Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 517 van 1490

...  505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530  ...
[6] Ook moeten jullie alles eten en drinken wat jullie op tafel wordt voorgezet en geen drukte maken over het materiële uiterlijke jodendom, dat voor Mij geen waarde heeft, maar handelen in de geest van het ware, innerlijke en levende jodendom; dan zullen jullie Mijn waarachtige leerlingen zijn; dan zal Ik welgevallen aan jullie hebben en aan jullie werken en zal in de geest bij jullie blijven tot aan het einde der tijden van deze aarde! - Hebben jullie Mij begrepen?'
Hoofdstuk 100: De wilsvrijheid van de mens en de alwetendheid van God Zeden en gewoonten. (18.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Nu zei Johannes: 'Heer, U zegt altijd: 'tot aan het einde der tijden van deze aarde!' Goed, maar wanneer die voorbij zullen zijn, hoe zal het dan verder gaan in de hele eeuwigheid, en zullen wij dan tot aan het einde der tijden van deze aarde hier moeten blijven en steeds aan alle volkeren der aarde Uw evangelie moeten verkondigen?'
Hoofdstuk 100: De wilsvrijheid van de mens en de alwetendheid van God Zeden en gewoonten. (18.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Met een vriendelijk gezicht zei Ik tegen Mijn geliefde leerling: 'Wat heb jij soms toch een kinderlijke geest en kinderlijk verstand! Jullie zullen wat je lichamelijke persoonlijkheid betreft ook niet langer op deze aarde hoeven te leven dan enig ander normaal gezond mens; maar jullie zullen voor een deel geestelijk werkzaam blijven voortleven in al diegenen die jullie in Mijn naam zullen navolgen, - maar voor een ander belangrijk deel zullen jullie bij Mij in Mijn hemelen eeuwig verder leven en van daaruit meer dan nu kunnen inwerken op de mensen van deze aarde, die zoals jullie bekend is bovenal de bestemming hebben om net als jullie Mijn kinderen te worden.
Hoofdstuk 100: De wilsvrijheid van de mens en de alwetendheid van God Zeden en gewoonten. (18.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Maar het zal voor jullie tot nu toe nog onbegrijpelijk lang duren eer het eigenlijke einde der tijden van deze aarde zal komen! Want kijk, alle materie van deze aarde bestaat uit gerichte zielen, die nog vrij gemaakt moeten worden. Reken nu één atoom materie voor de substantie van één ziel, en bedenk dat er per jaar maar 10.000 maal 10.000 zielen uit het gericht van de materie verlost kunnen worden langs de weg, die Ik jullie al herhaalde malen getoond heb - omdat er namelijk bij zo'n grote jaarlijkse toename van het aantal mensen niet meer mensen op de aardbodem kunnen bestaan - dan zullen jullie wel inzien dat de aarde, hoewel onder nog vele veranderingen, ook in materieel opzicht nog behoorlijk lang zal blijven bestaan.
Hoofdstuk 100: De wilsvrijheid van de mens en de alwetendheid van God Zeden en gewoonten. (18.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Maar nu gaan we weer naar buiten! Want nu zullen alle aanwezigen wel gauw uit hun kamers naar deze zaal komen; en voor die tijd wil Ik met jullie weinigen al buiten zijn.'
Hoofdstuk 100: De wilsvrijheid van de mens en de alwetendheid van God Zeden en gewoonten. (18.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Toen wij ons helemaal bovenop de heuvel bevonden, zagen wij in de lucht een grote vlucht kraanvogels uit het noordwesten komen, en Lazarus meende dat het een zeldzaam verschijnsel was om deze vogels zo vroeg in de morgen te zien voorttrekken; want gewoonlijk trekken ze pas rond de middag voorbij, maar meestal in de namiddag. Dat had volgens hem iets heel bijzonders te betekenen; want deze vogels hebben een heel scherp instinct en voelen al dagen van tevoren wanneer er onraad voor hen dreigt in de natuur waar ze zich vanwege hun levensonderhoud ophouden; dan maken ze zich gereed voor de reis en wanneer hun leider een teken geeft vliegen ze allemaal tegelijk op en trekken naar een andere, veilige plaats.
Hoofdstuk 101: De vlucht kraanvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Ik zei: 'Je hebt de aard van deze vogels werkelijk heel goed waargenomen; dat is deze vogels inderdaad gegeven; maar hier geven ze ook iets anders aan. Als jij goed thuis zou zijn in de aloude leer der overeenstemmingen tussen de geestenwereld en de zintuiglijke wereld, watje nog wel zult worden, dan zou je de eigenlijke betekenis van deze vlucht kraanvogels in de ochtend ook helemaal begrijpen; maar nu begrijp je alleen wat je door ervaring uit de aard van deze vogels hebt afgeleid.
Hoofdstuk 101: De vlucht kraanvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Let nu heel goed op wat deze vogels, die anders uiterst voorzichtig zijn, zullen doen wanneer ze precies over ons heen vliegen!'
Hoofdstuk 101: De vlucht kraanvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Daar komt echter nog bij, dat er vanuit de zon en de ether die haar omgeeft steeds opnieuw materie aan die van de aarde wordt toegevoegd, waarvan de hoeveelheid overigens kleiner is dan de jaarlijkse hoeveelheid verloste materie, en in dat licht bezien zullen jullie nog eens te meer begrijpen wat voor zeer lange bestaansduur deze aarde tot aan haar laatste tijden nog beschoren is. Alleen, dat is allemaal door Mij sinds eeuwigheid zo bepaald, en die tijd schijnt alleen de mens lang toe, die nog de last van het vlees draagt; maar in Mijn rijk zullen jullie de tijd en haar duur met heel andere ogen en met een heel ander inzicht en andere wijsheid beschouwen. - Kijk, zo staan de zaken er voor!
Hoofdstuk 100: De wilsvrijheid van de mens en de alwetendheid van God Zeden en gewoonten. (18.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Hierop namen wij de vlucht van deze vogels scherp in ogenschouw, zoals die ons in zeer fraaie orde naderde. Er waren bijna honderd vogels in een lange rij, en precies zeven vormden de korte hoekrij, die altijd uit de oude, sterke en in zekere zin ervaren mannelijke leiders bestaat.
Hoofdstuk 101: De vlucht kraanvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Toen de vlucht kraanvogels boven onze hoofden vloog, minstens vierhonderd manslengten hoog, hield hij stil, de rij werd opgeheven, en de honderdzeven kraanvogels begonnen in cirkels te vliegen en daalden steeds lager en lager en dat zolang, tot ze nauwelijks zeven manslengten boven ons rondcirkelden en ons met hun nu niet zo welluidende gezang in zekere zin eer betuigden. Dit duurde een paar minuten en daarna daalden de vogels heuvelafwaarts naar de vlakte beneden, waar zich een tamelijk grote vijver bevond, waar Lazarus voor zijn huis de vissen kweekte, die weliswaar slechts van de gewone soort waren. In deze vijver dronken de vogels water, zoveel als ze nodig hadden voor hun verdere vlucht. Toen ze daar kennelijk allemaal van voorzien waren, gaven de zeven oudste het goed herkenbare teken om op te breken en verhieven alle vogels zich in één klap in de lucht, maar maakten vóór hun definitieve vertrek nogmaals enkele cirkels om de heuvel heen, waar wij ons bevonden. Daarop vlogen ze in cirkels snel tot hun oorspronkelijke hoogte, vormden daar direct weer de vroegere opstelling en trokken toen naar het noordoosten; pas op tamelijk grote afstand wijzigden ze hun noordoostelijke vliegrichting in een zuidoostelijke en raakten buiten ons gezichtsveld.
Hoofdstuk 101: De vlucht kraanvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Lazarus zei: 'Heer en Meester! Puur natuurlijk bekeken was het ook alleen in hun natuurlijk gedrag al een wonder; want deze vogels zijn heel erg slim en schijnen heel goed te weten of sterk te voelen dat wij mensen, en met name wij joden, nu niet tot hun vrienden gerekend moeten worden, en het is daarom ook ongehoord dat deze vogels een aantal mensen zo vriendelijk genaderd zijn.
Hoofdstuk 101: De vlucht kraanvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Bij de Grieken, die deze vogels een soort goddelijke verering betuigden, moet het een enkele keer wel eens gebeurd zijn dat deze vogels hun op een wellicht even vriendelijke wijze genaderd zijn zoals dat hier het geval was; maar, zoals gezegd, bij ons joden is dat nog nooit het geval geweest, tenminste niet voorzover ik weet of gehoord heb. En daarom houd ik dit voor een waar wonder! Want deze slimme vogels hebben gemerkt, wie er zich nu hier op deze heuvel bevindt -namelijk ook hun Heer en Schepper - en dat heeft hen ertoe bewogen om van die heel grote hoogte tot heel dicht bij deze heuvel af te dalen, om hier zogezegd overeenkomstig hun instinct en hun gevoel hun Schepper en Heer te begroeten en eer te bewijzen.
Hoofdstuk 101: De vlucht kraanvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Mijn vijver heeft bovendien ook nog nooit de eer gehad dat kraanvogels, die alleen maar zuiver water drinken, met het enigszins troebele water daarvan hun dorst lesten; ze moeten dus wel aangevoeld hebben, dat U met Uw heilige en almachtige wil in stilte het water van de vijver gezegend en voor hen versterkt hebt. Ze hebben dat beslist duidelijk ervaren daarom verhieven ze zich na het drinken van het water om nogmaals rond deze heuvel te cirkelen om U zo in zekere zin dank te brengen voor het zegenen van het water, en pas nadat ze U die dank hadden gebracht verhieven ze zich jubelend tot hun voormalige vlieghoogte en zetten, aldus door U gesterkt, hun geordende vlucht verder voort.
Hoofdstuk 101: De vlucht kraanvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] Ik zei: 'Ja, ja, Mijn beste vriend en broeder, jij hebt deze zaak heel juist en goed opgevat; want zo was het inderdaad, althans vanuit een natuurlijk standpunt bezien. Maar daarachter zit nog een ongelooflijk veel diepere wijsheid, die echter alleen diegene kan zien die ziet en voelt vanuit zijn innerlijke geest en de dood van zijn materie in zoverre heeft overwonnen als die nog invloed had op de ziel en haar angstig maakte.
Hoofdstuk 101: De vlucht kraanvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  505 - 506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530  ...