Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 378 van 1110

...  366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391  ...
[11] Daarop ging Ik met Mijn leerlingen en met Rafaël, Lazarus en Nikodemus helemaal onderaan zitten, en Agricola zei: 'O Heer en Meester, nu zie ik maar al te goed in, waar voor ieder mens de werkelijke eerste plaats is! Bij ieder waarachtig mens is de eerste rang verborgen in de diepte van zijn ware deemoed! ook wij Romeinen hebben daarvoor een oud en goed spreekwoord -het luidt: Laus propria sordet ( eigen roem stinkt) -, en ik ontdekte nu door Uw woorden dat dat zo is, en het doet me deugd dat wij Romeinen, zonder openbaring, toch door denken en ondervinding een waarheid ontdekt hebben die nu in het licht van Uw wijsheid veel beter blijkt te zijn dan al die nieuwe instellingen in jullie tempel, die de meest wijze van alle koningen der aarde gebouwd heeft!'
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[12] Ik zei: 'Zie, daarom zal het licht ook van de joden weggenomen en aan jullie heidenen overgedragen worden, zoals dat bij de profeten geschreven staat!'
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] Ik zei: 'Dat heb Ik jullie al verteld en voldoende omschreven, en in de nachtelijke tekenen hebben jullie het kunnen lezen! Want jullie zijn nu duizendmaal meer heiden geworden dan er ergens op aarde bestaan. Daarom zullen de joden als kaf door de storm verstrooid worden onder alle volkeren der aarde en zij zullen nooit meer zelf een land en een koning bezitten.'
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[16] Ik zei: 'O ja, dat wel, en dat zal ook zo zijn, maar niet stoffelijk zoals jullie dat wellicht denken, maar geestelijk.
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[18] Laat niemand van jullie er echter naar streven ooit een heerser op aarde te worden; want wie op een of andere wijze over de mensen moet heersen zal daar van boven toe geroepen worden, en hem zal in zijn hart gegeven worden hoe hij zijn volkeren moet regeren. Trotse en hoogmoedige mensen moeten door een trotse en hoogmoedige koning geregeerd worden, en goede en deemoedige zullen ook soortgelijke heersers krijgen en onder hun scepter gelukkig en goed leven. In de toekomst zal het dus helemaal van de mensen afhangen, hoe hun heersers zullen zijn. Onthoud dat heel goed! .
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[4] Nikodemus vervolgde: 'En waaruit bestaat dan eigenlijk het onrecht dat jullie hier in deze plaats is aangedaan?'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Nikodemus zei: 'Wat hebben jullie dan gegeten en gedronken en hoeveel heeft men jullie daarvoor gerekend?'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[8] Nikodemus zei: 'Hebben jullie het geld dat de waarden van jullie wilden hebben soms ook al betaald?'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Nikodemus zei: 'Wel, jullie hebben de kwestie nu naar voren gebracht en jullie zal ook recht en gerechtigheid geschieden, wanneer alles precies zo is als jullie mij gezegd hebben. Voordat ik jullie echter recht kan doen wedervaren, moet ik ook jullie tegenstanders horen om te weten wat zij eventueel tegen jullie klacht aan te voeren hebben! Dat moeten jullie natuurlijk wel toestaan!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] Nikodemus zei nu: 'Ja, dan wordt het wel moeilijk om zowel de ene als de andere partij volledig gelijk te geven! Want jullie, Damasceners hebben liefdeloos gehandeld ten aanzien van deze mensen uit Emmaüs, en die doen jullie nu onrecht aan! Jullie begrijpen dus wel dat het moeilijk is om een juist oordeel te vellen. Tref daarom een schikking en verreken met elkaar wat ieder te veel heeft verlangd, dan zal jullie strijd in de ogen van God en de rechtvaardig denkende en willende mensen ten einde zijn!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[13] Er bevonden zich drie waarden onder de vreemde aanklagers; ze kwamen naar voren en zeiden: 'Wij ontkennen niet dat we het door hen genoemde bedrag voor het avondmaal werkelijk verlangd hebben, wat inderdaad veel te veel is; maar wij zijn ook verschillende keren in Damascus geweest, waar wij onze koopwaar op de markt brachten. We zijn er altijd maar drie dagen gebleven en hebben daar in de herbergen ook zo verschrikkelijk veel moeten betalen. Wanneer wij van hen nu tien keer zo veel vragen als van andere reizigers, nemen wij alleen maar van hen terug wat zij allang geleden te veel van ons hebben genomen. En wanneer wij dat doen, denken we dat we volgens de wet van Mozes, die luidt 'oog om oog, tand om tand' geen onrecht begaan!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[22] Ik zei: 'Hier, aan Mijn rechterhand, zitten de Romeinse machthebbers die omwille van Mij zelfs van Rome hier naartoe zijn gekomen! Zij zullen jullie wel zeggen wie Ik eigenlijk ben, als jullie je niet willen schikken naar Mijn oordeel! Maar als het zover is, wee jullie, woekerzielen! Bij hetgeen Ik heb gezegd zal het ook blijven! Doen jullie nu watje wilt!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[18] Ik zei: 'De Damasceners hebben gelijk en de waarden uit Emmaüs zijn hoogst onredelijke woekeraars! Ze moeten verlangen wat rechtvaardig is en dat wil zeggen, dat elk der handelslieden hun per persoon slechts twee muntstukken hoeft te betalen en geen stater meer! Als de handelslieden uit Emmaüs in Damascus zijn afgezet is dat hun eigen schuld; ze wilden zich daar als rijke mensen voordoen en zwelgden en brasten vaak buitensporig, en de Damasceners hadden gelijk dat ze zich daar behoorlijk voor lieten betalen. Als de rekening volgens hen in Damascus te hoog was, hadden ze toen immers een klacht kunnen indienen bij de rechters daar! Waren zij het toen ten gevolge van hun grootdoenerij eens met de rekening, dan moeten zij het er ook nu mee eens zijn! En wanneer zij deze Damasceners eigenmachtig geweld willen aandoen, zal ook hun geweld worden aangedaan! Ze kunnen nu het een of het ander kiezen en doen wat ze willen; maar dan zullen ook wij doen wat wij willen!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Maar Ik zei tegen de woordvoerder: 'Ik neem nooit van iemand een beloning aan voor Mijn leer en voor Mijn oordeel! Maar Ik zeg jullie nu dat afgezien van het recht in jullie kwestie jullie hier ten deel is gevallen dat ook jullie voortaan redelijk en rechtvaardig zijn tegen iedereen met wie jullie waar dan ook omgaan; want onredelijkheid en ongerechtigheid onder de mensen op aarde is het grootste kwaad op de wereld dat tweedracht zaait tussen broeders en zusters en vijandschap veroorzaakt. En waar deze eenmaal bestaan is er geen heil meer onder de mensen, maar afgunst, haat, roof, doodslag, moord en oorlog.
Hoofdstuk 179: Een klein evangelie aan de Damasceners - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Binnenkort zullen Mijn leerlingen bij jullie komen; neem hen op en aanvaard wat ze jullie zullen leren handel daarnaar! Wat jullie voor hen zullen doen zal Ik beschouwen alsof jullie het voor Mij hebben gedaan. Dat is het loon dat Ik voor Mijn rechtvaardig oordeel van jullie verlang! Hebben jullie Mij goed begrepen?'
Hoofdstuk 179: Een klein evangelie aan de Damasceners - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  366 - 367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391  ...