Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 379 van 1110

...  367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392  ...
[5] Ik zei, terwijl Ik naar al Mijn leerlingen van dat moment wees: 'Daar zitten ze, bekijk ze maar! De een of andere van hen zal naar jullie komen en jullie de leer van het heil voor jullie zielen verkondigen. En na enkele jaren zal er door Mij een apostel in jullie stad voor de heidenen gewekt worden om jullie de volle waarheid te tonen. Maar vóór die tijd zal hij een vijand zijn van Mijn licht, maar na die opwekking de grootste ijveraar daarvoor. Maar vóór hem zullen nog een paar anderen nar jullie komen, die hij zal vervolgen; neem die goed op, dan zal jullie loon daarvoor niet klein genoemd kunnen worden!
Hoofdstuk 179: Een klein evangelie aan de Damasceners - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] Ik zei: 'Daar jullie nu nog tijd hebben, kunnen jullie ook nog hier blijven, dan zul je nog zo het een en ander te horen en te zien krijgen! Hier is nog brood, vis en wijn. Neem plaats en eet en drink; want in deze herberg zal men jullie daar zeker niet honderd muntstukken voor vragen!'
Hoofdstuk 179: Een klein evangelie aan de Damasceners - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Maar Nikodemus zei: 'Jullie mannen en knechten zullen over drie dagen wel vrij worden gelaten, maar ook geen ogenblik eerder! Ze hadden de raad gekregen om toegeeflijk te zijn; maar omdat ze dat niet wilden, moeten ze nu ook boeten voor hun halsstarrigheid!'
Hoofdstuk 180: De Heer wekt een gestorven weduwe op uit de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[4] Daarop zei Nikodemus: 'Dat jullie knecht inderdaad minder schuldig is aan het tumult dan de waarden en hun eigen knechten, daar twijfel ik niet aan; maar hij was toch min of meer een handlanger en het gebeurde daarom niet ten onrechte dat hij met de anderen in de gevangenis terecht kwam. Maar als het met je moeder, die ik goed ken, zo slecht gaat en ze doodziek is, zal ik hier onze opperste rechter vragen of Hij het goed vindt, dat jullie knecht wordt vrijgelaten. Heb daarom even geduld!'
Hoofdstuk 180: De Heer wekt een gestorven weduwe op uit de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Ik zei: 'Als jullie zouden kunnen geloven, dan zouden jullie ook de grote heerlijkheid van Gods macht in de mens kunnen zien!'
Hoofdstuk 180: De Heer wekt een gestorven weduwe op uit de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[15] Ik zei: 'Vanuit jouw kennis bekeken heb je enerzijds wel gelijk, en ook omdat je Mij niet kent; maar er had jou toch iets op moeten vallen toen Ik daarstraks precies wist aan te geven waar jullie knecht zich verstopt had, ofschoon Ik ook tijdens het tumult Mijn plaats geen enkel ogenblik heb verlaten. En wanneer Ik daartoe in staat ben, zou Ik ook nog wel eens in staat kunnen zijn om een heleboel andere dingen te bewerkstelligen, als jullie dat zouden geloven en de moeite zouden nemen om de overledene hier naar toe te brengen.'
Hoofdstuk 180: De Heer wekt een gestorven weduwe op uit de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[20] Ik ging echter staan en zei: 'Wie van jullie deskundig is, laat die naar het lijk gaan en onderzoeken of ze volkomen dood is!'
Hoofdstuk 180: De Heer wekt een gestorven weduwe op uit de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] De woordvoerder zei: 'jazeker, jazeker, wijze en buitengewoon rechtvaardige rechter! Maar zoals wij uit uw woorden zo terloops buitengewoon goed hebben begrepen bent u niet alleen een buitengewoon wijze rechtvaardige rechter, maar ook een ware profeet van de joden, -en dat betreuren wij voor u met heelons hart; want de joden, zoals ze nu zijn, zijn door hun onverzadigbare hebzucht de grootste vijanden van de oude en nog meer van de nieuwe profeten geworden. De herders (Farizeeën) , Oudsten (priesters) en schriftkenners moeten volgens de voorschriften van Mozes niets bezitten, maar alleen van de tienden en kleinere offers leven, maar die Farizeeën, Oudsten en schriftkenners willen nu gewoon het hele land hun eigen noemen en het als zodanig ook handhaven en gebruiken en heel het volk moet alleen voor hen werken en daarbij tot steeds grotere eer voor God niets hebben en honger en dorst lijden tot ze er wanhopig van worden.
Hoofdstuk 179: Een klein evangelie aan de Damasceners - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[26] Ik zei: 'Als jullie van hetgeen je bezit iets deelt met een arme, dan is dat hetzelfde als wanneer je het Mij had gegeven! Jij was immers die barmhartige vrouw, die van het weinige dat ze bezat het meest en het vaakst iets deelde met degenen die nog behoeftiger en armer waren; en omdat jij barmhartig was voor je arme naasten, heb jij ook bij Mij barmhartigheid gevonden. Maar ga nu aan tafel zitten om te eten en te drinken, zodat je ledematen en ingewanden gesterkt worden!'
Hoofdstuk 180: De Heer wekt een gestorven weduwe op uit de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[31] Ik zei: 'Dat heb je wel goed gezien, - maar voorlopig moetje hierover in jullie gemeente niet te veel spreken! En nu kunnen jullie naar huis gaan!'
Hoofdstuk 180: De Heer wekt een gestorven weduwe op uit de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[34] Ik zei: 'Hoe kan iemand ooit zondigen door een goed werk van barmhartigheid te doen? Maar wat jullie doen, doe dat in stilte en laat je er niet door de wereld voor prijzen, want het is meer dan voldoende wanneer God, voor wie niets onbekend en verborgen blijft, ziet en weet wat iemand ongezien voor goeds doet. Wie zich echter vanwege het goede dat hij heeft gedaan door de wereld laat eren en prijzen, ontvangt daardoor reeds zijn loon voor zijn goede werken en zal daar later in Mijn rijk een uiterst gering loon voor kunnen verwachten. Daarom moet zelfs je rechterhand niet te weten komen wat je linkerhand heeft gedaan. Neem dit ook in je hart op en handel ernaar, dan zullen jullie leven en je loon vinden in de hemelen!'
Hoofdstuk 180: De Heer wekt een gestorven weduwe op uit de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] Ik zei nu tegen Nikodemus: 'Gisteren op de Olijfberg heb Ik je beloofd om je hier een helder licht te geven over de zondvloed van Noach, en dat zal dan ook gebeuren. Mijn Rafaël zal het jullie uitleggen, terwijl Ik intussen een beetje ga rusten.'
Hoofdstuk 181: Terugkeer naar de Olijfberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Hierop kwam Rafaël naar voren en verklaarde de vloed op dezelfde manier als Ik hem (nota bene!) in Mijn 'Huishouding' aan jullie heb uitgelegd. Allen waren er zeer verbaasd over .
Hoofdstuk 181: Terugkeer naar de Olijfberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[4] De Opper-Egyptenaar zei: 'Heer en Meester! Als ook wij met U mee mogen gaan, staat U ons dan alstublieft toe dat wij voorop lopen, dan zullen die boosaardige spionnen voor ons op de vlucht slaan, zoals een haas, die achterna gezeten wordt door jachthonden. Wij zullen lucht van hen krijgen en met een vaart op hen af rennen, zodat ze op de vlucht zullen slaan. Want ze zullen ons voor duivels houden vanwege onze donkerbruine gezichten, die er nu in het maanlicht helemaal zwart uitzien! Of als het mocht zijn dat ze ons iets aan willen doen, dan doen we met hen hetzelfde als wat de beide vooraanstaande Romeinen Agrippa en Laius volgens hun zeggen in ons land is overkomen. We nagelen hen zeven dagen lang vast aan de grond waar ze op staan, of zo lang als Uw heilige wil ons dat gebiedt.'
Hoofdstuk 181: Terugkeer naar de Olijfberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[5] Ik zei: 'Mijn lieve vrienden, wat jullie nu voor Mij willen doen, zou Ik ook Zelf kunnen doen als dat goed en nodig zou zijn, zoals Ik dat en nog vele andere dingen ook al gedaan heb als dat goed en noodzakelijk was. Maar in dit geval zou het noch goed noch nodig zijn en daarom laten we het achterwege en gaan hier weg zoals Ik dat al eerder heb bepaald! Maar omdat ook de beide Romeinen, die hier in Emmaüs wonen, Mij naar de Olijfberg begeleiden, kunnen ook jullie vannacht en morgen bij ons blijven. Zoals jullie wel weten is het morgen bij de joden een hoge feestdag en Ikzelf zal morgen weer in de tempelonderricht geven. De dag daarna kunnen jullie weer met de Romeinen huiswaarts trekken.'
Hoofdstuk 181: Terugkeer naar de Olijfberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  367 - 368 - 369 - 370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392  ...