Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 441 van 1166

...  429 - 430 - 431 - 432 - 433 - 434 - 435 - 436 - 437 - 438 - 439 - 440 - 441 - 442 - 443 - 444 - 445 - 446 - 447 - 448 - 449 - 450 - 451 - 452 - 453 - 454  ...
[5] Ik merkte dat echter en zei tegen hen: 'Waarom ergeren jullie je daar eigenlijk over? Ik ben al lange tijd bij jullie; jullie hebben Mij een dergelijke liefde nog nooit betoond en Ik heb die ook niet van jullie verlangd. Maar Ik zeg jullie nu ook: waar Mijn evangelie ook aan de mensen verkondigd wordt, moet deze Maria ook duidelijk vermeld worden; want zij heeft Mij een grote liefdesdienst bewezen. Onthouden jullie dat ook! Jij, Maria, sta nu weer op en wees verzekerd van Mijn volle liefde en genade!'
Hoofdstuk 52: Maria van Magdala en de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Nikodemus, Jozef van Arimatea en de oude rabbi bevalen zich in Mijn genade en liefde aan, bedankten voor alles en gingen samen met de magiërs de stad in, waar ze het een en ander te doen hadden. De magiërs begaven zich echter naar hun metgezellen, die reeds met groot verlangen op hen wachtten. De beide Romeinen, die in Emmaüs woonden, trokken met de zeven Egyptenaren naar Emmaüs, van waaruit vervolgens de laatstgenoemden na enkele dagen weer naar hun land trokken. Alle andere aanwezigen trokken nu met ons mee naar Bethanië.
Hoofdstuk 52: Maria van Magdala en de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Ik zei tegen hem: 'Wat voor jullie geschapen werd behoort jullie ook toe en jullie kunnen het dus ook zonder betaling van een geldbedrag meenemen. Bovendien zul je toch al genoeg armen van hier met je meenemen naar Rome en ze daar goed verzorgen, en dan zijn die bekers in materieelopzicht slechts een heel kleine beloning voor wat jij ter wille van Mij doet. Neem daarom alles wat zich aan aardse kostbaarheden op jullie tafel bevindt! Maar beschouw het niet als een werkelijk loon voor alles wat je uit liefde voor Mij voor de vele armen en verdrukten doet; want jouw loon daarvoor zal er reeds op aarde, en bovenal aan gene zijde in Mijn rijk, heel anders uitzien.
Hoofdstuk 53: De reis naar Bethanië - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Ik zei: 'Blijf jij maar steeds in de zuivere liefde, en zondig niet meer! Dat moet jouw zorg zijn; voor al het andere zal Ik in jouw plaats wel zorgen. Ik heb je bevrijd van je onreine geesten en heb ook tegen je gezegd: jouw zonden zijn je vergeven, omdat je de armen veelliefde bewezen hebt en nu ook Mij boven alles liefhebt. Tegen wie Ik echter zeg: 'Je zonden zijn je vergeven!', hem zijn ze ook werkelijk vergeven. Maar hij moet in het vervolg geen zonden meer begaan; want als hij weer opnieuw zondigt, begeeft hij zich in een nog ergere toestand dan de eerste. Maar Ik zie bij jou de ernstige wil om niet meer te zondigen, en dan zul je ook in Mijn liefde en genade blijven. Wie evenwel in Mijn liefde en genade blijft, heeft reeds het eeuwige leven in zich en daarmee de eeuwige zaligheid.
Hoofdstuk 52: Maria van Magdala en de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Agricola zei, uit liefde voor Mij helemaal tot tranen toe geroerd: 'O Heer en Meester, dat zal zeker mijn voornaamste en grootste zorg zijn en ik hoop dat alles mij met Uw hulp juist en goed zal lukken! Maar verlaat mij nooit en laat geen te zware verzoekingen over mij en mijn huis komen! Ik ken nu weliswaar mijn door U geschonken kracht heel goed; maar ik ken ook mijn oude, hoogst eigen zwakheden. Als dan deze of gene zwakheid mij af en toe bijna zou doen vallen, - O Heer, grijp mij dan en sterk mijn wil, opdat ik overeind blijf en niet val! ,
Hoofdstuk 53: De reis naar Bethanië - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Ik zei: 'Waarlijk, wat jij de Vader, die jij nu kent, in Mijn naam zult vragen, dat zal je ook gegeven worden! Wees dus steeds vervuld van troost en een waar en echt vertrouwen; want als jij in het levende geloof en in de liefde tot Mij volhardt, zal Ik steeds bij je zijn en je leiden en sturen, zoals Ik dat ook zal doen bij iedereen wiens geloof en liefde is zoals het jouwe!'
Hoofdstuk 53: De reis naar Bethanië - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] De tollenaar herkende Mij al gauw, kwam naar Mij toe en zei: 'O Heer en Meester, sinds ik Uw woorden en lessen op de olijfberg in mij heb laten doordringen ben ik werkelijk een ander mens geworden, en ik dank U nu nog eens uit de grond van mijn hart voor de meer dan grote genade, die U mij en mijn huis bewezen hebt! Ik heb alles wat ik van U gehoord heb getrouw aan al mijn verwanten meegedeeld, en zij geloven nu in U; laat daarom ook Uw zegen over mijn hele huis neerdalen!
Hoofdstuk 54: De hebzuchtige tollenaar en de Heer Over het geloof met de praktische werken der liefde Over schadevergoeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Ik zei: 'Omdat je dat gedaan hebt, zal het heil ook niet ver van jou en je huis blijven! Maar toch eis jij zelfs ook tol van de inwoners, wanneer er te weinig vreemdelingen naar Jeruzalem komen; en wanneer er vreemdelingen komen, dan eis je naar willekeur veel meer dan volgens de wet vastgesteld is. Maar dat heb Ik werkelijk niet onderwezen, en een dergelijke handelwijze heeft in de verste verte niet te maken met naastenliefde, die Ik iedereen vooral op het hart gedrukt heb. Als je echter de daadwerkelijke naastenliefde niet bezit, dan ben je ver verwijderd van Mijn rijk; want het pure geloof zonder de werken der liefde is dood, en degene die zo'n geloof heeft dus ook. Verander daarom je handelwijze, anders zal er weinig heil voortkomen uitjouw geloof in Mij!
Hoofdstuk 54: De hebzuchtige tollenaar en de Heer Over het geloof met de praktische werken der liefde Over schadevergoeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] De tollenaar zei nu heel timide: 'O Heer en Meester, ik zie nu dat voor Uw ogen niets verborgen blijft en ik zal mijn handelwijze daarom volkomen veranderen! U dank ik nu echter nogmaals oprecht voor Uw vermaning.'
Hoofdstuk 54: De hebzuchtige tollenaar en de Heer Over het geloof met de praktische werken der liefde Over schadevergoeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Toen de tollenaar dat van Mij hoorde, boog hij en zei: 'Heer en Meester, aan mijn wil daartoe zal het niet ontbreken, maar wel aan de mogelijkheid om dat uit te voeren, aangezien ik de meesten van hen niet ken en hun niet kan terugbetalen wat ik af en toe teveel heb geëist!'
Hoofdstuk 54: De hebzuchtige tollenaar en de Heer Over het geloof met de praktische werken der liefde Over schadevergoeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Na deze woorden van Mij boog de tollenaar nogmaals, beloofde zeer plechtig Mijn advies op te volgen, en wij trokken daarna verder.
Hoofdstuk 54: De hebzuchtige tollenaar en de Heer Over het geloof met de praktische werken der liefde Over schadevergoeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Omdat hij zo hard schreeuwde, bedreigden Mijn leerlingen hem; ze verboden hem zijn luide geschreeuw en zeiden, dat Ik hem ook wel zou kunnen helpen als hij niet zo hard schreeuwde.
Hoofdstuk 54: De hebzuchtige tollenaar en de Heer Over het geloof met de praktische werken der liefde Over schadevergoeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] De blinde zei: 'O goede Heiland, Heer en Meester, geef mij het licht in mijn ogen terug; want ik heb gehoord dat U alle blinden kunt genezen en ziende kunt maken! En daarom vraag ik U, dat U zich nu ook over mij zou willen ontfermen!'
Hoofdstuk 54: De hebzuchtige tollenaar en de Heer Over het geloof met de praktische werken der liefde Over schadevergoeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[18] De blinde beloofde Mij dat plechtig, en daarop raakte Ik met Mijn vinger zijn ogen aan; op hetzelfde ogenblik was hij ziende, en van louter vreugde daarover wist hij zich geen raad en hij bedankte Mij met opgeheven handen, omdat Ik hem geholpen had.
Hoofdstuk 54: De hebzuchtige tollenaar en de Heer Over het geloof met de praktische werken der liefde Over schadevergoeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[20] Nu zei de ziende geworden blinde: O goede Heiland, Heer en Meester! Ik zou nu heel graag willen dienen en werken, als er maar een werkgever zou zijn! Ik en mijn gids hier zouden wel heel graag werken als iemand ons in dienst zou nemen.'
Hoofdstuk 54: De hebzuchtige tollenaar en de Heer Over het geloof met de praktische werken der liefde Over schadevergoeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  429 - 430 - 431 - 432 - 433 - 434 - 435 - 436 - 437 - 438 - 439 - 440 - 441 - 442 - 443 - 444 - 445 - 446 - 447 - 448 - 449 - 450 - 451 - 452 - 453 - 454  ...