17481 resultaten - Pagina 463 van 1166
... 451 - 452 - 453 - 454 - 455 - 456 - 457 - 458 - 459 - 460 - 461 - 462 - 463 - 464 - 465 - 466 - 467 - 468 - 469 - 470 - 471 - 472 - 473 - 474 - 475 - 476 ...
[3] Ik zei: 'Wat jij wenst, is al sinds eeuwigheid de zaak van Degene die in Mij woont, want zonder Mij kunnen jullie nooit iets werkelijk verdienstelijks voor het eeuwige leven van jullie ziel doen! Maar toch moet iedereen eerst vanuit zijn vrije wil zoveel doen als hij kan; en dan zal Ik heel zeker en betrouwbaar al het andere doen.Hoofdstuk 151: Hulp van de Heer op de weg naar de voleinding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Maar als een mens zich zo nu en dan iets echt ernstig voorneemt en zegt: 'Heer, van nu af aan zal ik onwankelbaar volharden in mijn voornemen!', maar vervolgens naar buiten gaat, en er weer zulke verleidelijke dingen in de wereld op hem afkomen, dat hij zijn zinnen daar niet vanaf kan keren en hij opnieuw zwak, zij het ook niet slecht, wordt -ja, zo'n mens komt niet verder, blijft steeds op hetzelfde punt staan en komt daardoor ook niet voor een vierde deel tot meesterschap over de begeerten van zijn zinnen.
Hoofdstuk 151: Hulp van de Heer op de weg naar de voleinding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] In dit geval, waarin zijn liefde heen en weer zwalkt tussen de bekoringen van de wereld en Mij, en nog niet voor de helft aan Mijn zijde komt, ja, dan kan Ik zo'n windvaan van een mens nog niet ondersteunen en hem volledige standvastigheid geven. Want omdat de mens een vrije wil heeft, die hem ten behoeve van het leven verleend is, moet hij zelf een goed begin maken; de volledige voltooiing is vervolgens Mijn aangelegenheid! Wanneer jij dat op de juiste manier begrepen hebt, handel daar dan naar, dan zal Mijn hulp niet uitblijven!'
Hoofdstuk 151: Hulp van de Heer op de weg naar de voleinding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] De Romein Marcus, die heel aandachtig naar ieder woord van Mij tegen de hoofdman geluisterd had, kwam naar Mij toe en zei: 'Heer en Meester! Ik heb de betekenis van Uw woorden goed begrepen en de strekking ervan diep in mijn hart geprent; maar ik kan het toch niet laten om hier openlijk te bekennen, dat het leven van de mens onder zulke omstandigheden, waarin hij zichzelf moet ontwikkelen, absoluut geen grapje is. De regel is vlug en gemakkelijk uit te spreken, maar niet zo vlug en gemakkelijk ten uitvoer te brengen!
Hoofdstuk 152: Over de goddelijke orde op de geestelijke levensweg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Maar dat is natuurlijk geen kleinigheid en het vervullen van Uw leer zal met heel wat moeilijkheden gepaard gaan; maar wanneer men iets echt serieus wil -wat ons Romeinen eigen is -dan kan men ook het moeilijkste ten uitvoer brengen. Bij mij zal het aan een ernstige wil niet ontbreken; maar nu komt het ook op U aan, Heer en Meester, dat U een trouwe en serieus willende navolger en uitvoerder van Uw leer met de almacht van Uw geest te hulp komt, wanneer men zo nu en dan, omdat men maar een mens is, toch zwak en moe zou kunnen worden. Weliswaar kan een mens door heel serieus te willen veel en grote dingen bereiken; maar toch niet echt alles! Maar met Uw hulp zou men altijd zeker kunnen zijn van het resultaat.'
Hoofdstuk 151: Hulp van de Heer op de weg naar de voleinding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Ik zei: 'Mijn vriend, je hebt ook deze keer heel verstandig gesproken en hebt helemaal gelijk, volgens de aardse wijze van denken en de daarmee tevens te verbinden wijze van handelen; maar Ik ken de mens en zijn levensproces ontegenzeglijk beter dan jij of welk ander verstandig mens dan ook, en Ik kan jou en jullie allemaal de kwestie van de ware levensontwikkeling dan ook niet anders tonen, uiteenzetten en geven dan zoals die volgens de volste waarheid is en ook niet anders kan zijn.
Hoofdstuk 152: Over de goddelijke orde op de geestelijke levensweg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] U zei, dat de mens het tot een half meesterschap moet brengen in het overwinnen van zijn zinnen en begeerten en ook van de vooral in zijn jonge jaren steeds overwegende hang naar de bekoorlijkheden van de wereld, voordat hij mag hopen dat U hem zult ondersteunen en dan tot het volledige meesterschap zult brengen. Dat klinkt weliswaar heel goed en waar en tot op zekere hoogte ook gemakkelijk en men ziet ook al gauw in, dat het volgens Uw scheppende orde ook wel zo zal zijn en moet zijn. Maar wanneer men bedenkt dat het voor bijna ieder jong mens, over wie de bekoringen en verlokkingen van de wereld steeds een grotere macht hebben dan over iemand die al ouder begint te worden en de aantrekkelijkheden van de wereld heel gemakkelijk de rug toekeert, wel buitengewoon moeilijk is om zich met al zijn zinnen en begeerten van de wereld af te keren en met mannelijke kracht de geestelijke weg op te gaan en daarop voort te gaan. Aangezien het hier gaat om het allerhoogste en belangrijkste van de mens, zou ik toch de volgende vraag willen stellen, die mij naar mijn menselijke wijze van denken verstandig toeschijnt, namelijk of het voor iedereen niet vruchtbaarder zou zijn als U, o Heer en Meester, hem liever ten tijde van zijn grootste zwakheid helpend ondersteunt en hij het zodoende met Uw hulp voor de helft tot het levensmeesterschap zou brengen, waarna het bereiken van de tweede helft met behulp van eigen levenskracht en wilskracht niet zulke grote moeilijkheden zou opleveren als het bereiken van de eerste helft van het levensmeesterschap .
Hoofdstuk 152: Over de goddelijke orde op de geestelijke levensweg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[13] En kijk, zo zou Ik voor jou op het gebied van de dingen van de natuurlijke wereld nog vele dingen op menselijke wijze kunnen bekijken en bekritiseren; maar daarom zou Ik de eenmaal sinds eeuwigheid bestaande wetten van Mijn orde toch niet kunnen opheffen of een andere vorm geven!
Hoofdstuk 152: Over de goddelijke orde op de geestelijke levensweg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] Daarop zei Ik: 'Vriend, hoe slecht het er in Rome en zijn elders gelegen landen uitziet, weet Ik wel het allerbest en Ik heb jullie ook reeds op deze slechte toestanden gewezen, met de bedoeling dat jullie, waar zulke dingen nog plaats vinden, de aan jullie toevertrouwde jeugd er verre van houden! Maar toch zijn er in Rome ook nog mensen, die net als jullie geen vreugde beleven aan al die gruwelen en ze verafschuwen; en die hoeven nu niet meer op een wonderbaarlijke wijze van tevoren bemest te worden, opdat Mijn woord wortel in hen schiet, want daar zijn zij al voor bemest.
Hoofdstuk 153: De Heer onderwijst de Romeinen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Ik weet immers uit mijn hoogsteigen levenservaring, met hoeveel kracht de bekoringen van de wereld dikwijls mijn hele betere denken en willen tegen de grond sloegen, mijn fantasie opzweepten en mijn hele gemoed met brandende hartstochten vulden! Ja, Heer en Meester, toen zou het goed geweest zijn als U dat onstuimige geweld van mijn hartstochten in mij had helpen temperen! Nu temper ik ze met weinig moeite heel gemakkelijk zelf en op heel veel punten komt de zelfverloochening vanzelf Natuurlijk is dat geen verdienste, als men met zijn levenskracht alleen maar met kleine dwergen van wereldse hartstochten te kampen heeft en ze daarom ook gemakkelijker bestrijdt en overwint dan in de krachtige jeugd, waarin een heelleger van gepantserde reuzen van hartstochten op de mens afstormen en de zwakke strijder gemakkelijk en volkomen verpletteren.
Hoofdstuk 152: Over de goddelijke orde op de geestelijke levensweg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] En kijk nu verder! Zoals het met al het geschapene gesteld is, zo is het volgens Mijn orde ook met het verkrijgen van het meesterschap over het leven van de mens. Hij moet nu eenmaal aanvankelijk zelfstandig optreden en met de hem gegeven wapenen tegen de op hem afstormende hartstochten beginnen te strijden. Als hij dat doet, zal hem al naargelang de mate van zijn overwinningen daarvan ook voor verdere en ernstiger gevechten en overwinningen hulp door Mij verleend worden, en zo zal hij tenslotte toch, ondanks alle stormen die hem aan alle kanten weerstreefden het doel van het leven bereiken, zoals jij als heiden, die door vele hartstochten belaagd bent, nu toch doordat Ik je tegemoet ben gekomen het echte levensdoel al zo goed als volledig bereikt hebt. -Heb je dat nu in de juiste geest in je opgenomen?'
Hoofdstuk 152: Over de goddelijke orde op de geestelijke levensweg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Maar met de kracht die Ik jullie nu gegeven heb moeten jullie vooral niet gaan pronken en laat je daarvoor door niemand op welke manier dan ook bewonderen of eren, maar vertel en toon degenen die genezen aan wie zij hun genezing in wezen te danken hebben, en aan wie daarvoor alleen eer, lof en dank toekomt! Ik geef jullie deze kracht vanuit de macht van Mijn wil om niet, genezen jullie derhalve de mensen die jullie hulp nodig zullen hebben, dan ook om niet!
Hoofdstuk 153: De Heer onderwijst de Romeinen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] En ik geef jullie deze kracht nog op zodanig verhoogde wijze, dat jullie de mensen ook kunnen genezen als ze zich op welke afstand ook bevinden, als jullie hun in gedachten en in het vaste geloof en je vaste wil in Mijn naam de handen opleggen.
Hoofdstuk 153: De Heer onderwijst de Romeinen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Maar waar jullie op het eerste gezicht gemakkelijk zullen merken dat de een of andere mens of ook meerdere mensen te vast en te diep in allerlei afgodische dwaasheden van de wereld begraven zijn en geen oor en al helemaal geen hart hebben voor de stem van de waarheid, keer je dan van hen af en ga niet met hen om -behalve als zo'n dwaas naar jullie toe zou komen om iemand van jullie te horen, of wanner hem iets mankeert, hulp van jullie wil hebben! Als dat zou gebeuren, breng hem dan in verstandige en voor hem begrijpelijke bewoordingen zijn dwaasheden onder ogen, en als hij dat geaccepteerd heeft, geef hem dan ook de gevraagde hulp! Maar geef hem tegelijk met de hulp de vermaning, dat hij in het vervolg niet meer in de oude dwaasheid en de zonden daarvan moet volharden, omdat zijn leed een tweede keer nog veel erger zal worden dan de eerste keer, waarvoor jullie hem hulp hebben verleend. Wanneer jullie deze raad van Mij altijd zullen opvolgen, zullen jullie in Mijn naam gemakkelijk kunnen werken en handelen en zullen jullie ook rijkelijk de beste levensvruchten oogsten.
Hoofdstuk 153: De Heer onderwijst de Romeinen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Wanneer jullie zelf goede leerlingen in Mijn naam opgeleid zullen hebben, kunnen jullie hun in Mijn naam ook weer de handen opleggen, dan zullen ze daardoor ook de kracht in zichzelf gewaar worden die Ik door Mijn wil nu reeds aan jullie heb verleend.
Hoofdstuk 153: De Heer onderwijst de Romeinen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)