Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 473 van 1490

...  461 - 462 - 463 - 464 - 465 - 466 - 467 - 468 - 469 - 470 - 471 - 472 - 473 - 474 - 475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485 - 486  ...
[17] Volgens Mijn woord zal iedereen in zichzelf een David worden voor eeuwig in Mijn rijk, - maar Ik zeg jullie, wees op deze wereld voortaan gehoorzaam aan iedere wereldlijke overheid, of deze nu slecht is of goed; want de macht die zij heeft, is haar van boven gegeven!
Hoofdstuk 177: De zucht naar aanzien. Hoogmoed en deemoed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Deze stond op en vroeg met ernstige blik wat er toch aan de hand was en wat zij zo laat op de avond nog wilden.
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Een Damascener kwam naar voren en zei: 'Heer, wij zijn nu pas zeker aan de weet gekomen, dat u de gezaghebber van deze plaats bent en daarom zijn we bij u gekomen om een klacht in te dienen, dat we hier als reizende handelslieden zeer slecht zijn ontvangen! Wij willen best naar alle redelijkheid alles betalen wat we gebruiken, -maar we laten ons niet het vel over de oren halen door die verschrikkelijk hebzuchtige lieden uit Emmaüs! Wij verlangen een gerechtelijke uitspraak en anders doen wij een beroep op de keizer, wier trouwe onderdanen wij zijn!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[4] Nikodemus vervolgde: 'En waaruit bestaat dan eigenlijk het onrecht dat jullie hier in deze plaats is aangedaan?'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] De woordvoerder zei: 'Strikt rechtvaardige heer! We hebben Ieder een niet al te grote vis gekregen, een stuk gezuurd brood en een beker zeer middelmatige wijn, niets meer en ook niets minder. En daarvoor wilden deze woekeraars van ieder -zeg -honderd zilverstukken hebben; Voor dat geld kun je naar het verre Indië en vandaar weer terugreizen! Nee, zoiets heb ik nog nooit gehoord! -Wat zegt u daarvan, strenge en rechtvaardige heer?'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] De woordvoerder zei: 'Strikt rechtvaardige heer! Dan waren we wel grote dwazen geweest! Dat tumult midden op straat is immers juist ontstaan, omdat wij hun het verlangde geld wijselijk niet hebben gegeven! Gelijk straatrovers willen ze ons nu onze koopwaar afnemen en om die reden zoeken we nu rechtsbescherming bij u tegen dat grove geweld ; krijgen wij die niet, dan zullen deze vreselijke lieden uit Emmaüs de Damasceners leren kennen!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[5] De woordvoerder zei: 'Strikt rechtvaardige heer! Wij hebben onze wagens en lastdieren buiten op een grote open plaats gestald en zijn toen in groepen verdeeld naar verschillende herbergen van deze plaats gegaan, omdat we in deze grote herberg geen plaats konden krijgen. Toen hebben we ons met een zeer magere kost gesterkt en wilden alles wat we gebruikt hadden ook onmiddellijk naar alle redelijkheid betalen, -maar nu hebben die waarden ons zo veel berekend, dat wij dat in Damascus nog niet zouden vragen aan een gast als hij een heel jaar bij ons. zou eten en drinken ofschoon men bij ons toch ook niets voor mets krijgt! Zoiets hebben we echt nog nergens meegemaakt!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] Nikodemus zei nu: 'Ja, dan wordt het wel moeilijk om zowel de ene als de andere partij volledig gelijk te geven! Want jullie, Damasceners hebben liefdeloos gehandeld ten aanzien van deze mensen uit Emmaüs, en die doen jullie nu onrecht aan! Jullie begrijpen dus wel dat het moeilijk is om een juist oordeel te vellen. Tref daarom een schikking en verreken met elkaar wat ieder te veel heeft verlangd, dan zal jullie strijd in de ogen van God en de rechtvaardig denkende en willende mensen ten einde zijn!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[15] De woordvoerder uit Damascus zei: 'Strikt rechtvaardige heer, wij kennen maar één recht en dat heet bij ons redelijkheid! Het klopt dat in onze grote stad op de openbare marktdagen van de handelslieden iets meer gevraagd wordt dan van degenen die hun waren kopen; maar wat ook waar is, is dat deze mensen uit Emmaüs ons nu evenveel berekend hebben als wat ze bij ons, en dat in tien jaar tijd, te veel hebben betaald. Daar kunnen wij echter helemaal niets aan doen, omdat wij geen herbergbezitters zijn maar slechts heel eenvoudige handelslieden, die overal handel drijven met hetgeen zij door de vaardigheid van hun handen gemaakt hebben. Als deze woekeraars uit Emmaüs hun verhaal willen halen bij ons, Damasceners, dan moeten ze dat in Damascus bij de herbergbezitters doen, maar niet bij ons, daar wij hen nooit afgezet hebben met de artikelen die ze van ons gekocht hebben!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[19] Deze woorden van Mij hadden de Damasceners heel goed gehoord, maar het drietal uit Emmaüs eveneens.
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[23] Na deze woorden vertrokken de drie waarden snel en vatten het plan op om met hun knechten, vrienden en handlangers de karavaan aan te vallen, die zich buiten bevond, om hun verhaal te halen. Dat gaf Ik ook Nikodemus en Agricola te kennen.
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[24] Agricola, die het harde drietal uit Emmaüs nu helemaal niet meer kon lijden, vroeg onmiddellijk aan Nikodemus of zich in deze plaats Romeinse militairen bevonden.
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[18] Ik zei: 'De Damasceners hebben gelijk en de waarden uit Emmaüs zijn hoogst onredelijke woekeraars! Ze moeten verlangen wat rechtvaardig is en dat wil zeggen, dat elk der handelslieden hun per persoon slechts twee muntstukken hoeft te betalen en geen stater meer! Als de handelslieden uit Emmaüs in Damascus zijn afgezet is dat hun eigen schuld; ze wilden zich daar als rijke mensen voordoen en zwelgden en brasten vaak buitensporig, en de Damasceners hadden gelijk dat ze zich daar behoorlijk voor lieten betalen. Als de rekening volgens hen in Damascus te hoog was, hadden ze toen immers een klacht kunnen indienen bij de rechters daar! Waren zij het toen ten gevolge van hun grootdoenerij eens met de rekening, dan moeten zij het er ook nu mee eens zijn! En wanneer zij deze Damasceners eigenmachtig geweld willen aandoen, zal ook hun geweld worden aangedaan! Ze kunnen nu het een of het ander kiezen en doen wat ze willen; maar dan zullen ook wij doen wat wij willen!'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[29] Ik zei: 'Je hebt zoëven toch gehoord wat Ik tegen deze hier nog aanwezige Damasceners gezegd heb! Maar als de waarden daar helemaal niet mee akkoord gaan, neem jij dan het door Mij vastgestelde bedrag van de Damasceners in ontvangst en verdeel het bij een goede gelegenheid onder de armen! En de slechte waarden moeten in plaats daarvan drie volle dagen in de kerker blijven en dan bij hun vrijlating ernstig vermaand en bedreigd worden; dat zal voldoende zijn om hen voor toekomstige gevallen nuchter en redelijk te stemmen.'
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[32] Deze gaf dat meteen door aan de waarden, die het oordeel echter onder allerlei uitvluchten niet wilden accepteren. Maar de commandant maakt korte metten en wierp ze in een kerker. Toen ze dat hoorden, stelden de Damasceners onmiddellijk het door Mij vastgestelde bedrag voor het avondmaal van de hele karavaan aan Nikodemus ter hand en bedankten Mij zoveel ze konden voor het door Mij uitgesproken oordeel.
Hoofdstuk 178: De Heer beslecht de strijd tussen de Damasceners en de waarden van Emmaüs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  461 - 462 - 463 - 464 - 465 - 466 - 467 - 468 - 469 - 470 - 471 - 472 - 473 - 474 - 475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485 - 486  ...