15542 resultaten - Pagina 415 van 1037
... 403 - 404 - 405 - 406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414 - 415 - 416 - 417 - 418 - 419 - 420 - 421 - 422 - 423 - 424 - 425 - 426 - 427 - 428 ...
[5] De waard zei: 'Sta maar gerust op en kom dan naar de grote zaal; daar zul je Degene zien die jou op zo'n wonderbaarlijke wijze gezond heeft gemaakt!'Hoofdstuk 68: De Heer geneest de zieke knecht van de waard (22.11.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] De waard wees met zijn hand naar Mij en zei: 'Deze Godmens hier, van wie ik openlijk moet zeggen en bekennen dat wij geen van allen ook maar in de verste verte waardig zijn dat Hij naar ons toe en over de drempel van mijn huisdeur is gekomen. Bedank Hem allemaal voor al de genade die Hij ons bewezen heeft en geef Hem altijd voor alle mensen de eer!'
Hoofdstuk 68: De Heer geneest de zieke knecht van de waard (22.11.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Toen de rabbi, die eigenlijk ook al een lagere Farizeeër was, dat van. de waard had gehoord, werd hij nog kwader dan tevoren, zei vervolgens mets meer en begaf zich weer naar zijn metgezellen.
Hoofdstuk 68: De Heer geneest de zieke knecht van de waard (22.11.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[17] Ook het personeel, de bedienden en de dienstmeisjes die onze zaal binnen waren gekomen gingen op bevel van de waard weer aan hun werk; want ze hadden nog veel te doen vanwege enkele vreemdelingen, die voor het merendeel voor handel vanuit Kapernaüm hier naar het marktplaatsje waren gekomen. Alleen de genezen knecht bleef bij ons, en at en dronk met ons mee en sterkte zich.
Hoofdstuk 68: De Heer geneest de zieke knecht van de waard (22.11.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Ik zei: 'Luister naar wat zij als zuiver woord van Mozes en de profeten verkondigen, en handel naar dat zuivere woord; maar houd je niet aan hun eigen instellingen, want in Gods ogen zijn die een gruwel!
Hoofdstuk 69: De waarde van de instellingen van de tempel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Er staat immers ook geschreven: 'Zie, dit volk eert Mij met de lippen; maar hun hart is verre van Mij!' Maar Ik zeg jullie: het einde van hen die een menselijke leer verkondigen is nabij gekomen! Daarom ben Ik, die de Waarheid, de Weg en het Leven ben, naar jullie toegekomen en Ik zal de leugen en haar kwade werken wegvagen. Weliswaar zal Ik deze wereld binnenkort verlaten, en in de tijd dat Ik voor het oog afwezig ben zullen de leugen en haar valse en kwade dingen nog een tijdlang voortwoekeren onder de mensen op aarde; maar dan zal Ik op de juiste tijd met alle macht en kracht naar jullie mensen terugkomen en een einde maken aan de heerschappij van de leugen en het bedrog!
Hoofdstuk 69: De waarde van de instellingen van de tempel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] De dag van Mijn tweede wederkomst zal zijn als een bliksem, die van het oosten naar het westen hoog langs de bewolkte hemel schiet en alles verlicht wat onder de hemel is. Voordat dat zal gebeuren, zal -zoals Ik jullie al verscheidene malen heb verkondigd - de Zoon des mensen nog veel moeten lijden en geheel en al verworpen worden door dit geslacht, namelijk door de Joden en Farizeeën, en in later tijden door degenen die men nieuwe Joden en Farizeeën zal noemen.
Hoofdstuk 70: De wederkomst van de Heer (Luc. 17:22-36) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Evenzo nog een ander beeld: wie zich op het veld (de vrijheid van inzicht) bevindt, moet zich niet omkeren naar wat er achter hem is ( oude drogleren en de instellingen daarvan) , maar zich het lot van de vrouw van Lot herinneren en in de waarheid voorwaarts streven.
Hoofdstuk 70: De wederkomst van de Heer (Luc. 17:22-36) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] De leerlingen zeiden: 'Heer en Meester, dat is allemaal goed zo en wij geloven Uw woorden; maar waar en wanneer zal dat gebeuren, naar aardse tijd gerekend? Dat zou U ons toch ook nog wel kunnen zeggen!'
Hoofdstuk 70: De wederkomst van de Heer (Luc. 17:22-36) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Ik zei: 'Kijk maar eens naar het trage en ongelovige farizeeërdom, dan zien jullie het aas! Ik en allen die in Mij geloven, Joden en heidenen, zijn de adelaars, die het aas weldra helemaal zullen opeten. Zo is ook de nacht der zonden van de ziel een aas, waaromheen het licht des levens zich begint te verspreiden en het aas met al zijn nevels en drogbeelden vernietigt, zoals de ochtend dat met de nacht doet.
Hoofdstuk 71: De laatste tijd vóór de wederkomst van de Heer (Luc. 17:37) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Je hebt helemaal gelijk als je nu zegt dat het rijk Gods in Mij naar jullie toe is gekomen en zich bij jullie en in jullie midden bevindt; maar dat is nog niet voldoende om het eeuwige leven van de ziel te bereiken en ten volle te behouden, omdat het rijk Gods in Mij weliswaar naar jullie toe is gekomen, maar daarmee nog niet is doorgedrongen tot jullie innerlijk, wat pas kan en zal gebeuren wanneer jullie zonder rekening te houden met de wereld Mijn leer helemaal in jullie wil en derhalve ook in alles wat jullie doen hebben opgenomen. Als dat eenmaal het geval zal zijn, zullen jullie niet meer zeggen: 'Christus, en met Hem het rijk Gods, is naar ons toe gekomen en woont bij en onder ons!', maar jullie zullen zeggen: 'Nu leef ik niet meer, maar Christus leeft in Mij!' Als dat bij jullie het geval zal zijn, zullen jullie ook ten volle begrijpen dat het rijk Gods niet met uiterlijke pracht en praal naar en in de mensen komt, maar zich enkel inwendig in de mens ontplooit en de ziel in het eeuwige leven van dat rijk Gods trekt en haar daarin blijvend vasthoudt.
Hoofdstuk 72: Het rijk Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Zo moeten ook dieren en mensen hun voedsel eerst van buitenaf in zich opnemen; maar dat opnemen van voedsel en drank is nog lang niet de echte voeding van het lichaam, maar die gaat daarna pas vanuit de maag naar alle delen van het lichaam. Zoals in zekere zin de maag het leven voedende hart van het lichaam is, zo is ook het hart van de mens de voedende maag van de ziel, die de geest uit God in haar moet wekken, en Mijn leer is het ware levensvoedsel en de ware levensdrank voor de maag van de ziel.
Hoofdstuk 72: Het rijk Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[15] Als jullie dat nu begrepen hebben, handel er dan ook naar; dan zullen Mijn woorden in jullie volledige, levende waarheid worden!'
Hoofdstuk 72: Het rijk Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] Daarom moet niemand van jullie alleen maar luisteren naar Mijn woord, maar er ook serieus en ijverig naar handelen. Dan zullen in zeer korte tijd alle bedenkingen en twijfels uit zijn ziel verdwenen zijn.
Hoofdstuk 74: De betekenis van het handelen volgens Gods woord - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[15] Waarlijk Ik zeg jullie: naar degene die Mij werkelijk lief zal hebben en zich aan Mijn geboden zal houden, zal Ik toekomen en Mijzelf aan hem openbaren, en dan zal iedereen zich ervan kunnen overtuigen dat hij zich niet als een wees in de wereld bevindt! Degene aan wie Ik Mij op die manier zal openbaren moet dat echter niet voor zichzelf houden, maar die troost ook aan zijn broeders meedelen, opdat ook zij daardoor getroost en gesterkt worden.
Hoofdstuk 74: De betekenis van het handelen volgens Gods woord - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)