Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 504 van 1112

...  492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517  ...
[9] Toen deze streek in de tijd van Jozua en de richters aan de Israëlieten werd gegeven, was ze net zo vruchtbaar als ze nu is, en ze bleef dat ook onder de eerste koningen van Israël; toen later echter nijd, afgunst, vervolging en oorlogen onder de stammen van Israël optraden en de joden zich van Mij afkeerden en Mij steeds meer begonnen te vergeten, liet Ik deze streek door hevig onweer en grote stormen in de wijde omtrek verwoesten, en alle vlijt van de mensen die zich hier vestigden, was niet meer in staat deze velden vruchtbaar te maken.
Hoofdstuk 108: De belofte en vermaning van de Heer (2.1.1863) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Nu heb Ik deze streek weer vruchtbaar gemaakt, en daar helemaal boven op deze heuvel zien jullie ook al een rijke bron ontspringen, en jullie vlijt zal het water daarvan weten te verzamelen en naar de juiste plaatsen te leiden; maar blijf in de liefde die jullie Mij beloofd hebben en wordt niet afvallig in het geloof in Mij, dan zal ook Ik met Mijn zegeningen bij jullie blijven!
Hoofdstuk 108: De belofte en vermaning van de Heer (2.1.1863) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Want Ik heb de mens een vrije wil gegeven en zijn verstand het ware en goede getoond en daarnaast het slechte en boosaardige, opdat hij zichzelf onderzoekt, richting geeft en ontwikkelt; want daardoor is hij pas een mens en geen dier, dat door Mijn macht wordt vastgehouden en gericht, dat overeenkomstig Mijn dwingende wetmatigheden moet handelen zoals die in hem zijn gelegd en dat derhalve geen vrijheid, zelfbepaling en geen aan hem toevertrouwde zelfstandigheid in zich heeft.
Hoofdstuk 109: De almacht van de Heer en de beperkingen ervan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Ik zei: 'Kijk, deze aarde en de hele zichtbare hemel met alles wat die bevat zullen vergaan, maar Mijn woorden en Mijn beloften zullen eeuwig niet vergaan! Ik zal jullie gerechtvaardigde beden ook nooit onverhoord laten; maar in deze tijd heeft het rijk Gods geweld nodig, en alleen zij zullen het in alle volheid bezitten, die het met geweld naar zich toe trekken. Daarom zal het Volledig bereiken ervan nog heel veel innerlijke en uiterlijke strijd kosten.
Hoofdstuk 110: De commandant vraagt naar de hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Van een waarheid, die zulke boosaardige onzinnigheid en zeer slechte blindheid en dwaasheid verlicht, kan daar vanzelfsprekend nog minder sprake zijn dan op deze wereld, waar een heerszuchtige tiran zich door een lichtende waarheid over het onrecht dat hij op wrede wijze de mensen heeft aangedaan, ook nooit zodanig zal laten bekeren, dat hij zijn gouden troon zou verlaten, echte boete zou gaan doen, zijn onrecht in zou zien en zou proberen om het onrecht dat hij zoveel mensen heeft aangedaan, weer zoveel mogelijk goed te maken.
Hoofdstuk 110: De commandant vraagt naar de hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Er komen wel echt ervaren mensen naar hem toe die tegen hem zeggen: 'Vriend, vriend, misbruik je gezondheid toch niet zo -want die gaat door zo'n onnatuurlijke en onverstandige leefwijze snel en gemakkelijk verloren; en als die eenmaal weg is, kan geen arts en geen geneesmiddel je die weer teruggeven en blijf je je leven lang een ziekelijk en lijdend mens!' - Maar de gezonde mens stoort zich daar niet aan en blijft ermee doorgaan.
Hoofdstuk 112: Waartoe ziektes dienen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] De genezene neemt deze raad wel een tijdlang in acht; maar dan bekruipt hem zijn begeerte opnieuw. Hij begint weer in strijd met de orde te leven; en hoewel hij al duidelijke waarschuwingen bespeurt dat hij opnieuw ernstig ziek zal worden, stoort hij zich daar toch niet aan en zondigt verder tegen zijn toch al sterk verzwakte natuur.
Hoofdstuk 112: Waartoe ziektes dienen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Ja, deze tweede, zeer bittere ervaring heeft die mens al aanzienlijk verstandiger en behoedzamer gemaakt, en hij komt weer op krachten. Maar als hij zich weer helemaal goed voelt, denkt hij bij zichzelf: 'Och, als ik mijzelf slechts één keer een oud genoegen gun, zal dat vast niets uitmaken!' Hij doet dat ook één keer, en komt er deze keer nog heelhuids vanaf. Maar omdat hij er die keer heelhuids vanaf is gekomen, denkt hij weer: 'Welnu, omdat het helemaal niet fout is gegaan, zal het mij een tweede en derde keer vast ook niet schaden!' En zo zondigt hij een tweede, derde en ook vierde keer.
Hoofdstuk 112: Waartoe ziektes dienen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Op deze aarde staat ieder mens op een vaste bodem en heeft vóór zich een groot aantal goede en slechte wegen en om zich heen allerlei raadgevers, leiders en leraren; hij kan met slechts weinig onderzoek gemakkelijk voor al het goede kiezen en zo dan ook zijn liefde en zijn wil veranderen, en op die manier kan hij in al zijn handelen volgens Mijn orde, die hem steeds duidelijker wordt, steeds volmaakter worden. Maar in het andere leven heeft de ziel van de mens niets anders dan alleen zichzelf en schept ze haar eigen wereld, net zoals in een droom.
Hoofdstuk 113: Hoe moeilijk het is voor verdwaalde zielen aan gene zijde om te keren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Als nu de mensen op deze aarde zich deze orde van Mij niet willen laten welgevallen en aan de hand van hun verstand en vrije wil een andere en naar zij menen betere en wijzere orde voor zichzelf willen scheppen -wat zowel aan deze als aan gene zijde heel vaak het geval is -moeten ze het aan zichzelf toeschrijven, wanneer ze daardoor in plaats van in een betere, in een steeds maar slechtere toestand van leven en bestaan terechtkomen en tenslotte zozeer verdwaald en uitgeput raken, dat zij -helaas -op geen enkele andere manier geholpen kunnen worden dan door het voelen van alle denkbare kwellende toestanden, die ze zichzelf bezorgd hebben; en dergelijke gevoelens duren dan net zo lang, tot een ziel in zichzelf begint te keren en steeds meer inziet dat zij, door zich tegen Mijn orde te verzetten, noodzakelijkerwijs haar toestand nooit zal verbeteren, maar alleen verslechteren.
Hoofdstuk 111: Waarom uiterlijke vormen vernietigd dienen te worden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Zo'n ziel zal al haar talloze slechte wegen in haar duistere wereld van dromen en fantasieën opgaan en zich tot heerschappij zelfs over Mij willen verheffen.
Hoofdstuk 113: Hoe moeilijk het is voor verdwaalde zielen aan gene zijde om te keren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] (De Heer:) 'Ga maar eens naar de jou eerder getoonde heerszuchtige tiran, wiens denken en streven er alleen op gericht is de hele wereld te veroveren, alle andere regeerders tot zijn laagste slaven te maken en zich door alle volkeren op aarde als een over alles gebiedende God te laten eren en aanbidden, breng een machtig oorlogsleger bijeen, overval zijn landen, neem hem al zijn steden en burchten af, neem tenslotte hemzelf gevangen en zeg dan tegen hem: 'Kijk eens, trotse en zeer hoogmoedige dwaas van een koning, die de hele wereld wilde veroveren en alle andere heersers der volkeren tot slaven wilde maken - nu ben je in mijn macht en moet je je naar mijn wil voegen! Ik wil echter niet hard tegen je zijn, maar ik wil je genade voor recht laten wedervaren, als jij je in je gemoed zelf verdeemoedigt en een mens wordt die voor al zijn medemensen het goede wil en het onrecht, dat je zo ongehoord vaak aan hen bedreven hebt, wil goedmaken. Ik zal je weliswaar in verzekerde bewaring nemen en alle richtingen gadeslaan die jouw gedachten en strevingen uitgaan. Als ik merk dat je helemaal veranderd bent, heb ik de macht en de goede wil omjou weer naar je rijk te brengen en als ware regeerder op de troon te zetten, tot heil, maar nooit meer tot onheil van de volkeren die onder jouw tirannie hebben geleden!'
Hoofdstuk 114: De vergeefse poging om een tiran op te voeden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] En kijk nu verder, Mijn vriend Pellagius! Jouw gevangene zal je daarop beloven alles te doen wat je hem ook maar zult opdragen, omdat je beloofde hem in ruil daarvoor zijn rijk en zijn troon terug te geven. Maar denk je dat zijn gemoed daardoor geheel en al anders zal worden? Voor de schijn, ja, maar in werkelijkheid zeker niet; want als je hem weer op de troon zet, zal zijn hele streven er in het geheim op gericht zijn zich op jou te wreken. Want een hoogmoedige en trotse koning zozeer te verdeemoedigen dat hij van de hoogste schitterende troon ver beneden de bedelstaf terechtkomt, betekent hetzelfde als een volmaakte duivel van hem te maken, die dan in het rijk van de eeuwige duisternis vrijwel nooit meer te helpen is.
Hoofdstuk 114: De vergeefse poging om een tiran op te voeden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Als ze zich - zoals gewoonlijk - daar niet aan storen, moet men enkele zeer gevoelige tuchtigingen over hen laten komen, waarbij hun tenminste half duidelijk wordt dat zij die zelf veroorzaakt hebben; als ze zichzelf dan toch niet veranderen, moet men hen volledig van de aarde wegvagen, wat natuurlijk altijd alleen Mij toekomt, omdat Ik als enige altijd het duidelijkste zie wanneer de maat der gruwelen van zo'n mens vol is.
Hoofdstuk 114: De vergeefse poging om een tiran op te voeden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Zoals een goed en volgens Gods wil deugdzaam en vroom mens de hemel als het rijk Gods onverwoestbaar in zich draagt, zo draagt ook de uitgesproken tegenstander van Gods orde de helonverwoestbaar in zich; want dat is immers zijn liefde en zijn onwrikbare wil en zodoende ook zijn leven. - Heb je dat nu begrepen?'
Hoofdstuk 114: De vergeefse poging om een tiran op te voeden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  492 - 493 - 494 - 495 - 496 - 497 - 498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517  ...