Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 457 van 1110

...  445 - 446 - 447 - 448 - 449 - 450 - 451 - 452 - 453 - 454 - 455 - 456 - 457 - 458 - 459 - 460 - 461 - 462 - 463 - 464 - 465 - 466 - 467 - 468 - 469 - 470  ...
[18] En er werd ook nog wijn gedronken, maar met mate; want de wijn was krachtig. En Ik zei dan ook tegen de leerlingen: 'Let erop dat jullie niet teveel drinken! Jullie weten immers dat dronkenschap een ondeugd is, die hart en ziel verzwakt en in het vlees de geest van ontucht en geilheid verwekt. Een dronken ziel zal niet gemakkelijk het rijk Gods binnengaan!'
Hoofdstuk 192: In de herberg in Essea (3.7.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[31] Maar hij ( de genezene) zei: 'Jullie waren toch zelf hier in deze kamer en hebben gehoord dat hij tegen mij gezegd heeft: 'Jou geschiede naar je geloof"!' En bij deze woorden van hem werd ik als bij toverslag genezen en ben nu zo gezond als ik nog nooit eerder geweest ben. Dat is alles wat ik weet en jullie kan zeggen; als jullie meer willen weten, vraag het hem dan zelf"!'
Hoofdstuk 192: In de herberg in Essea (3.7.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Ik zei: 'Luister, nieuwsgierige Arabier, voor Mij is geen ding onmogelijk, en wat Ik heb, dat heb Ik van Mijn vader in de hemel! Maar deze Vader kent niemand dan alleen Ik, en ook niemand kent Mij zo volkomen als Mijn Vader Mij kent! - Stel je daar tevreden mee en vraag Mij verder niets meer, want jij en jouw stam zijn nog ver verwijderd van het rijk Gods! Jullie hemel bestaat immers uit jullie vrouwen en slavinnen; en wie zulke hemelen als de hemel prijzen, zijn nog ver van Mij en Mijn vader!'
Hoofdstuk 193: Over de ernst van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Zorg er dus in het vervolg voor dat ook de vele doden die naar jullie toekomen en allerlei hulp bij jullie zoeken Mijn leer ontvangen en in de geest ontwaken en levend mogen worden, dan zullen jullie hen daardoor werkelijk helpen! Ik wil dat alle mensen zalig zullen worden! En omdat Ik dat wil en ook in deze wereld gekomen ben om voor alle mensen de poort naar het eeuwige leven te openen, ben Ik niet vandaag zo en morgen weer anders, maar steeds hetzelfde zoals de Vader in de hemel, die in Mij is, leeft, werkt, richt en in stand houdt.
Hoofdstuk 193: Over de ernst van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Als Ik nu met dergelijke bedoelingen naar de mensen in deze wereld gekomen ben, hoe zou Ik daarbij dan ooit net als een mens slecht geluimd zijn, en wie kan Mij beledigen? Wie Mij herkend heeft en in Mij gelooft en volgens Mijn leer handelt, zal Mij zeker niet beledigen; maar wie Mij niet herkend heeft of niet wil kennen, ook als hij Mij zou kunnen kennen, die kán Mij niet beledigen; hij beledigt alleen zichzelf, aangezien hij een vijand van zijn eigen leven wordt.
Hoofdstuk 193: Over de ernst van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Maar Ik zoek alleen degenen die naar ziel en lichaam ziek zijn, om hen te helpen, en niet de gezonden, die geen hulp nodig hebben. Van wat voor liefde, wijsheid en rechtvaardigheid zou men een arts betichten, als hij de zieken zou haten, vervolgen en tuchtigen, alleen omdat ze ziek zijn?! Wijzig dus jullie mening over Mij en bedenk dat Hij, die nu zo tegen jullie spreekt, een ware en rechtvaardige arts is voor ziel en geest en in noodgevallen ook voor het lichaam.'
Hoofdstuk 193: Over de ernst van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Maar Ik zei tegen de Essenen: 'Waarom vragen jullie Mij nu eigenlijk om vergeving, terwijl Ik jullie zojuist toch duidelijk genoeg heb laten zien hoezo en waarom geen mens Mij ooit kan beledigen? Ik zeg jullie: vergeven jullie je zonden en domheden tegenover elkaar en wek jullie liefde tot God en tot de naaste op, dan zullen jullie zonden ook door Mij vergeven zijn!
Hoofdstuk 193: Over de ernst van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Ja, als goede artsen kunnen jullie van de mensen, die hulp bij jullie zoeken, zeker wel nadrukkelijk verlangen dat ze jullie al hun zonden en gebreken bekennen, zodat jullie hun vervolgens het juiste advies voor het verdere leven kunnen geven en bij het precies opvolgen daarvan ook de gewenste genezing van hun ziel en hun lichaam. Maar wees ook in dat geval geen zonden vergevende plaatsvervangers van God, maar slechts helpende broeders en vrienden van de naar lichaam en ziel lijdende medemensen, dan zullen hun zonden in de hemel ook allemaal vergeven zijn, als zij jullie advies precies opvolgen en zichzelf hun zonden volledig vergeven zullen hebben!
Hoofdstuk 194: De juiste vergeving van zonden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Aangezien dat nu zo is en onmogelijk anders kan zijn, hoe kunnen dan enkelen van jullie, Essenen, tegen de mensen zeggen: 'Wij zijn voor de mensen door de hoogste God uitverkoren tot Zijn plaatsvervangers en hebben het recht om de mensen hun aan ons opgebiechte zonden te vergeven, wat ook in de hemel geldig is, als degene die zijn schuld belijdt de boetedoening die wij hem opleggen verricht en dit of dat offer brengt!' -waarbij dan vooral op het laatste gelet wordt?! En als Ikzelf geen mens zijn zonden kan vergeven, voordat hij die zichzelf op de jullie getoonde manier vergeven heeft, hoe kunnen jullie dan in Gods plaats de mensen tegen betaling van offers zonden vergeven, die zij nooit tegenover jullie hebben begaan?!
Hoofdstuk 194: De juiste vergeving van zonden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Als jullie de mensen in het vervolg dus werkelijk willen helpen, leer hun dan vooral hoe zij zichzelf moeten helpen; want als er geen serieuze zelfhulp aan voorafgaat is er ook geen hulp van God mogelijk! In het bijzonder geldt dat voor de ziel van de mens, die door allerlei zonden zwak en ziek is geworden en dikwijls al helemaal dood is; krachtens haar vrije wil en goede verstand is die ziel wat God betreft op zichzelf aangewezen en moet ze zichzelf reinigen van alle slakken van de materie en het gericht daarvan, zodat zij daarna ook door de geest gereinigd en gesterkt kan worden.
Hoofdstuk 194: De juiste vergeving van zonden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Leg daarom al jullie oude dwaasheden en loze bedriegerijen af en maak je daar vrij van; reinig jullie zielen, dan zal Ik daarna ook tegen jullie kunnen zeggen: 'Nu zijn jullie ook in Mijn ogen rein! ' Ik zal jullie dan sterken door Mijn geest, en die zal jullie dan opwekken tot een hogere daadkracht en jullie tot ware, volmaakte mensen maken.
Hoofdstuk 194: De juiste vergeving van zonden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Nu jullie dat weten en het uit Mijn mond hebben gehoord, handel er dan ook naar, want anders hebben Mijn meest waarachtige en levende woorden net zo weinig nut als jullie loze, onwaarachtige en dode woorden ooit voor de mensen hebben gehad.
Hoofdstuk 194: De juiste vergeving van zonden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Mijn woorden zijn weliswaar de kracht en het leven uit God Zelf, maar ze worden pas tot een bestanddeel van jullie leven doordat jullie ernaar handelen. Wees daarom altijd echte daders en niet louter hoorders van het woord dat Ik tot jullie gesproken heb, dan zullen ook in de hemel al jullie vele zonden je vergeven worden en Ik zal jullie dan altijd kunnen helpen! -Hebben jullie dat goed begrepen?' .
Hoofdstuk 194: De juiste vergeving van zonden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] De overste van de Essenen zei: 'O Heer en Meester in Uw goddelijke geest van eeuwigheid! Wie zou dat niet begrepen hebben? Want deze waarheid is zo licht als de zon op klaarlichte dag, en in het licht daarvan hebben wij nu pas helemaal ingezien wat de mens moet zijn en hoe hij moet leven en handelen, om waarachtig mens te zijn volgens Gods wil en orde. Wij zullen daarom van nu af aan ook niet alleen maar hoorders, maar tot het einde der tijden van de aarde ook zeer vurige uitvoerders van Uw heilig woord zijn en blijven.
Hoofdstuk 194: De juiste vergeving van zonden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[15] Ik zei: 'Ja, daarover spreek Ik het grote 'amen' uit de mond van de Vader , die Zichzelf in Mijn persoon vanuit de hemelen naar jullie toe heeft gezonden, en morgen zullen jullie al het gevolg bespeuren van het grote 'amen' dat' Ik nu uitgesproken heb! Maar laten wij nu het werk van vandaag als beëindigd beschouwen. Wie echter nog iets te vragen heeft, kan vragen, en Ik zal hem antwoord geven.'
Hoofdstuk 194: De juiste vergeving van zonden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  445 - 446 - 447 - 448 - 449 - 450 - 451 - 452 - 453 - 454 - 455 - 456 - 457 - 458 - 459 - 460 - 461 - 462 - 463 - 464 - 465 - 466 - 467 - 468 - 469 - 470  ...