Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 396 van 1490

...  384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401 - 402 - 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409  ...
[6] IK zei tegen hem: 'Helemaal niets; want als zij je iets zouden willen doen, sta je immers onder het Romeinse recht, en daar heb je wereldrechtelijke bescherming genoeg aan omdat juist deze plaats al sinds meer dan vijftig jaar geheel onder het uitsluitende gezag van de Romeinen staat. Ja, als dat niet zo was, zouden de tempeldienaren je wel heel anders hebben aangepakt; maar zo hebben zij geen recht. Zij proberen alleen jou, als Jood, op deze manier in hun voordeel uit te buiten, en uiten tegenover jou alleen maar loze bedreigingen; maar in werkelijkheid kunnen ze je niets doen. Je verplichtingen kom je altijd gewetensvol na en dus kunnen zij ook niets reëels tegen je inbrengen. Dat is dan ook de voornaamste reden waarom zij zo boos zijn op jou.
Hoofdstuk 164: Lazarus' houding ten opzichte van de tempel. Ergernis en de kwalijke gevolgen ervan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Die ellendige schepsels willen alles alleen maar zelf bezitten en houden er absoluut geen rekening mee dat ik, om de tempel zijn verplichte kosten voor het onderhoud van de armen te besparen, jaarlijks minstens duizend armen helemaal onderhoud en bovendien nog ieder jaar een heel behoorlijk bedrag in hun buidel stop. Ik heb de tempel ook al veel grote giften gegeven, -en dat alles telt bij die ellendelingen niet mee! In plaats daarvan proberen zij nu bovendien nog om mij helemaal te gronde te richten, wat zij zelfs op een sabbat ogenblikkelijk zouden doen als hun dat mogelijk was! Ja, Heer, ik weet maar al te goed dat ze mij niets kunnen doen, maar het ergert me toch ontzettend dat deze ellendelingen mij nu nog haten, terwijl ik hun toch zoveel diensten heb bewezen!'
Hoofdstuk 164: Lazarus' houding ten opzichte van de tempel. Ergernis en de kwalijke gevolgen ervan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] IK zei: 'Maar kijk dan eens naar Mij! Heb Ik niet deze aarde en Zon, maan en alle sterren geschapen? Verzorg Ik niet voortdurend de aarde, opdat zij allerlei soorten voedsel voor alle schepselen voortbrengt? Zorg Ik niet voor het leven van ieder mens? Ik heb deze aarde voorbestemd voor het kweken van Mijn kinderen, Ik ben nu Zelf volgens alle bekende voorspellingen op deze aarde gekomen om Mij door woord en daad als Heer van hemel en aarde in de gedaante van een mens te tonen, om hen daardoor Zelf zodanig onderricht te geven dat zij waarachtig Mijn evenbeeld worden. En wat doen deze tempelhelden? Zij haten Mij, vervolgen Mij en ieder die in Mij gelooft, omdat Ik hun toon dat hun daden slecht zijn. Zij proberen Mij voortdurend te doden en weldra zal de tijd komen dat Ik Zelf zal toelaten dat zij ook die gruweldaad aan Mij begaan. En kijk, Ik voel geen ergernis over hen in Mij! Aan gene zijde zal Ik echter ook eeuwig Heer blijven, en hun zal daar zeker vergolden worden wat zij hier doen!
Hoofdstuk 164: Lazarus' houding ten opzichte van de tempel. Ergernis en de kwalijke gevolgen ervan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] IK zei: 'Ja, beste broeder, jouw oordeel over deze zaak bevat veel goeds, en Ik kan niet tegen je zeggen: 'Kijk, nu heb je onjuist geoordeeld!'; maar toch ligt de zaak aanmerkelijk anders, en daarom zit je er met je oordeel helemaal naast!
Hoofdstuk 165: Invloeden van geesten en de vrije wil van de mens van de zielen van dieren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Pas deze tegengestelde prikkel verschaft de menselijke wil immers volmaakte vrijheid en geeft hem ook de volledige kracht om haar te weerstaan en de gekende wil van God daarvoor in de plaats te zetten.
Hoofdstuk 165: Invloeden van geesten en de vrije wil van de mens van de zielen van dieren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Zou de oneindigheid van de ruimte nog wel een oneindigheid zijn als deze een of andere beperking had, of zou God wel volkomen almachtig zijn als het Hem onmogelijk zou zijn ook maar het kleinste ding te scheppen? Of is God minder God omdat Hij naast heilzame kruiden ook schadelijke, giftige planten geschapen heeft, en omdat Hij het vele onkruid net als de tarwe van zaad voorzag, zodat het evenals de edele planten voort kan woekeren?
Hoofdstuk 165: Invloeden van geesten en de vrije wil van de mens van de zielen van dieren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Maar heb je dan nog nooit bij jezelf gedacht, dat het priesterdom altijd al alle buitengewone natuurverschijnselen bij het domme volk in zijn voordeel wist uit te buiten?! Maans en zonsverduisteringen, kometen, zware stormen en grote vurige verschijnselen in de lucht en nog andere zeldzame verschijnselen legde het uit als buitengewone, slechte voortekenen uit de hemelen en het schreef meteen veel gebeden en offers voor. Dat werd aan kinderen reeds bijgebracht, en als dan zo'n verschijnsel plaats vond, liep het angstig gemaakte volk meteen naar de priesters, die dan voorschreven wat hun het meeste voordeel bracht. - Nu, broeder, vraag Ik je, of je deze stekel niet herkent!'
Hoofdstuk 166: Wat meteoren en kometen eigenlijk zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[11] Omdat Ik als de Oereerste en als de enige, grootste weldoener van de mensen Mij daarover echter niet erger, moet jij je ook niet aan hen ergeren, want vergeleken bij Mij heb je voor hen iets heel gerings gedaan! Kijk eens naar die steen, hier op de weg voor ons! Wie zorgt er voor dat hij blijft wat hij is, -buiten Mij? Als Ik op dit ogenblik Mijn wil, die hem in stand houdt, terugtrek, bestaat hij niet meer als materie, maar gaat hij over in zijn geestelijk specifieke toestand, dus terug in de sfeer van Mijn oerideeën, en datzelfde zou Ik ook ogenblikkelijk met de hele aarde kunnen doen als de daden van haar bewoners Mij zouden kunnen ergeren. Omdat deze Mij echter niet ergeren en nooit kunnen ergeren, blijft alles bestaan en laat Ik Mijn zon om het even schijnen over goeden en kwaden, rechtvaardigen en onrechtvaardigen. Pas aan gene zijde zullen de grote verschillen aan de dag treden, en ieder zal zijn rechter in zich dragen.
Hoofdstuk 164: Lazarus' houding ten opzichte van de tempel. Ergernis en de kwalijke gevolgen ervan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] Maar op deze aarde zie je merkwaardige dingen: Ieder mens weet dat hij eenmaal moet sterven en al het tijdelijke moet loslaten; hij kent de wetten van de goddelijke orde en de goddelijke wil; hij heeft inzicht en verstand om het onware te onderscheiden van het ware, het kwade van het goede, het recht van het onrecht en de nacht van de dag; hij weet deels uit openbaringen en deels vaak uit zelf meegemaakte, verlichte momenten -, dat de ziel na de dood van het lichaam voortleeft in dezelfde vorm waarin zij op aarde belichaamd was en geleefd heeft; en toch streeft hij alleen maar naar de dode, aardse goederen, keert de goddelijke wetten bewust de rug toe, treedt al het juiste, goede en ware met voeten, haat alles behalve zichzelf, en begaat de ene doodzonde na de andere; hij hoereert, pleegt echtbreuk, bedriegt, steelt, rooft en moordt, en God betekent niets voor hem! Ja, dan vraagje je toch af hoe het mogelijk is dat God dat kan toelaten!
Hoofdstuk 165: Invloeden van geesten en de vrije wil van de mens van de zielen van dieren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] Als een mens dat allemaal uit eigen vrije wil doet, is hij toch wel erger dan de satan en al zijn duivels, waarover de Schrift herhaaldelijk spreekt; wordt hij echter net als Saulus door een boze geest tot al het kwade aangedreven, zodat hij onmogelijk iets goeds kan doen terwijl hij toch het goede en ware inziet en als zodanig erkent, dan is hij op zichzelf, omdat hij door onzichtbare krachten gedwongen wordt, toch zeker duidelijk onschuldig, en de schuld ligt dan bij de kwade verleider en ten dele -eerlijk gezegd - ook bij Hem die deze verzoeking voor de arme, zwakke mens toelaat. Want tegen een zichtbare vijand kan men zich op allerlei wijzen beschermen, maar wie kan zich tegen een onzichtbare vijand beschermen en daarmee een beslissende strijd aangaan, als die als geest de mens totaal gevangen kan nemen en zelfs op de menselijke wil een geweldige druk kan uitoefenen? - Kijk, Heer, dat zijn merkwaardige zaken, die zelfs de verstandigste en beste mens niet thuis kan brengen!
Hoofdstuk 165: Invloeden van geesten en de vrije wil van de mens van de zielen van dieren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] LAZARUS zei: 'Een heel oude volkssage verklaart dergelijke verschijnselen als volgt: Wanneer er ergens op aarde een groot booswicht sterft, grijpen zeven van de allerergste duivels zijn ziel en sleuren die door de lucht. Van pure schrik, angst en pijn laat deze alles los en omdat die ziel nu eenmaal tot de onderste hel behoort, bestaat alles wat zij in haar angst loslaat natuurlijk uit vuur. Zulk duivels en hels afval verpest echter de lucht, en waar soms een deel ervan op aarde valt, gebeurt dan ook het ene ongeluk na het andere, en er zijn heel wat offers en gebeden voor nodig om zo'n plaats van ongeluk te zuiveren. - Zo luidt de oude volkssage. Ik geloof dat weliswaar niet zonder meer; maar het is toch vreemd dat zoveel dingen, die men als kind in zekere zin met de moedermelk heeft binnengekregen, niet zo gemakkelijk helemaal uit een mens te verwijderen zijn. Er blijft altijd een soort geloof daaraan hangen, dat van tijd tot tijd bij zulke overigens helemaal onbegrijpelijke verschijnselen weer vernieuwd wordt en het gemoed met vrees en angst vervult. - Zegt U nu eens, o Heer, wat daarvan waar is!'
Hoofdstuk 166: Wat meteoren en kometen eigenlijk zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Kijk, daar ligt een steen! Als iemand door middel van een buitengewone kracht in staat zou zijn deze steen zo krachtig door de lucht te slingeren dat hij binnen een ogenblik honderd uur ver kwam, dan zou hij door de sterke wrijving met de luchtmassa ogenblikkelijk zo gloeiend worden als vloeibaar erts. Maar ook de lucht waar de steen doorheen zou snijden zou gloeiend worden en achter de weggeslingerde, vliegende steen een gloeiend uitziend spoor vormen, dat echter snel af zou koelen en verdwijnen, - net zoals jij dat bij de zoëven voorbijvliegende meteoor hebt gezien. Zo' n spoor is dan geen afval van een zich in de klauwen van de duivel bevindende ziel, maar alleen de door de zeer snelle vlucht van de steen gloeiend gemaakte lucht. Om je het echter nog gemakkelijker te laten begrijpen, zal Ik nu deze steen nemen en hem door de kracht van Mijn wil met grote snelheid rond laten vliegen en hem dan weer hierheen leiden, waardoor jij dan helemaal bevrijd zult zijn van je oude kindergeloof'
Hoofdstuk 166: Wat meteoren en kometen eigenlijk zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] LAZARUS zei: 'Ja, nu onderken ik dat natuurlijk wel; maar vroeger was dat voor mij immers niet mogelijk. Maar deze priesters zijn toch wel echte doortrapte duivels! Wel, ik dank U, o Heer, voor deze uitleg; want pas nu is het mij duidelijk hoe ik over deze zwarte volksbedriegers moet denken. -Maar kometen zijn toch serieus voorboden van oorlogen?'
Hoofdstuk 166: Wat meteoren en kometen eigenlijk zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[18] Tot ver in de omgeving van een vuurspuwende berg zul je zulke verschijnselen vaak van heel dichtbij te zien krijgen; maar van de bergen uit de Kaukasus komen alleen maar die stukken hierheen, die toevallig tijdens de uitbarsting zo'n richting krijgen dat zij hier moeten belanden, en ook moeten zij met voldoende kracht uitgeworpen zijn. Bovendien moesten zij zich ook reeds bij het uitwerpen in gloeiende toestand bevonden hebben, waardoor zij gemakkelijker de weerstand van de lucht, die hen hindert in hun snelle vlucht, konden overwinnen, omdat deze door hun hitte ogenblikkelijk verdund werd en daardoor hun vlucht minder belemmerde dan koude en daarom dichtere lucht.
Hoofdstuk 166: Wat meteoren en kometen eigenlijk zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[19] En nu heb Ik je deze zaak helemaal op natuurlijke wijze, volgens wereldse begrippen uitgelegd, en daarmee kun je heel tevreden zijn. Een diepere, geheel geestelijke uitleg daarvan kan Ik je nu niet geven, omdat je die niet zou begrijpen; wanneer Ik echter de geest der waarheid over jullie allen zal zenden, zal deze jullie ook in alle wijsheid binnenleiden. Maar nu is het ook al de hoogste tijd in huis te gaan. Kijk, de beide zusters komen ons al halen!'
Hoofdstuk 166: Wat meteoren en kometen eigenlijk zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  384 - 385 - 386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401 - 402 - 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409  ...