Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 403 van 1112

...  391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401 - 402 - 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414 - 415 - 416  ...
[7] We hebben nu de ontwikkeling van de aarde gezien tot het stadium van schrale zure knop. Wat gebeurt er eigenlijk bij een boom in het vroege voorjaar, wanneer de schrale zure knop helemaal opzwelt en groen en sappig wordt? Kijk, ze springt open, van binnenuit daartoe aangezet, werpt haar eerste omhulling in zekere zin overboord in de zee van vergankelijkheid en oplossing, en ontplooit zich tot een grotere volmaaktheid, zodat zich vervolgens uit haar midden de bladeren kunnen ontvouwen, als noodzakelijke begeleiders van de daarop volgende bloei, leidend tot de ontwikkeling van de vrucht. Al is een boom, zoals reeds opgemerkt, maar een uiterst schamele vergelijking voor de ontwikkeling van een hemellichaam, toch kan hij jullie tot een goed beeld dienen, waaruit jullie in zeer vereenvoudigde vorm kunnen afleiden hoeveel ervoor nodig is, voordat een hemellichaam geschikt wordt om mensen van jullie soort te dragen en te voeden.
Hoofdstuk 71: De eerste twee ontwikkelingsperioden van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Toen er nu op die verschillende grotere stukken land nogmaals voedsel in grote hoeveelheden was, werd er door Mij ook direct in de meest wijze ordening voor een groter aantal reeds meer ontwikkelde, kleine en grote consumenten gezorgd. Het water tussen de stukken land werd door grotere dieren bewoond, en de grotere stukken land hadden hun grote dieren, die aten wat de bodem aan nieuwe planten, kruiden en bomen bood.
Hoofdstuk 71: De eerste twee ontwikkelingsperioden van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[13] In deze voortschrijdende ontwikkelingsperiode van de aarde, die op een bepaalde manier van belang was voor het vruchtdragende planten en dierenleven, kon het er namelijk evenmin aangenaam droog uitzien als bij de zich meer en meer ontvouwende knoppen van de boom; want als die er droog uitzien, dan ziet het er met de bloei en de daarop volgende vruchtzetting zeker niet al te best uit.'
Hoofdstuk 71: De eerste twee ontwikkelingsperioden van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Daarop waren er weer een groot aantal tussenperioden en na lange tijd brak er een vierde voorbereidende ontwikkelingsperiode aan. De stukken land werden weer veel groter, de vegetatie werd ook opnieuw veel weelderiger, en in het water, op de reeds drogere landen en ook in de lucht begon het zeer levendig te worden met allerlei kleine en daarnaast ook grotere dieren; er waren zelfs al warmbloedige zoogdieren bij, die niet meer door middel van eieren op deze wereld kwamen, maar langs de weg van de natuurlijk verwekking en bijgevolg ook levende jongen ter wereld brachten, met uitzondering van de waterdieren, enige grote amfibieën, de vogels, wormen en insecten.
Hoofdstuk 72: De ontwikkeling van de aarde tot aan de pre-adamieten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Na heel lange tijd, in het verloop waarvan er op de aarde reeds een grotere rust en orde intrad, en na vele nog altijd zeer grote stormen op de aarde zien we nu een vijfde periode optreden waarin de aarde wordt voorbereid. Uit de diepte van de zee verheffen zich opnieuw grote stukken land, die zich aansluiten bij de stukken land die al uit de voorgaande perioden bestonden, en vormen zo al hele continenten.
Hoofdstuk 72: De ontwikkeling van de aarde tot aan de pre-adamieten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] In deze periode, waarin zich reeds een bestendig continent gevormd heeft, beginnen de regelmatige zeestromingen van 14.000 tot 14.000 aardse jaren. Door deze stromingen wordt langzaamaan de zuidelijke helft van de aarde en daarna weer de noordelijk helft door de zee overspoeld, voor de vorming van vruchtbare aarde over de dikwijls zeer uitgestrekte woestijnen van rolstenen. Want na ongeveer 14.000 jaar heeft de zee zoveel vruchtbaar slik op de woeste rolsteenvlakten en dalen gelegd dat die daarna, als de zee zich weer terugtrekt en de achtergelaten modder tot een steviger bodem wordt, buitengewoon vruchtbaar zijn.
Hoofdstuk 72: De ontwikkeling van de aarde tot aan de pre-adamieten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[19] De kleur van hun nog tamelijk dicht behaarde huid lag tussen donker en lichtgrijs; alleen in het zuiden bestonden ook stammen zonder haar. Hun uiterlijke vorm had een sterke overeenkomst met die van de Moren uit onze tijd. Tot aan Adam plantten ze zich voort en verbreidden zich in de laagvlakten en dichte bossen; maar op de bergen hebben ze zich nooit gevestigd.'
Hoofdstuk 72: De ontwikkeling van de aarde tot aan de pre-adamieten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] (De Heer:) 'In de tijd van Adam, waarmee de zesde periode begint moest de aarde weer voor een deel grote veranderingen door vuur en water doormaken, en bij die gelegenheid ging het beschreven pre-adamitische geslacht samen met hun huisdieren nagenoeg helemaal ten onder, evenals de vele bossen en andere dieren daarin, die niet tot de huisdieren gerekend kunnen worden; slechts enkele vogelsoorten bleven bestaan, evenals de dieren op de bergen en in de wateren van de aarde.
Hoofdstuk 73: De twee laatste ontwikkelingsperioden van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Hier en daar bleven de beschreven prehistorische mensen nog wel bestaan, maar slechts weinig in getal, en leefden met de Adamieten tot in de tijd van Noach in Azië; ze gingen echter langzamerhand achteruit omdat ze niet voldoende voedsel meer vonden dat geschikt voor hen was. Maar in enkele gebieden diep in zuidelijk Afrika en op enkele grotere eilanden van de uitgestrekte aarde kunnen nog enkele verkommerde nakomelingen van de vijfde periode aangetroffen worden. Ze zijn echter nog helemaal wild; alleen hebben ze zich van de nakomelingen van Kaïn toch hier en daar een wat hogere beschaving eigen gemaakt. Ze kunnen getraind worden voor verschillende soorten werk, maar in de grond van de zaak toch niets uit zichzelf bedenken. Met een deel van hen is het wat beter gesteld, omdat zij uit een vermenging met de Kaïnieten en later ook de Lamechieten voortkwamen; maar ook zij zijn niet geschikt voor een hogere en diepere geestelijke ontwikkeling.
Hoofdstuk 73: De twee laatste ontwikkelingsperioden van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Dit soort mensen zullen daar, waar ze nu zijn, nog lang voortbestaan en zich voortplanten en geleidelijk aan ook nog meer beschaving opnemen van de Adamieten, maar daarbij toch nooit een groot volk worden. -Dat zijn nu de pre-adamieten uit de vijfde voorbereidende ontwikkelingsperiode van de aarde.
Hoofdstuk 73: De twee laatste ontwikkelingsperioden van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Als de kinderen van een huisvader in het voorjaar de kersen -, pruimen -, peren en appelbomen in de tuin zien bloeien, dan verheugen ze zich daar weliswaar ook over, maar ze zouden toch liever direct al de rijpe vruchten willen zien en proeven dan zich enkel en alleen aan de mooie bloesem te verlustigen. Maar een wijze vader zegt tegen zijn nog zeer ongeduldige kinderen: 'Geduld maar, mijn lieve kinderen! Alles in deze wereld heeft zijn tijd volgens Gods orde, en daarin komt alles tot rijpheid! Hebben ook jullie dus maar geduld; ook deze nu bloeiende bomen zullen over een paar maanden vol hangen met rijpe en zoete vruchten, en we zullen er dan met de Vader in de hemel van genieten!' Dat stelt de kinderen dan gerust.
Hoofdstuk 73: De twee laatste ontwikkelingsperioden van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Ik zei: 'O ja, waarom zou Ik dat niet doen? We hebben daar immers nog tijd genoeg voor, je kunt dus rustig naar Mij luisteren! Kijk! Als zelfs de zielen van stenen, planten en dieren voortleven en in de toestand, waarin ze vrij zijn van de materie, laten we zeggen, al in menselijke zielen kunnen overgaan door zich met elkaar te verenigen, en vervolgens in het lichaam van een mens tot ware mensen kunnen worden, dan zullen de zielen van de pre-adamieten toch ook een verder leven hebben, zoals ook de zielen van de mensen van alle andere werelden in de eindeloze scheppingsruimte eeuwig voortleven.
Hoofdstuk 74: De zielsontwikkeling van de pre-adamieten (16.1.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Als Ik hun boden stuurde en hen waarschuwde, dan werden die steeds gewurgd, en de mensen beterden hun leven niet. En kijk, toen liet Ik toe dat die aarde van binnenuit in vele stukken uiteengereten werd! Dat nu gebeurde aan het begin van de zesde periode van deze aarde, en deze aarde werd het levenskamertje. Waar die aarde zich bevindt, eveneens in een baan om deze zon, daar zullen we nog iets nader op ingaan. Maar laat jij, Lazarus, nieuwe wijn brengen; daarna praten we verder!'
Hoofdstuk 74: De zielsontwikkeling van de pre-adamieten (16.1.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Allemaal keken ze nu naar de planeet, die nu in vele grote stukken uiteenviel. Alleen de vier manen bleven heel; maar omdat ze hun centrale hemellichaam kwijt waren, raakte hun orde verstoord en verwijderden ze zich meer en meer van elkaar, mede omdat ze door het barsten van de centrale planeet een flinke stoot gekregen hadden.
Hoofdstuk 75: Het drinken van wijn De uiteenzetting over het vernietigde hemellichaam - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] De grote zeeën van deze planeet verdeelden zich bij het barsten samen met hun bewoners van allerlei soort eveneens in grotere en kleinere druppels, waarvan enkele een doorsnede van vele uren gaans hebben, ook vaste aardbodem in zich dragen en ook nog door sommige dieren bewoond worden. Op de vier manen leven nog de vroegere schepselen, alleen in een reeds meer verkommerde toestand, zoals dat ook het geval is op de enkele heel grote stukken, maar in een nog meer verkommerde toestand; op de kleinere brokstukken heerst echter geen organisch leven, behalve dat van het verweren en langzaam ontbinden.'
Hoofdstuk 75: Het drinken van wijn De uiteenzetting over het vernietigde hemellichaam - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  391 - 392 - 393 - 394 - 395 - 396 - 397 - 398 - 399 - 400 - 401 - 402 - 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414 - 415 - 416  ...