Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 500 van 1490

...  488 - 489 - 490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513  ...
[4] Dat gaat heel gemakkelijk! Jullie moeten bij jullie gebeden niet van mening zijn, dat jullie Mij daardoor tot grotere erbarming kunnen bewegen, aangezien Ik waarlijk Zelf eindeloos veel barmhartiger ben dan alle beste en meest liefdevolle mensen van de hele wereld bij elkaar, maar draag hun gelovig en vanuit de ware liefdesgrond van jullie hart, dus in je hart, het evangelie voor, dan zullen ze het horen en zich daar ook naar richten! En op deze manier zullen jullie ook de werkelijk armen van geest het evangelie verkondigen, dat hun van groot nut zal zijn.
Hoofdstuk 38: Over het bidden voor de overledenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Mogen jullie ook dit als een goede raad, door Mij aan jullie gegeven, onthouden en ook goed in acht nemen; want daardoor zullen jullie ware, grote, machtige en zeer dankbare vrienden in de grote wereld aan gene zijde verwerven, die jullie noch aan deze noch aan gene zijde ooit zullen verlaten als jullie in nood zouden raken! Zulke vrienden zullen dan jullie ware beschermgeesten zijn en zich altijd om het welzijn van hun weldoeners bekommeren.
Hoofdstuk 38: Over het bidden voor de overledenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Zoals Ikzelf alle macht en soevereiniteit in de hemel en op deze nietige aarde bezit, zo moeten jullie allemaal, die in Mij geloven en Mij boven alles liefhebben, die ook volkomen bezitten; want de kinderen van een Vader mogen niet minder dan eindeloos volmaakt zijn, zoals hun Vader dat is.
Hoofdstuk 38: Over het bidden voor de overledenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Bij de mensen op deze aarde ziet dat er meestal wel anders uit, in het bijzonder wanneer de vader zijn aardse kinderen teveel verwent; maar dat is bij Mij werkelijk nooit en te nimmer het geval, want Ik weet sinds eeuwigheid wat Mijn kinderen nodig hebben.
Hoofdstuk 38: Over het bidden voor de overledenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[13] Zoek voor de kleine offers die jullie Mij brengen geen beloningen in deze wereld - want waarlijk, dan zouden jullie niet Mijn kinderen zijn, maar kinderen van deze wereld en aarde, die een slechte voetenbank is voor Mijn liefde en Mijn ernst -, maar doe alles wat jullie doen uit ware, innige liefde tot Mij, jullie Vader , dan zal Ik wel weten waarmee Ik Mijn geliefde kinderen een ware wedervreugde moet bereiden!
Hoofdstuk 38: Over het bidden voor de overledenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[17] Onthoud dus ook deze raad weer en volg hem op, dan zullen jullie ook reeds op deze aarde een goed bestaan hebben en de andere mensen, die jullie woorden zullen geloven, met jullie; al het andere moet echter wegkwijnen, opdat het vlees niet te hoogmoedig wordt! Want alleen Ik ben als enige de Heer en doe volgens Mijn eeuwige wijsheid altijd wat Ik wil! De wereld mag dan moord en brand schreeuwen, zo krachtig en luid als ze maar wil, en nu eens hier en dan weer daarover, en Ik zal nooit luisteren naar haar loze geblèr!
Hoofdstuk 38: Over het bidden voor de overledenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[18] Maar wat Mijn ware kinderen en vrienden Mij zullen voorleggen, daar zal Ik ook naar luisteren en de kwaal gemakkelijk en spoedig verhelpen; maar alles wat 'wereld' heet en is, moet van nu af aan honderd keer meer getuchtigd worden dan sinds het begin van de wereld ooit het geval is geweest! Dat is ook Mijn woord, en de tijd zal de mensen leren dat Ik deze woorden niet vergeefs heb gesproken.
Hoofdstuk 38: Over het bidden voor de overledenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[19] Wee allen die wereldbelust zijn en Mijn wil weerstreven! Want deze aarde is een wieg voor Mijn kinderen, en die worden niet bekwaam zonder de tuchtroede; en als zachtere waarschuwingen niets helpen, dan zullen er scherpere en zeer ernstige gehanteerd worden, wat dan Mijn zorg zal zijn. Maar nu moeten we nog een deel van jouw vraag afhandelen!'
Hoofdstuk 38: Over het bidden voor de overledenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Ik zeg je: in dergelijke door jou genoemde burchten en boerderijen verblijven maar weinig werkelijk duivels geworden mensenzielen, die hun lichamen allang afgelegd hebben, maar wel vaak een des te groter aantal zielen van mensen die nog in het vlees hun meer dan duivels slechte leven leiden en gewoonlijk veel erger zijn dan de absolute duivels aan gene zijde! Ik denk dat door deze uiteenzetting deze kwestie jou nu wel helder is! Of als je nog een of andere twijfel hebt, laat die ons dan horen!'
Hoofdstuk 39: Over ruïnes waar geesten spoken (30.11.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[19] Ik zeg jullie nogmaals, zoals Ik al zo vaak gezegd heb: zoek in alles alleen de waarheid; deze zal jullie volkomen vrij maken!
Hoofdstuk 40: De betekenis van brood en wijn; over de ceremoniën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[20] Het is heel goed dat de mens volgens de leer van Mozes tevens zijn lichaam rein houdt. Door onreinheid komen er allerlei boosaardige ziekten in het vlees en het bloed en deze veroorzaken onvrede en droefheid in de nog zwakke ziel; maar wat het vlees van vuil reinigt, dat reinigt de ziel niet van haar zonden. De joden wassen immers voor en na een maaltijd hun handen en dikwijls ook hun voeten, en wij doen dat vaak niet, en toch zijn wij met ongewassen handen reiner dan de strenge joden met altijd gewassen handen en voeten.
Hoofdstuk 40: De betekenis van brood en wijn; over de ceremoniën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] Ik zei: 'Wie van jullie heidenen in Mijn leer zal wandelen, zal ook altijd graag een dergelijke raad van Mij horen. Maar wat de veelwijverij betreft, moet het bij Mijn volgelingen net zo zijn, als in het begin van de mensen op deze aarde, aangezien God slechts één eerste man schiep en hem ook maar één vrouw gaf; want wie al eens een vrouw gehuwd heeft, aan wie hij zijn volle liefde en onwankelbare trouw beloofd heeft, en hij trouwt dan ook nog met een tweede en een derde vrouw, en sommigen met nog meer, dan pleegt hij daarbij ontegenzeglijk echtbreuk tegenover de eerste vrouw, en er staat nu eenmaal in de wet: 'Gij zult niet echtbreken!'
Hoofdstuk 41: Veelwijverij - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Allen die behept zijn met deze kwalen zullen het rijk Gods niet binnen gaan, - hoe zouden ze dat ook kunnen? Hun ziel is immers te diep begraven in het zinnelijk vlees van hun lichaam en kan niets geestelijks meer vatten en voelen! Daarom komen zulke wellustelingen moeilijk of nauwelijks in Gods rijk. Want waaruit het eigenlijke rijk van God bestaat heb Ik jullie allemaal al meer dan voldoende uitgelegd.
Hoofdstuk 41: Veelwijverij - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] (De Heer:) 'Mijn schriftgeleerde vriend, je hebt in je vraag aan Mij gewag gemaakt van geesten die verschrikkelijk tekeer gaan in oude burchten en boerderijen, en Ik zeg je, dat het daar -in het bijzonder in deze tijden -inderdaad zo mee gesteld is; maar Ik kan je daarbij ook de volste verzekering geven dat dit absoluut geen gevaarlijke geesten, maar dikwijls wel heel gevaarlijke en door en door slechte mensen zijn, die in samenwerking met heidense magiërs, ook joodse ex-priesters en ontslagen of uit zichzelf vertrokken Essenen hun boosaardige spel spelen. Deze mensen hebben allerlei slecht gespuis in goed betaalde dienst en verzamelen door roof, moord en allerlei andere, echt duivelse bedrieglijke kunsten grote schatten, en de oude burchten met hun onderaardse gangen zijn voor hen uiterst geschikte werkplaatsen voor hun bezigheid.
Hoofdstuk 39: Over ruïnes waar geesten spoken (30.11.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Ik zei: 'Dat zal je echter beduidend moeilijker afgaan dan hier in het land van de joden het geval zou zijn; want jullie invloedrijke heidense priesters zijn bijzonder geïnteresseerd betrokken bij dat kwade spel. Zolang Mijn nu aan jullie gegeven leer daar geen duidelijke vorderingen heeft gemaakt, valt er tegen de Europese spooknesten met geweld niet veel te beginnen. Maar het beste middel tegen zulke uiterst bedrieglijke onzin is het voorlichten van het betere deel van het volk; want als dat eenmaal goed weet, hoe het in werkelijkheid met deze dingen gesteld is, dan hoort het gepeupel het weldra ook, en dat is dan de snelste en voornaamste uitdrijver van zulke boze geesten van vlees en bloed.
Hoofdstuk 39: Over ruïnes waar geesten spoken (30.11.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  488 - 489 - 490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513  ...