Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 472 van 1490

...  460 - 461 - 462 - 463 - 464 - 465 - 466 - 467 - 468 - 469 - 470 - 471 - 472 - 473 - 474 - 475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485  ...
[8] Maar er zijn ook gevallen waarin een gezin, dat buiten hun schuld een keer een ongeluk overkomt, ook verder ongelukkig blijft, - en deze ook vaak voorkomende gevallen zijn het eigenlijk, waardoor naar mijn mening de mensheid vooral slechter wordt. Of heb ik dat ook onjuist beoordeeld?'
Hoofdstuk 173: Over de schijnbaar onrechtvaardige leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Wat betreft de andere beproevingen die de mens als tegenspoed overkomen en hem dan ook niet meer verlaten, daarvan zeg Ik dat zo'n familie altijd door haar eigen schuld in de armoede terecht is gekomen. Als zij dan in haar armoede wellicht, om haar uit haar alledaagse traagheid wakker te schudden, door een nog hardere slag getroffen wordt, is het ook weer haar eigen schuld als zij nog verder volhardt in haar traagheid en dus ook in haar ongelukkige toestand blijft. Dit soort mensen is dan weliswaar van mening dat God hun vragen niet verhoort, of dat Hij Zich helemaal niet om de mensen bekommert; maar deze mensen zijn alleen maar te traag. ZIJ maken geen ernst met het wereldse werk, en ook niet met het houden van de Gods geboden en hun lauwe en zonder vertrouwen geuite vragen aan God, en zij worden daarom dan ook zolang in hun tegenspoed gelaten, tot zij door de steeds sterker drukkende nood uiteindelijk toch nog aan het werk gaan en daardoor dan ook gelukkiger worden.
Hoofdstuk 173: Over de schijnbaar onrechtvaardige leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[15] Maar toen zeiden de Oudsten uit het volk: 'Wij danken de wijze koning voor deze gunst, maar vragen hem ook tevens om de huidige belastingen terwille van het ware welzijn van het volk zo te laten; want zodra het volk minder belasting hoeft af te dragen, zal het ook al gauw trager en luier worden en uiteindelijk de geringe belasting moeilijker kunnen opbrengen dan de zware belasting!'
Hoofdstuk 173: Over de schijnbaar onrechtvaardige leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[16] Toen de koning deze uitspraak van de Oudsten van zijn volk hoorde, prees hij hen om hun wijsheid, en zag hoe zijn volk steeds actiever en daardoor ook steeds welgestelder en gelukkiger werd. En toen het volk van de Oudsten hoorde, dat de wijze koning hun alleen maar zulke zware belastingen had opgelegd om het actiever en gelukkiger te maken, prees het de wijsheid van de koning en betaalde hem vrijwillig nog meer dan het moest betalen.
Hoofdstuk 173: Over de schijnbaar onrechtvaardige leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Deze vijf verzen horen bij elkaar, omdat zij de miserabele toestand van de kerk of Gods huis op aarde aantonen, en dat zowel bij de joden die er vóór deze tijd waren als bij degenen die na ons zullen komen.
Hoofdstuk 174: Uitleg van Jesaja 2, 6 -22. De genade-openbaringen van het nieuwe licht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[12] In jezelf zal dat je nu wel minder vreugde verschaffen, -maar de toekomstige volkeren een des te grotere, wanneer hun opnieuw deze boodschap gegeven wordt in hun grote ellende en in de tijd waarin het ene volk zich tegen het andere zal verheffen om het te vernietigen. -Maar daarover zal het volgende hoofdstuk ons nog meer licht verschaffen!
Hoofdstuk 174: Uitleg van Jesaja 2, 6 -22. De genade-openbaringen van het nieuwe licht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[13] Maar zeg Me nu eens hoe jullie deze erg belangrijke zaak opgevat hebben! Ik zeg 'erg belangrijk', omdat Ik jullie als Mijn toekomstige volgelingen vooral op het hart wil drukken jezelf en al je leerlingen voor traagheid te behoeden. Spreken jullie dus nu maar over de geest die je in Jesaja bent tegengekomen; daarna gaan we zonder moeite over naar het derde hoofdstuk!'
Hoofdstuk 174: Uitleg van Jesaja 2, 6 -22. De genade-openbaringen van het nieuwe licht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[15] Wie, behalve U, weet of de mensen zonder die prikkelende zaken niet nog veel trager geworden zouden zijn dan zij met al deze ontelbare prikkels al zijn en mettertijd nog meer zullen worden? Als echter heel velen uit te grote liefde voor deze prikkels ware duivels onder de mensen worden, omdat zij zich door de valse glans van het goud hebben laten verblinden, dan heeft U immers een oneindige hoeveelheid tuchtmiddelen die U ten dienste staan, en dus zijn wij van mening dat aan het einde van de tijden van de wereld alles volgens Uw geheime, eeuwige raadsbesluit nog goed zal aflopen. .
Hoofdstuk 174: Uitleg van Jesaja 2, 6 -22. De genade-openbaringen van het nieuwe licht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[11] Daarom zeg Ik jullie nu nog eenmaal: Waarschuw de mensen vooral voor de geestelijke luiheid; want daarmee beginnen alle kwade dingen waarover de profeet gesproken heeft, en Ik moet ze helaas toelaten! Denk daarover na, dan zullen we er in de herberg nog een woordje over spreken! -En nu gaan we daar ook dadelijk heen; want we zullen in deze nacht nog veel te doen krijgen!'
Hoofdstuk 176: Het ineenstorten van verkeerde geloofssystemen uitgelegd uit Jesaja 3, 6 27 - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Om hun inkomen te vergroten dat zij door hun nutteloze werk verwerven, zullen zij, zoals nu de Farizeeën, hun zendelingen door de hele wereld uitzenden en de vreemdelingen tot hun kinderen maken. Die waren als duistere heidenen al nergens goed voor; maar wanneer zij dan het echte wereldse filisterdom gaan aanhangen, zullen zij nog honderdmaal erger worden dan zij al waren! Daardoor zal hun duistere land gevuld worden met zilver en goud, en hun honger naar de schatten van deze wereld zal geen einde nemen en geen doel hebben en evenmin hun heerszucht en oorlogszucht, -wat de profeet in het beeld van de paarden en de ontelbare wagens uitdrukt. Maar ook het territorium waarover zij heersen zal vol afgodsbeelden en tempels zijn, zoals Salomo de wijze daar ook reeds. mee begonnen is, ondanks de persoonlijke waarschuwing van God; hij liet rondom Jeruzalem voor zijn vreemde vrouwen afgodentempels oprichten. Voor die afgodsbeelden zullen de blinde dwazen zich buigen en het werk van hun eigen handen en vingers aanbidden in de domme mening, God daarmee welgevallig te zijn. En wie 'dat niet zal doen, zal op leven en dood vervolgd worden. Want veel koningen zullen om hun troon meer glans te geven de onzin van de wereldse filistijnen steunen en de vrienden van het licht en de levende waarheid, waar er altijd maar weinig van zijn, te vuur en te zwaard vervolgen.
Hoofdstuk 174: Uitleg van Jesaja 2, 6 -22. De genade-openbaringen van het nieuwe licht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[12] Als we ons een grote en volkomen geordende gemeenschap van mensen voorstellen, dan heeft die, wil zij in alles goed verzorgd zijn, van oudsher in totaal vijftig hoofdgebieden waarop zij in haar levensbehoeften moet voorzien. Wat daar bovenuit gaat geldt reeds als hovaardij en alles wat minder is geldt als zwakte, gebrek en armzaligheid. Om echter elke afzonderlijke tak van deze levensbehoeften doelmatig te kunnen verzorgen en benutten, moet er ook een kundig hoofdman als voorman en leider aan het hoofd staan, die van A tot Z op de hoogte is van alles wat noodzakelijk is in het hele bestel; als die er niet is en er een ondeskundige op zijn plaats staat, dan zal deze tak van levensbehoeften weldra slechte of zelfs helemaal geen vruchten meer dragen voor de gemeenschap.
Hoofdstuk 175: Uitleg van het derde hoofdstuk van Jesaja De situatie in een geordende gemeente - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] We gingen nu de grote herberg van Nikodemus binnen, waar reeds een goed toebereid avondmaal op ons wachtte. Maar omdat er zich onder Mijn volgelingen nu een tamelijk groot aantal tempeldienaren bevond, die heimelijk nog veel waarde hechtten aan hun oude tempelrangorde, ontstond er onenigheid onder hen over wie meer boven -of meer onderaan de grote tafel plaats zou nemen. Tengevolge daarvan bezetten dan ook onze schriftgeleerde en de twee op deze middag bekeerde Farizeeën uit gewoonte meteen de belangrijkste plaatsen en letten er daarbij niet op dat Ikzelf nog niet plaatsgenomen had, evenmin als de Romeinen, de drie magiërs uit Indië en de mannen uit Opper-Egypte, hetgeen Nikodemus en ook Lazarus duidelijk niet erg aanstond.
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Als je als gast bent uitgenodigd en aan tafel gaat voor het gastmaal, ga dan niet meteen op de voornaamste plaats zitten, die de gastheer misschien voor iemand bestemd heeft die nog voornamer is! Als die dan zou komen en de gastheer tegen je zou zeggen: 'Vriend ga wat meer onder aan de tafel zitten, want ik heb deze plaats voor nog voornamere mensen bestemd!', zou je dat dan niet erg onaangenaam vinden, als de gastheer je noodgedwongen voor het hele gezelschap beschaamd moest laten staan? (Luc.14:7-9)
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Deze les moet opgeschreven worden, en waar Mijn evangelie gepredikt wordt, moet ook dit getrouw aan alle mensen gepredikt worden!
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] Maar Ik zei: 'Blijf zitten waar je nu zit! Want bij ons maakt het niet uit waar iemand zit; want het aanzien van de plaats hangt af van de persoon die deze inneemt. Als Ik Heer ben, dan ben Ik dat op iedere plaats die Ik inneem, en een ander zal door zo'n plaats nooit Heer worden.
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  460 - 461 - 462 - 463 - 464 - 465 - 466 - 467 - 468 - 469 - 470 - 471 - 472 - 473 - 474 - 475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485  ...