Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 401 van 1112

...  389 - 390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401 - 402 - 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414  ...
[16] Als jullie vandaag werken en eten en drinken, hebben jullie voldoende gezorgd voor de moeiten van de dag. Het zou daarom nutteloos zijn om je op de dag waarop je werkt ook al zorgen te maken voor de dag van morgen; wanneer jullie die zullen beleven, zal die zijn eigen zorgen wel met zich meebrengen. Want alleen de dag waarop jullie nog leven en werken, is door Mij op jullie rekening geschreven; de komende rust nog in Mijn hand en daar dragen jullie nog niet de verantwoordelijkheid voor. En daarom is het dwaas om je in aards opzicht vandaag al zorgen te maken voor morgen; want het is immers helemaal alleen aan Mij, of Ik een mens de komende dag mee laat maken of niet.
Hoofdstuk 61: De belangrijkste taak van de mens (25.12.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[13] Maar ook dat behoort zelfs niet tot de eigenlijke levensverdienste van de ziel, maar is eveneens een instelling van Mij die de ziel beloont, en het zou zelfs daar een ijdele dwaasheid van de ziel zijn als ze zich ook maar één ogenblik zorgen zou willen maken om deze aardse schat die ook aan gene zijde voor haar blijft bestaan, daar die immers bij haar 'ik' hoort. Ja, die bezorgdheid zou helemaal te vergelijken zijn met die van wel zeer dwaze ouders, die zich er alleen maar om bekommeren of hun kinderen wel een heel mooie en bekoorlijke gestalte zullen krijgen en hoe ze ervoor moeten zorgen dat hun ijdele dwaze wens in vervulling gaat, maar daarbij niet bedenken dat de groei en de uiterlijke gestalte enkel en alleen afhangen van Gods wil en dat geen mens daar iets aan kan veranderen.
Hoofdstuk 61: De belangrijkste taak van de mens (25.12.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[17] Zo was er ook eens een heer des huizes, die grote landerijen en kudden bezat, die zich van tevoren zodanig bezorgd maakte dat hij, om zijn aardse rijkdom te vergroten en veilig te stellen, nieuwe schuren, stallen en grote, stevige graanschuren liet bouwen en bovendien nog, ter grotere beveiliging, een sterke, hoge muur om de nieuwe gebouwen liet optrekken. En toen alles klaar was, zei hij: 'He, nu wordt het lichter in mijn zorgelijke hart; want van nu af aan zal ik met mijn grote bezittingen zonder zorgen en onbekommerd rustig verder kunnen leven!' Maar terwijl hij nog zo, zichzelf troostend, doorpraatte, weerklonk er een stem als een donder, die zei: 'O jij aardse ijdele dwaas! Je prijst en troost jezelf alsof jij zelf heer bent over je ziel en je leven! Kijk, nog in deze nacht zal je ziel gescheiden worden van je vlees, waar je zo bezorgd om was. Wat voor nut zullen al jouw grote zorgen, inspanningen en werk voor je ziel hebben?' Toen schrok die man en zag, dat hij nog heel weinig voor zijn ziel gezorgd had, en spoedig na dat bericht stierf hij.
Hoofdstuk 61: De belangrijkste taak van de mens (25.12.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] Onder degenen die met de meer dan zeventig leerlingen mee naar Bethanië gekomen waren, bevond zich ook een schriftgeleerde. Mijn woorden ergerden hem.
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Hierop keek de schriftgeleerde Mij verbaasd aan en zei, alsof hij zich tegenover Mij wilde rechtvaardigen: 'Meester, ik zie dat u heel goed thuis bent in de waarheid, en ik weet ook dat het voor het ware, aan God welgevallige leven niet voldoende is om de wetten alleen maar te kennen, maar men moet ernaar leven en handelen! God boven alles liefhebben kan men beslist alleen maar door al Zijn geboden precies op te volgen; maar als men zijn naaste moet liefhebben als zichzelf, dan moet men toch eerst weten wie die naaste eigenlijk is, die men moet liefhebben als zichzelf Wie moet ik als mijn naaste beschouwen?'
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Nu gebeurde het echter toevallig, dat ook een priester uit Jeruzalem langs diezelfde weg reisde. Hij zag de man, die de rovers lelijk toegetakeld hadden, langs de weg liggen, maar liep er voorbij zonder zich om hem te bekommeren. Na de priester kwam er weldra ook een Leviet en deed hetzelfde als de priester .
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Kort daarna kwam er ook een Samaritaan langs diezelfde plaats, en toen hij de man daar zag liggen, kreeg hij medelijden met de half doodgeslagen man. Hij ging naar hem toe, verbond zijn wonden, goot er olie en wijn op, tilde hem op zijn lastdier en bracht hem zo naar een herberg waar hij hem de hele dag en nacht zelfverzorgde. Toen hij de volgende dag zag dat het met de juiste verzorging wel beter zou gaan met de gewonde, riep hij de waard, gaf hem twee zilverstukken en zei tegen hem: 'Aangezien ik dringende zaken te doen heb, vertrek ik nu; verpleeg hem, tot ik over enkele dagen terugkom! Watje meer nodig zult hebben, zal ik je dan getrouw vergoeden! ' Daarna vertrok hij, en toen hij na enkele dagen terugkeerde trof hij de man over wie hij zich ontfermd had, goed verzorgd en in zoverre genezen aan, dat hij hem naar Jeruzalem kon terugbrengen; hij betaalde de waard nogmaals twee zilverstukken en gaf de genezen man bovendien nog kleren.
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] Hierop durfde de schriftgeleerde Mij niets meer te vragen, trok zich terug en zei tegen zijn metgezellen: 'Werkelijk, in deze Galileeër leeft een machtige geest van waarheid! Het is de moeite waard om naar hem te luisteren!'
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[15] Daarop zei één van de leerlingen: 'Het is echter nog meer de moeite waard om te leven en te handelen volgens hetgeen Hij leert; want Hij is de Heer en draagt alle macht over leven en dood in Zich. Wie Zijn leer doet, zal van Hem het leven ontvangen!'
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[16] De schriftgeleerde zei: 'Wanneer hij de Messias van de joden is, dan heb je helemaal gelijk; maar als hij dat is en alle macht en gezag in de hemel en op aarde bezit, dan kan hij dat toch tegen de hogepriesters zeggen; en als ze zich ertegen verzetten om dat aan te nemen en te geloven, laat hij hen dan verwerpen en hen met vuur uit de hemelen tuchtigen, zoals God eens Sodom en Gomorra getuchtigd heeft!'
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Maar Ik zeg jullie: wie zoals jullie eenmaal in het valse geworteld is, tevens onware dingen onderwijst en daarvoor ook nog grote eer verlangt van de blinde mensen, omdat hij zichzelf in zijn blindheid als iets groots beschouwt, vindt de lichte waarheid steeds hard en kwetsend voor zijn vermeende eer en dat maakt hem geërgerd. Ik zeg jullie echter dat zo iemand ook nooit toegang tot de waarheid zal vinden, als hij zich in zijn valse overtuiging niet willaten verdeemoedigen door het grote licht van de waarheid, maar hij zal zich in zijn duisternis voortdurend eer laten bewijzen, en daarin vervolgens ook ten onder gaan.
Hoofdstuk 64: Het beklag van de schriftgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Nu gebeurde het echter dat een man van koninklijken bloede, die van plan was een verre reis te maken, deze wegendeskundige tegen ruime beloning als gids in dienst nam, hoewel hij ook nog andere gidsen bij zich had, die weliswaar niet zo geleerd waren als hij, maar al veel reizen gemaakt hadden en de straten en wegen dan ook uit ervaring kenden.
Hoofdstuk 64: Het beklag van de schriftgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Met veel moeite trok de karavaan reeds dagenlang door het zand en begon al gebrek te krijgen aan water en levensmiddelen.
Hoofdstuk 64: Het beklag van de schriftgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[18] Hebben niet alle hogepriesters de tekenen aan de hemel gezien, die hun duidelijk aangaven wat zij door hun verstoktheid kunnen verwachten? Maar dat heeft geen indruk op hen gemaakt, afgezien van de haat tegen Hem, en zij overleggen steeds intensiever keer op keer met elkaar hoe ze Hem te pakken zouden kunnen krijgen en doden! Maar toch wandelt Hij nog vrij rond in het hele joodse land en heeft geen vrees voor Zijn vele vijanden, die zich oppermachtig wanen. Als Hij niet de Heer van alle macht en gezag in hemel en op aarde zou zijn, dan zou Hij allang het land uitgevlucht zijn. Maar omdat Hij heel goed weet, welke macht en welk gezag Hij heeft, vlucht Hij niet voor Zijn vijanden, maar gaat Hij zonder enige schroom of vrees de tempel binnen en onderricht het volk over de komst van Gods rijk op aarde en bedreigt Hij de Farizeeën en joden met alle scherpte van Zijn woorden. Wie anders dan alleen Hij, als Heer van alle macht en kracht, zou dat durven? Dat zal toch voor ieder verstandig mens meer dan voldoende bewijs zijn, dat alleen Hij en niet iemand anders de ware Messias en bijgevolg ook de Heer is!
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Toen riep de koninklijke man de gidsen nogmaals bij zich; hij riep de wegendeskundige ter verantwoording en bedreigde hem, ingeval hij door zijn halsstarrigheid de karavaan op dwaalwegen gebracht zou hebben.
Hoofdstuk 64: Het beklag van de schriftgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  389 - 390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401 - 402 - 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414  ...