10915 resultaten - Pagina 520 van 728
... 508 - 509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533 ...
[3] En kijk, dat is al een goed teken; zo is de rechte lijn reeds vastgelegd. Wij hoeven haar maar te volgen, en dan kan het niet anders, of we zullen zo gauw mogelijk ons hoofddoel bereiken. Zoals jullie zien, zijn we al over de helft van deze tweede laan en daarom is het vóór ons liggende einde al heel goed te zien. Maar ik zie zojuist aan het einde van deze laan weer een nieuw obstakel glanzen dat ons een beetje van de rechte weg wil afleiden. Wij zullen aan dit tweede voor ons liggende obstakel echter nauwelijks meer aandacht schenken, want evenals het eerste zal ook dit tweede voor ons plaats moeten maken.Hoofdstuk 30: Voortzetting van de tocht op de zon. Twee obstakels bij het bidden: gebrek aan inzicht en liefde voor de wereld - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[23] Jullie zouden graag willen weten, wat er nu met de in tweeën gedeelde tempel zal gebeuren. Zal hij zich weer sluiten of zal hij zo gedeeld blijven? Maar ik zeg jullie: begrijp me goed en laat hetgeen achter ons ligt rusten, want voor ons nog liggen heel veel en verreweg grotere zaken. Wanneer we echter bij ons hoofddoel zullen zijn, dan zullen we zondermeer van bovenaf een algemeen overzicht krijgen. Laten we dus verder gaan.
Hoofdstuk 29: Vervolg van de tocht. Met onwrikbaar vaste wil lijnrecht op het doel af - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[14] Wat zeggen jullie wel van deze eerste pracht? Ik moet eerlijk bekennen dat mij deze verheven eenvoud meer aanspreekt en boeit dan alle eerder aanschouwde heerlijkheden van deze wereld. Wij vergeten bij het beschouwen van deze pracht echter helemaal dat we nog verder moeten gaan.
Hoofdstuk 29: Vervolg van de tocht. Met onwrikbaar vaste wil lijnrecht op het doel af - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Kijk toch eens, dit altaar. Het is ongeveer een klafter hoog en bestaat uit louter ronde staven, die zijn gemaakt van een heel sterk glanzend materiaal dat met deze karakteristieke eigenschappen zeker op geen ander hemellichaam voorkomt. Kijk eens naar die staven. Ze zien er niet eens stevig uit, maar het lijkt wel of ze uit louter neerwaarts schietende waterstralen bestaan, die echter zogezegd zonder gespetter in gouden trechters neerwaarts vallen. De vlammende beweging van de stralen in deze ronde staven ziet er bijna uit alsof deze staven slechts ronde waterstralen zouden zijn, die, zoals het wel lijkt, van een of andere plaats door een zuil in het midden opwaarts gaan en hier, zoals we zien, volgens de regels van de waterbouwkunde naar beneden vallen. Om ons er echter van te overtuigen, pakken we de staven met de handen vast - en kijk, alles is slechts de karakteristieke eigenschap van het materiaal. Dat heeft een zodanig vlammende beweging in zich, dat het lijkt alsof het zuiver stromend water is; op zich is het echter hard als diamant.
Hoofdstuk 29: Vervolg van de tocht. Met onwrikbaar vaste wil lijnrecht op het doel af - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Welnu, we hebben de bomenrijen al bereikt. Voorzover ik in dit woud van lanen kan kijken, ziet het er verrassend rechtlijnig uit; maar daar, heel diep erin zie ik zoiets als een opgericht altaar en dit altaar staat volgens mijn waarneming precies in het midden van deze laan. Dat doet er echter niet toe; we gaan er vastberaden op af en de weg zal precies lopen zoals wij hem willen hebben. Het zou voor een geest toch treurig zijn wanneer hij zich door natuurlijke hindernissen de weg zou laten versperren.
Hoofdstuk 29: Vervolg van de tocht. Met onwrikbaar vaste wil lijnrecht op het doel af - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Wanneer de muur van deze wal naar aardse maatstaven loodrecht omhoog gaat en er beneden geen poort is aangebracht, dan zouden we inderdaad een probleem hebben met het voortdurend volgen van onze rechte lijn. Toch mogen we haar niet verlaten, want in de geest ook maar een haarbreed opzij gaan betekent zoveel als in één oogwenk deze hele mooie wereld uit ons gezichtsveld verliezen. We zijn echter nog niet bij de muur. Daarom de moed niet verliezen, dan zal alles wellicht beter verlopen dan wij verwachten.
Hoofdstuk 29: Vervolg van de tocht. Met onwrikbaar vaste wil lijnrecht op het doel af - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[22] In de zaadkorrel ligt echter alweer het vermogen om tenslotte zichzelf terug te vinden, en de boom zelf met zijn hele werkzaamheid is dan niets anders dan een doelmatig proces van pit naar pit. Het is naar mijn mening dan ook veel juister en verstandiger om aan te nemen dat een lijn het product is van heel veel aan elkaar geregen punten, die daarom ook door twee eindpunten begrensd wordt, dan dat men zo dwaas zou zijn om te denken dat een punt het product zou zijn van een in elkaar geschrompelde lijn die aan beide zijden (waarvan zij er vele heeft) door twee lijnen wordt begrensd.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Wel, als dat zo is, dan zal de pit toch vooraf alles wat de boom, die uit haar voortkomt, eigen is, als grondoorzaak in zich moeten bevatten. Wanneer de boom echter weer een nieuwe boom uit een pit wil laten groeien, dan moet hij ook weer al het eigene in de pit opslaan.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[20] Jullie zouden wel graag willen weten of de Heer eerst de boom of eerst de pit heeft geschapen? Ik denk dat dit geheim nu bijna geopenbaard is. Zou de Heer de boom eerder geschapen hebben dan de pit, dan kunnen jullie er zeker van zijn, dat Hij dat tegenwoordig ook zou doen, want Hij verandert Zijn handelwijze absoluut niet. Hij doet niet vandaag zus en morgen zo, want dan zouden jullie voortdurend als bij toverslag plotseling ontstane bomen zien. Jullie zien echter voortdurend hoe elke boom opnieuw geleidelijk steeds alsmaar uitgroeit en zich ontwikkelt.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] Hieruit kan dus duidelijk opgemaakt worden hoe de hoop door het geloof steeds meer en tenslotte geheel en al werkelijk verzadigd kan worden. Een hongerig mens is verdrietig. Willen jullie hem echter opvrolijken, verzadig hem dan en als hij verzadigd is, zal al het verdriet over zijn honger vervlogen zijn. Blijmoedigheid zal zich van zijn gemoed meester maken en in deze blijmoedigheid zal hij zijn vrienden met de grootste en dankbaarste liefde omvatten.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Wanneer jullie een rood vlak met heel fijn glaspoeder zouden bestrooien, dan zou het vlak al gauw niet meer rood, maar blauwachtig lijken. Om deze zaak echter nog beter in te zien hoeven jullie slechts het sap uit zo'n blauwe vrucht te halen, dan zullen jullie heel gemakkelijk ontdekken dat de basis van blauw volkomen rood is. Nog duidelijker echter kunnen jullie zien hoe bij het morgen- en avondrood de blauwe kleur van de lucht bij een bepaalde beweging van de stralen, gemakkelijk in de rode overgaat. Daarom kan dan ook de blauwe kleur slechts als een wazige omhulling van de rode worden gezien.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Op aarde echter is dit alles slechts onvolmaakt voorhanden, terwijl het op een centrale zon zeer actief tot uitdrukking komt. Jullie zeggen nu: hoe komt het dan dat bij ons op aarde heel wat vruchten bij het rijpen helemaal blauw worden? Zo zijn er ook een heleboel blauwe bloemen en we weten niet op welke manier zo'n blauwe kleur van de rode kan worden afgeleid. Ik zeg jullie: bekijk zo'n blauwe vrucht (bijvoorbeeld een pruim) maar eens heel goed, dan zullen jullie gauw ontdekken dat de blauwe kleur slechts een gemakkelijk af te vegen zweem is; de hoofdkleur echter is toch de rode.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] De groene lichtether is echter in zekere zin hongerig, nadat hij feilloos alle andere etherische stoffen verteerde, op de groene na, die daarom ook een uitstralende is. Ten gevolge van zijn honger wordt hij nu juist door de witte kleur van de lichtether, die afkomstig is uit de rivier, volkomen verzadigd, hetgeen dan in een roodachtige kleur tot uiting komt.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Maar hoe ziet dit hiaat eruit? Kijk, jullie begrijpen nog niet hoe de zo-even uitgelegde onderlinge verzadiging van de lichtkleuren op passende wijze overeenstemt met de verwantschap tussen geloof, hoop en liefde. Let dus op, we zullen dit onderwerp nader belichten. De witte kleur stemt overeen met het geloof. Zoals de witte kleur als allerfijnste etherische stof alle andere stoffen of kleuren in zich draagt, zo draagt ook het geloof als fijnste geestelijke substantie reeds al het oneindige van het rijk Gods en van het goddelijke Wezen zelf in zich. Ieder mens echter is als deze met groenstralende bomen begroeide berg, vanwaar de groene kleur van de hoop voortdurend uitstraalt; en jullie zullen op heel de aarde niet gemakkelijk iemand vinden zonder hoop, terwijl er heel veel mensen zijn zonder geloof en zonder liefde.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Kijk, de berg loopt niet zo steil omhoog als het er van veraf uitzag, want zulke bergen zien er alleen van een zekere afstand heel steil uit, maar in werkelijkheid zijn ze bij lange na niet wat ze lijken. Ze beslaan echter een des te groter oppervlak omdat ze slechts heel langzaam oplopen; dat is ook noodzakelijk opdat er uit zo'n uitgestrekt bosgebied een toereikende hoeveelheid groen licht komt, dat in het witte licht van de aangrenzende lichtrivier overloopt en het etherisch verzadigende deel kan opnemen.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)