Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 479 van 1037

...  467 - 468 - 469 - 470 - 471 - 472 - 473 - 474 - 475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485 - 486 - 487 - 488 - 489 - 490 - 491 - 492  ...
[9] Een van de priesters zei: 'Laten we zelf naar die wonderbaarlijke man toegaan, dan zal wel blijken wat er achter hem schuilgaat; want het domme volk kan niet over dergelijke dingen oordelen! Maar laat eerst een van ons erheen gaan, die wonderman aan de tand voelen en ons dan vertellen wat voor iemand het is! Waarschijnlijk is het een van de Essenen, die geweldig goed thuis zijn in alle soorten toverij!'
Hoofdstuk 94: De Heer geneest de zieken in de herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Daarop ging een van hen, een Romein die goed thuis was in veel kunsten en wetenschappen, naar ons toe in de eetzaal, begroette de commandant en vroeg toen direct naar Mij.
Hoofdstuk 94: De Heer geneest de zieken in de herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Toen de priester dat hoorde werd hij minder brutaal, wendde zich tot Mij en zei: 'Vergeef mij dat ik de vrijheid neem u met alle eerbied en bescheidenheid te vragen hoe u zonder enig hulpmiddel de zieken hebt kunnen genezen! Ik begrijp veel dingen en heb veel ervaring, en weet dan ook te beoordelen wat iemand die heel vertrouwd is met de geheime krachten van de natuur, tot stand kan brengen. Zonder bepaalde geheime middelen heeft voorzover ik weet nog geen enkele magiër of priester ooit een wonder gedaan dat alleen de goden zouden kunnen doen - als ze naar waarheid en in werkelijkheid zouden bestaan; maar bij u lijkt het toch zo te zijn, dat u enkel door uw woord en uw wil daden kunt volbrengen, en u hebt daar geen hulpmiddel bij nodig?
Hoofdstuk 94: De Heer geneest de zieken in de herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Ik zei: 'Jij hebt toch ook de geschriften van de Joden bestudeerd, en wel vroeger reeds in Rome en vijf jaar later, toen je als priester van Zeus, Mars, Minerva en Mercurius onder keizer Augustus naar Opper-Egypte bent gestuurd, naar Thebe, waar je je ook in de oude mysteriën hebt laten inwijden.
Hoofdstuk 95: De Heer vertelt de ontwikkelingsgang van de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Maar u hebt mij vroeger evenmin kunnen zien en leren kennen als ik u ooit tevoren heb gezien en gekend -hoe kent u dan mijn geheime streven over een tamelijk lange reeks van jaren, alsof ik het u zelf pas kort geleden onthuld had? Want u zou van mij gehoord moeten hebben wat ik in het geheim heb gedaan en waar ik naar streefde, omdat ik als priester nooit aan iemand heb verraden wat ik ten behoeve van mijn eigen geruststelling deed en ondernam!
Hoofdstuk 95: De Heer vertelt de ontwikkelingsgang van de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Ik beken eerlijk dat ik voor mijzelf zowel in de ene als in de andere godheid heel weinig geloof en vertrouwen heb; want hoe meer men die met de grootst mogelijke ijver zoekt, des te meer raakt men ervan verwijderd, en het is echt nuttiger en zinvoller voor een mens om nooit te proberen de sluier van Isis op te lichten, dan zich door zo'n zinloze inspanning in de meest duistere afgrond van alle denkbare twijfels te storten. Het is beter om net als de apen blind en dom te blijven dan naar de ene of de andere godheid te zoeken, die waarschijnlijk nergens anders heeft bestaan en nog bestaat dan in de fantasie van mensen die over de anderen wilden heersen.
Hoofdstuk 95: De Heer vertelt de ontwikkelingsgang van de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Ik ben toch ook een mens en heb er vanaf mijn jeugd al vurig naar verlangd om slechts één keer met een godheid vertrouwd te raken; maar waarom heeft mij tot nu toe, terwijl ik al tegen de zeventig loop, nog altijd geen enkele godheid genaderd en mij met een of andere bijzonder vermogen begenadigd, en waarom behalve u, wonderbaarlijke vriend, ook alle mij bekende Joden niet? Daarom, vriend, hecht ik weinig waarde aan alle goden; het overige kunt u zelf wel bedenken!'
Hoofdstuk 95: De Heer vertelt de ontwikkelingsgang van de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Maar kijk, in het begin van de tijd dat de mensen op aarde leefden was het niet zo! Toen.kende ieder mens de ene, enig.ware God, en vele duizendmaal duizenden zijn door Hem onderricht, geleid en beschermd. Aan iedereen werd .diepgaand en grondig getoond dat hij zich niet vrijwillig door alle bekoringen gevangen moest laten nemen, omdat die de ziel in het gericht van de materie en naar dood trekken en doof, blind en gevoelloos maken voor al het goddelijke en zuiver geestelijke.
Hoofdstuk 96: De Heer geeft onderricht over het verval van de mensheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] En kijk, omdat de Joden -die het uitverkoren volk van God zijn omdat hun vaderen zich uit liefde voor Hem het langst niet door de wereld hebben laten bekoren en verblinden -zich mettertijd ook van God hebben afgewend en zich net als de heidenen naar de wereld hebben gekeerd, zijn zij ook doof en blind geworden, en nu erger dan de heidenen; want die zijn weer begonnen het verlorene te zoeken, en velen van hen hebben het alweer helemaal teruggevonden.
Hoofdstuk 96: De Heer geeft onderricht over het verval van de mensheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Maar bij de meeste echte Joden is het nog niet opgekomen om het verlorene, de eeuwige waarheid, te zoeken; ze voelen zich heel behaaglijk in hun levensnacht. Hoewel ze bij zichzelf wel voelen dat ze goddeloos zijn, willen ze daarvan vanwege de rijke offers niets aan het volk laten merken en zijn ze de bitterste vijanden van degene die het volk een juist licht zou geven, het de juiste weg naar God zou tonen en het werkelijk zou helpen Hem te zoeken en zeker ook te vinden.
Hoofdstuk 96: De Heer geeft onderricht over het verval van de mensheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Daarom zal het beetje licht dat zulke Joden, helemaal verkommerd, nog hebben, ook nog van hen worden afgenomen en aan de heidenen worden gegeven, die daar werkelijk naar verlangen.'
Hoofdstuk 96: De Heer geeft onderricht over het verval van de mensheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] (De Heer:) 'Je zei ook dat je zelf aan geen enkele godheid meer waarde hecht, omdat je al zolang naar een ware godheid hebt gezocht en er jou ondanks je ijverige zoeken nog nooit een ook maar uit de verte genaderd is.
Hoofdstuk 97: Het juiste zoeken van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Bij de ene, enig ware God geniet een priester echter niet de minste voorkeur boven zelfs de meest onbeduidend lijkende mens uit het volk. Bij God bestaat er geen rangorde voor de mensen; bij Hem staan keizer en bedelaar op dezelfde trede. Alleen diegene geniet bij God de voorkeur, die Hem naar volle waarheid herkent, Hem dan boven alles liefheeft en zijn medemens als zichzelf en die de geboden van God, zoals die door Mozes gegeven zijn, in acht neemt, in alles deemoedig is en van niemand iets onrechtvaardigs verlangt dat in strijd is met de orde en de wil van God; noch met geweld noch met list, want al zulke daden zijn in de ogen van God een gruwel.
Hoofdstuk 97: Het juiste zoeken van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Een jaar later kwam je nogmaals bij dezelfde plaats aan de rivier, hoorde opnieuw dezelfde stem en dacht daar lang over na. Maar toch kwam je niet tot handelen.Want ten eerste was je een Romeinse priester en wilde je naar jouw idee niet in strijd met de wetten van Rome handelen, omdat daaruit een werelds nadeel voorjou had kunnen voortkomen, hoewel je wel wist dat het een priester niet verboden was om ook in de God van de joden te geloven. En ten tweede leek het handelen volgens de wetten van Mozes je te lastig en hield je tenslotte de stem die je duidelijk had gehoord toch slechts voor een zinsbegoocheling, die gemakkelijk kon voorkomen; en je dacht bij jezelf dat, als er iets waars in die stem stak, die zich wel vaker zou laten horen.
Hoofdstuk 100: De eerdere openbaringen van de Heer aan de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] Sta mij nu echter toe dat ik naar mijn collega's ga en hun meedeel wat ik hier heb vernomen; want ook zij voelen net als ik wat hun ontbreekt.'
Hoofdstuk 100: De eerdere openbaringen van de Heer aan de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  467 - 468 - 469 - 470 - 471 - 472 - 473 - 474 - 475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485 - 486 - 487 - 488 - 489 - 490 - 491 - 492  ...