17481 resultaten - Pagina 444 van 1166
... 432 - 433 - 434 - 435 - 436 - 437 - 438 - 439 - 440 - 441 - 442 - 443 - 444 - 445 - 446 - 447 - 448 - 449 - 450 - 451 - 452 - 453 - 454 - 455 - 456 - 457 ...
[17] Zo was er ook eens een heer des huizes, die grote landerijen en kudden bezat, die zich van tevoren zodanig bezorgd maakte dat hij, om zijn aardse rijkdom te vergroten en veilig te stellen, nieuwe schuren, stallen en grote, stevige graanschuren liet bouwen en bovendien nog, ter grotere beveiliging, een sterke, hoge muur om de nieuwe gebouwen liet optrekken. En toen alles klaar was, zei hij: 'He, nu wordt het lichter in mijn zorgelijke hart; want van nu af aan zal ik met mijn grote bezittingen zonder zorgen en onbekommerd rustig verder kunnen leven!' Maar terwijl hij nog zo, zichzelf troostend, doorpraatte, weerklonk er een stem als een donder, die zei: 'O jij aardse ijdele dwaas! Je prijst en troost jezelf alsof jij zelf heer bent over je ziel en je leven! Kijk, nog in deze nacht zal je ziel gescheiden worden van je vlees, waar je zo bezorgd om was. Wat voor nut zullen al jouw grote zorgen, inspanningen en werk voor je ziel hebben?' Toen schrok die man en zag, dat hij nog heel weinig voor zijn ziel gezorgd had, en spoedig na dat bericht stierf hij.Hoofdstuk 61: De belangrijkste taak van de mens (25.12.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] Wij wachtten nog een poosje, en weldra arriveerden de in Emmaüs uitgezonden leerlingen bij ons; want hun geest had aangegeven dat Ik Mij in Bethanië en nu op de reeds bekende heuvel temidden van Mijn vrienden verbleef
Hoofdstuk 62: De zeventig leerlingen keren terug naar de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Aanvankelijk kwamen er slechts ruim veertig aan, maar binnen enkele ogenblikken kwamen er ook anderen, door hun geest gedreven, naar Mij toe om allemaal voor Mijn vrienden te getuigen hoe reeds in die paar dagen bij hen alles in vervulling was gegaan, wat Ik hun bij hun uitzending voorspeld en toegezegd had.
Hoofdstuk 62: De zeventig leerlingen keren terug naar de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Hierop wendde Ik Mij tot de aanwezige leerlingen en zei tegen hen: 'Wie naar jullie luistert, luistert ook naar Mij; wie jullie echter veracht, veracht ook Mij. En wie Mij veracht, veracht ook Degene die Mij gezonden heeft. Degene die Mij gezonden heeft is één met Mij, en Hij is degene van wie jullie zeggen dat Hij jullie God is; maar jullie hebben Hem nog nooit gekend, en daarom kunnen jullie ook niet Degene kennen die Hij gezonden heeft. Ik zeg nu echter tegen jullie, Mijn leerlingen, dat jullie Mijn woord allemaal getrouw, waar en juist aan de mensen verkondigd hebben.'
Hoofdstuk 62: De zeventig leerlingen keren terug naar de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Kijk, Ik heb jullie vanuit Mij de macht gegeven om op slangen en schorpioenen te treden, en zo ook over alle macht van de vijanden! Verheug je daar echter niet over, maar over het feit dat jullie namen nu in de hemel geschreven staan; en dat is ook Mijn grote vreugde! Daarom prijs ook Ik in Mijn menselijke natuur U, Vader en Heer van hemel en aarde, dat U deze dingen verborgen hebt voor de verstandigen en wijzen van de wereld en ze geopenbaard hebt aan de onmondigen. Ja, Vader, zó heeft het U al van eeuwigheid behaagd!
Hoofdstuk 62: De zeventig leerlingen keren terug naar de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Ik zeg jullie nu, wereldse wijzen en verstandigen: Mij is door de Vader alle macht gegeven in hemel en op aarde! Maar niemand van jullie weet, wie en wat de Zoon is; alleen Mijn eeuwige Vader weet het. En evenzo weet en ziet ook niemand van jullie wie de Vader is, dan alleen de Zoon en vervolgens ook degene aan wie de Zoon het wil openbaren. Aan wie de Zoon het heeft willen openbaren, aan hen heeft Hij het ook al geopenbaard; maar de Zoon zal het niet openbaren aan degenen die een hoge dunk hebben van hun wijsheid en schranderheid!'
Hoofdstuk 62: De zeventig leerlingen keren terug naar de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Hierop wendde Ik Mij tot Mijn leerlingen, die hier nu allemaal bij elkaar waren, en zei speciaal tegen hen: 'Waarlijk Ik zeg jullie: zalig zijn de ogen die zien wat jullie zien en gezien hebben, en zalig de oren die horen wat jullie horen en gehoord hebben! Want Ik zeg jullie nogmaals: veel profeten en koningen wilden zien wat jullie zien, en horen wat jullie horen, en hebben het niet gezien en ook niet gehoord!
Hoofdstuk 62: De zeventig leerlingen keren terug naar de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] Onder degenen die met de meer dan zeventig leerlingen mee naar Bethanië gekomen waren, bevond zich ook een schriftgeleerde. Mijn woorden ergerden hem.
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Hierop keek de schriftgeleerde Mij verbaasd aan en zei, alsof hij zich tegenover Mij wilde rechtvaardigen: 'Meester, ik zie dat u heel goed thuis bent in de waarheid, en ik weet ook dat het voor het ware, aan God welgevallige leven niet voldoende is om de wetten alleen maar te kennen, maar men moet ernaar leven en handelen! God boven alles liefhebben kan men beslist alleen maar door al Zijn geboden precies op te volgen; maar als men zijn naaste moet liefhebben als zichzelf, dan moet men toch eerst weten wie die naaste eigenlijk is, die men moet liefhebben als zichzelf Wie moet ik als mijn naaste beschouwen?'
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[15] Daarop zei één van de leerlingen: 'Het is echter nog meer de moeite waard om te leven en te handelen volgens hetgeen Hij leert; want Hij is de Heer en draagt alle macht over leven en dood in Zich. Wie Zijn leer doet, zal van Hem het leven ontvangen!'
Hoofdstuk 63: Een schriftgeleerde stelt de Heer op de proef - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Ik zei: 'leder woord dat die ene leerling tegen jullie gezegd heeft, heb Ik hem in de mond gelegd, en zo heb Ik door zijn mond Zelf tegen jullie gesproken. En daarmee is jullie vraag dan ook volkomen beantwoord, en het laat jullie zien van wie Mijn leerlingen het recht hebben om zo met jullie te spreken. Jullie willen alleen maar nooit de waarheid horen en houden ijdele vleierij en huichelarij in ere; daarom komen Mijn woorden jullie hard en grof voor en ergeren ze jullie.
Hoofdstuk 64: Het beklag van de schriftgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] Toen de koninklijke man in Memphis aankwam, zei hij tegen de ingebeelde wegendeskundige: 'Jij hebt je taak slecht volbracht; daarom moet je voortaan de laatste en minste onder mijn dienaren zijn! Jij moet in deemoed door ervaring verstandig en bruikbaar worden, anders verdien je geen loon, maar wel een terechte straft'
Hoofdstuk 64: Het beklag van de schriftgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[16] Omdat jullie in het vervolg niet meer deugen voor het leiden van Mijn karavanen, heb Ik op de oude en eerste manier weer niet-geleerde gidsen aangesteld, die evenwel heel deskundig en ervaren zijn op de wegen van de deemoed van het hart en de naastenliefde, en deze zullen Mijn karavanen, die door jullie in de woestijn terecht zijn gekomen, weer naar de rivier van het leven terugleiden; maar jullie zullen niet ontkomen aan het loon dat op de hoogmoed volgt, als jullie nog langer volharden in jullie hoogmoed! Want Ik zeg jullie: de pure letter van de Schrift doodt, alleen de geest maakt levend. Die geest ontvangen echter alleen degenen die Mij in deemoed en liefde navolgen.
Hoofdstuk 64: Het beklag van de schriftgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[17] Zolang een goed bedoeld woord van waarheid uit de mond van jullie medemens jullie nog kan krenken en beledigen, zijn jullie nog ver verwijderd van Gods rijk! Wie echter Mijn ware leerling en volgeling wil zijn, moet zelfs zijn ware en daadwerkelijke vijanden vergeven, bidden voor degenen die hem vervloeken en diegenen zegenen die hem haten en verwensen, en eveneens goed doen aan degenen die hem schade berokkend hebben; zo zal hij eerder gloeiende kolen van berouw op het hoofd van zijn vijanden stapelen, dan wanneer hij kwaad met kwaad vergeldt.
Hoofdstuk 64: Het beklag van de schriftgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[19] Ik ben nu gekomen om jullie weer te verzamelen en op te richten, en Ik wil jullie door de macht van de waarheid werkelijk vrij maken. Als jullie echter in jullie zelfgeschapen slavernij willen blijven, blijf dan, dan zal Ik Mijn licht aan de heidenen geven; maar jullie zullen in de nacht van jullie zonden gelaten worden, en de heidenen zullen voortaan over jullie heersen. Dit aan jullie beloofde land wordt door de vijanden vertrapt en zal voortaan woest en leeg blijven. Dat zij jullie als waarschuwing gezegd!
Hoofdstuk 64: Het beklag van de schriftgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)