17481 resultaten - Pagina 515 van 1166
... 503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 ...
[7] Daarom spreekt de Heer verder: Omdat jullie het volk dingen verkondigen die niet uitkomen en het volk leugens profeteren, kom Ikzelf bij jullie (om jullie listen aan het volk te onthullen), spreekt de Heer. En Mijn hand zal over die profeten komen die verkondigen wat niet uitkomt en leugens profeteren! Zij zullen niet bij de samenkomst van Mijn volk zijn en niet gerekend worden tot het huis Israël, noch in het land Israël komen; en jullie zullen ervaren dat Ik de Heer ben! (En Mijn hand zal over hen komen,) omdat zij Mijn volk verleiden en zeggen: 'Vrede (zij met je)!', terwijl er toch geen vrede is.Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Kijk, Mijn vriend, zo heeft de Heer door de mond van de profeet gesproken tegen de valse profeten; en wat Hij gezegd heeft, gaat nu voor jullie ogen geheel in vervulling! Maar wie in deze tijd erger dan ooit tevoren de valse profeten zijn, hoef Ik jullie niet nog eens te zeggen, omdat Ik ze jullie al meer dan voldoende beschreven heb.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[22] Ik zeg jullie: jullie zijn even vermolmd geraakt als de ceders op de berg Sion; daarom is jullie nu ook de bijl aan de wortel gelegd.Jullie zullen geveld en in het vuur van Mijn grimmigheid en toorn tot as verbrand worden, spreekt de Here Here, die nu Zijn volk wil en zal redden!
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[33] Als jullie je aan Mijn geest willen houden, blijf dan; maar als jullie je aan Mijn persoon willen houden, dan kunnen jullie weer vertrekken zoals jullie hier gekomen zijn!'
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Rafaël zei: 'Op aardse menselijke wijze zou dat wel zo zijn; maar omdat ik geen aardse mens meer ben, is mijn gedachte hier en daar, en omdat ik mijn gedachte zelf ben, ben ikzelf even snel als mijn gedachte! En kijk, ik heb het werk dat de Heer mij voor jullie opgedragen heeft dan ook al klaar, ik ben daar al geweest en ben ook alweer hier! Ga nu naar jullie kamer en kleed je om!'
Hoofdstuk 122: De tempeldienaren krijgen Griekse kleren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Als het volk (in Mijn naam) nog een muur bouwt, komen zij en kalken die wit met hun ondeugdelijke kalk (uiterlijke schijnvroomheid ter wille van aards gewin) .Zeg tegen degenen die de slechte kalk aanbrengen: hun witkalk zal weldra van de muur vallen; want er zal een stortregen komen en zware hagel vallen, waardoor de witkalk eraf zal vallen, en een machtige wervelwind zal die losbreken. (Onder 'stortregen' moet het zuivere Godswoord verstaan worden, onder 'zware hagel' de vaste waarheid daarvan en onder de 'machtige wervelwind' de macht van de waarheid.) Zie, zo zal met de witkalk ook de bedorven muur instorten! Wat betekent het dan nog, dat men tegen jullie zal zeggen: 'Waar is nu datgene wat jullie gekalkt hebben?'
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Zo spreekt de Here Here: Ik zal in een wervelwind alles (al het valse) in puin doen vallen in Mijn grimmigheid, een stortregen zenden in Mijn toorn en zware hagelstenen in Mijn grimmigheid; die zullen alles omverwerpen! Zo zal Ik de muur omverstoten en ter aarde werpen, die jullie met onvaste kalk gewit hebben, en als ze op de grond ligt, zal men haar valse fundament zien, en haar valse profeten zullen daarbij omkomen en ervaren dat Ik de Heer ben! Zo zal Ik Mijn grimmigheid loslaten op de muur en degenen die haar met broze kalk hebben gewit, en Ik zal tegen jullie zeggen: hier is geen muur meer en ook niemand meer die hem wit kalkt! Dat zijn de profeten van Israël, die in Jeruzalem profeteren en vrede verkondigen, terwijl er toch geen vrede (onder henzelf) is, spreekt de Here Here.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] En jij, mensenkind (Ezechiël), richt je aangezicht ook tegen de dochters in jouw volk, die ook profeteren in hun hart, en profeteer tegen hen en zeg: 'Zo spreekt de Here Here: Wee jullie, die voor de mensen kussens maken voor onder hun armen en hoofdkussens voor onder hun hoofden, beide voor jong en oud, om hun zielen te vangen en, als jullie de zielen hebben gevangen onder Mijn volk, hun het eeuwige leven beloven! Zo ontheiligen jullie Mij onder het volk voor een handvol gerst en een hap brood, doordat jullie de zielen, die toch niet moeten sterven, in plaats van tot leven tot de dood veroordelen, en die zielen tot het leven veroordelen, die (door hun goddeloze levenswijze) toch niet zouden moeten leven, door jullie leugens onder Mijn volk, dat graag leugens hoort.
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Daarom spreekt de Here Here: Zie, Ik zal jullie kussens te lijf gaan (als een leeuw), waarmee jullie de zielen vangen en valselijk inpalmen! Ik zal ze onder jullie armen wegrukken en de zielen, die jullie valselijk inpalmen en voor de dood hebben gevangen, losmaken. Evenzo zal Ik jullie kussens verscheuren en Mijn volk uit jullie handen redden, zodanig, dat jullie het niet meer zullen vangen -en zo zullen jullie ervaren dat Ik de Heer ben! Ik wil en zal dat doen, omdat jullie de harten van de rechtvaardigen valselijk bedroeven, die Ikzelf toch nooit bedroefd heb gemaakt, maar in plaats daarvan versterken jullie de handen van de goddelozen, opdat zij zich toch maar niet zullen bekeren van hun kwade inborst en daardoor tot het leven komen. Daarom zullen jullie nooit meer nutteloze leringen verkondigen of profeteren! Derhalve zal Ik Mijn volk uit jullie handen rukken, en jullie zullen ervaren dat Ik alleen de Heer ben!'
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Ik zei: 'Mijn beste vrienden, hebben jullie dan niet gelezen wat er in de Schrift geschreven staat, namelijk dat er in die tijd engelen zullen opstijgen en neerdalen en Mij en de mensen zichtbaar zullen dienen? En kijk, op deze manier is de Schrift nu ook in dat opzicht voor jullie ogen vervuld!
Hoofdstuk 122: De tempeldienaren krijgen Griekse kleren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Maar spreek daar nu over met de engel die jullie van nieuwe kleren heeft voorzien; Ik zal nu met de waard en zijn vriend Philopold een poosje naar buiten gaan en Mij op die manier een beetje rust gunnen tijdens Mijn werk!'
Hoofdstuk 122: De tempeldienaren krijgen Griekse kleren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[24] Ik zei: 'Blijf dan, en als er iemand komt die naar Mij vraagt, onderwijs hem dan en zeg dat hij moet wachten tot Ik met Mijn vrienden terugkom!'
Hoofdstuk 122: De tempeldienaren krijgen Griekse kleren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[27] Pas toen begaf Ik Mij met Mijn twee vrienden naar buiten, en op een kleine heuvel vlakbij het Meer van Galilea spraken wij over verschillende dingen op aarde en ook in de sterren, en ook over de inwendige inrichting van de aarde en die van de oudere sterren, waar de twee vrienden groot genoegen aan beleefden.
Hoofdstuk 122: De tempeldienaren krijgen Griekse kleren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[2] Eén van de dienaren van Kisjonah zei, dat Ik Mij met Mijn leerlingen sinds gisteravond in dit dorp bevond en waarschijnlijk in het grote hoofdgebouw verbleef.
Hoofdstuk 123: Samaritanen zoeken de Heer (9.2.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Leer God dus altijd overeenkomstig de volle waarheid kennen in Zijn werken, zoals ze zijn, en in de meer dan wijze inrichtingen ervan, dan zal er onder jullie geen domheid en nog minder de slechtheid daarvan vaste voet kunnen krijgen! Ik leg jullie nu dan ook de voor jullie zichtbare werken Gods uit, opdat jullie in alle opzichten het volle licht zullen hebben. Onthoud het en bewaar het getrouwen laat het schijnen voor jullie treurige broeders en zusters! Want als dit licht eenmaal weer minder zal worden onder de mensen, zal ook het aloude heidendom opnieuw en nog erger opstaan dan ooit tevoren. Onthouden jullie dat allemaal goed!'
Hoofdstuk 125: Juiste kennis van de natuur is belangrijk - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)