Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 510 van 1166

...  498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523  ...
[17] Toen de bekers voor hen stonden, zei Ik, terwijl Ik het meisje aankeek: 'Jij, Mijn allerliefste dochtertje, hebt in je droom gezien hoe in de eindeloze ruimte nieuwe scheppingen ontstonden, overal waar het licht uit Mijn ogen kwam, - en kijk nu, Ik zal het licht uit Mijn ogen in jullie tot nu toe lege bekers laten doordringen, dan zullen ze daarna ook direct met de zuiverste wijn uit de hemelen gevuld worden! Drink die wijn dan uit liefde voor Mij, dan zullen jullie daardoor de kracht en de sterkte verkrijgen, die jullie de juiste moed zal geven om met Mij te spreken, - en wat Ik jullie zal zeggen, zullen Jullie gemakkelijk verdragen en onthouden, en dan zullen jullie ook in staat zijn in jullie land Mijn naam aan jullie broeders te verkondigen.'
Hoofdstuk 107: Het meisje herkent de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Kijk, de wijn die door de wijnstok geleidelijk aan bereid wordt, is net zo'n wonder als deze wijn, die Ik hier plotseling voor jullie heb geschapen! Ik zou de wijn en ook al het andere voortdurend kunnen scheppen zoals de wolken en de regen in de lucht en zoals Ik nu ook voor jullie de versterkende wijn heb geschapen uit de lucht, waarin alle bestanddelen die nodig zijn voor de wijn reeds aanwezig zijn, evenals alles wat vereist is voor het voortbrengen van alle andere geschapen dingen. De mens kan dat met zijn lichamelijke ogen niet zien, maar alleen de geest kan dat zien, afzonderen en verenigen, en het dan plotseling of om het menselijk verstand, de liefde en het geduld te beproeven, en ook om de werkzaamheid van de mensen op te wekken en de traagheid van de mensen geen kans te geven -stap voor stap op de jullie bekende manier tot stand brengen. Maar altijd is het een en dezelfde geest, die als enige in staat is alles op de ene of op de andere manier te bewerkstelligen, omdat hij uiteindelijk het oerbegin van alles is en ook eeuwig zal zijn; want alles wat bestaat is in de grond van de zaak alleen maar de macht, kracht, liefde, wijsheid en wil van de geest.
Hoofdstuk 108: Over de kracht van de geest (13.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] In Gods wil leeft echter ook de hoogste wijsheid; daarom kan en wil hij ook niets tot stand brengen wat in strijd met Gods wijsheid zou zijn. Wie zich dus Gods wil eigen heeft gemaakt door ernaar te handelen, heeft zich ook Gods wijsheid eigen gemaakt, zonder welke de wil tot niets in staat zou zijn; en zo is een mens, die in overeenstemming met Gods wil handelt, vol van het ware levenslicht en vol van wijsheid, die levend is door de liefde voor God en de naaste. Kijk nu eens, Mijn allerliefst dochtertje, daar heb je nu een volkomen oprechte en alles inhoudende waarheid op de vraag die je aan Mij stelde; en zeg Mij nu of je die ook begrepen hebt!'
Hoofdstuk 108: Over de kracht van de geest (13.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Het goed opgevoede en goed onderwezen dochtertje zei: 'O boven alles grote en machtige Koning, Heer en Meester, ik heb het gevoel dat ik de juiste betekenis van Uw woorden wel heb begrepen; maar ik zal pas in staat zijn door te dringen tot de heldere diepte van deze waarheid, die slechts door een zeer zuivere geest begrepen kan worden, wanneer ook ik het zover gebracht zal hebben dat mijn ziel één zal zijn met de geest, zoals U zei. Dank U, o Heer en Meester, voor Uw zeer wijze les!'
Hoofdstuk 108: Over de kracht van de geest (13.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Het meisje zei: 'O grote Heer en Meester, dat heb ik nu goed begrepen; want het is nu opeens licht geworden in mijzelf, en ik begrijp nu ook het ant woord dat U op mijn vraag gaf veel duidelijker dan daarvoor. Zo begrijp ik nu ook mijn droom en zie in, dat alleen Uw geest die in mijn ziel heeft gegeven, want anders zou die uit zichzelf nooit in staat geweest zijn om in de eeuwig onmetelijke diepten van Uw scheppingen een zo heldere blik te werpen!'
Hoofdstuk 108: Over de kracht van de geest (13.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Nu zei Ik tegen de ouders van het meisje: 'Dit kind zal nog een licht voor jullie worden! Maar als ze jullie vanuit Mijn geest in haar het een en ander zal verkondigen, doe dan niet zoals drie dagen geleden in de buurt van Damascus! Maar nu moeten jullie bekers nog een keer gevuld worden, en jullie moeten die ook voor de tweede keer leegdrinken!'
Hoofdstuk 108: Over de kracht van de geest (13.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[14] Ik zei: 'Vrouw, bemoei je niet met wat Ik voor jullie doe! In de wijn die de wijnstok jullie geeft zit wel een verdovende en de mens verontreinigende geest, die de ziel niet verlicht maar wel verduistert. Maar in de wijn die Ik jullie hier uit de hemelen geef, bevindt zich de geest van de ware en levende liefde en wijsheid; want die is eigenlijk Mijn woord en Mijn wil. Daarom moeten jullie die ook zonder enige vrees of schroom drinken, opdat jullie de kracht krijgen om in jullie land in Mijn naam de andere mensen Mijn woord en Mijn wil bekend te maken!'
Hoofdstuk 108: Over de kracht van de geest (13.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[19] Nadat Ik de vier goed had onderricht over het rijk Gods in de mens op deze aarde en hun ook had verteld wat dat teweeg brengt, alsook dat Mijn koningschap en Mijn rijk niet van deze wereld is, zei Ik tegen de waard dat hij de vier een rustplaats moest wijzen, aangezien het al een uur na middernacht was geworden. De waard deed dat onmiddellijk, en de vier begaven zich ter ruste. Wij bleven echter, zoals wel vaker, aan onze tafel zitten en rustten daar tot zonsopgang; ook de waard rustte naast ons aan een kleine tafel.
Hoofdstuk 108: Over de kracht van de geest (13.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] omdat Ik die zwakheid van hem wel kende, stelde Ik hem op de proef door samen met Mijn leerlingen tot zonsopgang te slapen, wat het sabbatsgeweten van de waard onrustig begon te maken.
Hoofdstuk 109: De ware sabbatsheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[2] Nadat de zon helemaal opgegaan was, stond Ik samen met mijn leerlingen op van tafel en ging naar buiten, zoals Ik overal anders ook meestal deed.
Hoofdstuk 109: De ware sabbatsheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Ik zei: 'Mijn beste vriend, anders ben je in alle opzichten een echt wijs man, maar wat het vieren van de sabbat betreft ben je nog net als de blinde Farizeeën, die zich naar de letter van de wet richten, maar de geest ervan nog nooit gekend hebben. Als je op de sabbat je schapen, ossen, koeien, kalveren, ezels en geiten voer geeft, net als op een werkdag -wat toch ook lichamelijke arbeid is -waarom moeten de mensen dan vasten? Zijn mensen in Gods ogen dan soms minder dan jouw huisdieren? Bovendien ben Ik vandaag evenals eeuwigheden geleden ook Heer over de sabbat alsook over iedere andere dag die, net als de sabbat, een dag des Heren is. Zou Ik dan op een sabbat niet net zo moeten doen als op iedere andere dag?
Hoofdstuk 109: De ware sabbatsheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[19] Wat wint de sabbatsviering erbij als de Joden zich dikwijls al drie uur voor zonsopgang overmatig volvreten en volzuipen, en wel zodanig dat ze de hele sabbat nauwelijks kunnen gaan of staan en na zonsondergang weer beginnen te brassen en te zwelgen tot middernacht, zodat ze daarna ook de volgende werkdag tot geen enkel werk in staat zijn? Weet, dat zo'n sabbatsviering in Mijn ogen een gruwel is; maar als je de sabbat houdt op de manier die Ik je nu getoond heb, is dat Mijn wil en Mij dus zeker welgevallig. Denk daarom altijd bij jezelf: de letter van de wet doodt; alleen de innerlijke geest van liefde en waarheid maakt vrij.'
Hoofdstuk 109: De ware sabbatsheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[24] Ik zei: 'Goed doen op een sabbat is in Mijn ogen goed, zoals Ik tegen jou en zojuist ook tegen de mensen uit India heb gezegd, maar als je onnodige angst hebt voor de overste van de synagoge, stuur dan door middel van je opperdienaar een dispensatieoffer naar de overste, dan zal hij jou die toestemming graag geven!'
Hoofdstuk 109: De ware sabbatsheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[26] Daarop vroeg de waard aan Mij: 'Heer en Meester! Is het eigenlijk wel juist van de overste van de synagoge om mij tegen betaling van een offer voor ontheffing van het schenden van de sabbat - wat voor hem als een meer dan grote en strafbare zonde geldt - toe te staan die zonde met mijn hele gezin te begaan, en wel zonder enige bezorgdheid, alsof ik daarvoor nooit enige straf te vrezen heb?'
Hoofdstuk 109: De ware sabbatsheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[28] Maar wie, zoals jij nu, toestemming heeft gekregen om de sabbat zogenaamd te ontheiligen, kan des te geruster op de sabbat goede werken verrichten, omdat het Mijn wil is om op die manier de sabbat te vieren!'
Hoofdstuk 109: De ware sabbatsheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  498 - 499 - 500 - 501 - 502 - 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523  ...