Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 484 van 1112

...  472 - 473 - 474 - 475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485 - 486 - 487 - 488 - 489 - 490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497  ...
[2] Datgene wat van tijd tot tijd snel moet ontstaan heeft vanaf het allereerste begin van het ontstaan tot aan de volle, feitelijke uitwerking echt geen half jaar nodig, zoals bijvoorbeeld wind, bliksem, regen en nog allerlei soortgelijke verschijnselen die er, indien noodzakelijk, overeenkomstig Gods wil ook direct moeten zijn; maar andere dingen, waar de mensen zich mee bezig moeten houden, hebben net als de mens hun bepaalde tijd. En zo is het ook met het verbreiden van Mijn leer, die uitsluitend en alleen voor de mensen in deze tijd en ook in de toekomst door Mij naar deze wereld wordt gebracht en hun wordt gegeven.'
Hoofdstuk 2: De beperkingen van een wetmatige verbreiding van het rijk Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Gisteren op de berg heb je toch de ziel van je vader en de zielen van verschillende bekenden van je gezien en zelfs gesproken, en je hebt ook het zinloze bestaan van heel veel zielen aan gene zijde gezien. Ik zeg je dat door Mijn talloze engelen ook aan hen het evangelie verkondigd wordt. Degenen die daar naar luisteren, het aannemen en zich ernaar richten, zullen ook de zaligheid bereiken, maar niet zo gemakkelijk en snel als op deze aarde, waar de mens veel en dikwijls heel zware strijd heeft te leveren met de wereld, met zijn vlees en met nog heel veel andere dingen -al is dat ook maar van korte duur -en waardoor hij alle mogelijke geduld, zelfverloochening, zachtmoedigheid en deemoed leert.
Hoofdstuk 2: De beperkingen van een wetmatige verbreiding van het rijk Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Wees daarom voor niemand in de wereld aan gene zijde al te zeer bezorgd; want Gods liefde, wijsheid en grote ontferming heersen overal, ook in de grote wereld aan gene zijde. Zij die ze grijpen en zich ernaar zullen voegen en richten, zullen niet verloren gaan; maar voor degenen die dat hier en ook aan gene zijde niet zullen doen geldt de stelregel dat hem, die het kwade dat hem schaadt zelfwil, geen onrecht geschiedt. Ben je tevreden met deze heel duidelijke verklaring van Mij, vriend?'
Hoofdstuk 2: De beperkingen van een wetmatige verbreiding van het rijk Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] Hij is een mens met ongetwijfeld uitzonderlijke talenten en vermogens, die hij in een of andere vanouds beroemde school ontwikkeld heeft en nu presteert hij fabelachtige dingen die voor ons leken wonderbaarlijk zijn, en daarvoor komt hem ook alle eer toe; maar dat hij zich daarom tegenover ons mensen, evenals de wijzen uit de oude oertijd, als een god presenteert, dat gaat te ver, dat zal iemand met natuurlijk gezond verstand nooit helemaal goedkeuren. Ik zou mij heel graag door hem laten genezen en hem daarvoor ook de gewenste beloning geven; maar dat ik hem voor die genezing direct als de ene, enig ware God moet aannemen en vereren, dat gaat er bij mij niet in, vriend, ondanks zijn leer, die werkelijk heel zuiver is.
Hoofdstuk 3: De genezen Romeinse rechter bekeert zijn vrienden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[21] Wie zal en kan er eerder een ware God zijn: een verzonnen god, waarvan wij er helaas ontelbare hebben, die allemaal dood zijn en van wie wij mensen nog nooit een wonderbaarlijke werking hebben ondergaan, of een levend mens, voor wiens almachtige woord en wil alle krachten van de hemelen en van deze aarde zich totaal gehoorzaam buigen?
Hoofdstuk 3: De genezen Romeinse rechter bekeert zijn vrienden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[25] Pas de derde dag lukte het hem om hen gelovig te maken, waarna hij hen dan ook 's middags naar Mij toe bracht, en Ik hen ook heb genezen. Daarop raakten ze vervuld van geloof en prezen de moeite die de rechter had gedaan, omdat hij ook hen tot het grootste levensheil had gebracht. Ze bleven samen met de rechter de hele vierde dag nog bij Mij en lieten zich in alles onderrichten, waarbij onze Rafaël weer heel veel te doen had.
Hoofdstuk 3: De genezen Romeinse rechter bekeert zijn vrienden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Ik zei: 'Die Perzen en Indiërs kunnen zich met hun dieren en toverspullen best wel even bang laten maken door de golven, totdat wij klaar zijn met het ochtendmaal; als we dan weer naar de oever terugkeren, zal wel duidelijk worden hoe het schip geholpen kan worden.'
Hoofdstuk 4: Rafaël redt Perzen en Indiërs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Toen hij daar aankwam vroegen de schippers hem, heel verbaasd over zijn moed: 'Wat wil jij, zwakke jongen, hier eigenlijk? Ben je ons te hulp gekomen? Daar zullen we niet veel aan hebben, want je hebt niet eens een touw of een haak in je boot! Waarmee wil jij ons sterke, grote schip aanjouw lichte roeiboot vastmaken en ons dan helpen het via veilig diep water naar de oever te brengen?'
Hoofdstuk 4: Rafaël redt Perzen en Indiërs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Nu greep Rafaël een van het grote schip uitstekende balk en trok het pijlsnel naar de oever; en omdat hij zodoende, maar ook door zijn wil, een grote massa water in zekere zin naar de oever duwde, raakte de bodem van het schip de ondiepe grond niet en leed derhalve ook geen schade.
Hoofdstuk 4: Rafaël redt Perzen en Indiërs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] De schippers en reizigers verbaasden zich buitengewoon over de voor hen volkomen onbegrijpelijke kracht van de jongeman, die zo speels met de macht van de elementen omging, alsof hij met een aan een grashalm hangende dauwdruppel en een heel zacht ochtendbriesje te maken had, in plaats van met het meer en de harde wind.
Hoofdstuk 4: Rafaël redt Perzen en Indiërs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Toen de schippers zich nu op de rustige en veilige oever bevonden, prezen ze de moed en de goede wil van de jongeman en heel in het bijzonder zijn uitzonderlijke kracht en handigheid bij het gebruik ervan, die voor hen allemaal aan het echt wonderbaarlijke grensde, en ze vroegen hem hoeveel ze hem als beloning daarvoor moesten geven.
Hoofdstuk 4: Rafaël redt Perzen en Indiërs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[17] Toen de zaak hun nader werd uitgelegd, zeiden ze allemaal: 'Ja,ja, als de hemel en de aarde zich door de Heer verenigen, worden wonderen al bijna heel natuurlijke verschijnselen; maar als de Heer eenmaal weer terug zal gaan naar achter alle sterren, zal er weer een groot gebrek zijn aan dergelijke grootse en buitengewone gebeurtenissen onder de mensen op de aarde!'
Hoofdstuk 4: Rafaël redt Perzen en Indiërs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[18] Daarop begonnen de reizigers hun bagage aan land te brengen, en ze informeerden hoe ze hun reis over land tot aan de grote zee konden voortzetten. Dat werd hun ook uitgelegd, en onze Rafaël nam het op Mijn aanwijzing op zich om hen verder te brengen, zonder dat hij de reizigers ook maar in het minst verraadde dat hij meer was dan een gewoon aards mens. Wel deelde hij daarna in Tyrus de reizigers mee in wiens nabijheid ze zich hadden bevonden, daar waar hij hen op wonderbaarlijke wijze had gered.
Hoofdstuk 4: Rafaël redt Perzen en Indiërs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[19] Toen de reizigers dat hadden gehoord, wilden ze weer omkeren om Mij persoonlijk te leren kennen, en ze boden Rafaël daar grote sommen geld voor. Maar toen verdween Rafaël heel plotseling uit hun gezicht en bevond hij zich weer bij ons.
Hoofdstuk 4: Rafaël redt Perzen en Indiërs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Toen we deze inham bereikten troffen we daar de vissers van Ebal, die juist bezig waren met het vangen van vis voor onze Ebal, maar sinds de vroege ochtend vanwege het nog steeds flink golvende water nog maar heel weinig vis hadden gevangen.
Hoofdstuk 5: De reis van de Heer naar Genezareth (8.7.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  472 - 473 - 474 - 475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485 - 486 - 487 - 488 - 489 - 490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497  ...