sterken in de naam van de Vader, die de Liefde is, in de naam van het Woord, dat de Zoon ofwel de wijsheid van de Vader is, en in de naam van de Heilige Geest, die de alles vermogende wil van de Vader en van de Zoon is.
Hoofdstuk 24: De drie-eenheid in God en mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Als Ik dat bij de mensen door Mijn almachtige wil had willen voorkomen, was het voor Mij niet nodig geweest om Mij ooit in het vlees van deze aarde te begeven; want alle andere schepselen had Ik ook eeuwig vanuit Mijn hemelen door Mijn almachtige wil kunnen leiden en regeren, zoals Ik dat ook nu doe en jullie om die reden bij alle schepselen beslist geen verandering, hoe gering ook, kunnen bespeuren. Want het is waarlijk niet omwille van de stenen, de planten en de dieren dat Ik nu Zelf als lichamelijk mens op deze aarde ben gekomen, maar alleen omwille van de mens, die in zijn wil en inzicht volledig vrij is! En dan kan Ikzelf hem geen goddelijk 'moeten', maar alleen de volledige goddelijke vrijheid geven als een waar evangelie uit de hemelen, en de mens daar vrij naar laten kiezen en handelen.
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Dat zou mettertijd, misschien na enkele eeuwen, ook weer het geval kunnen zijn, wanneer dommere en meer verblinde mensen zich drie goden zouden gaan voorstellen enkel op grond van de bij de doop gehoorde benamingen voor de allerhoogste begrippen. Het zou dan ook zeker niet lang meer duren, voordat men die drie aldus voorgestelde goden bijzonder zou gaan vereren in speciaal voor hen gebouwde tempels. Als dat echter gebeurt, zal het niet lang meer duren voordat de mensen ook Uw leerlingen, die zij van naam hebben leren kennen, en ook hun opvolgers op dezelfde wijze zullen gaan vereren en in voor hen gebouwde tempels gaan aanbidden. Naar mijn mening zou dat het gemakkelijkst en blijvend voorkomen kunnen worden, wanneer men God slechts onder één naam aan de mensen bekend zou maken. -Wat zegt U daarvan?'
Hoofdstuk 24: De drie-eenheid in God en mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Het is waar dat daarbij in zekere zin voor iemand die minder goed van begrip is een soort drieledige goddelijke persoonlijkheid naar voren komt; maar om de diepste en meest innerlijke waarheid in alle opzichten volledig getrouw weer te geven, kan men het niet anders vertellen dan het nu eenmaal is.
Hoofdstuk 24: De drie-eenheid in God en mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Kijk, de mens is helemaal naar Gods evenbeeld geschapen, en wie zichzelf volkomen wil kennen moet zich realiseren dat hij als een en dezelfde mens in feite ook uit drie persoonlijkheden bestaat! Je hebt ten eerste een lichaam, voorzien van alle noodzakelijke zintuigen en andere lichaamsdelen, van zeer groot tot nauwelijks voorstelbaar klein, die voor een vrij en zelfstandig leven nodig zijn. Dit lichaam heeft ten behoeve van de ontwikkeling van de geestelijke ziel een heel eigen natuurlijk leven in zich, dat zich van het geestelijke zieleleven in alle opzichten onderscheidt. Het lichaam leeft van materiële voeding, waaruit het bloed en de andere voedingssappen voor de verschillende onderdelen van het lichaam gevormd worden.
Hoofdstuk 24: De drie-eenheid in God en mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Het hart heeft een speciaal voor zichzelf levend mechanisme in zich, waardoor het voortdurend moet uitzetten en dan weer samentrekken, daardoor wordt het bloed, dat het lichaam doet leven, met de andere daaruit ontstane sappen naar alle lichaamsdelen gepompt. En door de samentrekkende beweging neemt het hart het bloed ook weer in zich op, om het met nieuwe voedingsstoffen te verzadigen en het vervolgens opnieuw naar buiten te pompen, om er de meest uiteenlopende lichaamsdelen mee te voeden. In deze ontelbaar vele en meest uiteenlopende onderdelen van het lichaam wonen even zovele verschillende natuurgeesten die de stoffen, die aan hen beantwoorden en die nodig zijn voor de voeding en instandhouding van het door een dergelijke geest beheerste lichaamsdeel, uit het bloed halen en ze vervolgens opnemen in de lichaamsdelen die door hen, dat wil zeggen door de geesten zelfbeheerst worden; zo maken ze het hele lichaam krachtiger en sterker, en zonder deze voortdurende eigen activiteit van het hart zou de mens wat zijn lichaam aangaat geen uur lang leven.
Hoofdstuk 24: De drie-eenheid in God en mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Dit hogere vermogen in de ziel, dat eigenlijk het hoogste is, en aan God gelijk, komt voort uit een zuiver essentiële, geestelijke, derde mens, die in de ziel woont. Door hem kan zij het ware van het valse en goed van kwaad onderscheiden, en kan ze vrijuit in alle voorstelbare richtingen denken en volkomen vrij willen; al naar gelang ze zich met haar vrije wil, ondersteund door de geest, op het zuiver ware en goede richt, maakt ze zichzelf langzamerhand volkomen gelijk aan de geest die in haar Woont, dus sterk, machtig en wijs, en is dan als in de geest wedergeboren identiek daarmee.
Hoofdstuk 24: De drie-eenheid in God en mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  364 - 365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389  ...