Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 519 van 1490

...  507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532  ...
[13] Maar allemaal zullen jullie ter wille van Mijn naam en de waarheid ook nog vele beproevingen te doorstaan krijgen, en jullie geduld, dat in jullie nog de zwakste geest is, zal de vuurproef niet ontlopen. Maar wanneer dat over jullie zal komen, denk dan aan deze heuvel en dat Ik het jullie van tevoren heb gezegd; maar bedenk ook in je hart dat Ik dan in de geest tot jullie zal komen, jullie zal sterken en zeer krachtig zal helpen! Onthouden jullie dat allemaal ook heel goed! Want in deze dagen en ook in de toekomstige tijden ondergaat het rijk Gods geweld, en zij die het met geweld tot zich trekken, zullen het ook bezitten. In de toekomstige tijden zal het echter zijn, zoals Ik jullie nu door middel van een gelijkenis zal tonen.
Hoofdstuk 103: De Romeinen komen bij de Heer aan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Agricola zei: 'Heer en Meester, begrepen hebben wij dit beeld wel, maar zoals ik het begrepen heb, bevat het niet veel vertroostends, zoals wij dat wel uit Uw vele andere lessen en woorden ontvangen hebben. Het is wel waar dat voor het bereiken van een groot geluk ook van tevoren grote offers en inspanningen nodig zijn; maar als men naar mijn mening een volkomen ernstige en vaste wil heeft om volledig volgens Uw leer te leven -wat ik voorzover ik kan beoordelen niet als bijzonder moeilijk en buitengewoon inspannend beschouw, aangezien U immers Zelf gezegd hebt dat Uw Juk zacht en Uw last licht is -dan moet ik nu eerlijk bekennen dat ik uit deze woorden, volgens welke men het rijk Gods in deze dagen en ook in een toekomstige, woeste tijd slechts met geweld en inspanning tot zich kan trekken, het troostende van het zachte juk en de lichte last niet kan ontdekken.
Hoofdstuk 104: De gelijkenis van de hongerige reiziger. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Daarom zal hij die ter wille van Mij veel zal doen en vele daadwerkelijke offers zal brengen, ook veel van het rijk Gods ontvangen; maar wie net als de nachtelijke reiziger aan het eind van zijn reis door deze wereld serieus op Mijn deur zal beginnen te kloppen en te vragen, zal weliswaar ook niet verstoten worden, maar hij zal slechts weinig ontvangen, omdat hij zich ook maar weinig moeite heeft getroost om het rijk Gods te verwerven en het pas begon te zoeken toen, de uiterste nood hem ertoe dwong.
Hoofdstuk 105: Wat 'het hemelrijk geweld aan doen' betekent - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Wie dus het rijk Gods een groot geweld heeft aangedaan om het te winnen, zal ook reeds hier op aarde grote macht en heerschappij krijgen; maar wie het rijk Gods maar weinig geweld aangedaan heeft om het te winnen, zal ook heel weinig macht en heerschappij krijgen en zal aan gene zijde eeuwig nooit diegenen bereiken die in Mijn ogen reeds hier op deze aarde groot en machtig geworden zijn. - Heb jij, Mijn vriend, dat nu goed begrepen?'
Hoofdstuk 105: Wat 'het hemelrijk geweld aan doen' betekent - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] Agricola zei: 'Ja, Heer en Meester, nu is alles mij inderdaad duidelijk geworden, en wij danken U allemaal uit het diepst van ons hart voor deze les, die U ons zo liefdevol en genadig hebt gegeven!'
Hoofdstuk 106: Over het leven aan gene zijde (24.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Toen de Romein deze dank had uitgesproken, begon het in het oosten al goudachtig licht te worden, en de natuur kwam volop tot leven. De vogels begonnen ieder op hun eigen wijze hun lied aan te heffen, de frisse ochtendwinden begonnen krachtiger te waaien en de mooie watervlakte van de niet onaanzienlijke vijver begon op en neer te golven, alsof ze plezier had in de liefkozingen van de ochtendwind. Zo kwam ook het gras tot leven en de ochtendwind waaide ook de blauwe en nevelige rook uit de schoorstenen van de huizen uiteen tot allerlei bijzondere vormen en draaiingen in de lucht, en zo leverde dat een echt mooi en opgewekt, levendig ochtendtafereel op.
Hoofdstuk 106: Over het leven aan gene zijde (24.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Dat beviel de Romeinen en onze Marcus dacht en zei: 'Heer en Meester, kijk, als er rond deze tijd grote groepen van dat soort vogels uit het oosten komen, zou dat voor onze soms zeker niet onbekwame wichelaars een vroege winter, hoewel van korte duur, aanduiden; maar in de maand januari zou er dan al een bestendig voorjaar komen. Welnu, dat is al verscheidene keren juist gebleken en vaker wel dan niet; maar U als Heer van de gehele natuur zult ons daar beslist iets beters over kunnen zeggen, en dat zou ook goed voor ons zijn, zodat wij thuis op grond van ware kennis menige misvatting kunnen bestrijden en alleen de zuivere waarheid daarvoor in de plaats kunnen stellen. -Wat vindt U van hetgeen ik U over de betekenis van deze vogelvlucht aangaf?'
Hoofdstuk 106: Over het leven aan gene zijde (24.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Maar hier betekent de vlucht van die tortelduiven niets anders dan dat de duiven 's morgens gewoonlijk met meerdere tegelijk naar deze vijver vliegen om daar water te drinken, zodat ze dan meer kracht krijgen om rond te vliegen; want zonder water zou geen vogel uiteindelijk meer kunnen vliegen.
Hoofdstuk 106: Over het leven aan gene zijde (24.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Maar waarom iedere vogel water nodig heeft om te vliegen, kunnen jullie nu nog lang niet begrijpen; maar de mensen in de komende tijden zullen geleidelijk aan ook achter zulke geheimen komen. Kijk, nu hebben deze vogels hun dorst gelest en verheffen zich en vliegen meestal weer naar waar ze vandaan zijn gekomen! Laat ze maar vliegen!'
Hoofdstuk 106: Over het leven aan gene zijde (24.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Toen zei de Romein Marcus: 'Heer en Meester, werkelijk, deze ochtend is zo mooi dat ik mij niet kan herinneren ooit een mooiere gezien te hebben! Men zou bijna wel kunnen zeggen: in Uw echte hemelen kan het er ook niet mooier en heerlijker uitzien! ,
Hoofdstuk 106: Over het leven aan gene zijde (24.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[13] Daarom, Mijn beste vriend, is jouw vreugdevolle opwinding bij het aanschouwen van deze mooie en heldere morgen wel heel goed en iemand die op dezelfde manier voelt als jij, heeft beslist een goed hart en is over het algemeen reeds als beter en edeler te beschouwen -maar te denken dat de hemelen Gods maar nauwelijks iets heerlijkers te bieden hebben dan deze heerlijke ochtend, dat zou een grote vergissing zijn! Maar verder ben Ik heel tevreden met hoe jij dat voelt.'
Hoofdstuk 106: Over het leven aan gene zijde (24.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Maar het volgende kunnen jullie daarbij als een goed overeenkomend beeld onthouden! De spitse en ronde toppen van de bergen lijken op die wijsgeren, die veel verstandelijk licht hebben, -maar daarbij zeer verwaand, trots en hooghartig zijn en met verachting neerkijken op de niet-geleerde wereld, ja, ze voelen zich zelfs verheven boven de aan hen gelijkwaardige geleerden, die qua positie in het maatschappelijke leven misschien niet op gelijke hoogte met hen staan, ook al overtreffen deze minder hooggeplaatsten hen in vruchtbare geleerdheid.
Hoofdstuk 107: Het doel van de bergen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Ik zei: 'O Mijn vriend, jij bent nu wel heel blij en enthousiast in je ziel en maakt een vergelijking met de ware, eeuwige hemel, door die met deze vergankelijke ochtendpracht gelijk te stellen; en dat is je zeer wel te vergeven omdat je je op deze aarde niet de allerminste voorstelling kunt maken van de eindeloze, onvergankelijke schoonheid en heerlijkheid van Gods hemelen! Als Ik je nu voor maar één ogenblik in de geest daarin zou verplaatsen, zou je niet meer op deze aarde kunnen leven, want de onbeschrijfelijk grote schoonheid van de hemelen, het licht, de vriendelijkheid en het hoogste gevoel van welbehagen van het leven zouden jouw vlees in één ogenblik vernietigen en de zintuigen van je ziel dermate verzwakken en verdoven, dat zijzelf zou neervallen en lange tijd als het ware dood en volkomen bewusteloos zou blijven liggen. Ik zou haar dan de herinnering aan wat ze gezien en ervaren had volledig moeten ontnemen, anders zou een bestaan waar dan ook buiten de hemelen absoluut niet meer mogelijk zijn. Maar daarom moet iedere zielook stap voor stap geleid en gestuurd worden en moet ze puur en zuiver worden als het zuiverste goud, zodat ze dan in staat is om de eindeloze vreugden van Gods hemelen binnen te gaan.
Hoofdstuk 106: Over het leven aan gene zijde (24.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[1] Allen bedankten Mij en zeiden dat ze het goed hadden begrepen, en onze Marcus, en met hem ook de andere Romeinen, zei nog in het bijzonder: 'Heer en Meester! Nu beginnen ik en mijn metgezellen steeds helderder in te zien, dat er om God juist te leren kennen en onwankelbaar levend in Hem te geloven een juiste kennis van de aarde en al datgene wat erop en erin is en zichtbare vorm aanneemt, absoluut noodzakelijk is; want daardoor begrijpt men pas dat deze aarde en alles wat erop is een zeer wijze en almachtige en zodoende ook zeer goede grondlegger en schepper gehad moet hebben, omdat een blinde macht, die zich van zichzelf niet eens bewust is en die wij heidenen 'fatum'* (Latijn voor: 'noodlot', 'onafwendbaar lot'.) noemen, op de aarde en in ieder afzonderlijk schepsel alles onmogelijk zo wijs en doelmatig ingericht zou hebben.
Hoofdstuk 108: De betekenis van de leer van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] En kijk, o Heer en Meester, daarom ben ik van mening dat voor het verkondigen van Uw heilige naam en Uw leer de bewijzen voor het onbetwistbare bestaan van een enig ware God vooreerst helder geformuleerd moeten worden vanuit de natuur en ordening van deze aarde en haar wezens! Als die eenmaal wortel geschoten hebben, zal het vervolgens ook gemakkelijk zijn om Uw naam en Uw leer zó te verkondigen, dat men algemeen in U zal geloven en U voor de enig ware God zal houden, en U in woorden en daden zal aanbidden en liefhebben.
Hoofdstuk 108: De betekenis van de leer van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  507 - 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532  ...