Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 377 van 1112

...  365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390  ...
[18] Er was nu ook nog een derde volkomen ontwikkelde zon te zien. De mensen in de straten begonnen bang te worden en velen sloegen op de vlucht en liepen de dichtstbijzijnde huizen binnen. Degenen die niet zo erg bang waren bleven echter naar dit zeldzame natuurverschijnsel staan kijken. De vogels in de lucht werden erg onrustig en men zag ook al spoedig een heleboel adelaars en gieren rondzweven. Ze achtervolgden elkaar. En toen de duiven en andere kleine vogels die vele machtige vijanden boven zich ontdekten, sloegen ook zij op de vlucht en verborgen zich zo goed ze konden.
Hoofdstuk 182: Een merkwaardige zonsopgang - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[5] De Opper-Egyptenaar zei: 'Kijk, vriend, in de hoogste luchtlaag, die zich op een hoogte van gemiddeld ongeveer tienmaal de Libanon boven de aardbodem uitstrekt, vormt zich op bepaalde tijden en in bepaalde jaren een fijne damp. En omdat deze damp een hogere graad van stabiliteit heeft, komt de grote luchtzee boven de aarde volledig tot rust -hoewel niet overal -, zoals men dat op bepaalde tijden ook wel op de grote wereldzee kan waarnemen, waar dan ook een bepaald deel van het zeeoppervlak een geheel rustige spiegel vormt, terwijl zich eromheen vaak golven vertonen. Als er dan op het grote luchtzeeoppervlak soms ook zo'n gedeeltelijke rust heerst, wordt het beeld van de zon daarop even zuiver teruggekaatst als op een zeer rustige zeespiegel en daardoor zien wij dan, ontstaan door geheel natuurlijke oorzaken, een nevenzon. Als er nu op meerdere plaatsen van het luchtzeeoppervlak een als hierboven beschreven volledige rust heerst, dan zullen er ook evenzoveel nevenzonnen te zien zijn als er zich rustplaatsen op het oppervlak van de luchtzee gevormd hebben; vooropgesteld dat deze zich in een zodanige positie bevinden, dat het door hen opgevangen beeld in een rechte lijn op een corresponderend gebied valt waar eenzelfde rust heerst. Wanneer de positie van deze rustige plaats verandert, verdwijnt voor dit gebied de nevenzon helemaal of is er nog slechts één bijzonder schijnsel te zien. En als de rust op zo'n plaats verandert in een golvende beweging, dan is het met de nevenzon ook helemaal gedaan.
Hoofdstuk 183: De oorzaak van de nevenzonnen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[17] Een dier leeft weliswaar ook; maar het is zich zeker slechts heel vaag bewust van zichzelf, kan niet denken, kent de dood niet, weet de waarde van het leven niet te schatten en kan daarom ook geen vrees voor de dood hebben en is daarom gelukkig.
Hoofdstuk 183: De oorzaak van de nevenzonnen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[18] Maar kijk dan eens naar de mens, die de onschatbare waarde van het leven maar al te goed kent! Als hij zou beseffen dat met de dood van het lichaam alles totaal afgelopen zou zijn, zou hij meteen vertwijfeld zijn, zijn bestaan duizenden malen verwensen en vervloeken en de grootste weldoener der mensheid zou dan degene zijn, die de macht en de kracht zou bezitten om de mensheid op de hele aarde en ook zichzelf te doden en derhalve geheel uit te roeien, -of hij zou de kunst moeten verstaan om alle mensen ineens dermate te versuffen dat ze zich niet meer van zichzelf bewust zijn, wat uiteindelijk hetzelfde zou zijn als wanneer hij ze allemaal gedood zou hebben.
Hoofdstuk 183: De oorzaak van de nevenzonnen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] Maar niet lang daarna zal er zich een tweede nevenzon of een tweede nevengezalfde verheffen, die de eerste op alle gebieden zal verduisteren. Die zal nog tienmaal erger zijn dan de eerste. Want de eerste zal Mijn woord tenminste niet geheel en al verbieden; maar de zuidelijke zal Mijn woord en Mijn leer totaal verbieden en er alleen uitnemen wat toevallig in zijn slechte kraam te pas komt. Hij zal Mijn teken wel op alle hoeken van de straten doen oprijzen en laten vereren; maar daarnaast zullen er nog duizenden andere prijken, en meestal zulke waarin hij behagen schept.
Hoofdstuk 184: De Heer verklaart het verschijnsel van de nevenzonnen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[8] Lazarus zei: 'Ja, mijn zeer achtenswaardige vriend, dat heb ik nu werkelijk goed en duidelijk begrepen en ik kan het niet laten om hier de niet bepaald onbelangrijke opmerking te maken, dat men bij ons joden tot nog toe nog nooit echt iets heeft gedaan met betrekking tot een zuivere beoordeling van de verschijnselen in de grote natuur en een fundamenteel inzicht daarin. Sommige mensen hebben op hun eentje misschien wel het een en ander ontdekt en zijn ook wel achter de oorzaak van menig verschijnsel gekomen, maar zij hielden dat voor zich en deelden dat wijselijk aan niemand mee. Want ten eerste bracht dat goed geld op -met name onder de meer verlichte heidenen - en ten tweede moesten ze dergelijke kennis en wetenschap verborgen houden uit vrees voor de Farizeeën, om niet overal door hen achtervolgd te worden.
Hoofdstuk 183: De oorzaak van de nevenzonnen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] Ik zei: 'Jazeker, maar zie, toch zijn er nog talloze mensen op aarde die ten eerste aan geen enkele God en Schepper geloven en dus ook al helemaal niet aan een eeuwig leven van de ziel. Maar zij leven heel goed en met plezier, juichen en jubelen, zijn daarbij nog vol hoogmoed en hebzucht, laten anderen voor zich werken en wie hen zou herinneren aan een eeuwig leven van de ziel na de dood van het lichaam, zou door hen uitgelachen worden en bespot en ze zouden tegen hem zeggen: 'Dwaas, als je eenmaal gestorven bent moetje ons maar komen leren, dan zullen wij je geloven. Maar zolang je nog leeft en evenals wij op de dood wacht, geloven wij jouw fantasie niet!' Wat zou jij daar dan op zeggen?'
Hoofdstuk 184: De Heer verklaart het verschijnsel van de nevenzonnen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] De eerste nevenzon, die meer naar het noorden bijna tegelijk opkwam met de echte zon -die in deze gelijkenis Mijzelf voorstelt - stelt de tegenprofeet voor of de tegengezalfde, die zal opstaan en zeggen: 'Zie, ik ben de waarachtig Gezalfde Gods! Luister naar mij als jullie zalig willen worden! ' Maar Ik zeg jullie dat niemand van jullie zich moet laten verleiden! Want dit zal een zendeling van de hel zijn en hij zal door zijn bedrieglijke kunsten allerlei wonderlijke tekenen doen en zal een zeer vroom gezicht opzetten en bidden en offeren; maar zijn hart zal vol bittere haat zijn tegen alle waarheid, die hij te vuur en te zwaard zal vervolgen en allen die zich niet aan zijn leer houden zal hij vervloeken. Deze zal ook de drie goden uitvinden en ze laten aanbidden. Ik zal daar als Verlosser der wereld ook wel toe gerekend worden, maar verdeeld in drie personen. Men zal met de mond nog wel één God belijden maar toch drie personen aanbidden, waarvan ieder op zichzelf ook een volkomen god zal zijn en apart aanbeden zal moeten worden.
Hoofdstuk 184: De Heer verklaart het verschijnsel van de nevenzonnen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[8] In die tijd zullen hoogmoed, tweedracht en wederzijdse haat de hoogste graad bereiken. Dan zal het ene volk tegen het andere ten strijde trekken, de ene oorlog na de andere zal dan plaatsvinden, er zullen grote aardbevingen komen, jaren met mislukte oogst, inflatie, hongersnood en pest. Dan zal Ik echter de wortels van de tegen-gezalfde vernietigen, zodat hij dan zal verwelken als een boom waarvan men alle wortels heeft afgehakt. Er zal dan veel gevloek, gejammer, gehuil en geklaag zijn en dan zal het de kwalijke en nietswaardige nevenzonnen, ofschoon zij hun valse glans aan Mij ontlenen, vergaan zoals het nu de nevenzonnen voor jullie ogen vergaat. Kijk, ze worden vager en vager, de gedaante van de zon gaat in een zwak schijnend waas over en daarvoor in de plaats komt des te heerlijker, stralender en verwarmender de enig ware zon naar voren. Nu zien jullie ook de vogeltjes uit hun schuilplaatsen tevoorschijn komen en vol monterheid de ene ware zon met hun gezang begroeten, en de grote roofvogels verspreiden zich en spoeden zich naar hun duistere wouden.
Hoofdstuk 184: De Heer verklaart het verschijnsel van de nevenzonnen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[15] Velen van jullie zullen weliswaar de juiste moed aan de dag leggen, maar niet allen, en zelfs van jullie zullen sommigen zich aan Mij ergeren.
Hoofdstuk 184: De Heer verklaart het verschijnsel van de nevenzonnen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[16] De Herder zal geboeid en geslagen worden en de schapen zullen zich verspreiden; er zal grote vrees over hen komen, droefheid en angst. Maar Ik zal hen dan weer opzoeken, bijeen brengen en hun moed en kracht geven tegenover de vijanden van het licht uit de hemelen. Maar nu niets meer hierover want Ik heb jullie dat nu alleen maar gezegd, opdat jullie je het op de juiste tijd zullen herinneren en juist zullen handelen, en niet ook bij jullie de oude spreuk van toepassing zal zijn: 'Uit het oog, uit het hart!' - En nu is het ook reeds tijd voor het ochtendmaal! Laat ons daarom naar huis gaan!'
Hoofdstuk 184: De Heer verklaart het verschijnsel van de nevenzonnen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Na deze woorden vermande het drietal zich en ging met ons naar huis, at en dronk met ons en was heel opgewekt.
Hoofdstuk 185: Aanwijzingen van de Heer voor het bezoek aan de tempel De Heer en Zijn tegenstander (Ev. 1 oh. Hfdst.9) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[16] Daarmee waren ook zij tevreden en ze begaven zich samen met de Opper-Egyptenaren dadelijk op weg; alle anderen volgden hen snel. Alleen de drie magiërs, die nog altijd bij Mij waren, bleven nog en maakten aanstalten om Mij ook te volgen.
Hoofdstuk 185: Aanwijzingen van de Heer voor het bezoek aan de tempel De Heer en Zijn tegenstander (Ev. 1 oh. Hfdst.9) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] Hij ging erheen, waste zich en kwam ziende weer terug. (Joh. 9,7)
Hoofdstuk 186: De blindgeborene wordt voor de tempel genezen (Joh.9, 1-34) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[19] Dat vond de jongen, die voorheen blind was, goed en hij liet zich naar de Farizeeën in de tempel brengen. (Joh. 9,13)
Hoofdstuk 186: De blindgeborene wordt voor de tempel genezen (Joh.9, 1-34) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  365 - 366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390  ...