Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 414 van 1166

...  402 - 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414 - 415 - 416 - 417 - 418 - 419 - 420 - 421 - 422 - 423 - 424 - 425 - 426 - 427  ...
[4] Maar de gekozen vorst, die Ikzelf mogelijkerwijs ook zou kunnen zijn, zegt verder: 'Ga heen en predik eerst voor de rechtvaardigen, opdat zij goed worden, dan zullen zij de vrucht van hun werken eten! (vs 10) Wee echter de tragen en goddelozen; want zij zijn altijd slecht, en hun zal vergolden worden naar hun werken en zoals zij het verdiend hebben! (vs 11) Luister, daarom zijn kinderen vorsten van Mijn volk, en zelfs vrouwen heersen over hen. Mijn volk, je (verkeerde) troosters verleiden je (Denk aan Rome!) en verwoesten de weg die je moet gaan!(vs 12)
Hoofdstuk 176: Het ineenstorten van verkeerde geloofssystemen uitgelegd uit Jesaja 3, 6 27 - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Waarom vertrappen jullie Mijn volk, en waarom mishandelen jullie alle ellendigen? Zo spreekt nu met grote ernst de Heer.(vs 15)
Hoofdstuk 176: Het ineenstorten van verkeerde geloofssystemen uitgelegd uit Jesaja 3, 6 27 - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] En de Heer spreekt verder: Omdat de dochters van Sion trots zijn (de valse leer van de hoer van Babel) en met een gestrekte hals en met opgemaakt gezicht lopen, trots ( overmoedig) rondlopen, kwispelstaartend (als een hongerige hond) en aan hun voeten kostbaar schoeisel dragen (vs 16), zal de Heer de schedel van de dochters van Sion kaal scheren (het verstand afnemen) , en daarmee zal Hij nog hun enige en beste sieraad afnemen (vs 17).
Hoofdstuk 176: Het ineenstorten van verkeerde geloofssystemen uitgelegd uit Jesaja 3, 6 27 - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] En zie, Mijn vrienden: Wat de profeet toen gezegd heeft zal zeker in vervulling gaan, zo zeker en waar als Ik het jullie nu Zelf heb uitgelegd. Want de mensen kunnen de waarheid voor een langer tijdsbestek niet verdragen, worden moe en verzinken altijd weer in hun oude, gericht en dood brengende traagheid, en dan is er werkelijk niets anders aan te doen dan met de uiterste middelen de mensen weer te wekken en hen weer als vanouds op de wegen en bergpaden van het licht en het leven te brengen.
Hoofdstuk 176: Het ineenstorten van verkeerde geloofssystemen uitgelegd uit Jesaja 3, 6 27 - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Luister! Hij zegt: 'Dan zal de ene broeder de andere uit zijn broeders huis grijpen en zeggen: 'jij hebt kleren (kennis en ervaring), wees onze vorst en help bij dit verval!' (Jesaja, 3, vers 6) Maar hij zal dan zeggen en zweren: 'Luister, ik ben geen arts, en er is noch brood (het goede van het geloof) noch kleding (waarachtig geloof) in mijn huis! Maak mij daarom geen vorst van het volk!' (vs 7) Want Jeruzalem is rijp en valt, en Juda (de latere tijd) is eveneens gevallen; want hun taal en hun daden zijn tegen de Heer doordat zij de ogen van Zijn majesteit (het licht van Zijn wijsheid) weerstreven. (vs 8) Dat is voor iedereen zichtbaar en bekend. Hun wezen is niet verborgen; want zij beroemen zich op hun zonde zoals in Sodom en Gomorra, en zij zijn brutaal en verbergen zich zelfs niet. Wee hun ziel; want daarmee storten zij zichzelf helemaal in het ongeluk! (vs 9)
Hoofdstuk 176: Het ineenstorten van verkeerde geloofssystemen uitgelegd uit Jesaja 3, 6 27 - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] We gingen nu de grote herberg van Nikodemus binnen, waar reeds een goed toebereid avondmaal op ons wachtte. Maar omdat er zich onder Mijn volgelingen nu een tamelijk groot aantal tempeldienaren bevond, die heimelijk nog veel waarde hechtten aan hun oude tempelrangorde, ontstond er onenigheid onder hen over wie meer boven -of meer onderaan de grote tafel plaats zou nemen. Tengevolge daarvan bezetten dan ook onze schriftgeleerde en de twee op deze middag bekeerde Farizeeën uit gewoonte meteen de belangrijkste plaatsen en letten er daarbij niet op dat Ikzelf nog niet plaatsgenomen had, evenmin als de Romeinen, de drie magiërs uit Indië en de mannen uit Opper-Egypte, hetgeen Nikodemus en ook Lazarus duidelijk niet erg aanstond.
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Ik ging naar hen toe en zei: 'Luister, in Mijn rijk bestaat helemaal geen rangorde, daar geldt alleen maar: wie zichzelf verhoogt zal vernederd worden; wie zich zelf echter heel bescheiden opstelt, zal verhoogd worden!
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[5] Zo zal het eens ook in Mijn rijk zijn. Wie daar de kleinste en minste zal zijn, zal ook de grootste zijn. Want in de hemel is alles tegengesteld aan de wereldorde hier; wat in de ogen van de wereld belangrijk en luisterrijk is, is in de hemel heel klein en gering en zonder enige pracht of praal.
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Deze les moet opgeschreven worden, en waar Mijn evangelie gepredikt wordt, moet ook dit getrouw aan alle mensen gepredikt worden!
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] Ik ben toch de Heer Zelf, en kijk eens, Ik ben van gans er harte zachtmoedig en deemoedig! Weest allen evenzo, dan zal daaruit vooral blijken dat jullie waarlijk Mijn leerlingen zijn!'
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[11] Daarop ging Ik met Mijn leerlingen en met Rafaël, Lazarus en Nikodemus helemaal onderaan zitten, en Agricola zei: 'O Heer en Meester, nu zie ik maar al te goed in, waar voor ieder mens de werkelijke eerste plaats is! Bij ieder waarachtig mens is de eerste rang verborgen in de diepte van zijn ware deemoed! ook wij Romeinen hebben daarvoor een oud en goed spreekwoord -het luidt: Laus propria sordet ( eigen roem stinkt) -, en ik ontdekte nu door Uw woorden dat dat zo is, en het doet me deugd dat wij Romeinen, zonder openbaring, toch door denken en ondervinding een waarheid ontdekt hebben die nu in het licht van Uw wijsheid veel beter blijkt te zijn dan al die nieuwe instellingen in jullie tempel, die de meest wijze van alle koningen der aarde gebouwd heeft!'
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[17] Volgens Mijn woord zal iedereen in zichzelf een David worden voor eeuwig in Mijn rijk, - maar Ik zeg jullie, wees op deze wereld voortaan gehoorzaam aan iedere wereldlijke overheid, of deze nu slecht is of goed; want de macht die zij heeft, is haar van boven gegeven!
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[22] Ik zei: 'Hier, aan Mijn rechterhand, zitten de Romeinse machthebbers die omwille van Mij zelfs van Rome hier naartoe zijn gekomen! Zij zullen jullie wel zeggen wie Ik eigenlijk ben, als jullie je niet willen schikken naar Mijn oordeel! Maar als het zover is, wee jullie, woekerzielen! Bij hetgeen Ik heb gezegd zal het ook blijven! Doen jullie nu watje wilt!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[27] Ik zei: 'Vriend, als er een gevaar op komst is dat zeker dreigt, komt jouw welgemeende bevel wel veel te laat! Daarom heb Ik via Mijn Rafaël reeds voor alles gezorgd en de Romeinse soldaten voeren reeds uit wat hun bevolen werd. Ze zullen de halsstarrige waarden spoedig hierheen brengen; want toen die met hun handlangers de wagens en lastdieren naderden, werden ze door de soldaten die daar opgesteld stonden omsingeld en gevangen genomen. Ze zullen nu ook gauw hier voor de herberg gebracht worden en de commandant zal binnen komen om Nikodemus naar zijn oordeel te vragen.'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Binnenkort zullen Mijn leerlingen bij jullie komen; neem hen op en aanvaard wat ze jullie zullen leren handel daarnaar! Wat jullie voor hen zullen doen zal Ik beschouwen alsof jullie het voor Mij hebben gedaan. Dat is het loon dat Ik voor Mijn rechtvaardig oordeel van jullie verlang! Hebben jullie Mij goed begrepen?'
Hoofdstuk 179: Een klein evangelie aan de Damasceners - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  402 - 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414 - 415 - 416 - 417 - 418 - 419 - 420 - 421 - 422 - 423 - 424 - 425 - 426 - 427  ...