Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 432 van 1037

...  420 - 421 - 422 - 423 - 424 - 425 - 426 - 427 - 428 - 429 - 430 - 431 - 432 - 433 - 434 - 435 - 436 - 437 - 438 - 439 - 440 - 441 - 442 - 443 - 444 - 445  ...
[7] Toen boog de Samaritaan, ging naar zijn metgezellen en bracht het hu? over. En ze stonden allemaal op, kwamen naar ons toe en begroetten Maria met plechtige, lieflijke woorden. .
Hoofdstuk 130: Gabriëls getuigenis over Maria (19.2.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Daarop begaven ze zich weer naar hun tafel en spraken met elkaar over verschillende tekstgedeelten uit de profeten, waarin melding wordt gemaakt van de vrouw die een zoon zal baren, voor wiens naam en macht elke knie zich zal buigen.
Hoofdstuk 130: Gabriëls getuigenis over Maria (19.2.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[2] Maar enkelen van zijn aanwezige bedienden en knechten zeiden: 'Vandaag zal het overdag niet zo goed lukken met vissen; want ten eerste zijn de meeste vissersbarken en boten die nog in bruikbare staat zijn, reeds drie dagen geleden vanwege de vissen ergens over het meer uitgevaren, hebben bijna al het tuig dat voor het vissen nodig is meegenomen en zijn tot op dit moment nog niet teruggekeerd, wat wel te begrijpen is, aangezien het een slechte tijd is om te vissen, en ten tweede is het meer nu te wild en dan gaan de vissen naar de diepte en vermijden de ondiepe plaatsen langs de oever. Waar moeten we nu bruikbare schepen vandaan halen, waarmee we ons op het wild golvende water kunnen wagen?'
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Toen stond iedereen op, ook de Samaritanen, en wij gingen naar buiten naar de nabijgelegen oever van het meer.
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Ik zei: 'Juist onder deze omstandigheden die voor het vissen het meest ongunstig zijn, heb Ik jullie mee naar buiten genomen, om jullie de macht van het levende geloof te tonen. Neem de oude netten, die daar aan de hekken langs de oever hangen, en klim in de twee oude boten die hier aan de oever liggen, werp de netten in het water en wees gelovig, dan zullen we in korte tijd een grote hoeveelheid van de beste vissen krijgen!'
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] De oude boten waren echter voor de helft volgelopen met water, en de knechten en ook Mijn leerlingen begonnen met het uitscheppen van het binnengedrongen water en stopten enkele lekke plekken met lappen dicht, om de boten enigszins bruikbaar te maken; de Samaritanen begonnen inderhaast de beschadigde netten zo goed mogelijk te repareren, en op die manier ontstond er een redelijk bruikbaar vistuig. Een deel van de knechten haalde een benodigd aantal vaatjes, om de gevangen vissen in te kunnen leggen, en ze zo naar de grote bassins te kunnen brengen.
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Toen de vissen op hun plaats waren gebracht, zei Ik tegen Kisjonah, die zich evenals Philopold buitengewoon verwonderde over deze meer dan rijke vangst:' Als e het oude net nog een keer gevuld wilt hebben met allerlei soorten vissen, die in het water van dit meer leven, laat het net dan net als deze eerste keer in het water zakken, want nu is het de beste tijd om te vissen! Want als de zon naar de kim begint te neigen, komen de vissen in deze tijd en in het water van dit meer dichter bij de oevers.'
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[15] Hierna klommen de leerlingen en de knechten nogmaals in de twee boten en wierpen net als eerst het net in het water. Binnen enkele ogenblikken was het weer zo meer dan vol, maar nu met verschillende soorten vis, dat onze Samaritanen opnieuw het water in gingen en de vissers moesten helpen het overvolle net naar de oever te brengen.
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[16] Toen het net weer naar de oever was gebracht, begon het uithalen en sorteren van de vissen, waarvan het grootste deel nu uit roofvissen bestond, en daar werd een grote bak mee gevuld; maar ook werden de verschillende soorten edelvissen gesorteerd en iedere soort in een aparte bak gedaan.
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[17] Daarna werd het net weer uit het water gehaald en aan het hek gehangen om te drogen, en de twee boten werden aan de oever vastgemaakt. Terwijl wij zo aan het vissen waren had de zon de horizon bereikt, en Kisjonah vond dat we nu wel weer naar huis konden gaan, omdat het in deze herfsttijd als gevolg van de na zonsondergang stevig waaiende winden vaak flink koud werd aan het water.
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Toen alles zover in orde was, stapten enkele van Mijn leerlingen met de knechten in de overigens tamelijk ruime boten, stootten die een eindje van de oever en lieten het tussen de twee boten uitgespreide net in het water zakken, en na enkele ogenblikken was het reeds dermate gevuld met de edelste vissen, dat de knechten er van schrokken; want ze konden het net vanwege het zware gewicht niet naar de oever brengen en begonnen om hulp te roepen. Toen stapten de Samaritanen het water in, dat op de plaats waar de boten lagen nauwelijks een halve manslengte diep was, en hielpen de leerlingen en de knechten de vissen naar de oever te brengen. Ongeveer honderd mensen waren ruim een uur bezig, voor alle vissen in de daarvoor bestemde bassins gebracht waren.
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[22] De hoofdschipper kwam onmiddellijk uit zijn schip, begroette ons en was buitengewoon blij toen hij Mij ook in het gezelschap zag; want hij kende Mij van vroeger, en zei: 'Ja, nu is alles mij duidelijk! Toen wij eergisteren de inhammen voorbij Jesaïra doorzochten, omdat daar altijd de meeste vis zit, vonden we niet één enkele vis, want een harde zuidenwind dreef ze naar de diepte. Kortom, we hebben tot laat in de nacht met behulp van fakkels gewerkt, maar het was allemaal totaal vergeefse moeite. Gisteren was het sabbat, toen mochten we niet werken; vandaag waren we al heel vroeg in de ochtend aan het werk en hebben ongeveer negen uur lang aan één stuk door gevist, maar ook zonder enig resultaat. Toen ik zag dat al onze arbeid en inspanning vergeefs waren, heb ik het sein gegeven om weer naar huis te varen.
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[23] Maar toen wij ons op het door mij gegeven sein gereed maakten om naar huis te varen, verschenen er drie prachtige jongemannen aan de oever, die wilden dat ik hen in mijn schip liet. Ik heb ze ook zonder het minste bezwaar opgenomen. Toen ik hun vroeg waar ze heen wilden varen, zeiden ze: 'Wij zijn niet gekomen om met jou over dit meer ergens heen te varen, maar o m jullie te helpen met vissen; want jullie hebben bijna twee dagen lang gevist en geen vangst gedaan. Laat jullie netten daarom nog een keer in het water zakken, dan zullen jullie een goede vangst doen!' Dat deden wij, het werk verliep vlot, en binnen enkele ogenblikken waren onze netten gevuld met alle soorten van de mooiste vissen!
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[30] Daarop zei Ik: 'Laten we nu weer naar huis gaan, aangezien we ook deze dag goed hebben doorgebracht tot heil en stichting van de mensen, en laat jij, vriend Kisjonah, een sober avondmaal voor ons klaarmaken!'
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[31] Toen begaven wij ons direct naar huis, en er werd veel over de gebeurtenissen van de dag gesproken.
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  420 - 421 - 422 - 423 - 424 - 425 - 426 - 427 - 428 - 429 - 430 - 431 - 432 - 433 - 434 - 435 - 436 - 437 - 438 - 439 - 440 - 441 - 442 - 443 - 444 - 445  ...