Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 500 van 1110

...  488 - 489 - 490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513  ...
[12] Kijk, Mijn vriend, zo heeft de Heer door de mond van de profeet gesproken tegen de valse profeten; en wat Hij gezegd heeft, gaat nu voor jullie ogen geheel in vervulling! Maar wie in deze tijd erger dan ooit tevoren de valse profeten zijn, hoef Ik jullie niet nog eens te zeggen, omdat Ik ze jullie al meer dan voldoende beschreven heb.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] 'Maar', zo vragen jullie je af, 'wie zijn dan die dochters van Israël, die ook valselijk profeteren en voor de mensen kussens onder hun armen en hoofdkussens onder hun hoofd maken?' Dat zijn de door jullie gemaakte instellingen, die jullie nu niet meer alleen van gerst en brood, maar rijkelijk van alle denkbare schatten voorzien.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[14] Om te zorgen dat de mensen niet zelf onder elkaar de wetten van het leven in acht hoeven te nemen, hebben jullie het hun door jullie instellingen gemakkelijker gemaakt, door hun voor te liegen dat jullie visioenen hebben gehad en de Here Here jullie geopenbaard heeft, dat de mensen jullie liever grote offers moeten brengen en dat dat God veel welgevalliger is dan wanneer jullie jezelf aan ongemakkelijke wetten houden -en het volk, dat door jullie blind is gemaakt en toch altijd al liever traag is dan dat het zelf actief wordt, heeft dat graag geloofd.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[24] Daarop zei de schriftgeleerde weer: 'Dan zouden onze dienaren ook iets gemerkt en ons daar melding van gemaakt hebben; want zoals jullie weten hebben drie van onze dienaren ook de oever bewaakt, totdat dit gezelschap vroeg in de ochtend uit huis naar de oever begon te gaan, waar onze dienaren hen nog ontmoetten, wat wij vanaf het dakterras met eigen ogen hebben gezien. We kunnen nu dus denken en praten wat we willen, die drie jongemannen die zoveel kunnen eten zijn in ieder geval een buitengewoon en regelrecht wonderbaarlijk verschijnsel! Want ik ben zeker geen mens die lichtvaardig aan wonderen gelooft; maar die drie, die nu in dat voor ons enigszins raadselachtige gezelschap aanwezig zijn, lijken mij onmiskenbaar een wonder te zijn. Wie en wat er in hen schuilt is natuurlijk een heel andere kwestie. Na de maaltijd zullen wij er wel achter komen!'
Hoofdstuk 120: De meningen van de tempeldienaren over de drie aartsengelen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Als het volk (in Mijn naam) nog een muur bouwt, komen zij en kalken die wit met hun ondeugdelijke kalk (uiterlijke schijnvroomheid ter wille van aards gewin) .Zeg tegen degenen die de slechte kalk aanbrengen: hun witkalk zal weldra van de muur vallen; want er zal een stortregen komen en zware hagel vallen, waardoor de witkalk eraf zal vallen, en een machtige wervelwind zal die losbreken. (Onder 'stortregen' moet het zuivere Godswoord verstaan worden, onder 'zware hagel' de vaste waarheid daarvan en onder de 'machtige wervelwind' de macht van de waarheid.) Zie, zo zal met de witkalk ook de bedorven muur instorten! Wat betekent het dan nog, dat men tegen jullie zal zeggen: 'Waar is nu datgene wat jullie gekalkt hebben?'
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Zo spreekt de Here Here: Ik zal in een wervelwind alles (al het valse) in puin doen vallen in Mijn grimmigheid, een stortregen zenden in Mijn toorn en zware hagelstenen in Mijn grimmigheid; die zullen alles omverwerpen! Zo zal Ik de muur omverstoten en ter aarde werpen, die jullie met onvaste kalk gewit hebben, en als ze op de grond ligt, zal men haar valse fundament zien, en haar valse profeten zullen daarbij omkomen en ervaren dat Ik de Heer ben! Zo zal Ik Mijn grimmigheid loslaten op de muur en degenen die haar met broze kalk hebben gewit, en Ik zal tegen jullie zeggen: hier is geen muur meer en ook niemand meer die hem wit kalkt! Dat zijn de profeten van Israël, die in Jeruzalem profeteren en vrede verkondigen, terwijl er toch geen vrede (onder henzelf) is, spreekt de Here Here.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[15] Daardoor hebben jullie het volk van God en dus ook van het leven van de zielen uit Hem afgekeerd en de deuren naar het rijk Gods versperd, zodat geen mens meer het eeuwige leven van zijn ziel bereikt.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] En jij, mensenkind (Ezechiël), richt je aangezicht ook tegen de dochters in jouw volk, die ook profeteren in hun hart, en profeteer tegen hen en zeg: 'Zo spreekt de Here Here: Wee jullie, die voor de mensen kussens maken voor onder hun armen en hoofdkussens voor onder hun hoofden, beide voor jong en oud, om hun zielen te vangen en, als jullie de zielen hebben gevangen onder Mijn volk, hun het eeuwige leven beloven! Zo ontheiligen jullie Mij onder het volk voor een handvol gerst en een hap brood, doordat jullie de zielen, die toch niet moeten sterven, in plaats van tot leven tot de dood veroordelen, en die zielen tot het leven veroordelen, die (door hun goddeloze levenswijze) toch niet zouden moeten leven, door jullie leugens onder Mijn volk, dat graag leugens hoort.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Daarom spreekt de Here Here: Zie, Ik zal jullie kussens te lijf gaan (als een leeuw), waarmee jullie de zielen vangen en valselijk inpalmen! Ik zal ze onder jullie armen wegrukken en de zielen, die jullie valselijk inpalmen en voor de dood hebben gevangen, losmaken. Evenzo zal Ik jullie kussens verscheuren en Mijn volk uit jullie handen redden, zodanig, dat jullie het niet meer zullen vangen -en zo zullen jullie ervaren dat Ik de Heer ben! Ik wil en zal dat doen, omdat jullie de harten van de rechtvaardigen valselijk bedroeven, die Ikzelf toch nooit bedroefd heb gemaakt, maar in plaats daarvan versterken jullie de handen van de goddelozen, opdat zij zich toch maar niet zullen bekeren van hun kwade inborst en daardoor tot het leven komen. Daarom zullen jullie nooit meer nutteloze leringen verkondigen of profeteren! Derhalve zal Ik Mijn volk uit jullie handen rukken, en jullie zullen ervaren dat Ik alleen de Heer ben!'
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[20] Maar God heeft de grote ellende gezien van Zijn arme volk, dat Hem hier en daar toch nog niet volkomen vergeten was en bracht de heidenen in het Beloofde Land om het volk te beschermen, anders zou het volledig ten offer zijn gevallen aan jullie zelfzuchtige boosaardige willekeur.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[21] Hoe kunnen jullie tegen het volk zeggen dat God veel te heilig en verheven is om Zich om het doen en laten van de mensen te bekommeren. En dat Hij Zijn wil daarom alleen aan de hoogste aartsengelen bekend maakt, en die vervolgens weer alleen aan jullie door middel van allerlei visioenen en innerlijke profetieën - en op die manier kan het volk alleen van jullie, als door God aangestelde profeten, Zijn wil vernemen.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[22] Ik zeg jullie: jullie zijn even vermolmd geraakt als de ceders op de berg Sion; daarom is jullie nu ook de bijl aan de wortel gelegd.Jullie zullen geveld en in het vuur van Mijn grimmigheid en toorn tot as verbrand worden, spreekt de Here Here, die nu Zijn volk wil en zal redden!
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[25] En zo hebben jullie heel veel profeten gedood tot Zacharias toe en als laatste ook Johannes door jullie tussenkomst, en hun onschuldig vergoten bloed zal straffend over jullie en jullie kinderen komen tot aan het einde der tijden.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[27] En wat de Heer met de Farizeeën zal doen, zal Hij ook doen met ieder farizeeërdom dat zich op soortgelijke wijze als bij jullie ergens op aarde zal ontwikkelen.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[28] Ik heb nu genoeg gesproken en nu kunnen jullie spreken en zeggen hoe de waarheid jullie heeft gesmaakt!'
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  488 - 489 - 490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513  ...