Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 520 van 1088

...  508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533  ...
[10] Als jullie dat nu naar volle waarheid begrepen en in je opgenomen hebben, vertrek dan nu en handel overeenkomstig Mijn wil!'
Hoofdstuk 134: De organisatie van de leerlingen van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Buiten gekomen kende zijn verbazing geen grenzen en hij zei (de waard): 'Maar hoor eens, waar zijn wij nu eigenlijk? Mijn huis is nog wel hetzelfde; maar de omgeving is helemaal vreemd! Er zijn geen kale stenen meer, alles is groen en bloeit! En daar boven, op de steenachtige heuvel, waar nog nooit, zelfs niet de meest armzalige distel tevoorschijn is gekomen, staat een heel bos weelderige vruchtbomen, die bovendien vol rijpe vruchten zitten, hoewel het al laat in de herfst is! Nu zou ik echt graag naar boven gaan om mij daar geheel van te overtuigen; maar het is allemaal een heilig wonder van de Heer, en wij zullen er pas gebruik van maken als Hij aan onze zijde ons toestemming zal geven om dat allemaal te gebruiken.'
Hoofdstuk 132: Het gezegende landschap - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Alleen met Judas Iskariot hadden degenen die naar Edreï waren getrokken enkele problemen vanwege zijn onverbeterlijke geldzucht; maar omdat ook Thomas zich bij de naar Edreï gereisde groep bevond, werd er snel een eind gemaakt aan zijn geldzuchtige pogingen; en de hele uitzending heeft goede vruchten opgeleverd.
Hoofdstuk 134: De organisatie van de leerlingen van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Zeer binnenkort zullen er al een groot aantal reizigers bij jullie aanleggen en zullen jullie heel welvarend maken, en dan zullen jullie dit landje tot ver voorbij de huidige grenzen ervan vruchtbaar kunnen maken, en jullie nakomelingen zullen daar de nodige voeding vinden; maar denk er voorlopig nog niet al teveel aan!
Hoofdstuk 135: De visvijver van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Met dit antwoord waren allen tevreden, en wij begaven ons naar de reeds bekende kleine visvijver. Daarin wemelde het van de vissen, waar alle inwoners heel blij mee waren, hoewel de vijver eigendom was van de waard; want hoewel alle inwoners van dit dorp een soort commune vormden en een gemeenschappelijk leven leidden, waren hun stukken grond toch volgens de wetten van Rome gemarkeerd en had ieder zijn precies uitgemeten deel.
Hoofdstuk 135: De visvijver van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Van de vijver keerden wij weer terug naar de herberg, omdat het al na de middag was geworden, en we spraken met elkaar over veel dingen en omstandigheden in het leven van de mensen op deze aarde, namen onderwijl ook een klein middagmaal tot ons en begaven ons daarna weer naar buiten, waar het met name op de bekende heuvel heel goed rusten was.
Hoofdstuk 135: De visvijver van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Toen de zon bijna onderging, ontdekte de waard dat er op de weg vanaf Bethsaïda enkele mensen het kleine dorp naderden, die ieder ogenblik bleven staan en de omgeving bekeken en niet wisten waar ze aan toe waren. Maar ze gingen toch naar het dorp en herkenden het aan de welbekende armelijke huizen. Ze bereikten nu de herberg en vroegen naar de waard.
Hoofdstuk 135: De visvijver van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Ik zei: 'Ga nu maar naar beneden naar hen toe, en omdat het Joden zijn die je wel kent, kun je hun wel zeggen wat het nu voor een tijd is en wat er nu allemaal in de wereld gebeurt; daarna zal Ik met Mijn drie leerlingen naar het huis komen en met de drie mensen spreken!'
Hoofdstuk 135: De visvijver van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Toen de waard dat van Mij had gehoord, ging hij onmiddellijk met zijn buren naar zijn huis en verwelkomde de drie aangekomenen.
Hoofdstuk 136: De waard onderricht de gasten over het veranderde land - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] De waard zei: ' Als alleen ik jullie zou zeggen dat dit dorp door een waar Godswonder tot zo'n gecultiveerde staat is gebracht, zouden jullie mij waarschijnlijk niet geloven; maar daar staan al mijn buren en daar mijn kinderen en mijn vrouw, en ze kunnen er allemaal als getuigen voor instaan! Zoiets zal op deze aarde onder de mensen buitengewoon zelden en op deze manier waarschijnlijk nog nooit plaatsgevonden hebben; maar er was op aarde ook nog nooit een tijd zoals nu, waarin de beloofde Messias werkelijk als mens van vlees en bloed Zelf naar ons mensen toe is gekomen.
Hoofdstuk 136: De waard onderricht de gasten over het veranderde land - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Zie en luister: deze Messias, die nu vanuit de hoogste hemelen naar deze wereld is afgedaald, die werkelijk God en mens tegelijk is, is ook naar ons toe gekomen en heeft Zich over onze geestelijke en daarnaast ook over onze lichamelijke armoede ontfermd; Hij heeft onze woestijn gezegend en die door Zijn almachtige wil in een vruchtbaar landje veranderd.
Hoofdstuk 136: De waard onderricht de gasten over het veranderde land - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Ook heeft Hij ons rijkelijk voorzien van alles wat een mens nodig heeft om zijn lichaam te voeden en te sterken; bovendien heeft Hij ons ook op aanschouwelijke en heel begrijpelijke wijze vertrouwd gemaakt met het wezen van onze aarde en de verschijnselen daarin en die op het oppervlak ervan en in de omringende lucht, en ook met de hele sterrenhemel. En op die wijze heeft Hij ons van al het oude, duistere bijgeloof van de heidenen en de Joden verlost.
Hoofdstuk 136: De waard onderricht de gasten over het veranderde land - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] De waard zei: 'Ik heb jullie zojuist al gezegd dat de Messias ons rijkelijk van alles heeft voorzien, ook voor ons lichaam. Wie een woestijn door Zijn wil kan laten bloeien, zal ook wel in staat zijn ons armen, die al lange tijd naar Hem hebben verlangd, van brood en wijn te voorzien! jullie eten nu echt brood uit de hemelen evenals de wijn, die ook geen vrucht van deze aarde is!'
Hoofdstuk 137: De gasten herkennen de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] jullie verstaan de Schrift wel naar de letter, maar naar de meest innerlijke geest van de waarheid hebben jullie die nog nooit begrepen als jullie denken dat Ik als de beloofde en nu in deze wereld gekomen Messias, de eeuwige Zoon van de eeuwige Vader, voor de joden een onvergankelijk rijk zal vestigen op deze aarde, waar toch alles inclusief de aarde zelftijdelijk en vergankelijk is.Want niet alleen deze hele aarde, maar ook het hele firmament dat jullie zien zal vergaan; hoe zou er dan op deze aarde voor de joden een eeuwigdurend rijk gevestigd kunnen worden? Versterk je nu dus, opdat jullie de innerlijke geest van de Schrift kunnen vatten en begrijpen!'
Hoofdstuk 137: De gasten herkennen de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Na deze woorden van Mij keken de drie elkaar verbaasd aan, en de oudste zei: 'Maar, dat klinkt heel anders dan in de tempel in Jeruzalem! Waar moeten wij ons aan houden? In de tempel onderwijzen de Farizeeën en schriftgeleerden, gezeten op de stoelen van Mozes en Aäron rondom de hogepriester, en lezen en verklaren voor het volk de Schrift geheel naar de letter; maar op gezag van hun woord en hun wil wordt er geen woestijn groen en wordt er geen kaal gesteente met vruchtbare aarde bedekt.
Hoofdstuk 137: De gasten herkennen de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533  ...