Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 402 van 1490

...  390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401 - 402 - 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414 - 415  ...
[3] LAZARUS zei: 'Gewoon blijven! Want ik ken deze persoon al geruime tijd; zij heeft al een aantal jaren last van deze ziekte, en zij heeft dit al meermalen gehad, vooral als zij iets teveel wijn had gedronken. Wij joden noemen het bezetenheid door één of vaak ook meer kwade geesten. In vroeger tijden, toen er nog veel vrome mensen onder de joden te vinden waren, konden zulke kwade geesten door het gebed van een vroom mens verjaagd worden; maar in deze tijd bestaat dat nauwelijks meer. Natuurlijk zou onze bijzondere man dat welogenblikkelijk kunnen, als Hij dat wilde!
Hoofdstuk 185: De genezing van de bezeten jonge vrouw Maria Magdalena - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] DE VOORNAAMSTE ROMEIN kwam aan onze tafel, waar wij heel rustig zaten, zocht juist Mij uit en zei: 'Beste vriend, is er dan helemaal niemand onder u die dit ongelukkige meisje wat kan helpen? U zit er echt zo ongeïnteresseerd bij, terwijl deze arme vrouw met de dood vecht! Ik zou haar beslist graag helpen als ik een middel tegen die kwaal zou kennen; maar het is bij ons Romeinenjuist met het genezen van speciaal dit soort kwalen nog erg slecht gesteld.'
Hoofdstuk 185: De genezing van de bezeten jonge vrouw Maria Magdalena - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] IK zei: 'U heeft zich tot Mij gewend, zonder te weten wie Ik ben; maar uw halve vertrouwen dat er aan onze tafel iemand de bezetene zou kunnen helpen, heeft u naar Mij toegebracht. En Ik zeg u dat uw geest u al de juiste man heeft aangewezen, die haar ook helpen zal tot haar lichamelijk welzijn en tot welzijn van haar ziel. Let dan goed op met welke middelen Ik deze jonge vrouw voor altijd zal helpen!'
Hoofdstuk 185: De genezing van de bezeten jonge vrouw Maria Magdalena - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] Daarop viel zij aan Mijn voeten neer, omklemde deze knielend en maakte ze nat met tranen van liefde en berouw.
Hoofdstuk 185: De genezing van de bezeten jonge vrouw Maria Magdalena - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[14] Maar IK zei tegen de leerlingen: 'Wat gaat jullie dat aan?! Ben Ik dan niet Heer over Mijzelf en nu ook over haar? Als het Mij teveel wordt, zal Ik wel tegen haar zeggen wat wel of niet te pas komt! Ik zeg jullie: Deze jonge vrouw heeft veel gezondigd, -maar zij houdt ook meer van Mij dan jullie allemaal bij elkaar; daarom zal haar ook veel vergeven worden. En verder zeg Ik jullie nog, dat overal waar Mijn evangelie gepredikt wordt ook over dit voorval en deze jonge vrouw gesproken zal worden.'
Hoofdstuk 185: De genezing van de bezeten jonge vrouw Maria Magdalena - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[16] Maar IK zei daarop tegen de jonge vrouw: 'Sta op want je bent geholpen, en al je zonden zijn je vergeven! Maar ga nu heen en zondig niet meer, opdat je nog niet iets ergers zal overkomen! Want als een boze geest een mens verlaat, trekt hij door dorre steppen en woestijnen en zoekt naar een woning, en als hij niets vindt, komt hij weer terug. Dan vindt hij zijn oude woning schoongeveegd en gereinigd, zodat hij grote lust krijgt er weer in te trekken. Als hij echter ziet dat hij alleen te zwak is, haalt hij zeven andere geesten die nog erger zijn dan hij en gezamenlijk trekken zij dan met geweld in de gereinigde woning, en deze tweede toestand van die mens is dan nog veel erger dan de eerste. Let dus goed op dat jou niet hetzelfde overkomt! Sta daarom op, ga heen en zondig dus niet meer!'
Hoofdstuk 185: De genezing van de bezeten jonge vrouw Maria Magdalena - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[17] Toen stond de jonge vrouw op en wist van louter liefde en dank voor Mij haast niet wat zij moest doen. Na een poosje vroeg zij Mij of zij toch deze nacht nog hier in de herberg mocht blijven, omdat het al laat in de nacht was geworden.
Hoofdstuk 185: De genezing van de bezeten jonge vrouw Maria Magdalena - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Maar nu begon DE ROMEIN Mij ook wat nauwkeuriger te bekijken, en hij zei tegen Mij: 'Vriend, vergeef mij dat mijn hart mij dwingt u nu ook met een belangrijke vraag lastig te vallen! Mijn eerdere navorsingen naar die bijzondere man uit dit land zullen u niet ontgaan zijn. U heeft nu deze jonge vrouw zo wonderbaarlijk genezen als ik nog nooit eerder heb meegemaakt. U genas haar alleen door de kracht van Uw wil. Zou het kunnen zijn dat u uiteindelijk die bijzondere man, die ware godmens bent, waarover men helemaal in Rome spreekt?! En mocht u het misschien niet zijn, dan zult u zeker van hem afweten. Als dat zo is, breng ons dan bij hem, en wat ik aan schatten bij mij heb is van u!'
Hoofdstuk 186: De Romeinen en de jonge vrouw eren de heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] DE ROMEIN, die helemaal in de wolken was over Mijn mededeling, zei: '0 vriend, als U het bent, dan heb ik met al mijn reisgenoten mijn heil gevonden; want ik wil Uw onderricht ze]f meemaken en Uw grote macht en heerlijkheid zien. Maar wij zullen U morgen pas verder lastigvallen; deze nacht willen we als oude, goede vrienden doorbrengen.
Hoofdstuk 186: De Romeinen en de jonge vrouw eren de heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Allereerst dank ik U nu voor de genezing van dit lieve jonge meisje. En jullie beiden als gastheren, laat nu nog meer wijn brengen; want wij hebben nu ons hoogste heil gevonden, en morgen zullen alle armen van deze stad op onze kosten te eten krijgen! Fiat!'
Hoofdstuk 186: De Romeinen en de jonge vrouw eren de heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Toen zei DE JONGE VROUW: 'Als ik wist dat ik Hem eer kon bewijzen door de wijn te drinken, zou ik alle zakken van heel Palestina leeg willen drinken en dan voor Hem sterven; maar ik weet, dat ik door het drinken van wijn Zijn eer niet in het minst vergroot. Omdat Hij door alle machten van de hemel en van de natuur van deze aarde ten hoogste geëerd wordt, is naast die hoogste eer mijn eer zoveel als niets, en daarom drink ik nu de wijn ook niet; maar ik drink de wijn uit liefde voor Hem en ook voor u, goede mannen uit Rome! En laat daarom deze beker vol wijn zoveel betekenen als: Mijn hart is voor Hem alleen, en mijn achtingvoor u allen!'
Hoofdstuk 186: De Romeinen en de jonge vrouw eren de heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] Na deze goede toespraak dronk zij de beker leeg, stond van haar zitplaats op, ging naar Mij toe en zei: 'O grote Meester, laat een onwaardige jonge vrouw de zoom van Uw kleed aanraken en kussen om haar hart daardoor wat te verlichten!'
Hoofdstuk 186: De Romeinen en de jonge vrouw eren de heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[11] Daarna knielde zij neer, pakte de zoom van Mijn gewaad en kuste deze vele malen, maakte hem nat met haar tranen en kon die toen helemaal niet meer loslaten.
Hoofdstuk 186: De Romeinen en de jonge vrouw eren de heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[18] En daarom verheug ook Ik Mij over deze zondares die zich nu voor altijd van haar zonden heeft afgewend; en zij is ook blij dat zij haar echte en ware heil gevonden heeft. Laat haar daarom haar vreugde!'
Hoofdstuk 186: De Romeinen en de jonge vrouw eren de heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Maar IK zei tegen hen: 'Beste vrienden en broeders, als wijn in juiste mate gedronken wordt, is deze versterkend en maakt alle lichaamsdelen krachtig en gezond; maar wanneer hij overmatig gedronken wordt, wekt hij de kwade geesten in het lichaam op en verdooft de zintuigen. De kwade geesten wekken dan echter lichamelijke lusten op, met name onkuisheid en ontucht, waardoor de hele ziel dan voor lange tijd onrein, en daardoor ook ontevreden, twistziek, traag en vaak haast helemaal dood wordt. Let daarom bij het drinken van wijn op de juiste maat, dan zal jullie lichaam rustig blijven!'
Hoofdstuk 187: Over de werking van de wijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  390 - 391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401 - 402 - 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414 - 415  ...