Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 458 van 1166

...  446 - 447 - 448 - 449 - 450 - 451 - 452 - 453 - 454 - 455 - 456 - 457 - 458 - 459 - 460 - 461 - 462 - 463 - 464 - 465 - 466 - 467 - 468 - 469 - 470 - 471  ...
[7] Na deze woorden van de Romein stonden we van tafel op, begaven ons weer naar buiten en begonnen ons gereed te maken voor de terugkeer naar Bethanië, waar de waard natuurlijk niets van wilde weten. Maar omdat wij daar toch op stonden, vroeg hij ons om tenminste nog een uur bij hem te blijven. Dat deden wij dan ook, spraken met elkaar nog over enkele dingen en begonnen daarna, begeleid door de waard, aan de terugweg. De waard, zijn vrouw, zijn kinderen en ook zijn moeder en de genezen knecht bedankten Mij nog vóór ons vertrek allerhartelijkst en vroegen Mij om hen niet te vergeten, wanneer ze weer ziek zouden worden. Dat verzekerde Ik hun, gaf hun Mijn zegen en liet ze toen weer gaan op de waard na, die, zoals reeds opgemerkt, ons naar Bethanië begeleidde.
Hoofdstuk 123: Historische opmerkingen over het Davidshuis (21.3.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Johannes heeft in de woestijn met scherpe woorden boetedoening gepredikt ter vergeving van de zonden en heeft zijn leerlingen, die zijn woord aannamen en boete gedaan hebben, in de rivier de Jordaan gedoopt en hij heeft allen de weg naar Mij getoond, aan Wie het alleen toekomt om de mensen hun zonden daadwerkelijk te vergeven! Maar hoe komt het dan, dat jullie je zoals jullie nu voor Mij staan gedragen alsof jullie boven Mij en boven Mijn leerlingen verheven zijn? Heeft Johannes jullie dat ook geleerd?'
Hoofdstuk 124: De opwinding van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[13] Maar toen kwam er een ander, die bescheidener was, naar voren en zei tegen Mij: 'Heer en Meester, ik heb de wijze betekenis van Uw woorden gehoord en daarin de volste en zuiverste waarheid gezien; maar toch hebben ze mijn hart heel bedroefd gemaakt, toen U ons zei dat wij nog ver verwijderd zijn van het rijk Gods, terwijl wij al geloofden er middenin te staan. Wat moeten we doen om in het rijk Gods te komen?'
Hoofdstuk 124: De opwinding van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[17] Maar wanneer een meester van jullie soort als leider van de anderen, die blind zijn, zelf nog blind is, waar zal hij zijn leerlingen dan wel heen brengen? Zullen dan niet leider en leerling, als ze bij een kuil komen, er tegelijk in vallen, terwijl de een de ander er niet uit zal kunnen helpen? Als jullie echt met alle geweld leraar willen zijn, leer het dan eerst zelf van Degene die een ware Meester en Leraar is!'
Hoofdstuk 124: De opwinding van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Ik zei: 'Dat zou wel een heel goed idee van jullie zijn; maar voordat Ik tegen jullie zeg: 'Kom!', moet Ik jullie nog op iets wijzen; als jullie dat niet hindert, kunnen jullie Mij gerust als leerlingen volgen! Kijk, de vogels hebben hun nesten en de vossen hun holen; maar Ik als de Zoon des mensen heb op de hele aarde nog niet eens een steen, die Ik onder Mijn hoofd zou kunnen leggen! Maar als jullie een echt vertrouwen en een levend geloof hebben, volg Mij dan!'
Hoofdstuk 125: Het verzoek van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Een andere leerling zei: 'Heer en Meester, wij hebben alleen maar Uw leer nodig, -ons lichaam zullen wij zelf wel verzorgen; want wij zijn vermogende mensen en het is niet nodig dat wij door onze Meester ook gevoed worden.'
Hoofdstuk 125: Het verzoek van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Ik zei: 'Wat Ik tegen jullie gezegd heb, heb Ik niet gezegd omdat Ik jullie ver van de tafel zou willen houden waaraan Ik nog altijd met Mijn leerlingen gegeten heb; maar Ik heb het tegen jullie gezegd, om te voorkomen dat jullie als Mijn leerlingen aan een materiële verdienste aan Mijn zijde zouden denken, -want zoiets is er bij Mij niet! Bij Mij is er maar één verdienste op zichzelf geoorloofd en die is: het rijk Gods en het eeuwige leven! Als jullie alleen omwille daarvan Mij als leerlingen willen volgen, kunnen jullie Mij ook volgen!'
Hoofdstuk 125: Het verzoek van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] Ik zei: 'Doe, wat Mijn leerlingen doen, en oordeel de mensen niet naar de uiterlijke schijn, maar naar hun innerlijke waarde! Veeg altijd alleen voor jullie eigen huisdeur en kijk niet eerst naar de deur van de buurman, of de weg daarheen al geveegd is! Pas wanneer jullie de weg voor jullie eigen deur schoongemaakt hebben, kunnen jullie ook tegen de buurman zeggen: 'Vriend, kijk, ik heb de weg voor de deur van mijn huis al schoongemaakt, maar jij nog niet; als je tijd en gelegenheid hebt, maak dan ook de weg naar de deur van jouw huis schoon! Maar als je een andere dringender bezigheid hebt, sta mij dan toe dat ik ook jouw weg schoonmaak!' Wanneer de buurman dan tegen jou zal zeggen: 'Doe die liefdesdienst voor mij!', dan kun je de weg voor de deur van je buurman schoonmaken; maar maak eerst die van jezelf schoon!
Hoofdstuk 124: De opwinding van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[16] Jullie zijn echter nog lang geen meesters, maar slechts uiterst zwakke leerlingen van Johannes. Hoe kunnen jullie dan nu al zelf leerlingen aanwerven en hun iets leren wat jullie zelf niet kennen? Het is immers al een oude levensregel, die zegt dat niemand een ander iets kan geven wat hij niet eerst zelf bezit. Hoe kunnen jullie dan jullie leerlingen leren het rijk Gods te ontdekken terwijl jullie er zelf nog ver van verwijderd zijn? Leer daarom eerst zelf het rijk Gods en zijn gerechtigheid kennen van de Meester, die het rijk Gods in zich heeft en het jullie ook kan geven! Als jullie het dan van de juiste Meester in jezelf hebben ontvangen, kunnen jullie het pas meedelen en geven aan de andere mensen die het willen hebben en zoeken; dan zal de juiste Meester jullie daarom prijzen en echt vreugde beleven aan jullie en jullie leerlingen!
Hoofdstuk 124: De opwinding van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Ik zei: 'jullie kunnen doen wat jullie willen, want ieder mens heeft zijn volkomen vrije wil. Maar als iemand Mij als Mijn leerling volgt om het rijk Gods te winnen, dan moet hij tot de tijd van de volledige geestelijke wedergeboorte huis, vrouwen kinderen uit liefde voor Mij verlaten; want bij het zoeken en vorsen naar het rijk Gods moet hij alle zorgen om de dingen van deze wereld alleen aan Hem overlaten die alles weet en wiens almachtige wil alles vermag. Want als een ware leerling zich aan Mijn zijde tevens druk maakt om de dingen van de wereld, lijkt hij op een landman die zijn handen wel aan de ploeg slaat, maar daarbij voortdurend achterom kijkt, niet let op de gang van de ploeg en derhalve niet geschikt is voor het rijk Gods.
Hoofdstuk 125: Het verzoek van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Kijk naar Mijn oude leerlingen! Zij hebben om Mijnent wil ook huis, hof en vrouwen kinderen verlaten en zijn Mij gevolgd; maar hun aardse huishouden bestaat voort en is verzorgd.
Hoofdstuk 125: Het verzoek van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Wie als Mijn leerling zich de wereld niet volledig kan ontzeggen, zal met sterk worden in het rijk Gods; want God en de wereld dienen gaat moeilijk of eigenlijk helemaal niet. Pas als iemand in het rijk Gods sterk geworden is, kan hij ook iedereen op nuttige wijze waarachtig dienen.
Hoofdstuk 125: Het verzoek van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Hoe de ware profeten en in de oertijd ook de aartsvaders de wereld hebben gediend en tot nut zijn geweest, weten jullie uit de Schrift en Ik hoef het jullie niet te vertellen. Nu kennen jullie dus Mijn wil en Mijn raad, en kunnen nu doen zoals jullie willen.
Hoofdstuk 125: Het verzoek van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[16] Ik zei: 'Blijf dan en wordt goede en actieve arbeiders in Mijn wijngaard!'
Hoofdstuk 125: Het verzoek van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[18] Ik zei: 'Deze wereld is Mijn wijngaard en de mensen die Mijn woord horen en zich eraan houden en in Mij, de ware Zoon van God, geloven, zijn de goede en edele ranken, die Mij door hun goede werken ook veel vrucht zullen opleveren; maar tussen de edele ranken zijn ook heel veel onedele en die moeten ook veredeld worden en daar zijn veel krachtige arbeiders voor nodig. Heil degenen die zich bekwame arbeiders in deze wijngaard van Mij zullen betonen, en wel uit liefde tot God en de naaste!'
Hoofdstuk 125: Het verzoek van de leerlingen van Johannes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  446 - 447 - 448 - 449 - 450 - 451 - 452 - 453 - 454 - 455 - 456 - 457 - 458 - 459 - 460 - 461 - 462 - 463 - 464 - 465 - 466 - 467 - 468 - 469 - 470 - 471  ...