Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 388 van 1490

...  376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401  ...
[2] Toen merkte EEN JOOD op: 'Meester, waarom hebben wij dan van Jehova zo weinig talenten gekregen voor de reis door deze armzalige wereld? Had Hij ons ook niet flink wat talenten kunnen geven?'
Hoofdstuk 139: De sjacherjoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Toen zei ook DE OVERSTE: 'Ja,ja, beste mensen, de Heer heeft volkomen gelijk! Het gaat jullie hier voor zover ik weet erg miserabel en slecht, en ik kan jullie situatie echt niet verbeteren. Ga dus naar je eigen land, daar zullen jullie beslist beter ontvangen worden dan hier! Jullie gesjacher brengt je niets op, en ons werk kunnen jullie niet doen, omdat je daar geen ervaring in hebt, daarom zullen jullie je thuis veel beter voelen. Maar opdat jullie gemakkelijker in jullie land kunnen komen, zal ik jullie uit liefde voor deze Meester, die ook een Jood is, reisgeld geven.'
Hoofdstuk 139: De sjacherjoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] Het waren er ongeveer zeventig, en daarom waren zij deze stad, die zelf al veel eigen armen had, echt tot last geworden. Thuis hadden de meesten eigen bezit, waarvan zij de bewerking aan goedkope knechten overlieten omdat zij dachten door hun gesjacher meer te verdienen. Zij verarmden echter en waren nu door Mij weer verlost uit hun grote nood.
Hoofdstuk 139: De sjacherjoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[11] Dat was dan toch zeker ook een heel goed werk! Laat daarom iedere ware navolger van Mijn leer zich inspannen om zulke gevangenen uit hun nood te bevrijden als hij de middelen daartoe heeft dan zal Ik hem dat reeds hier. en meer nog aan gene zijde vergelden, zoals Ik het bij deze gelegenheid de overste met duizend pond zuiver goud, en wel reeds vooraf, ook vergolden heb, omdat Ik ook van te voren reeds heb geweten wat hij zou doen!
Hoofdstuk 139: De sjacherjoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] Verder is er in deze plaats niets meer gebeurd wat speciaal vermeld zou moeten worden. De leerlingen hebben de drie priesters volledig bekeerd, en Ik heb ook in deze stad een gelovig dokter gezegend, zodat hij daarna door handoplegging in Mijn naam in staat was heel veel zieken volledig te genezen. En zo verliep ook de volgende dag snel.
Hoofdstuk 139: De sjacherjoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Gedurende de nacht bleven wij nog in Serrhe en de volgende dag gingen wij onder veel betuigingen van liefde weer te voet stroomopwaarts, en wel naar Zeugma, -ook een kleine oude stad aan de Eufraat. Wij konden vanuit Samosata niet naar deze plaats gaan omdat de hoofdman naar Serrhe moest vanwege zijn familie; daarom gingen wij vanuit Serrhe daarheen terug. Van Samosata naar Serrhe is de weg wel meer dan tweemaal zo ver als naar Zeugma, maar vanuit Zeugma is het dan weer korter naar Deba dan vanuit Samosata en zeker vanuit Serrhe, dat volgens de huidige maatstaven -omdat er in deze tijd van die plaatsen nauwelijks nog iets te vinden is -wel dertig mijl van Samosata vandaan lag.
Hoofdstuk 140: De terugreis naar Kapérnaum. De reus en zijn preek tegen de joden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Vanuit deze stad trokken wij ons weer in ons eigenlijke Galilea terug, bezochten daar nog een aantal kleine plaatsen en dorpjes en hadden met de nieuwe leer steeds veel succes.
Hoofdstuk 140: De terugreis naar Kapérnaum. De reus en zijn preek tegen de joden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Met deze reis, die heel vruchtbaar genoemd kan worden, waren wij de hele zomer bezig, en toen wij weer bij onze waard Matthias in Kapérnaum aankwamen, was het al herfst en begon al gauw het loofhuttenfeest.
Hoofdstuk 140: De terugreis naar Kapérnaum. De reus en zijn preek tegen de joden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[11] Dan keek HIJ hen heel ernstig aan en zei: ' Als heiden en Romein zal ik over jullie rechtspreken, jullie ellendige, ongelovige joden! Beëlzebub moet jullie verwekt hebben, dat jullie zo blind kunnen zijn datje niet ziet dat Deze de enige drager is van dezelfde geest die eindeloos lang geleden als hoogste geest de hemel en deze aarde en alles, wat daarop en daarin bestaat, leeft, ademt en denkt, enkel door Zijn wil heeft geschapen en vaste vorm heeft gegeven.
Hoofdstuk 140: De terugreis naar Kapérnaum. De reus en zijn preek tegen de joden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] Wij blinde heidenen hebben dat bij het eerste teken duidelijk onderkend, hoewel wij er niets van wisten dat Zijn komst op deze povere aarde reeds verscheidene honderden jaren geleden al door vele profeten heel eenstemmig voorspeld is, en dat zelfs met tijd, plaats en een aantal andere omstandigheden precies omschreven werd, wanneer, waar en hoe Hij, de Almachtige Zelf, uit Zijn hoogste hemel als mens naar deze aarde af zou dalen. Hier bij ons verblijft de Verhevenste! Waarom geloven jullie dat toch niet? Omdat jullie kinderen van Beëlzebub zijn en onmogelijk kinderen van God kunnen zijn! Maak datje weg komt, anders verplettert mijn toorn jullie!'
Hoofdstuk 140: De terugreis naar Kapérnaum. De reus en zijn preek tegen de joden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Op een dag kwam de reeds bekende overste van de synagoge met zijn Farizeeën en schriftgeleerden bij Matthias en eiste Mij te spreken, omdat hij gehoord had dat Ik met Mijn leerlingen opnieuw hier verbleef. Want hij had van Jeruzalem uitdrukkelijk bevel gekregen nauwkeurige inlichtingen over deze Nazareeër in te winnen, over wat hij deed en waar hij nu mee bezig was. Ja, hij moest hem zelfs oppakken en hetzij dood of levend aan Jeruzalem uitleveren.
Hoofdstuk 141: De mislukte overval van de overste van de synagoge - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] De waard verbaasde zich over de tien nieuwe leerlingen, waarvan vooral de ware reus - die ruim negen handspannen, dus volgens de huidige maatstaven negen voet lang was - hem eerbiedige bewondering afdwong. Hij kon zijn ogen maar niet van deze man afhouden omdat hij nog nooit zo'n reus gezien had; maar de reus was ook in het spreken een reus en maakte met zijn waarachtig donderende woorden heel veel indruk. In zijn Romeinse kledij zag hij er nog geweldiger uit, en dat zette zijn woorden nog meer kracht bij.Tegenspraak duldde hij in geen geval, want ten eerste was hij nu goed thuis in Mijn leer, die hij heel overtuigend bracht, en ten tweede had hij zich ook door de omgang met de leerlingen, vooral in de afgelopen tijd met onze zogenaamde Joodse Grieken, uit de oude profeten zeer veel eigen gemaakt, en zo wist hij door zijn bijzondere redenaarstalent ieder die de goddelijkheid van Mijn wezen tegensprak, en daarmee iedere tegenstander, dermate te overdonderen, dat hun alle moed verging om zich met hem in een langere woordenstrijd in te laten.
Hoofdstuk 140: De terugreis naar Kapérnaum. De reus en zijn preek tegen de joden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Deze woorden maakten op de overste en zijn soortgenoten zo'n indruk dat ze begonnen te beven en geen van hen in staat was ook maar iets te zeggen. Zij hielden de reus voor een Romeinse vicedictator, die - door de keizer met alle macht toegerust - alle joden over de kling wilde jagen. Terwijl deze bezoekers vol vrees en schrik voor de geopende deur stonden, begonnen de achtersten zichtbaar aanstalten te maken om er vandoor te gaan.
Hoofdstuk 141: De mislukte overval van de overste van de synagoge - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Toen riep de reus met donderende stem tegen de waard: 'Sluit alle deuren goed af, opdat geen van deze onmensen mij kan ontkomen!'
Hoofdstuk 141: De mislukte overval van de overste van de synagoge - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] Nauwelijks had de reus dat gebruld, of de waard kwam tijd tekort om de deuren dicht te doen; want deze zin gaf de voeten van de onderzoekers buitengewone vleugels, zodat zij er hals over kop vandoor gingen.
Hoofdstuk 141: De mislukte overval van de overste van de synagoge - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  376 - 377 - 378 - 379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401  ...