Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 442 van 1490

...  430 - 431 - 432 - 433 - 434 - 435 - 436 - 437 - 438 - 439 - 440 - 441 - 442 - 443 - 444 - 445 - 446 - 447 - 448 - 449 - 450 - 451 - 452 - 453 - 454 - 455  ...
[5] Nikodemus zei: 'Ja, Heer en Meester, zo goed een zwak mens zulke zaken van Uw onbegrensde wijsheid althans begrijpen kan! Als ik eenmaal geestelijker zal zijn, zal ik dergelijke geestelijke zaken ook beslist beter begrijpen; maar nu ontgaat me nog veel, omdat ik niet weet wat eigenlijk een zuivere geest is, en hoe hij er uitziet, en omdat ik ook niet weet wat het verschil is tussen ether en lucht, en ook helemaal geen idee heb, wat een zon nu eigenlijk is, hoe groot zij is en hoe ver zij van de aarde afstaat. U sprak bijvoorbeeld over meerdere zonnen, en Uw wijsheid zal daar wel alles over weten. Maar hoe kan ik dat weten? Ook al zou ik datgene wat van deze wereld is nog zo goed en duidelijk kennen, dan kan ik toch van hetgeen puur geestelijk is onmogelijk iets weten, omdat dat voor onze materiële zintuigen niet toegankelijk is en dus voor ons verstand ook ongrijpbaar is en blijft.
Hoofdstuk 61: Het voedsel van de engelen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Ik zei: 'Zoals een blinde over kleuren oordeelt, zo oordeel jij nu over de geestelijke dingen! Ik ben van mening dat juist Hij, die de mensen geschapen heeft, wel het allerbeste zal inzien hoe Hij voor de mensen moet zorgen en hoe Hij ze moet behandelen, opdat zij na korte of lange tijd het doel kunnen bereiken dat Hij hun gesteld heeft. Ik heb nu tekenen voor jullie gedaan, die jullie genoodzaakt hebben te geloven dat Ik de beloofde Messias ben en eeuwig niemand anders. Deze dwang dient niet werkelijk tot jullie zieleheil, maar jullie worden pas zalig als je leeft volgens Mijn woord.
Hoofdstuk 62: Verwijzing naar het zesde en zevende boek van Mozes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[4] Geloof Mij, als Ik jullie mensen tot machines zou willen maken, dan kostte Mij dat slechts één met Mijn wil verbonden gedachte en de hele tempel, heel Jeruzalem en het hele grote land waarin de joden wonen, zouden Mij onmogelijk voor iets anders kunnen houden dan voor de Messias - Jehova Zebaoth! Maar zouden alle joden en ook alle heidenen daarmee geholpen zijn? Ik zeg je: waarlijk, net zo weinig als deze houten schaal, die zich - zoals je meteen zult zien - naar Mijn wil in alle richtingen zal gaan bewegen!
Hoofdstuk 62: Verwijzing naar het zesde en zevende boek van Mozes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] 'Ik zeg je echter nog meer: Ik kan deze schaal door Mijn almacht dit schijnleven voor eeuwig laten behouden. Zal hij daarom ooit een eigen, zelfstandig en vrij leven hebben zoals Ik? Eeuwig niet, want zolang Ik de schaal enkel door Mijn macht levend houd, is hij op zichzelf zo goed als helemaal dood. Want zijn schijnleven is slechts de kracht van Mijn wil daarin, en dus Mijn hoogsteigen leven. Als Ik dat terugtrek, is ook de oude dood en het oude, noodzakelijke gericht van alle materie weer aanwezig, en dan zul je er niets levends meer aan ontdekken, - hoe monter hij nu ook in alle richtingen heen en weer beweegt.
Hoofdstuk 62: Verwijzing naar het zesde en zevende boek van Mozes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[11] Nadat Ik dat tegen Nikodemus had gezegd, dankte hij Mij daarvoor en zei ook nog: 'Dat zal ik allemaal precies zo doen, en ik zal ook proberen zo mogelijk het volk tot bedaren te brengen. Maar wat zal ik de hogepriester, de Fanzeeën en .de oudsten voor antwoord geven als zij mij vragen waar Ik deze verschrikkelijke nacht heb doorgebracht, omdat ik - wat zij allen nu wel.zeker zullen weten - noch in de tempel noch bij mijn familie thuis te bereiken was? Als Ik dan de waarheid moet zeggen, verraad ik mij en U!'
Hoofdstuk 63: Het volk en de tempeldienaren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] Daarop zei Lazarus tegen Mij: 'Heer, zelf ben ik ook wel een beetje nieuwsgierig hoe deze geschiedenis in de tempel vandaag zal aflopen, want Ik zie nog veel mensen langs alle straten voorbij komen. Als dat allemaal naar de tempel gaat, zal er een gedrang en een geschreeuw ontstaan zoals men beslist in lange tijd niet heeft meegemaakt. Daar zal Nikodemus met zijn zwakke stem niet veel kunnen uitrichten! Er kan daar werkelijk heel gemakkelijk veel tumult ontstaan!'
Hoofdstuk 64: De dank van de bevrijde slaven - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] Deze regeling beviel de jongeren en dus snelden zij nu, het ene paar na het andere, en wel eerst de jongens en daarna ook de meisjes vanaf de rechter kant naar Mij toe. Voor Mij aangekomen bogen zij diep, daarna pakten zij Mijn handen en drukten die tegen hun borst, bogen daarna weer en gingen heel ordelijk weer terug naar hun rij .
Hoofdstuk 64: De dank van de bevrijde slaven - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] De mens wordt weliswaar alleen maar door God en in God zalig, maar slechts voor zover hij door zijn eigen wil de wil van God tot de zijne heeft gemaakt en in zijn zelfbewustzijn in zekere zin één is geworden met God. Als God echter de mens zijn vrije wil zou afnemen en daarvoor in de plaats door Zijn almacht Zijn eigen wil in het hart van de mens zou brengen, dan zou de mens, zoals reeds gezegd, zo goed als volkomen dood zijn, omdat alleen de opgedrongen almachtige wil van God die mens levend zou maken zoals Mijn wil deze schaallevend gemaakt heeft. Maar God heeft de mens geschapen en tot leven gewekt en hem zo gemaakt, dat hij zich stap voor stap zelf kan en moet ontplooien, en dat is zo wijs, dat de mens zich met al zijn kennis en al zijn verstand niets voor kan stellen wat nog wijzer is. - En Ik ben nu van mening dat Ikje dit alles voldoende heb uitgelegd. Als je het nu begrijpt, dan staan wij van tafel op en gaan weer naar buiten om te zien wat daar allemaal gebeurt!'
Hoofdstuk 62: Verwijzing naar het zesde en zevende boek van Mozes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] Toen Ik dat gezegd had, stonden allen van tafel op en volgden Mij naar buiten, naar de plaats waar wij al vóór het morgenmaal waren. Daar keek men in de richting van Emmaüs, een gehucht in de buurt van Jeruzalem. Vanaf Jeruzalem leidden meerdere wegen naar Emmaüs, maar alleen voor voetgangers. Een rijweg liep er echter niet heen, behalve via een grote omweg, zodat men veel sneller te voet bij het gehucht kon komen dan met een wagen. De mensen trokken op deze dag, omdat het donderdag was, massaal naar dit gehucht, want op deze dag was er in die plaats een broodmarkt, en de mensen gingen eropuit om zich daar zoals gewoonlijk voor een week van brood te voorzien. Nu was er in het gehucht vanwege de verschijnselen in de afgelopen nacht vrijwel geen brood gebakken, terwijl al die mensen daar juist vanwege het brood naartoe gingen.
Hoofdstuk 63: Het volk en de tempeldienaren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Toen zei Ik tegen hen: 'Mijn lieve kinderen, dat is nu niet nodig! Maar als jullie dat toch willen doen, kom dan liever één voor één naar Mij toe om Mij je liefde te laten blijken, want als Ik naar jullie toe zou gaan, dan zou er licht naijver onder jullie kunnen ontstaan, omdat je dan onder elkaar zou overleggen en zeggen: 'Maar waarom wendde de goede vader zich niet tot mij of tot deze of gene? Hij heeft de een of de ander beslist liever dan mij of mijn buurman!' Kom echter, om dat te voorkomen, zelf, alleen of met z'n tweeën naar Mij toe en geef Mij blijk van je liefde, dan zullen jullie niet kunnen zeggen: 'Kijk, die of die heeft de goede vader meer aandacht gegeven!' Want het hangt zuiver van jullie zelf af wie van jullie het eerst bij Mij wil komen.'
Hoofdstuk 64: De dank van de bevrijde slaven - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[11] En Ik zei tegen hen: 'Vermaak je met allerlei nuttige beschouwingen! Kijk eens rond in deze mooie omgeving, bekijk de bloemen en al het andere, en bedenk daarbij hoe een goede God dat alles door Zijn wijsheid en almacht uit Zichzelf heeft geschapen, en wees Hem daarvoor in je hart echt dankbaar, dan zullen jullie de tijd het nuttigst doorbrengen en tevens veel vreugde in je hart hebben! Maar jullie hoeven daarbij niet steeds zo in een rij te staan en te lopen, maar ga en sta waar je wilt, zoals jullie dat Mij en alle andere mensen hier zien doen, dan zullen jullie veel meer vreugde hebben dan wanneer je maar steeds die stijve ordelijke rij aanhoudt. -Ga nu en volg Mijn raad op!'
Hoofdstuk 64: De dank van de bevrijde slaven - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] Wij gingen echter nog wat verder, en wel naar het hoogste punt van deze berg. Daar was een aardig olijvenbosje, waar zich onder de bomen een groot aantal banken en zitplaatsen bevonden, waarop allen zich neerlieten, terwijl zij Lazarus prezen om de doelmatige aanleg van zoveel gezellige rustbanken en zitplaatsen. Lazarus dankte allen voor die lovende woorden, die hem veel genoegen deden. Vanaf deze hoogte, die naar alle kanten vrij uitzicht bood, genoot men van het prachtige vergezicht. Men zag van hieruit de Jordaan en het dal daarvan, en - weliswaar heel in de verte - ook een stuk van de Dode Zee.
Hoofdstuk 65: Het gezichtsvermogen van de ziel na de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] De vele aanwezige tollenaars kwamen nu ook naar Mij toe en vroegen, of Ik het hun niet kwalijk nam als zij tot de avond naar huis gingen om te zien, of daar alles wel in orde was en of hun bedienden het nog steeds door alle straten binnentrekkende volk bij deze gelegenheid niet teveel afpersten.
Hoofdstuk 65: Het gezichtsvermogen van de ziel na de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Agricola zei: 'Heer en Meester, dat de ziel van de mens ook na de dood van het lichaam verder leeft, is een volkomen uitgemaakte zaak van de helderste waarheid. Maar waar gaat zij naar toe, en wat is eigenlijk haar wezen en wat is het wezen van de zuivere geest? Omdat volgens Uw onderricht de ruimte oneindig is, moeten ook de zielen en zelfs de zuiverste geesten zich binnen de eindeloos eeuwig grote ruimte bevinden, want een ruimte buiten deze kan immers onmogelijk ergens bestaan.
Hoofdstuk 66: Het wezen van de ziel en van de geest. De ziel aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Dan nog een vraag: Wat voor gestalte heeft een ziel of zelfs een zuivere geest, en waarom kan een natuurlijk mens niet steeds de zielen en geesten zien? Heer, geef me alleen op deze vragen nog een verhelderend antwoord, dan zal ik U nergens meer naar vragen; want onze volkomen onwetendheid in deze zaak is het eigenlijk wat het sterven voor ons zo bitter en angstig maakt. Hebben wij mensen echter ook daarin een voldoende helder licht, dan zal het sterven ons licht vallen en zullen we ons niet angstvallig aan het dwaze lichamelijke leven vastklampen.'
Hoofdstuk 66: Het wezen van de ziel en van de geest. De ziel aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  430 - 431 - 432 - 433 - 434 - 435 - 436 - 437 - 438 - 439 - 440 - 441 - 442 - 443 - 444 - 445 - 446 - 447 - 448 - 449 - 450 - 451 - 452 - 453 - 454 - 455  ...