Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

10915 resultaten - Pagina 418 van 728

...  406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414 - 415 - 416 - 417 - 418 - 419 - 420 - 421 - 422 - 423 - 424 - 425 - 426 - 427 - 428 - 429 - 430 - 431  ...
[18] Ik zal het dan als zodanig beschouwen en jullie daarvoor zegenen, als had Ik het maal Zelf genoten; wie echter in deze hut een maaltijd tot zich wil nemen, die moet er beladen met vers hout en goed voorzien heen gaan.
Hoofdstuk 22: De nieuwe hut van de Heer bij de familie van Gabiël. Purista, de eerste kokkin van de Heer. De drie pannen op het vuur in de nieuwe hut - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[20] In deze hut nu, Mijn lieve, reine Purista, zul je voldoende zuivere kookpotten aantreffen. Van de vruchten die in jullie vergrote tuin rijkelijk voorhanden zijn, van de soort die jij, van verbazing vervuld, aan Adam als een gave uit het morgenland overhandigde, moet je er telkens drie in zuiver water koken en er iedere dag, iedere morgen, iedere middag en iedere avond een grote pot voor Mij bijzetten en ook een niet minder grote pot voor iedereen die op een juiste en waardige wijze een maal tot zich wil nemen; voor jou en je ouders zul je echter de kleinste pot nemen en er de kleinste vruchten in leggen.
Hoofdstuk 22: De nieuwe hut van de Heer bij de familie van Gabiël. Purista, de eerste kokkin van de Heer. De drie pannen op het vuur in de nieuwe hut - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[2] Abedam echter was hem voor en vroeg hem: 'Kenan, ben jij in je hart tevreden als Ik het jou alleen zou zeggen?'
Hoofdstuk 23: De bovenaardse schoonheid van Ghemela en Purista - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[9] Toen de nieuwsgierige vaderen echter deze twee bovenaardse schoonheden aanschouwden, werden zij, als door de bliksem getroffen, ter aarde geworpen en geen van hen durfde zijn ogen weer op te heffen om de beide schoonheden nog eens aan te zien en ze te beoordelen!
Hoofdstuk 23: De bovenaardse schoonheid van Ghemela en Purista - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[20] Na deze woorden zette Abedam hen weer heel zachtjes op de grond. Zij zonken echter beiden meteen neer voor de voeten van Abedam en begonnen, eenstemmig van hart, Abedam met de volgende korte, innerlijke woorden, die zij niet in staat waren uit te spreken, te danken, te loven en te prijzen:
Hoofdstuk 23: De bovenaardse schoonheid van Ghemela en Purista - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[29] O wees daarom maar blij en vrolijk; want dit heb Ik al van eeuwigheid her voorzien! Daarom hebben jullie geen schuld; ga echter naar de vaderen toe en vraag ze uit Mijn naam om op te staan! Amen.'
Hoofdstuk 23: De bovenaardse schoonheid van Ghemela en Purista - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[8] Nu weetje echter ook dat Ik vanuit de grond van Mijn hart deemoedig ben, en uiterst zachtmoedig, mild, lankmoedig en buitengewoon geduldig!
Hoofdstuk 24: Henochs vrees om te spreken is uit valse deemoed geboren. Men kan God slechts als Mens liefhebben - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[11] Zie, zijn dat niet jouw eigen droombeelden?! Waartoe dienen die echter?! Soms om te leven? - Zie en begrijp: om het leven hoef jij je toch zeker niet meer te bekommeren! Geloof jij soms dat het voor Mij aangenaam is, wanneer jij zwijgt en Ik spreek in jouw plaats?
Hoofdstuk 24: Henochs vrees om te spreken is uit valse deemoed geboren. Men kan God slechts als Mens liefhebben - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[12] Ik zeg je echter: Een dergelijke deemoed is Mij niet welgevallig, als je door Mijn aanwezigheid ontmoedigd wordt en je vrees hebt voor Mijn oren en angst voor Mijn ogen.
Hoofdstuk 24: Henochs vrees om te spreken is uit valse deemoed geboren. Men kan God slechts als Mens liefhebben - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[13] Ik heb echter wel het grootste welgevallen aan het gedrag dat geheel en al lijkt op dat van kleine kinderen, die geen angst en vrees voor hun ouders hebben, maar altijd vol goede moed zijn en er in de nabijheid van hun ouders op los praten en roepen als waren zij de baas in huis; wanneer ze echter honger en dorst krijgen dan lopen ze toch met de meest kinderlijke liefde en overgave naar hun ouders toe en vragen hun om brood en als zij het brood uit de handen van hun ouders ontvangen hebben, danken zij hen meer door er blij en opgewekt van te eten, dan door een te overdreven eerbied en angst voor hen en dan ook nog een ellenlange, weinig zeggende dank met woorden!
Hoofdstuk 24: Henochs vrees om te spreken is uit valse deemoed geboren. Men kan God slechts als Mens liefhebben - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] Zie Henoch, daarom is jouw vrees ijdel en je angst leeg! Wie Mij met al de hem verleende krachten bemint, die doet genoeg, want hij heeft de hem toebedeelde maat vervuld; daartoe is echter vrees, noch angst nodig.
Hoofdstuk 24: Henochs vrees om te spreken is uit valse deemoed geboren. Men kan God slechts als Mens liefhebben - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[20] Een boom is een goede boom, als hij ieder jaar zijn takken voorziet van zoet fruit; wat een dwaasheid zou het echter zijn, van deze boom te verlangen dat hij de hele aarde rijkelijk van zijn vruchten voorziet!
Hoofdstuk 24: Henochs vrees om te spreken is uit valse deemoed geboren. Men kan God slechts als Mens liefhebben - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[23] De bedongen toespraak echter hoort bij jouw maat. Richt je dus moedig op en open ten overstaan van alle aanwezigen je mond uit Mijn naam. Amen.'
Hoofdstuk 24: Henochs vrees om te spreken is uit valse deemoed geboren. Men kan God slechts als Mens liefhebben - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[15] Jij bent echter allang een mug van deemoed geworden, bekommer je daarom niet om de leeuw, omdat hij onschadelijk voor je is en ga zodoende geheel onbekommerd aan je vrome werk! Amen.'
Hoofdstuk 25: Satans macht en Gods almacht. Henochs woorden op de sabbat - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[62] Wanneer men zich echter een gave van Jehova toe-eigent heeft men met God te doen, die ons aller liefdevolle, heilige Vader is en aan wie alleen alle dingen volledig toebehoren, evenals alle machten en krachten en alle gezag.
Hoofdstuk 25: Satans macht en Gods almacht. Henochs woorden op de sabbat - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
...  406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412 - 413 - 414 - 415 - 416 - 417 - 418 - 419 - 420 - 421 - 422 - 423 - 424 - 425 - 426 - 427 - 428 - 429 - 430 - 431  ...