17481 resultaten - Pagina 503 van 1166
... 491 - 492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 ...
[14] De Farizeeër zei: 'Heel goed, - maar met het bespreken zal het de rest van de nacht niet veel meer worden; want ook mijn oogleden beginnen zwaar te worden!'Hoofdstuk 78: De geestelijke duisternis van de schriftgeleerde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Toen wendde ik mij in mijn grote angst en bijna volslagen vertwijfeling tot een mijnwerker die in mijn buurt stond, en ik vroeg hem mij een weg uit die goud en zilverkloof te tonen.
Hoofdstuk 79: De droom van de schriftgeleerde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Na deze zeer dreigende woorden van die grove mijnwerker, die toen direct van mij wegliep, bereikten mijn vrees en angst hun hoogtepunt, zodat ik daardoor totaal bewusteloos op de grond viel en in die kwalijke toestand in mijn droom andermaal in een nieuwe droom terechtkwam.
Hoofdstuk 79: De droom van de schriftgeleerde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Daarop verdween de man en spoedig daarna zag ik een boosaardig dier op mij afkomen. Toen raakte ik in een nog grotere angst. Maar ik zag een bliksem uit de hemel komen die dat boosaardige dier trof, waarvan ik je de gestalte niet kan beschrijven. Het begon te kronkelen en te steigeren en weldra stortte het in een diepe afgrond, en ik begon mij meer op mijn gemak te voelen.
Hoofdstuk 79: De droom van de schriftgeleerde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] In een van die tuinen zag ik ook vrouwen en meisjes van een grote schoonheid, en ik begon zin te krijgen om met hen te praten. Maar mijn lust was ook snel weer over; want toen de meisjes en de vrouwen mij zagen, begonnen ze te schreeuwen en vluchtten ze voor mij weg.
Hoofdstuk 79: De droom van de schriftgeleerde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[15] Werkelijk, dat was toch wel een dwaze en slechte droom, en ik ben van het angstzweet nog helemaal nat over mijn hele lijf.
Hoofdstuk 79: De droom van de schriftgeleerde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] De Farizeeër zei: 'Vriend, deze droom die je mij nu hebt verteld lijkt mij niet zo naar en onzinnig te zijn als jij denkt, en hij heeft naar mijn mening een heel diepe levensbetekenis voorjou, die ik je in een paar woorden duidelijk zou kunnen maken!'
Hoofdstuk 80: De Farizeeër verklaart de droom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Hierop werd je zo bang en angstig, dat je bewusteloos op de grond viel. Dat is een teken voor jou, dat je naar mijn mening als volgt moet begrijpen: Omdat jij je begeerte begon te verachten en te ontvluchten en daardoor je ziel van haar pantser ontdaan hebt, heb je je oude liefde en derhalve ook je materiële leven opgegeven en viel je als het ware dood op de grond. En omdat je dat hebt gedaan, ontlook er in jou al snel een ander en reeds vrijer leven.
Hoofdstuk 80: De Farizeeër verklaart de droom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] Kijk, zo heb ik de betekenis van je droom gezien en die ook zonder enige terughoudendheid aan je meegedeeld! Maar als ik het goed gevoeld heb is die uitleg niet helemaal uit mijzelf voortgekomen; want ik had duidelijk het idee dat een hogere geest mij die woorden in mijn hart en mond gelegd heeft. En ik geloof ook dat de geest van Degene aan wie de krachten van de hemelen en alle elementen van deze aarde gehoorzamen -zoals we hebben gezien - jou in die droomtoestand heeft doen komen.
Hoofdstuk 80: De Farizeeër verklaart de droom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Maar die lette niet op hen en ging met de geheel bekeerde Farizeeër naar de herberg om daar met Mij te kunnen spreken. Maar Ik was nog buiten met Mijn leerlingen, en dus niet in de herberg.
Hoofdstuk 81: De twee tempeldienaren zoeken de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] De waard zei: 'De Heer des levens' is nog niet weggegaan! Hij is ergens buiten met Zijn leerlingen; maar waar, dat kan ik jullie niet zeggen, omdat Hij deze zaal al heeft verlaten voordat ik wakker werd. Maar enkele van Zijn leerlingen hadden reistassen bij zich, die ik nog in bewaring heb, en dat is een teken dat de Heer deze plaats nog niet heeft verlaten; en ik denk dat Hij gauw terug zal komen, aangezien het ochtendmaal weldra helemaal klaar zal staan wat Hij zeker weet. Maar ga naar buiten om Hem op te zoeken; want het loont wel de moeite de Heer des levens op te zoeken! Ik zal dat zelf doen, zodra ik deze tafel klaar heb. Mijn genezen opperknecht is al gegaan.'
Hoofdstuk 81: De twee tempeldienaren zoeken de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Het kind zei: 'O, ja! Daar op de heuvel, in de richting van Kana, zitten die onbekende mannen -en een van hen moet iets hoogs zijn, want hij heeft mijn ogen plotseling genezen! Jullie weten immers dat ik vanaf mijn geboorte helemaal blind ben geweest en hoe mijn moeder mij iedere dag voor de poort van het marktplaatsje zette, om van de mensen een aalmoes te bedelen!'
Hoofdstuk 81: De twee tempeldienaren zoeken de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[16] Toen ze bij ons aankwamen, begroetten ze Mij heel vriendelijk en vroegen Mij of ze in Mijn nabijheid mochten zijn.
Hoofdstuk 81: De twee tempeldienaren zoeken de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] De waard zei: 'O Heer en Meester, een wijn, die redelijk fris, zuiver en goed is heb ik in al mijn kelders niet! Wat moet ik nu doen?'
Hoofdstuk 82: Het wijnwonder en de gevolgen ervan (11.12.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Hierop zei de waard: 'O Heer en Meester, behalve onze schriftkenner denkt nu vast en zeker niemand in mijn hele huis dat meer! Ik geloof dat in U de volheid van Gods geest lichamelijk woont! Uw wil is Zijn wil en Uw woord is Zijn woord, en daarom is alles wat U zegt een eeuwige waarheid, licht, liefde, leven en even goed als een volbracht werk. En zo geloof ik dan ook dat zich in die oude kelder wijn bevindt, en wel van de allerbeste soort!'
Hoofdstuk 82: Het wijnwonder en de gevolgen ervan (11.12.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)