Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 487 van 1166

...  475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485 - 486 - 487 - 488 - 489 - 490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500  ...
[4] Hierna wendde hij zich vriendelijk tot de drie dieven en zei: 'Zijn jullie tevreden met mijn oordeel, en willen jullie mijn aanbod aannemen?'
Hoofdstuk 17: De verontwaardiging en goede bedoeling van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] Heer en meester, het zou nu toch echt tijd zijn om over dit werkelijk helse gebroed een vernietigend gericht te laten losbarsten; want deze ergsten van alle ergen moeten wel zo'n groot aantal gruwelen aan hun medemensen hebben begaan, dat geen mens het aantal daarvan meer kan uitspreken! Maar deze drie mensen gaan mij als heiden echt ter harte, en ik zal hun geen straf opleggen maar hen vrijlaten, en ze moeten en zullen hun leven lang in mijn huis een goed onderkomen hebben en mij als trouwe getuigen steeds terzijde staan, wanneer het erom gaat die duivels in de tempel in Jeruzalem zo krachtig mogelijk tegen te werken. Laat er nu maar gauw weer eens zo'n Joodse priester bij mij komen, zoals heel vaak gebeurt, met een klacht over iemand van wie hij nog een tiende te innen heeft. Dan zal ik hem wel zeggen hoe hij heet, en wat voor recht hij van mij kan verwachten! En als ik eenmaal het tijdelijke heb verlaten, dan zal mijn dierbare zoon Kado wel in mijn geest weten door te gaan.'
Hoofdstuk 17: De verontwaardiging en goede bedoeling van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] (De rovers:) 'Ja, wij arme zoekende mensen worden door velerlei machten te vuur, te zwaard en met het kruis tot een blind geloof gedwongen; maar de tirannen kunnen ongestraft doen wat ze willen -want ze staan boven de wet. Maar met mijn verstand vraag ik me af of dat ook juist is in het geval er werkelijk een buitengewoon goede, wijze, alwetende en almachtige God bestaat, voor wie alle mensen toch gelijk moeten zijn, aangezien ze Zijn en niet hun eigen werk zijn. Als ze nu meer ontaard zijn dan vroeger, kunnen zij daar iets aan doen? Of kan iemand het helpen, als hij vanuit het lichaam van zijn moeder blind en doof in deze wereld is gezet en dan een ellendig leven moet leiden?
Hoofdstuk 18: De religie van de drie rovers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Ik zei: 'Jullie als mensen hebben weliswaar gelijk dat jullie zo praten, vragen en oordelen; maar Mijn liefde, Mijn wijsheid en orde verlangen van Mij als Schepper dat Ik Mijn schepselen steeds datgene geef wat voor hen op ieder moment het meest noodzakelijkst is.
Hoofdstuk 19: Over de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Vanaf de eerste mens op deze aarde tot aan dit moment zijn de mensen nog nooit ook maar eenjaar lang zonder enige van Mij uitgaande openbaring gebleven maar steeds op zo'n manier, dat hun volledig vrije wil geen geweld werd aangedaan, omdat de mens zonder die vrije wil geen mens zou zijn, maar slechts een machine van Mijn wil.
Hoofdstuk 19: Over de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] De spreker, die Nojed heette, zei: 'Vriend en edelste onder de mensen, daar zal ik aan denken; want jouw wens zal ons voortaan een bevel zijn! Omdat wij in jou als heiden een ware mens hebben gevonden en tevens een met ware goedheid verenigde wijsheid, zoals men die onder de Joden eigen lijk niet meer aantreft, moesten wij aan jullie goden denken en kwamen op de gedachte dat die misschien toch meer zijn dan een fabel. Wij willen nu graag meer vertrouwd raken met jullie leer, om ook aan jullie goden offers te brengen en hun alle eer te bewijzen.
Hoofdstuk 20: Nojed vraagt naar de ware godsdienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Want ik denk maar zo: de godsdienst waar men de beste mensen aantreft, moet zelf ook de beste en meest waarachtige zijn. Onze godsdienst is dat echt niet, omdat de mensen die daarin geboren en getogen zijn nu vast en zeker de slechtste zijn die er waar dan ook op de wijde wereld kunnen bestaan. Haar priesters staan bij de betere volkeren algemeen bekend als een ware pest voor de mensen. En een godsdienst wier schoot in plaats van goede en wijze mensen slechts ware tijgers, hyena's, wolven en beren voortbrengt, kan geen goede en nog minder een ware leer zijn. -Wat vind jij, edele mensenvriend, van deze gedachte?'
Hoofdstuk 20: Nojed vraagt naar de ware godsdienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] De waard en ook Kado zeiden: 'Wij hadden wel gedacht dat dat het geval zou zijn, maar we durfden dat niet hardop te zeggen, ten eerste omdat wij U tegenover die drie niet voortijdig wilden verraden, en ten tweede omdat de woorden van de spreker in alle ernst onze aandacht vroegen en wij wilden zien hoever de mens het met de scherpzinnigheid van zijn verstand kan brengen. En echt, vanuit puur menselijk standpunt bezien had de spreker gelijk, ook in het beschrijven van de verhoudingen tussen Schepper en schepsel; want voor ons menselijke verstand is het werkelijk moeilijk te begrijpen, waarom U de mensen gedurende zo lange tijd op een nadere openbaring van Uzelf, Uw wil en Uw bedoelingen met de mensen heeft kunnen laten wachten en tallozen in de diepste levensnacht kon laten versmachten. En hoevelen zullen er nog versmachten zonder iets over U te weten te komen; en ook al zullen ze van de verspreiders van Uw leer horen dat Uzelf in de gestalte van een mens op deze aarde bent gekomen en de mensen de weg naar het eeuwige leven van hun zielen hebt getoond -zullen ze wel net zo vast als wij nu geloven dat het inderdaad was zoals Uw boodschappers hun verteld hebben.'
Hoofdstuk 19: Over de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] De waard zei: 'Mijn vrienden, over deze kwestie moeten jullie spreken met deze vriend die hier naast mij zit; want hij is onuitsprekelijk veel kundiger en wijzer dan ik en alle nog zo goede en wijze Grieken!'
Hoofdstuk 20: Nojed vraagt naar de ware godsdienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[14] Denken jullie soms dat deze waard, die een patriciër van deze stad is,jullie ook barmhartigheid bewezen zou hebben als hij nog een heiden was geweest? O, absoluut niet! Als heiden zou hij jullie met alle scherpte van de Romeinse wet behandeld hebben; maar omdat hij met zijn hele huis in zijn hart geen heiden meer is, maar een ware jood net als Abraham, Isaak en Jacob, heeft hij jullie op Mijn advies dan ook datgene geschonken wat jullie nu al genieten en nog meer in de toekomst. -Zien jullie dat in?'
Hoofdstuk 20: Nojed vraagt naar de ware godsdienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] Nojed zei: 'O wijze vriend, dat lijkt wel heel dicht bij de waarheid te komen, en zo zal het ook wel zijn; want er staat immers geschreven dat Gods raadsbesluiten onnaspeurbaar en Zijn leiding en wegen ondoorgrondelijk zijn. Maar waarom moest onze moeder, die toch altijd strikt volgens de wetten van de tempel heeft gehandeld en geleefd, en ook onze vier volkomen onschuldige zusters zo geheel en al door Jehova verlaten worden? Als de leer van de tempel een volkomen vernielde en met voeten getreden leer is, wat konden onze moeder en onze arme onschuldige zusters daaraan doen? Zoals wij als een vaststaand feit gehoord hebben, is onze moeder spoedig na haar intrede in dat mooie tehuis Gods gestorven -waarschijnlijk aan een vergif en onze zusters heeft men onmiddellijk verkracht, en wie weet wat er verder nog met hen is gebeurd. Kon de goede en zeer wijze God van de Joden daar ook een welgevallen aan hebben, aangezien Hij dat heeft toegelaten? Als u ons ook daarover gerust kunt stellen, willen wij ook vast gelovende Joden blijven!'
Hoofdstuk 21: De omstandigheden in het gezin van Hiponias, de vader van de drie dieven - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[2] Ik .zei: 'O, niets is gemakkelijker dan dat -luister dus! Jullie vader, die Hiponias heette - evenals de oudste van jullie - was een Jood, die tot het Jodendom was bekeerd volgens de zuiverder leer van de Samaritanen. Hij had niets op met de loze ceremoniën en allerlei andere bedriegerijen van de tempel. Maar daarbij had hij het steeds moeilijk met zijn vrouw, die evenals jullie zusters, die net zo waren geworden als zij, een echte tempeldwaas was. jullie eerlijke vader ging dus dood van verdriet en bad God nog op zijn sterfbed of Hij zijn vrouw en zijn dochters nog tijdens dit aardse leven wilde laten weten dat zij niet Zijn wegen, maar de wegen van de vorst der leugen en macht van de dood bewandelden. En God verhoorde het gebed van jullie vader, die Hem steeds geheel en al trouw was toegedaan in de waarheid.
Hoofdstuk 21: De omstandigheden in het gezin van Hiponias, de vader van de drie dieven - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Als jullie drieën en ook jullie, Mijn reeds oudere vrienden, daar goed naar kijken, zullen jullie snel en zonder moeite kunnen ontdekken wat voor tijdstip het nu is, en wie Ik nu eigenlijk ben.'
Hoofdstuk 23: Over de noodzaak en het doel van verzoekingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Velen hebben al geoordeeld en gesproken zoals jij nu; maar toen ze uit Mijn mond gehoord hadden wat ze moesten doen en hoe ze moesten leven, en daarna ook direct aan het werk gingen, ging het snel vooruit.
Hoofdstuk 25: De natuurlijke mens en de mens die van Gods geest doordrongen is De Heer onderweg van Jericho naar Nahim in Judea (Lucas 19) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Maar aangezien Ik nu heel gauw met deze vrienden van Mij van hier zal vertrekken, zullen jullie van de waard wel nadere bijzonderheden over Mij horen en met des te grotere ijver en ernst volgens Mijn raadgeving gaan leven en handelen, en dan zal de zegen van Jehova zich ook heel goed voelbaar aan jullie kenbaar maken.
Hoofdstuk 25: De natuurlijke mens en de mens die van Gods geest doordrongen is De Heer onderweg van Jericho naar Nahim in Judea (Lucas 19) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  475 - 476 - 477 - 478 - 479 - 480 - 481 - 482 - 483 - 484 - 485 - 486 - 487 - 488 - 489 - 490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500  ...