Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 391 van 1110

...  379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401 - 402 - 403 - 404  ...
[13] Kijk vriend, jullie wetten zijn allemaal goed en waar; maar ze moeten ook in de geest van de innerlijke waarheid worden opgevat en dan pas in het leven toegepast worden! Wie zich alleen aan de letter van de wet bindt, bevindt zich nog ver van de weg der waarheid. Toen je in Egypte was werkte je wel voor ons heidenen, terwijl je desondanks een heel zuivere jood bleef. Waarom zou je nu dan onzuiver worden?
Hoofdstuk 205: Jozef weigert een Griek zijn diensten aan te bieden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Hierop kwam de Griek naar Mij toe en zei: 'Luister,jongeman, achttien jaar geleden kende ik je al en bewonderde toen je zuiver goddelijke eigenschappen, die evenals je woorden de belangrijkste reden waren dat ik jullie geloof aannam, hoewel ik daarom nog niet de besnijdenis aanvaardde. Maar wel heb ik omwille van jullie geloof Egypte verlaten om hier dieper te kunnen doordringen in jullie leer, die vele wijsheden bevat; en bij dat alles was jij de belangrijkste reden! En nu hoorde ik van je vader, die ik allang niet meer had gezien en gesproken, dat je al dat goddelijk wonderbaarlijke wat jou als kind eigen was, helemaal kwijt bent. Hoe is dat gekomen?'
Hoofdstuk 206: De houding van de Heer als jongeling tegenover de priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Ik keek de Griek recht aan en zei: 'Als je goed ingewijd bent in onze leer, zullen je ook Salomo's wijze spreuken niet onbekend zijn. En zie, volgens een van die spreuken heeft alles in deze wereld zijn tijd! Toen ik een kind was, was Ik zeker nog geen krachtige jongeman; en omdat Ik nu een krachtige jongeling ben, ben Ik geen kleine jongen meer en werk Ik evenals iedere andere jongeling met alle vlijt en ijver, omdat Mijn Vader in de hemel dat zo wil. Ik ken Hem en weet ook altijd wat Zijn wil is, en doe alleen datgene wat Hij wil. En zie, dat behaagt Mijn Vader in de hemel!
Hoofdstuk 206: De houding van de Heer als jongeling tegenover de priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Hierop zei Jozef 'Wel, wel, dat is heel wat, datje nu eens een keer zo veel en zo wijs hebt gesproken, en ik zie ook in dat je helemaal gelijk hebt. Maar toch moet je ook de priesters niet voor het hoofd stoten en van te voren met hen overleggen om te voorkomen dat ze je voor een ketter uitmaken. Als men van te voren met hen overlegt over een werk dat volgens de letter van de wet toch niet in de haak is en een klein offer geeft, dan geeft een wijze priester ook altijd graag toestemming voor een werk, dat niet duidelijk volgens de wet is toegestaan. Ik zal daarom meteen naar onze Oudste gaan en hem deze kwestie voorleggen.'
Hoofdstuk 206: De houding van de Heer als jongeling tegenover de priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] Ik zeg jullie dat een varkensstal waarlijk niet tot de bouwwerken behoort die de menselijke geest eer aandoen; maar de smerigste varkensstal is Me nu liever dan de tempel in Jeruzalem en menig synagoge in het grote land der joden!' Jozef zei: 'Luister eens, mijn zoon, je doet vandaag wel heel boude uitspraken! Als iemand uit de stad dat hoorde en ons zou aanklagen, wat zou er dan met ons gebeuren? We zouden beschuldigd worden van de vreselijkste godslastering en meedogenloos gestenigd worden! ' .
Hoofdstuk 207: De Heer geeft als jongeling enkele proeven van Zijn almacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Ik zei: 'Nu ben Ik al zo lang bij jullie en jullie kennen Mij nog niet! Dat is Mijn wil! Maar Ik wil nu weer licht! En zie, de zon straalt weer zo volmaakt als tevoren! Dat heeft echter niets anders te betekenen dan dat jullie allemaal zullen weten en beseffen dat Ik bij jullie ben!' ..
Hoofdstuk 207: De Heer geeft als jongeling enkele proeven van Zijn almacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] De Griek zei: 'Ik dank jullie bij voorbaat; het loon zal rijkelijk volgen. Die plaats is niet zo erg ver hier vandaan en omdat ik buiten bij de herberg goede lastdieren heb staan, zullen we met gemak nog voor zonsondergang de plaats bereiken waar ik met de mijnen woon.'
Hoofdstuk 207: De Heer geeft als jongeling enkele proeven van Zijn almacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[21] Maria zei: 'Wel, zeg jij me dan hoe lang jullie wegblijven! ,
Hoofdstuk 207: De Heer geeft als jongeling enkele proeven van Zijn almacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[23] Toen zeiden allen: 'Hoe kunnen jullie drieën in twee dagen een groot woonhuis en een grote varkensstal bouwen?'
Hoofdstuk 207: De Heer geeft als jongeling enkele proeven van Zijn almacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[24] Ik zei: 'Dat is onze zorg; als jullie er maar voor zorgen dat thuis jullie werk in orde is!'
Hoofdstuk 207: De Heer geeft als jongeling enkele proeven van Zijn almacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[26] Ik zei: 'Omdat Ik dat omwille van jullie heil moet doen! Maar houd ons nu niet langer op, want niemand van ons heeft iets aan dit gepraat. Voor de mens is tijd heel kostbaar!'
Hoofdstuk 207: De Heer geeft als jongeling enkele proeven van Zijn almacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[27] Maria zei: 'ja ja, jou kun je in niets tegenspreken, - jij hebt altijd gelijk; daarom wens ik jullie een voorspoedige reis en behouden thuiskomst!"
Hoofdstuk 207: De Heer geeft als jongeling enkele proeven van Zijn almacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Ik zei: 'Wat zijn jullie mensen toch wijs! Aan zulke zinloze fabels, die geen enkele waarheid bevatten, hechten jullie waarde; maar alles wat zuiver en waar is behandelen jullie als vuil en willen jullie niet horen. Houd ons daarom niet op met zulke zinloze dingen!'
Hoofdstuk 208: Aankomst bij de Griekse waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[12] De waard zei: 'Kijk, deze herberg staat hoog op een berg! Waar zou men dan vis vandaan moeten halen? En ook is het hier moeilijk om kippen te houden; want ten eerste gedijen ze hier bijna niet wegens gebrek aan het noodzakelijke voer en ten tweede zijn er hier te veel roofvogels van allerlei soort, die niet alleen het houden van kippen nagenoeg onmogelijk maken, maar ook de schapenteelt zeer bemoeilijken omdat de lammeren voor deze beesten uit de lucht niet één ogenblik echt veilig zijn. Daarom heb ik alleen wat runderen, zoals stieren, ossen en koeien en natuurlijk ook een paar kalveren en ook nog varkens, die het hier heel goed doen; maar de wijn moet ik in Tyrus zelfkopen. Zo staan de zaken er hier voor; maar wat er is wil ik jullie royaal en voordelig geven.'
Hoofdstuk 208: Aankomst bij de Griekse waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[4] Nu vroeg de Griek: 'Ik zou vanavond graag op goede joodse wijze jullie gastheer zijn; maar in dat opzicht heb ook ik wel wat moeilijkheden. Met de vis als lievelingskost van de joden gaat het bij ons geen haar beter dan bij de waard bij wie wij ons middagmaal nuttigden; want er is hier geen beek van betekenis, geen meer, en tot aan de zee is het toch wel een beetje te ver. Maar kippen, eieren en lammeren en kalveren heb ik wel, evenals gezuurd brood, zout en een goede wijn, die ikzelf in mijn vele en grote wijngaarden verbouw. Het hangt nu alleen van jullie af wat jullie kiezen, dan zal alles op de juiste tijd zijn toebereid.'
Hoofdstuk 209: Onderricht op de top van de berg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  379 - 380 - 381 - 382 - 383 - 384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401 - 402 - 403 - 404  ...