Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 382 van 1490

...  370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395  ...
[15] Wie gaf jullie het recht deze mensen te dwingen voor jullie te werken voor jullie te lezen en te verzamelen, en hen daardoor van hun persoonlijke, vrije mensenrecht te beroven?!
Hoofdstuk 118: De schuld van de vlotbazen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[18] Voor dit ogenblik geef Ik deze dieven geen andere straf dan: steel in het vervolg van niemand meer iets, en wees vrije, eerlijke, werkzame mensen! Ga echter niet meer naar Lacotena, maar blijf hier in deze plaats, dan zullen jullie met jullie vrouwen en kinderen werk in overvloed vinden! -Vlotbazen, jullie moeten er echter voor zorgen dat deze arbeiders het verschuldigde loon alsnog krijgen, en breng hun vrouwen en kinderen behouden hierheen! En nu kunnen jullie de vlotten weer in bezit nemen! Maar Mijn rechterlijke uitspraak moet door jullie nauwkeurig opgevolgd worden, anders zou het jullie door Mijn toedoen heel slecht kunnen vergaan!'
Hoofdstuk 118: De schuld van de vlotbazen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] IK zei: 'Dat de maan als meest nabije hemellichaam van de aarde invloed op deze aarde uitoefent is zeker; maar in het algemeen beïnvloedt zij geen mensen, dieren, planten en mineralen, maar in het bijzonder alleen maar dat, wat op deze aarde van haar afkomstig is. Let goed op, vooral jullie kalendermakers!
Hoofdstuk 120: De Heer geeft uitleg over de maanwereld en over maanzucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] Kijk, de maan is haast net zo'n wereld als deze aarde, en zij is de voortdurende begeleidster van deze aarde bij haar reis van een jaar om de zon, waaromheen ook de andere planeten in verschillende tijden hun baan doorlopen; die dichter bij de zon staan hebben minder tijd nodig dan de aarde, en die verderaf staan natuurlijk meer. Jupiter en Saturnus hebben ook manen, maar omdat die werelden veel groter zijn, hebben zij er meer dan de aarde, terwijl de kleinere planeten helemaal geen manen hebben. Bij onze aarde zorgt de dagelijkse omwenteling voor dag en nacht, en haar baan om de zon duurt een jaar.'
Hoofdstuk 120: De Heer geeft uitleg over de maanwereld en over maanzucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[17] Maar Ik zeg jullie nog iets: Deze dieven hadden dus een natuurlijk recht om zich vla jullie schadeloos te stellen; maar de manier waarop was niet goed, omdat zij jullie ook langs wettige weg door middel van de rechter daartoe hadden kunnen aanmanen, en dat des te gemakkelijker omdat juist de Romeinse rechter een streng rechtvaardig man is, die zich door niets dan alleen maar de letter van de wet Iaat leiden. Jullie hebben helemaal geen recht hen daarvoor te oordelen, omdat jullie nog diep bij hen in de schuld staan! Meer dan wat honderden van zulke vlotten in Sereh waard zijn, zijn jullie hun nog schuldig aan toegezegd loon; betaal hun daar maar eerst dat loon, -en veroordeel hen pas daarna, als zij zich ooit weer aan Jullie eigendom mochten vergrijpen!
Hoofdstuk 118: De schuld van de vlotbazen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] Daar keken de heidenen van op, omdat deze uitleg van Mij hun kennis ver te boven ging, en EEN PRIESTER zei: 'Heer, wij danken U voor alles, maar houd maar op met Uw uitleg, want wij kunnen het onmogelijk begrijpen omdat wij het ons niet voor kunnen stellen!'
Hoofdstuk 120: De Heer geeft uitleg over de maanwereld en over maanzucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] (DE HEER:) Omdat jullie dat nu inzien en begrijpen, kan Ik jullie ook het nodige vertellen over de maanzucht. De bewoners van de maan hebben als zeer eenvoudige en in zichzelf gekeerde mensen bij uitstek de gave van de helderziendheid, en dat met name tijdens hun nacht van veertien volle aardse dagen, die zij in hun onderaardse woonholen meestal slapend doorbrengen. Tijdens deze slaap blijft hun ziel echter volkomen wakker en deze ziet dan alles om zich heen tot in de verre omtrek, en dus ook deze aarde, waar zij eigenlijk min of meer bij horen, die zij echter, vanwege de natuurlijke positie van de maan tijdens hun waaktoestand, op hun lange dag nooit kunnen zien; (want de maanmensen bewonen alleen het gedeelte van de maan dat van de aarde is afgekeerd) omdat de maan, zoals Ik Jullie al uitgelegd heb, om heel natuurlijke redenen (op de naar de aarde toegekeerde kant) geen lucht en geen water heeft, en als er al hier en daar in de vele dieper gelegen delen een soort lucht aanwezig is, dan is die toch niet toereikend voor de ademhaling van wezens met een lichaam, en is er ook niet geschikt voor, omdat het element zout ( de zuurstof) geheel ontbreekt.
Hoofdstuk 120: De Heer geeft uitleg over de maanwereld en over maanzucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Wel, de zielen van deze mensen bestaan uit de substantie van de maanwereld en voelen zodoende, vooral tijdens hun droomleven, een bijzondere drang naar waar zij vandaan gekomen zijn, wat het sterkst tot uiting komt bij het licht van de volle maan, omdat er door het maanlicht een groter aantal substantiële, specifieke zieledeeltjes op de aarde neerdalen en de genoemde mensen, die maanzielen hebben, prikkelen en aantrekken.
Hoofdstuk 120: De Heer geeft uitleg over de maanwereld en over maanzucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] (DE HEER:) Overigens schaadt zo'n eigenschap de mens zeker niet, en zijn ziel nog het minst; want zulke mensen zijn gewoonlijk heel goed en zachtmoedig, en gemakkelijk in de omgang. Maar af en toe kan het bij deze mensen voorkomen dat hun lichaam ter hoogte van de grovere ingewanden nog in bezit genomen wordt door een andere ziel die in het aardse luchtruim nog vrij rondzwerft, vaak zelfs door meer dan één, en meestal door zielen, die reeds een levensproef in het vlees op deze aarde hebben doorgemaakt, maar, vanwege hun grote zinnelijkheid en zelfzucht, voor hun levensheil aan gene zijde niet alleen niets gewonnen, maar zelfs veel verloren hebben.
Hoofdstuk 121: Kenmerken van de op aarde geïncarneerde maanzielen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] De mensen van de maan hebben daar in hun natuurlijke toestand ook geen behoefte aan, omdat zij in hun droomleven, waar zij het meest van houden, toch al alles kunnen zien en te weten kunnen komen wat goed is voor het heil van hun ziel. Zij verlangen er dan ook het allermeest naar om snel bewoners van deze aarde te worden, wat dan ook eigenlijk hun bestemming is. En als zij op hun wereld hun lichaam hebben afgelegd, gaan hun zielen, als zij zich tijdens hun lichamelijke leven daarvoor waardig gemaakt hebben, meteen naar deze aarde en worden bij een passende gelegenheid in een moederlichaam verwekt. Als kinderen van deze aarde worden zij weer geboren, groeien vervolgens op en ontvangen de opvoeding van de aardse mensen, waardoor zij in ieder geval de mogelijkheid krijgen op de weg van de kinderen van God geplaatst te worden, hetzij reeds hier of aan gene zijde.
Hoofdstuk 120: De Heer geeft uitleg over de maanwereld en over maanzucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] Deze zielen worden gewoonlijk, afhankelijk van de manier waarop zij hun leven willen beteren, zodra er zich een goede en deugdelijke gelegenheid voordoet tot een nieuwe lichamelijke levensproef toegelaten. Maar er zijn er die dan niet meer kunnen wachten tot zij weer in een moederlichaam geplaatst worden, en zeggen: ' Ach wat, vlees is vlees! We zullen nu het eerste het beste menselijke lichaam in bezit nemen en het kastijden zoveel maar mogelijk is! En als het lichaam eenmaal door al dat kastijden te gronde gaat, dan kunnen wij het als volledig gelouterde zielen verlaten en in de zaligheid binnengaan!'
Hoofdstuk 121: Kenmerken van de op aarde geïncarneerde maanzielen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] JORED zei diep ontroerd: 'Heer, alles wat er is, is immers alleen van u. Ik zou tegen U echter moeten zeggen: O Heer, ik ben Uw overgrote schuldenaar! Wanneer en hoe zal ik deze grote schuld bij U kunnen inlossen? Als U duizend jaar met nog duizendmaal zoveel leerlingen hier zou willen blijven, en dag en nacht zou eten en drinken, dan zou ik zelfs na duizend jaar nog net zo'n grote schuldenaar van U zijn als ik nu ben; wilt U mij daarom voortaan alleen maar genadig en barmhartig zijn, -al het andere is niets en kost ook eeuwig niets! -Maar één vraag zou ik U, o Heer, toch nog voor willen leggen! ,
Hoofdstuk 122: De Heer waarschuwt voor de terugval in het materiële. Het wezen van de materie. De oneindigheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] IK zei: 'Bespaar je de moeite, want Ik weet immers toch al wat jij nog een tijdje hier in deze zaal zou willen houden! Kijk, deze hemellichamen zou je zo willen bewaren! Ja, ze zullen voor jullie verdere voorlichting nog een jaar lang zo blijven! Maak er gedurende die tijd een afbeelding van; daarna zullen deze wonderbaarlijke exemplaren echter verdwijnen, zoals ook eens deze hele zichtbare hemel en deze aarde zullen verdwijnen wanneer zij alles wat daarin gevangen is helemaal teruggegeven zullen hebben.
Hoofdstuk 122: De Heer waarschuwt voor de terugval in het materiële. Het wezen van de materie. De oneindigheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Want luister: Alle stoffelijke zaken die de hele oneindige ruimte in deze tijd bevat, zijn geestelijke dingen die gevangen en gericht zijn! Het zijn geesten die zich in het gericht van de kracht en macht van de goddelijke wil bevinden tot een vastgestelde tijd, waarop de goddelijke alwetendheid constateert dat zij die graad van zelfstandige sterkte bereikt hebben die nodig is voor de verdere geestelijke, zelfstandige ontwikkeling van het leven. Dat begrijpen jullie nu weliswaar niet, en jullie kunnen het ook niet begrijpen; maar eens zullen jullie het toch begrijpen.
Hoofdstuk 122: De Heer waarschuwt voor de terugval in het materiële. Het wezen van de materie. De oneindigheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] (DE HEER:) 'Ik heb jullie nu laten zien, wat en wie de mens is en wat hij moet doen om het eeuwige leven te bereiken. Van nu af aan hangt het helemaal van jullie af om daarnaar te handelen. Let echter op, dat jullie nu niet ter wille van de wereld weer in jullie oude onzin en daardoor in jullie oude dood terugvallen, want dan zouden jullie nog veel moeilijker op de juiste weg te brengen zijn dan nu! Ik kan nu persoonlijk niet langer meer bij jullie blijven; maar als jullie Mijn leer blijven toepassen, zal Ik ook in de geest werkend bij en in jullie aanwezig zijn, en wat jullie deze goddelijke geest van Mij zullen vragen in Mijn naam, dat zal jullie ook gegeven worden.
Hoofdstuk 122: De Heer waarschuwt voor de terugval in het materiële. Het wezen van de materie. De oneindigheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  370 - 371 - 372 - 373 - 374 - 375 - 376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395  ...