Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 518 van 1037

...  506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531  ...
[4] Toen waren de leerlingen niet meer ongerust ten aanzien van Mijn plan, en Ik zei verder tegen hen: 'jullie weten toch dat onze vriend Lazarus ziek is en dat zijn zusters iemand naar Mij hebben uitgezonden! Zou Ik nu soms uit vrees voor de joden hun verzoek niet inwilligen?'
Hoofdstuk 32: Over de dood van Lazarus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[10] Ik zei: 'Lazarus is dood en ligt allang in zijn graf; maar toch zal Ik hem opwekken. Daarom ben Ik zo lang hier gebleven, opdat niemand zou kunnen zeggen dat hij niet werkelijk gestorven was, en opdat door dit laatste openlijke teken dat Ik zal doen de zwakke gemoederen volkomen gelovig worden. Ik ben nu blij omwille van jullie dat Ik er niet bij aanwezig ben geweest, en dat de Vader in Mij beval aldus te handelen, opdat jullie en nu nog vele anderen zullen geloven. En daarom zullen we morgen naar Bethanië reizen.'
Hoofdstuk 32: Over de dood van Lazarus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[1] Wij liepen nu snel voort om de weg die ons naar Bethanië voerde zo snel mogelijk af te leggen.
Hoofdstuk 33: De oorzaak van de dood van Lazarus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[2] Om die plaats te bereiken moesten we een omweg maken, omdat Ik niet de bedoeling had langs Jeruzalem te gaan, maar ongezien in de woonplaats van Lazarus wilde aankomen, die volgens de Joodse maat vijftien veldwegen daarvan verwijderd was. Bethanië lag echter niet op de plaats van het huidige dorp El Azarije *,(* El Azarije of eizariya: tegenwoordig neemt men aan dat hier vroeger Bethanië lag; werd in de 4e eeuw Lazarion genoemd.) maar nog meer naar het oosten, zodat wij daar niet vanaf de westkant van de Olijfberg, maar vanaf de oostkant aankwamen.
Hoofdstuk 33: De oorzaak van de dood van Lazarus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[6] Lazarus had echter alle brutaal naar voren gebrachte aanspraken en aanbiedingen van de hand gewezen en ergerde zich vaak zo sterk aan de opdringerigheid van het tempelgespuis, dat Ik hem vermaande om die vurige drift af te leggen, omdat die kwade gevolgen voor hem kon hebben. Hij volgde Mijn raad ook naar vermogen op en werd, sinds Ik hem toentertijd die honden had bezorgd, ook veel rustiger, omdat hij niet meer zo vaak werd lastig gevallen.
Hoofdstuk 33: De oorzaak van de dood van Lazarus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[7] Maar nu, kort voor zijn dood, had hij weer een strijd met de leden van de tempel gehad, die een aanklacht tegen hem hadden ingediend omdat hij niet het nodige respect voor de tempel zou hebben opgebracht, en dat ging zo ver dat hij de leden van de tempel, die met de beste bedoelingen van zielszorg naar hem toekwamen, met geweld wegjoeg en zijn personeel er zelfs van weerhield de tempel te bezoeken en de noodzakelijke boete -en reinigingsoffers te doen.
Hoofdstuk 33: De oorzaak van de dood van Lazarus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] Zoals reeds bekend was Lazarus een van de rijkste mannen van heel Judea, en omdat hij gestorven was zonder dat hij directe erfgenamen had, behoorde volgens de wet van de tempel een derde van zijn totale vermogen aan de tempel, terwijl zijn zusters, die geen mannelijke familiebescherming hadden Lazarus had verder geen nauwe bloedverwanten -onder het oppergezag van de tempel waren komen te staan, die in zulke gevallen een uiterst onaangename voogdij uitoefende. De Farizeeën en tempeljoden waren al geruime tijd heel begerig naar de rijke bezittingen van Lazarus en hadden, zoals bekend, reeds allerhande trucs en listen bedacht om Lazarus in hun vingers te krijgen, om zo mogelijk het gehele rijke erfgoed in handen te krijgen. Van zijn twee zusters verwachtten ze niet te veel moeilijkheden.
Hoofdstuk 33: De oorzaak van de dood van Lazarus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Nadat de knecht Mij had ontmoet, ging hij ijlings naar het huis, dat niet meer ver weg lag, om de zusters Mijn komst mede te delen. Die werden, zoals destijds de gewoonte was, dagenlang door een grote kring van vrienden en bekenden bezocht, om hen te troosten en zo de pijnlijke scheiding en hun eenzaamheid te verlichten; want rouwende vrouwen mochten de eerste tijd hun huis helemaal niet verlaten; het fatsoen van die tijd vereiste, dat zij zo zichtbaar mogelijk geheel in rouw leefden, wat ook door veel geweeklaag merkbaar moest zijn.
Hoofdstuk 34: De aankomst in Bethanië - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[4] Hoewel ze niet vrij waren van de diepgewortelde gebruiken van hun volk, stelden Martha en Maria die terneerdrukkende uiterlijkheden weinig op prijs, vooral omdat ze ten diepste overtuigd waren van een geestelijk voortleven. Ze wachten vol verlangen op Mijn komst, om door Mijn woord echte troost te vinden. Ook al was de gedachte dat Ik hun broer zou opwekken niet in hen opgekomen, hoopten ze toch bij Mij raad en hulp te vinden tegen de Farizeeën, die zich onmiddellijk op de voorgrond plaatsten en reeds met begerige ogen naar het vette erfgoed keken en met de tempelwacht al afspraken hadden gemaakt om het erfgoed voor zich veilig te stellen.
Hoofdstuk 34: De aankomst in Bethanië - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[12] Maar Martha alsook haar zuster Maria waren door deze bijna onoverkomelijk lijkende slag van het noodlot innerlijk zo onzeker geworden, dat hun voorlopig alleen de grote ellende voor ogen stond, waarin ze zich bevonden, en het vroegere vaste geloof in Mij en Mijn zending volkomen op de achtergrond raakte. Zo geven de mensen meestal blijk van een schijnbaar sterk geloof, zolang de uiterlijke levensomstandigheden gunstig zijn. Ze vallen echter onmiddellijk weer terug in onzekerheid, en zelfs ongeloof, zodra hun een kleine beproeving overkomt die God naar hun mening had moeten afwenden, omdat zij zichzelf toch tot de gelovigen rekenen -God zou dus de verplichting hebben hen tegen ieder kwaad te beschermen.
Hoofdstuk 34: De aankomst in Bethanië - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Haar vroegere, meer naar buiten gerichte leven had zich echter volkomen verinnerlijkt en haar de heldere blik gegeven, waardoor zij Mij van de broer en de beide zusters ook het meest herkende. Nu, na de dood van haar broer, traden de Farizeeën des te onbeschaamder op, omdat zij niet in een ware verandering van haar innerlijk geloofden; ze probeerden zelfs Mij voor de door Lazarus begunstigde minnaar uit te maken en hadden hierover, evenals over het uitblijven van Mijn wonderkracht, die Mijn vriend toch had moeten redden, honende opmerkingen gemaakt.
Hoofdstuk 35: De Heer en Maria - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[4] Op het ogenblik van Mijn komst waren de meeste Farizeeën niet aanwezig, maar hadden zich naar de reeds bekende, aan Lazarus toebehorende herberg op de Olijfberg begeven om zich op de hoogte te stellen van de pachtvoorwaarden. Zoals bekend hadden de Farizeeën deze herberg een slechte naam bezorgd, en ze overlegden met elkaar om vooral op de herberg aanspraak te maken; want de tempel zou er, na de schandvlek te hebben verwijderd, goede zaken mee kunnen doen, vooral omdat hij vroeger vanwege het mooie uitzicht als een soort ontspanningsoort door de Joden veel bezocht werd.
Hoofdstuk 35: De Heer en Maria - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] Martha ging heimelijk naar Maria toe, die zich juist wat afzijdig hield van de aanwezige Joden, en zei zachtjes tegen haar: 'De Meester is er, en roept je!'
Hoofdstuk 35: De Heer en Maria - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[6] Snel vroeg Maria waar Ik was, en Martha vertelde haar dat kort en snel. Toen ze dat had gehoord, stond Maria ijlings op en ging onmiddellijk naar buiten.
Hoofdstuk 35: De Heer en Maria - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[7] De Joden, die zagen hoe haastig ze wegliep, waren eerst verbaasd; maar toen zei Efraïm, een vriend van Lazarus, die zijn vader al had gekend en ook Mij herhaaldelijk in huis had gezien en gehoord, waardoor hij een soort halfgelovige was geworden, die Mij op zijn minst voor een achtenswaardig mens hield, zij het ook niet voor de Messias: 'Ze gaat zeker naar het graf om daar te huilen en te bidden. Laten we naar haar toe gaan, vrienden, zodat zij zichzelf in haar verdriet niet iets aandoet!'
Hoofdstuk 35: De Heer en Maria - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
...  506 - 507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531  ...