Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 515 van 1112

...  503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528  ...
[9] Kijk eens naar de ellendige geboorte van de mens, die in zekere zin bestaat als kroon op de scheppende eigenschappen van de natuur! Waarom is zijn geboorte en zijn intrede in de wereld niet op zijn minst soortgelijk aan die van de dieren, en met name de vogels in de lucht, die reeds enkele dagen na hun intrede in deze natuurlijke wereld het volledige gebruik van hun levenskrachten verkrijgen en zich tot hun einde daarin kunnen verheugen?
Hoofdstuk 169: De materialistische kritiek van de opperstadsrechter op de ontwikkeling van de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Als de natuur in de gestalte van een mens nu eenmaal koste wat kost een denkend en zich van zichzelf bewust wezen op deze aarde heeft willen hebben, met de bedoeling dat dit wezen zijn Schepper zou leren kennen, Hem loven en de eer geven; dan zou zij of die Schepper voor de mens de voorziening moeten treffen, dat de mens het in zijn denken minstens zover gebracht zou hebben als ik; hij zou dan een onverwoestbare standvastigheid hebben moeten aannemen en daarin even wijs, sterk en gezond moeten voortbestaan als de aarde in al haar voornaamste delen weinig veranderd voortbestaat, evenals de maan, de zon en de overige sterren.
Hoofdstuk 169: De materialistische kritiek van de opperstadsrechter op de ontwikkeling van de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[17] Mijn beste grote Heer en Meester, dat is het voornaamste argument, op grond waarvan ik iedere andere reden van de scheppende natuur om te scheppen en voort te brengen in gelijke mate verwerpelijk en volslagen onwijs moet verklaren, en uiteindelijk moet ik nog die mensen loven, die zich in een zeer duister bijgeloof in slaap hebben laten sussen; want daarin vinden zij een zalige reden voor vergelding van al het bittere lijden, dat ze op deze wereld hebben doorstaan.
Hoofdstuk 169: De materialistische kritiek van de opperstadsrechter op de ontwikkeling van de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[18] Maar zelfs die zaligheid, die na de lichamelijke dood verwacht mag worden, staat onder zulke duimschroeven van dwang en bedrog, dat een eerlijk mens het horen en zien vergaat over de voorwaarden om tot die zaligheid te komen; want de mogelijkheid dat men die zaligheid niet bereikt vormt een buitengewoon brede weg, terwijl de mogelijkheid om die zaligheid te bereiken in een zo steil, smal en doornig pad is geplaatst, dat men uiteindelijk liever helemaal niet zalig zou willen worden dan zich het levenslange omhoogklimmen onder alle martelingen en folteringen te laten welgevallen.
Hoofdstuk 169: De materialistische kritiek van de opperstadsrechter op de ontwikkeling van de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Ik zeg je: als je in staat bent het meest eenvoudige wormpje tot een levend bestaan te roepen, dan ben je even goed in staat een hele aarde, de maan en de zon evenals de overige sterren tot bestaan te roepen! Want de zichtbare, lichamelijke levensmachine van zelfs het meest onbeduidende wormpje is in haar organische bouw zo kunstig, dat je je daar niet de minste voorstelling van kunt maken. Als die uiterlijke levensmachine niet zo kunstig en wijs was ingericht, hoe zou men daarin dan een substantieel zieltje kunnen plaatsen, en hoe zou dit zieltje zich dan van de levensmachine kunnen bedienen om zich verder te ontwikkelen?
Hoofdstuk 170: De Heer stelt aan de opperstadsrechter enkele vragen die tot nadenken stemmen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Als Hij echter een levensmachine schept met als enig doel dat een vonk van Zijn oerleven zich daarin sterker en steviger maakt om tot een eigen godgelijke vrijheid en zelfstandigheid te komen, daarna de levensmachine aflegt en zich door de liefde en wijsheid daarin volkomen verenigt, dan gaat daardoor niet alleen niets van het oerscheppende fundamentele leven verloren, maar de Schepper en het schepsel winnen daardoor oneindig veel, wat voor jou nu natuurlijk niet te begrijpen is.
Hoofdstuk 171: Over het werken van krachten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Maar hoe kan de geest dat doen, als de ziel in het volledige bezit van haar vrije wil zich meestal buiten het huis bevindt en zich verkwikt en laaft aan het wereldse licht? Daardoor wordt ze zo verblind en verdoofd, dat ze dan niets meer ziet en gewaarwordt van wat er in haar huis gebeurt.
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Als ze daartoe aangemaand wordt wil ze mettertijd wel in haar huis rondkijken en raakt ze daar erg bezorgd om; ze ziet dat het hier en daar al mankementen heeft, wil dat herstellen en in orde maken en verenigt zich dan uiteindelijk zelf met de materie van haar innerlijke en uiterlijke woonhuis.
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Dan zoekt ze evenwel de geest in haar huis, die haar door af en toe lawaai te maken bij zich in huis wilde roepen; maar dikwijls hoorde ze dat lawaai niet door het wereldse tumult. Af en toe wierp ze wel een vluchtige blik in het inwendige van haar huis, waar ze echter maar weinig en onbetrouwbare dingen zag. Dan keerde ze zich na zo'n klein onderzoek al gauw weer naar buiten, waar het haar beter beviel dan in de donkere vertrekken van haar huis, waarin ze niets duidelijks meer kon ontdekken, omdat haar gezichtsvermogen door het uiterlijke licht teveel verblind en haar innerlijke vermogen om te horen door het harde wereldse tumult te sterk verdoofd was.
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Hier en daar zijn er echter vreesachtige zielen, net als kinderen, die bang zijn voor het wereldse licht en het wereldse tumult. Die blijven dan liever thuis en houden zich bezig met wat zich in het huis bevindt. Als er nu lawaai te horen is, kunnen ze door een ruit, die niet verblind is door uiterlijk licht, heel goed van binnen naar buiten kijken en er snel en gemakkelijk achter komen wat het lawaai heeft veroorzaakt, en ze kunnen zich van veel dingen die ook in het huis gebeuren juister en eerder bewust worden dan degenen die zich buiten hun huis bevinden.
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Voor mensen van jouw soort is dat inderdaad nauwelijks mogelijk, want die zijn vanaf het eerste begin te werelds ontwikkeld; ze hebben wel zoveel mogelijk hun natuurlijke gezichts- en begripsvermogen gescherpt, maar daardoor hun innerlijk geestelijk gezicht op de achtergrond geplaatst. Want het gaat hun met dat innerlijke geestelijke gezicht ongeveer zoals iemand die glazen ruiten in zijn huis heeft aangebracht. Hij bevindt zich echter buiten en hoort plotseling een hard geluid in het huis. Hij gaat dus onmiddellijk naar een venster en wil het inwendige van het huis zien; maar ondanks al zijn inspanning kan hij vrijwel niets ontdekken, want de weerspiegeling van het daglicht op de ruiten maakt dat onmogelijk. Als hij dus de oorzaak van het geluid te weten wil komen, blijft hem niets anders over dan de voordeur van het huis en alle tussendeuren open te doen en naar binnen te gaan, om te zien Wat de oorzaak van het geluid was; of hij moet een ruit kapotslaan en, als dat te weinig is, nog meerdere, om beter naar binnen te kunnen kijken naar wat het geluid heeft veroorzaakt.
Hoofdstuk 172: Het verkeer met gene zijde Het innerlijk geestelijk gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Als gevolg van dat verkeerde geloof zijn ze ook lui en traag om iets ten behoeve van hun vooruitgang aan gene zijde te ondernemen, en zo leven ze aan gene zijde -zoals ik te horen heb gekregen -vaak nog enkele duizenden jaren lang en laten zich zelfs door de meest lichte geesten niet van hun onzinnige geloof afbrengen. Zorg er dus voor, mijn zoon, dat jij niet met zo'n verkeerd geloof van de wereld scheidt!'
Hoofdstuk 173: Een geestverschijning - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Na volgens aardse tijdrekening - ongeveer twee jaar gezocht te hebben, in welke tijd ik nog altijd in alle richtingen door die eindeloze zandsteppe trok, ontdekte ik op tamelijk grote afstand eindelijk toch iemand, die zich in precies dezelfde toestand leek te bevinden als ik. Ik ging snel op die iemand af en was weldra helemaal bij hem.
Hoofdstuk 174: Belevenissen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Daarop zei de persoon, die op mij scheen te lijken en zich in dezelfde toestand als ik bevond: 'Ja, mijn vriend, er zijn er tallozen in dit rijk die net als jij wat je zoekt, al vele eeuwen lang zoeken! Als je hier iets wilt vinden, moet je het niet zo aanleggen als op de materiƫle wereld, waar men alles alleen buiten zichzelf zoekt. Wie dat hier doet, vindt eeuwig niets! Want er is hier geen andere plaats en streek meer dan hijzelf, al zou hij die ook op alle plekken van de oneindige ruimte willen vinden.
Hoofdstuk 174: Belevenissen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] (De vader:) 'Daarna liep ik weer mijn hut uit en trof alles nog precies zo aan als tevoren. Toen dacht ik bij mijzelf: ' Allemaal goed en wel; maar toch ben en blijf ik alleen! Als ik nu maar die eerdere vriend bij mij zou kunnen wensen om hem mijn dank te kunnen betuigen voor de goede raad die hij mij heeft gegeven!'. Bij deze wens keek ik in de richting van het verafgelegen dorp dat ik al eerder noemde, en zag hoe zich weldra vanuit dat dorp verscheidene mensen in mijn richting begonnen te bewegen.
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  503 - 504 - 505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528  ...