Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 502 van 1112

...  490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515  ...
[9] Ik onderzocht, zocht en onderzocht en zocht aan één stuk door bijna tot nu toe -en ik vond niets! Hoe had ik een ware Godheid ooit met de zuiverste liefde tegemoet kunnen treden, terwijl die zich nooit op een of andere wijze aan mij had willen openbaren? Wat er niet is kun je ook niet liefhebben, of dat nu een God is dan wel een ander voorwerp dat door de verbeelding van de mensen een grote waarde wordt toegekend.
Hoofdstuk 99: De priester wil zijn wereldse leven rechtvaardigen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Als ik dus de ene, enig ware en levende God al sinds lange tijd boven alles had moeten liefhebben en de voor ieders zintuigen aanwezige genoegens van de wereld had moeten verachten en ontvluchten, dan had zo'n God Zich aan mij moeten openbaren ofwel had mijn fantasie er een in alle levende gloed moeten scheppen; maar noch het een noch het andere is gebeurd, en dus was het vanzelfsprekend dat ik de wereld en haar schatten en goederen, die de mensheid voeden en verrukken en voor het genieten waarvan ik geboren en opgevoed ben, niet opzij kon zetten voor een wezen, dat voor mij helemaal niet en nergens bestond.
Hoofdstuk 99: De priester wil zijn wereldse leven rechtvaardigen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Maar hoe het ook zij - ik zit werkelijk nog vol wereld in mijn hart; laat vandaag, op dit ogenblik, een ene, enig ware godheid zich aan mij openbaren en mij duidelijk maken wat ik moet doen, dan is mijn oude wereld in één keer uit mij verbannen!
Hoofdstuk 99: De priester wil zijn wereldse leven rechtvaardigen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] Zie wijze meester, u hebt werkelijk in alles wat u mij hebt gezegd volkomen gelijk; maar ook ik heb volgens menselijke inzichten geen ongelijk! Kunnen de arme mensen er soms iets aan doen dat ze in alle blindheid in deze wereld zijn geboren en zich geheel onder leugens en bedrog hebben moeten laten opvoeden? -Heb ik gelijk of niet?'
Hoofdstuk 99: De priester wil zijn wereldse leven rechtvaardigen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] God heeft Zich altijd aan de mensen geopenbaard, en dus ook aan jou, in Rome al en nog duidelijker in Thebe, en één keer, toen je aan de oever van de Nijl zat, heb je een duidelijke stem gehoord die zei: 'Lees Mozes, en leef volgens de wetten die daarin geschreven staan, dan zul je vinden wat je zoekt!'
Hoofdstuk 100: De eerdere openbaringen van de Heer aan de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Een jaar later kwam je nogmaals bij dezelfde plaats aan de rivier, hoorde opnieuw dezelfde stem en dacht daar lang over na. Maar toch kwam je niet tot handelen.Want ten eerste was je een Romeinse priester en wilde je naar jouw idee niet in strijd met de wetten van Rome handelen, omdat daaruit een werelds nadeel voorjou had kunnen voortkomen, hoewel je wel wist dat het een priester niet verboden was om ook in de God van de joden te geloven. En ten tweede leek het handelen volgens de wetten van Mozes je te lastig en hield je tenslotte de stem die je duidelijk had gehoord toch slechts voor een zinsbegoocheling, die gemakkelijk kon voorkomen; en je dacht bij jezelf dat, als er iets waars in die stem stak, die zich wel vaker zou laten horen.
Hoofdstuk 100: De eerdere openbaringen van de Heer aan de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] En zo heb je daarna nog wel verder nagevorst en gezocht, maar tot handelen kwam je niet en je leek op een bouwmeester, die de ene bouwtekening na de andere maakt; als het echter op het praktisch uitvoeren van het bouwplan aankomt, laat hij zich door de moeite en de kosten afschrikken en komt hij niet tot bouwen.
Hoofdstuk 100: De eerdere openbaringen van de Heer aan de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Omdat u dat hebt kunnen doen, zult u nog wel heel veel andere dingen kunnen! Wie het met de vriendschap van de Godheid zo ver gebracht heeft als u, kan zich tenslotte natuurlijk ook volledig onsterfelijk maken.
Hoofdstuk 100: De eerdere openbaringen van de Heer aan de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Terwijl de commandant en ook onze waard naast Mij helemaal verrukt de mooie natuur bewonderden, zei de commandant na een tijdje van zalige bewondering tegen Mij: 'Heer en Meester, het is de mensen nauwelijks kwalijk te nemen dat ze langzamerhand de wereld zijn gaan liefhebben en tenslotte zelfs goddeloos zijn geworden; want wat de mens met al zijn zintuigen waarneemt in zijn aanvankelijk duidelijk natuurlijke toestand neemt hem met een vaak onweerstaanbare macht gevangen, en zelfs de meest geestelijke leringen en woorden kunnen hem niet van vandaag op morgen verlossen van de boeien die de talloze bekoringen van de wereld hem hebben aangelegd. Zoals de ochtend vandaag met talloze bekoorlijkheden gesierd is, is het vast al talloze malen geweest. En dat de mensen bij de aanblik van zulke schoonheden tot allerlei merkwaardige fantasieën zijn gekomen, is voor mij nu heel goed te begrijpen; en dat ze zich daar steeds meer in verdiept hebben en geworteld zijn geraakt, komt ook door het al te mooie en steeds wisselende beeld van het natuurlijke landschap.
Hoofdstuk 101: De bedenkingen van de commandant over de schoonheden van de natuur (11.12.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Om zich helemaal van alle bekoorlijkheden van de wereld terug te kunnen trekken, heeft een mens wel een hoogste graad van heldhaftige zelfverloochening nodig.
Hoofdstuk 101: De bedenkingen van de commandant over de schoonheden van de natuur (11.12.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] Maar natuurlijk moet de mens deze mooie wereld niet met teveelliefde in zich opnemen en er met al zijn zintuigen aanhangen; want daardoor wordt hij materieel in zijn ziel en verwijdert hij zich steeds verder van wat hij moet nastreven, en wordt hij blind, duister en slecht in dit korte leven ter beproeving van zijn vrije wil.
Hoofdstuk 101: De bedenkingen van de commandant over de schoonheden van de natuur (11.12.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Daarop zei degene die al door Mij onderwezen was tegen zijn metgezellen: 'Kijk, daar staat de grote en verheven wonderman, naar wiens wil zich alles in alle gehoorzaamheid moet voegen en in wiens woorden de diepste waarheid en wijsheid heersen! Daarom kome hem van ons dan ook alle eer, alle prijs en alle lof toe!'
Hoofdstuk 102: Het verzoek en de belofte van de priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Hierop zei een van hen, die nog sterk aan de veelgoderij hing: 'Het zal allemaal wel kloppen wat u zegt, en wij zouden wat ons betreft met onze goden ook wel gauw afgedaan hebben; maar wat zal het volk dan doen, en wat zal het tegen ons zeggen, aangezien wij degenen waren die met alle overtuigingskracht en ook met allerlei tekenen het volk de goden als werkelijk bestaand hebben aangeprezen en het aangezet hebben die te vereren? Het volk hangt nog sterk aan datgene wat het zich van kindsbeen af eigen heeft gemaakt, en het zal moeilijk zijn om het datgene wat het heeft gehad, helemaal te ontnemen en in. plaats daarvan iets anders en beters te geven.'
Hoofdstuk 102: Het verzoek en de belofte van de priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Kijk, deze gehele grote en mooie wereldse natuur is daarom voor de mens uiterst noodzakelijk voor de ontwikkeling van zichzelf; want zonder die natuur zou het er met zijn denken, voelen en beleven heel mager uitzien en zou hij zich niet ver boven het rijk der dieren verheffen! Maar omdat de aarde zo buitengewoon veelvoudig met allerlei schepselen toegerust is, moet de mens die nu eenmaal met een verwonderd welgevallen gaan beschouwen, en vanuit dat beschouwen en vergelijken van de verschillende dingen in alle rijken der natuur van deze aarde en zo ook van het steeds wisselen van dag en nacht en de verschillende jaargetijden en ook van de sterren aan de hemel komt de mens noodgedwongen tot steeds dieper nadenken en begint hij daardoor ook de fundamentele oorzaak van al het bestaan van zo talloos vele dingen te zoeken en na te vorsen. En als de mens door die eigen werkzaamheid eenmaal zo ver is gekomen, dan kom Ik ook hem tegemoet en openbaar Ik Mij steeds meer en steeds duidelijker aan hem.
Hoofdstuk 101: De bedenkingen van de commandant over de schoonheden van de natuur (11.12.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Ik zei: 'Dat hangt allemaal af van wat jullie willen! Zelfs een kind begrijpt de waarheid eerder dan iets wat vals en derhalve een leugen is; een volwassen mens zal daarom de waarheid ook vast nog des te eerder begrijpen en zich die met liefde eigen maken. Het komt nu dus alleen aan op wat jullie willen, en dan zal Mijn wil jullie helpen om in Mijn naam een goed werk tot stand te brengen.
Hoofdstuk 102: Het verzoek en de belofte van de priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  490 - 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515  ...