Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 485 van 1112

...  473 - 474 - 475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485 - 486 - 487 - 488 - 489 - 490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498  ...
[13] Ik zei: 'Gooi jullie netten nu nog een keer in het water, dan zullen jullie tevreden zijn met de vangst!'
Hoofdstuk 5: De reis van de Heer naar Genezareth (8.7.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[16] Toen ze klaar waren met dat werk, ontstond er een groot gejuich onder hen waarmee ze Mij prezen, en ze voeren voor ons uit naar Genezareth; daar wachtte Ebal met zijn mensen op de oever hen op, omdat hij sterk hoopte op een rijke vangst, aangezien hij veel gasten had. En deze ochtend hoopte hij des te zekerder op een rijke vangst, omdat zijn dochter Jarah een voorspellende droom had gehad, waarin ze Mij met Mijn leerlingen en vrienden over het water had zien aankomen, en dat de vissers daardoor ook een gezegende vangst zouden doen.
Hoofdstuk 5: De reis van de Heer naar Genezareth (8.7.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[19] De schippers wezen direct naar de schepen die zich nog op enige afstand op het meer bevonden en zeiden: 'Kijk, daar komt Hij met Zijn leerlingen en vrienden! Heilons en het hele dorp, omdat Hij ons weer bezoekt!'
Hoofdstuk 5: De reis van de Heer naar Genezareth (8.7.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Daarop begaven wij ons naar de zaal, en allen verbaasden zich over de omvang, de schoonheid, de netheid en het comfort van het gebouw, dat door een Griekse bouwmeester was gebouwd. Daarna gingen we aan de grote tafel zitten, waar met gemak voor ongeveer honderd gasten plaats was, en Ebal liet direct een juiste hoeveelheid brood en wijn brengen, opdat we een kleine maaltijd voorafkonden houden tot de eigenlijke hoofdmaaltijd klaargemaakt was, wat echter ook niet lang op zich liet wachten. Gehoor gevend aan de wens van Ebal namen we dan ook direct wat brood en wijn tot ons, en weldra werd het levendig in de zaal.
Hoofdstuk 6: De maaltijd bij Ebal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Ik zei: 'Mijn vriend, er zal zich weldra een geducht werk voor ons aandienen, dat ons veel te doen zal geven tot de nacht valt! Jijzelf zult Mij vanwege dat volbrachte werk niet genoeg kunnen loven. Maar laten we nu nog een poosje in deze eetzaal rusten; want deze keer hoeven wij het werk dat ons wacht niet op te zoeken - het zal ons gauw genoeg vanzelf vinden!'
Hoofdstuk 6: De maaltijd bij Ebal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Hierna rustten wij allemaal nog ongeveer een half uur aan tafel, en de leerlingen vroegen elkaar wat het nu weer zou zijn, dat de Heer Zelf een 'geducht werk tot de nacht valt' noemde. Sommigen dachten dat zich waarschijnlijk weer een ergerlijke Farizeeëngeschiedenis zou voordoen, of dat er misschien wel weer nieuw uitgezonden soldaten van Herodes op Hem loerden of op de leerlingen van Johannes, die naar men zei de hitsige vos ook een doorn in het oog waren.
Hoofdstuk 6: De maaltijd bij Ebal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Toen de leerlingen zich zo onder elkaar nog afvroegen wat dat voor een geducht werk zou zijn, dat Ik had aangekondigd, en wat het zou inhouden, kwam er een heel verlegen uitziende dienaar haastig de zaal binnen.
Hoofdstuk 6: De maaltijd bij Ebal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] De dienaar zei: 'Ebal, mijn heer en gebieder, ik heb niet de indruk dat er iets ergs in aantocht is, maar noch voor jou noch voor de aanwezige gasten zal het echt aangenaam zijn. Je kent de nieuwe Romeinse commandant wel, die pas enkele weken geleden uit de omgeving van Bethlehem hiernaartoe overgeplaatst is. Hij is hier dus een nieuwe bezem en wil om zijn aanzien te vergroten buitengewoon schoon vegen. Hij heeft via zijn alziende spionnen en oplettende wachters gehoord over de aankomst van dit hoge gezelschap, en is van mening dat hem direct bij aankomst van dit gezelschap gemeld had moeten worden wie er allemaal aangekomen zijn, waarvandaan, waarom en waarheen men verder zal reizen, en of iedereen voor zich of één persoon voor allemaal zich kan legitimeren.
Hoofdstuk 6: De maaltijd bij Ebal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Ga daarom maar naar buiten en onderhandel met de Romeinse commandant, opdatjij de eerste bent die zich overtuigt van het geduchte werk dat ons vandaag te wachten staat tot de nacht valt!'
Hoofdstuk 6: De maaltijd bij Ebal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[16] Hierop begaf hij zich onmiddellijk naar buiten naar de commandant, die reeds met echt Romeins ongeduld met verschillende ondergeschikten op hem wachtte.
Hoofdstuk 6: De maaltijd bij Ebal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] Toen deze zich in een bepaalde orde rond onze tafel opstelden, zei de commandant met een zeer heerszuchtige stem: 'Kijk, buitengewoon gevolmachtigde Jood, dat is mijn effectieve volmacht, die jullie net zo lang gevangen zal houden tot jullie aan mijn eis zullen voldoen! Ken je die volmacht?'
Hoofdstuk 7: De Romeinse commandant en zijn soldaten verstoren de maaltijd - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Toen de commandant zich samen met zijn helpers bijna een half uur lang in die voor hem ongehoorde positie had bevonden, vroeg Ik hem: 'Hoe denk je nu over Mijn algehele volmacht? Vind je niet dat de leeuw van Juda machtiger is dan jouw scherpe Romeinse volmacht, die jij ook een leeuw noemde, die jacht maakt op alle dieren en niet zoals een haas direct voor een sluwe Joodse vos op de vlucht slaat?'
Hoofdstuk 8: Een wonder van de Heer ontnuchtert de Romeinen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Bij ons Romeinen geldt dat als iets wat zich midden in een hevige strijd als een wenk van de goden voordoet, en dan is de strijd volledig afgelopen.
Hoofdstuk 8: Een wonder van de Heer ontnuchtert de Romeinen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Ebal liet dat direct gebeuren, en de drie werden uitstekend verzorgd en aten en dronken. Toen ze zich bij de wijn enigszins hersteld hadden van hun angst en vrees voor Mij, begonnen ze ook harder en moediger te praten, en de commandant wilde al verschillende keren van zijn stoel opstaan en naar Mij toegaan om een gesprek met Mij te beginnen; maar zijn twee dienaren raadden hem dat af, omdat het volgens hen niet raadzaam was zich met grote magiërs in een gesprek te begeven, voordat die dat zelf wensten. Zodoende bleef de commandant nog rustig en liet zich nog meer wijn brengen.
Hoofdstuk 8: Een wonder van de Heer ontnuchtert de Romeinen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Ik zei: 'Vriend, laat je ergernis daarover varen! Als deze wereld niet door God tot een oefenplaats voor het leven bestemd zou zijn, waar ieder mens zich tot aan zijn volledige geestelijke wedergeboorte voortdurend moet oefenen in alle geduld, zachtmoedigheid, deemoed en liefde via de weg van uiterste zelfverloochening, dan zou Ikzelf niet naar jullie toe zijn gekomen om jullie in alles met het beste en meest levensechte voorbeeld voor te gaan. Als de mensen van deze aarde voor eeuwig kinderen van God willen worden op de manier zoals je hier in Rafaël, die jij goed kent, een voorbeeld kunt zien, dan moeten ze zich in dit slechts kort durende proefleven met alle geduld en overgave aan de wil van de alwijzeVader ook de middelen laten welgevallen, die door God vastgesteld zijn om dat hoogste levensdoel te bereiken.
Hoofdstuk 6: De maaltijd bij Ebal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  473 - 474 - 475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485 - 486 - 487 - 488 - 489 - 490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498  ...